Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Aartsen over het bericht ‘Strandpaviljoens mogen deze winter blijven staan, maar geen omzet draaien’
Vragen van het lid Aartsen (VVD) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over het bericht Strandpaviljoens mogen deze winter blijven staan, maar geen omzet draaien (ingezonden 15 juli 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Keijzer (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 31 augustus
2020).
Vraag 1
Bent u bekend het met bericht «Strandpaviljoens mogen deze winter blijven staan, maar
geen omzet draaien»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u van mening dat strandpaviljoenhouders onder uw verantwoordelijkheid vallen
aangezien het mkb’ers zijn?
Antwoord 2
Binnen het kabinet dragen verschillende bewindspersonen vanuit een verschillende invalshoek
verantwoordelijkheid voor de strandpaviljoens. Als Staatssecretaris van Economische
Zaken en Klimaat (EZK) vertegenwoordig ik de belangen van het midden- en kleinbedrijf
en de gastvrijheidseconomie. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is
verantwoordelijk voor het kustbeleid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
(BZK) zet zich in voor een samenhangende ruimtelijke ontwikkeling voor de kust.
De concrete invulling van recreatieve mogelijkheden in de kustzone worden bepaald
door de provincie in provinciaal beleid en verordeningen en door gemeenten via het
bestemmingsplan en de verlening van vergunningen. Het antwoord op de vraag 8 t/m 11
gaat hier nader op in.
Vraag 3
Heeft u contact of overleg gehad met andere ministers of hun departementen over het
besluit om strandpaviljoens te laten staan zonder dat zij omzet mogen draaien? Zo
nee, waarom niet? Heeft u overleg gehad met de sector over dit besluit? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 3
De Minister van BZK heeft, mede namens de Minister van IenW en de andere partners
van het Kustpactoverleg, toestemming verleend om strandpaviljoens te laten overwinteren
(Kamerstuk 29 383, nr. 344). Vanuit het Ministerie van EZK heb ik geen directe betrokkenheid gehad bij dit besluit.
Daar was ook geen noodzaak voor. Het verzoek van Koninklijke Horeca Nederland (KHN)
(zie bijlage2) betrof alleen het mogen laten staan van de strandbebouwing, niet het uitbreiden
van de openingstijden.
Vraag 4
Welke voordelen hebben strandpaviljoenhouders indien zij hun strandpaviljoen laten
staan, maar geen omzet draaien?
Antwoord 4
Zoals in de brief van 13 juli jl. is vermeld (Kamerstuk 29 383, nr. 344) mogen strandpaviljoenhouders deze winter hun strandpaviljoen éénmalig op het strand
laten staan in verband met de hoge kosten voor het afbreken en opbouwen van de strandpaviljoens.
Dit verkleint de kans dat ondernemers als gevolg van de coronamaatregelen in financiële
problemen komen. De gezamenlijke overheden werken hier, gezien de uitzonderlijke situatie,
graag aan mee. Dit alles binnen de randvoorwaarden van waterveiligheid, openbare orde
en veiligheid en natuurbelangen.
Vraag 5
Hoeveel geld kunnen strandpaviljoenhouders besparen indien zij hun strandpaviljoen
laten staan, maar geen omzet draaien? Om hoeveel euro gaat het hierbij gemiddeld?
Antwoord 5
Ik kan u geen specifieke informatie geven hoeveel besparing dit voor de strandpaviljoenhouder
oplevert.
KHN laat in haar brief weten dat paviljoenhouders al snel € 125.000 tot € 200.000
kunnen besparen voor afbreek, opslag en opbouw in het nieuwe jaar. Of en op welke
wijze een strandpaviljoen deze winter éénmalig kan blijven staan, vereist maatwerk
en is uiteindelijk een afweging die de ondernemer maakt.
Vraag 6
Kunt u hierbij een vergelijking maken met de situatie waarbij strandpaviljoenhouders
hun strandpaviljoen mogen laten staan en gedurende een langere periode in de winter
omzet mogen draaien?
Antwoord 6
Er bestaat een grote diversiteit in de wijze waarop strandpaviljoenhouders hun strandpaviljoens
exploiteren. Daarnaast beïnvloeden ook andere aspecten, zoals het weer en de locatie,
de potentiele omzet van een strandpaviljoen. Ik kan u derhalve geen specifieke cijfers
overleggen over de omzet die de strandpaviljoens bij verlenging van de openingstijden
zouden kunnen behalen.
Vraag 7
Welke gevolgen heeft het langer laten staan van strandpaviljoens zonder omzet te draaien
voor andere (financiële) regelingen en/of belastingen voor de strandpaviljoenhouders?
Antwoord 7
Zoals ik in mijn antwoord op vraag 4 heb aangegeven, is het doel van de maatregel
om de kans dat ondernemers als gevolg van de coronamaatregelen in financiële problemen
komen, te verkleinen. Of de maatregel gevolgen heeft voor andere (lokale) belastingen
(in die zin dat er ook gedurende de winter pacht moet worden betaald), is afhankelijk
van de gemeente. Financiële regelingen en/of belastingen voor tijdelijke strandpaviljoens
hebben betrekking op het zomerseizoen waarin de strandpaviljoens geopend zijn.
Vraag 8, 9, 10, 11
Welke redenen en factoren kunnen in de weg staan aan het langer openen en omzet draaien
van strandpaviljoens in de wintermaanden? Kunt u uitgebreid ingaan op deze redenen
en factoren?
Kan het zo zijn dat indien strandpaviljoens in de winter niet langer open mogen om
omzet te draaien, dit ertoe zou kunnen leiden dat zij mogelijk extra steunmaatregelen
nodig hebben? Zo ja, deelt u dan de mening dat het wenselijk is dat strandpaviljoens
in de winter langer open kunnen blijven om omzet te draaien? Waarom wel of niet?
Bent u bereid alles op alles te zetten om ervoor te zorgen dat strandpaviljoens in
de wintermaanden langer open kunnen blijven om omzet te draaien? Zo ja, welke acties
verbindt u hieraan en wanneer krijgen strandpaviljoenhouders in dat geval meer duidelijkheid
of zij langer open mogen blijven?
Bent u, indien het antwoord op vraag 10 bevestigend luidt, gezien het feit dat dit
om gemeentelijke bepalingen gaat bereid om samen met decentrale overheden en de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten (VNG) te bezien of strandpaviljoens in de winter langer
open kunnen zodat zij omzet kunnen draaien en het hoofd boven water kunnen houden?
Zo ja, op welke termijn verwacht u dat te doen en wanneer krijgen strandpaviljoenhouders
hier meer duidelijkheid over?
Antwoord 8, 9, 10, 11
Bij de afweging om strandpaviljoens langer te laten staan zijn ook andere belangen
aan de orde zoals het natuur- en landschapsbelang, belangen van waterbeheerders (Rijkswaterstaat
en kustwaterschappen) omtrent het voorkomen van erosie van het duin en de duinvoet,
beschadiging van de waterkering en verontreiniging van strand, duin en zee. De waterbeheerders
hebben in een gezamenlijk document de precieze generieke voorwaarden beschreven en
de onderwerpen benoemd die – vanuit het waterbelang geredeneerd – in het lokale overleg
tussen waterbeheerder (Rijkswaterstaat of waterschap), gemeente, eventueel de provincie
en de ondernemer aan de orde dienen te komen. Momenteel worden de juridische varianten
om de strandpaviljoens toestemming te verlenen om te overwinteren uitgewerkt. Hiervoor
zijn onder meer een tijdelijke of aangepaste Waterwetvergunning (waterbeheerder) nodig,
een Omgevingsvergunning (gemeente) en in sommige gevallen zal er tevens een ontheffing
van de Provinciale Verordening nodig zijn.
Winteropenstelling van tijdelijke strandpaviljoens kan ook op bezwaren stuiten van
horecaondernemers met een permanent strandpaviljoen. Daarnaast moeten de paviljoens
grotendeels worden gestript om schade aan de paviljoens te voorkomen, waardoor exploitatie
niet mogelijk is.
Het kabinet trekt vele miljarden uit voor het noodpakket dat ondernemers moet helpen
de periode tot 1 oktober 2020 door te komen. Ondernemers met een strandpaviljoen kunnen
voor de periode van 1 juni tot en met 30 september 2020 gebruik maken van de regeling
Tegemoetkoming Vaste Lasten mkb (TVL). Op basis van deze regeling kunnen ondernemers
een subsidie aanvragen voor vaste lasten die steeds doorlopen, zoals huur, pacht,
onderhoud, verzekeringen, vaste leasecontracten en abonnementen. De subsidie voor
vaste lasten komt bovenop de tegemoetkoming in de loonkosten (NOW). Ook een aantal
kustgemeenten neemt aanvullende maatregelen om de seizoensgebonden gevolgen van strandexploitanten
te compenseren. Denk bijvoorbeeld aan uitstel van betaling van vaste lasten of het
(gedeeltelijk) niet innen van pacht.
Op de periode na 30 september 2020 kan ik thans niet vooruit lopen. Het kabinet is
de strandpaviljoenhouders tegemoet gekomen met de mogelijkheid om strandpaviljoens
aankomende winter te laten staan. Het niet exploiteren van de strandpaviljoens gedurende
het winterseizoen is een belangrijke generieke randvoorwaarde waaronder deze mogelijkheid
wordt geboden. Alleen vanwege deze uitzonderlijke omstandigheden kan het hoofdgebouw
deze winter blijven staan, waarbij de aansprakelijkheid voor eventuele schade door
storm, vandalisme of anderszins bij de ondernemer ligt. Het is uiteindelijk aan de
individuele ondernemers of ze van de mogelijkheden tot het overwinteren gebruik willen
maken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.