Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Weverling over de handelsbetrekkingen met Suriname
Vragen van het lid Weverling (VVD) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de handelsbetrekkingen met Suriname (ingezonden 17 juli 2020).
Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen
24 augustus 2020).
Vraag 1
Deelt u de mening dat, nu er in Suriname een nieuwe president benoemd is, het zaak
is dat naast de diplomatieke relatie tussen Nederland en Suriname ook de handelsrelatie
een nieuwe impuls krijgt?
Antwoord 1
Ja, de handelsrelatie tussen Nederland en Suriname zou in de nieuwe politieke context
een nieuwe impuls kunnen krijgen. Ik heb op korte termijn een gesprek met de Surinaamse
Minister van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Internationale Samenwerking
en zal ook de handelsrelatie met hem bespreken.
Vraag 2
Kunt u aangeven wat de omvang is van de handelsstromen tussen Nederland en Suriname,
wat de grootste import- en exportstromen zijn, hoe groot de Nederlandse investeringen
in Suriname en vice versa zijn en hoe deze zaken zich over de afgelopen jaren hebben
ontwikkeld?
Antwoord 2
Er werd in 2019 voor 29 mln. euro geïmporteerd vanuit Suriname, dit is een daling
t.o.v. de jaren daarvoor. Het betreft voornamelijk vis en schaaldieren. Er werd in
2019 voor 223 mln. euro geëxporteerd naar Suriname, dit is een stijging t.o.v. de
jaren daarvoor.1 Belangrijke productgroepen zijn voedingsmiddelen, machines en industriële fabricaten.
Nederlandse directe investeringen in Suriname bedroegen in 2017 58 mln. euro, recentere
cijfers zijn nog niet beschikbaar.2 Er zijn geen cijfers over Surinaamse directe investeringen in Nederland.
Vraag 3
Op welke wijze kan Nederland bijvoorbeeld bijdragen aan het benutten van de natuurlijke
hulpbronnen in Suriname en het wederzijds versterken van internationale waardeketens
waarvan de in Suriname ontgonnen natuurlijke hulpbronnen onderdeel zijn?
Antwoord 3
Het is aan de Surinaamse overheid om te besluiten of en zo ja, welke buitenlandse
deskundigheid en buitenlandse ondernemingen het bij de ontwikkeling van de natuurlijke
hulpbronnen en de daarbij behorende waardeketens betrekt. Op een aantal sectoren is
deze deskundigheid ook in Nederland te vinden, de ambassade werkt samen met Nederlandse
bedrijven om te zorgen dat deze gevonden wordt. Er is in de afgelopen tien jaar voor
6,45 mln. euro aan projecten gesubsidieerd of gefinancierd in Suriname, gemiddeld
drie projecten per jaar.
Vraag 4
Welke mogelijkheden ziet u op korte en langere termijn om de handelsbetrekkingen tussen
Nederland en Suriname te verbeteren en om relaties tussen Surinaamse en Nederlandse
ondernemingen te versterken?
Antwoord 4
Het is belangrijk dat de Surinaamse regering erin slaagt het ondernemingsklimaat aanzienlijk
te verbeteren, dit zal ongetwijfeld een positieve uitwerking hebben op de onderlinge
handels- en investeringsstromen tussen beide landen. Voor de steun vanuit Nederland
zie antwoord vraag 9.
Vraag 5
Hoe zijn de contacten tussen Nederlandse organisaties die zich bezighouden met handelsbevordering
en vergelijkbare Surinaamse organisaties, zoals de Surinaams-Nederlandse Kamer van
Koophandel?
Antwoord 5
Het handelsbevorderende netwerk gericht op Suriname onderhoudt goede onderlinge contacten.
De Nederlandse ambassade in Paramaribo vervult daarbij een centrale rol en vormt de
verbinding met het netwerk in Nederland.
Vraag 6
Zijn er voldoende regioadviseurs met specialistische kennis over zakendoen en handeldrijven
met Suriname werkzaam bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)? Worden
zij voldoende bereikt door geïnteresseerde ondernemers?
Antwoord 6
Ja, er zijn thans voldoende regioadviseurs met kennis over Suriname. Ook kan een beroep
worden gedaan op de economische afdeling van de Nederlandse ambassade in Paramaribo.
Vraag 7
Kunt u aangeven wat de Nederlandse inzet is bij de vijfjaarlijkse monitoring, gepland
voor het einde van dit jaar, van de handelsovereenkomst tussen de Europese Unie en
de Caribische Gemeenschap (Caricom), waar Suriname eveneens lid van is?
Antwoord 7
De Europese Commissie heeft opdracht gegeven voor een evaluatiestudie van de impact
van het Cariforum-EU Economic Partnerschip Agreement van de afgelopen 10 jaar. Deze
studie zal binnenkort worden gepubliceerd. Mede aan de hand van de bevindingen van
deze evaluatie zal het kabinet zijn inzet bepalen inzake het akkoord voorafgaand aan
de vijfde bijeenkomst van de Joint Cariforum-EU Council, nu gepland voor eind 2020.
Vraag 8
Bent u bereid bij deze en andere gelegenheden aandacht te besteden aan het belang
van het versterken van de economische betrekkingen tussen Nederland en Europa enerzijds
en Suriname anderszijds?
Antwoord 8
Ja, de Europese Unie vormt voor Suriname een afzetmarkt met veel potentie.
Vraag 9
Op welke wijze kan Nederland een bijdrage leveren aan het versterken van het ondernemersklimaat
in Suriname, bijvoorbeeld door middel van kennisdeling?
Antwoord 9
Versterking van het ondernemingsklimaat gebeurt veelal vanuit programma’s gefinancierd
uit het budget voor ontwikkelingssamenwerking. Hierover is met uw Kamer afgesproken
deze middelen vooral aan te wenden binnen de focusregio’s: Midden-Oosten en Noord-Afrika,
Sahel en Hoorn van Afrika. Omdat Suriname geen deel uitmaakt van deze focusregio’s
zijn de mogelijkheden beperkt. Wel kan verkend worden of er mogelijkheden zijn op
het gebied van verbetering van wet- en regelgeving en kennisoverdracht gericht op
versterking van economische en overheidsinstituties. Om daarmee de voorwaarden voor
een gunstig Surinaams-Nederlandse handelsrelatie te verbeteren. Het reguliere handelsbevorderende
instrumentarium is beschikbaar voor ondernemers t.b.v. activiteiten en projecten in
Suriname. Hiervan is in de afgelopen jaren sporadisch gebruikgemaakt.
Vraag 10
Bent u van mening dat Nederland, vanwege de gedeelde taal en de Surinaamse diasporagemeenschap
in Nederland, een uniek voordeel heeft als het aankomt op het versterken van de handelsbetrekkingen
met Suriname?
Antwoord 10
Ja, de gedeelde taal en diasporagemeenschap zorgen voor een goede uitgangspositie
om aan een versterking van de handelsbetrekkingen met Suriname te werken.
Vraag 11
Kunt u aangeven wat het belang is van de genoemde diasporagemeenschap bij de economische
ontwikkeling van Suriname, bijvoorbeeld door het doen van investeringen in ontwikkelingsprojecten
of ondernemerschap? Op welke wijze kunnen Nederlandse organisaties die zich bezighouden
met handelsbevordering deze betrokkenheid versterken?
Antwoord 11
Het is aan de Surinaamse overheid en/of de diasporagemeenschap zelf om te besluiten
of en zo ja, welke rol de gemeenschap bij de economische ontwikkeling van Suriname
zal hebben. Daarover zal ik met deze gemeenschappen in gesprek gaan om de mogelijkheden
in kaart te brengen. De gemeenschap kan ook nu reeds beroep doen op het handelsbevorderende
instrumentarium en de expertise van het economisch netwerk.
Ondertekenaars
-
, -
, -
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.