Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Israël martelde verdachte Palestijnen van een NGO gesteund door Nederland’
Vragen van de leden Van den Hul (PvdA), Bouali (D66), Karabulut (SP) en Van Ojik (GroenLinks) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «Israël martelde verdachte Palestijnen van een NGO gesteund door Nederland» (ingezonden 21 augustus 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Israël martelde verdachte Palestijnen van een
NGO gesteund door Nederland»?1 En zo ja, wat is uw reactie op dit bericht?
Vraag 2
Heeft u tevens kennisgenomen van de berichten van onder meer Amnesty International
en van mensenrechtenexperts van de Verenigde Naties dat twee voormalige medewerkers
van de Palestijnse niet-gouvernementele organisatie (NGO) Union of Agricultural Work
Committees (UAWC), Samer Arbid en Abdul Razeq Farraj, gemarteld zijn in Israëlische
detentie?
Vraag 3
Deelt u de mening dat de Israëlische autoriteiten bij de detentie van deze mannen
in strijd hebben gehandeld met het VN-verdrag tegen foltering en het VN-verdrag inzake
burgerrechten en politieke rechten en dat het gebruik van foltering in geen enkel
geval gerechtvaardigd is? En zo ja, welke gevolgen verbindt u hieraan met inachtneming
van artikel 15 van de Conventie tegen Marteling, die bepaalt dat een verklaring die
is afgelegd als gevolg van marteling niet gebruikt mag worden als bewijs in een proces?
En zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Wat is uw reactie op het feit dat het proces van de verdachten plaatsvindt voor een
militaire rechtbank? Hebben de verdachten naar uw mening over voldoende toegang tot
rechtshulp kunnen beschikken?
Vraag 5
Hoe oordeelt u over de praktijk van administratieve detentie door de Israëlische autoriteiten
in het kader van het recht op een eerlijk proces?
Vraag 6
Heeft u zorgen over de detentie en marteling van de oud-medewerkers van UAWC geuit
tegenover de Israëlische regering? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe heeft de Israëlische
regering daarop gereageerd?
Vraag 7
Bent u voornemens het proces van de oud-medewerkers van UAWC te monitoren? Zo nee,
waarom niet?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
A. Bouali, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
A. van Ojik, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
S. Karabulut, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.