Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Asscher over terugkerende vluchten met besmette reizigers
Vragen van het lid Asscher (PvdA) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Infrastructuur en Waterstaat over terugkerende vluchten met besmette reizigers (ingezonden 22 juli 2020).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) en
van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 20 augustus 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Zeker 45 vluchten met besmette passagiers geland
in Nederland»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat het onder meer terugkerende vluchten uit coronabrandhaarden
betreft, waarbij reizigers tijdens de reis niet voldoende afstand hebben kunnen houden
en zij bij aankomst niet worden verplicht tot een test op het coronavirus, noch tot
quarantaine?
Antwoord 2
De vluchten uit het genoemde bericht betreffen inderdaad ook vluchten uit landen waar
de gezondheidsrisico’s hoog worden geschat vanwege verspreiding van het coronavirus.
Er is echter geen aanleiding om aan te nemen dat deze reizigerstijdens de vlucht besmet
zijn geraakt of anderen hebben besmet. Sterker nog, uit het bron- en contactonderzoek
na aankomst van de betreffende passagiers blijkt juist dat er geen medepassagiers
besmet zijn.
Op dit moment is voor de meeste landen buiten de EU, de Schengenlanden en het Verenigd
Koninkrijk het EU-inreisverbod van kracht. Dit betekent dat personen uit deze landen
niet Nederland in mogen reizen, tenzij zij zwaarwegende redenen hebben om naar Nederland
af te reizen en daarom onder één van de uitzonderingen vallen. Deze maatregel beperkt
de reisbewegingen uit derde landen sterk. Voor de landen waarvoor op dit moment het
EU-inreisverbod van kracht is, geldt een oranje reisadvies (alleen noodzakelijke reizen).
Ook voor EU landen waar de gezondheidsrisico’s hoog worden geacht door verspreiding
van het coronavirus geldt een oranje reisadvies. De gezondheidssituatie in de EU landen
wordt wekelijks geëvalueerd door het RIVM
Thuisquarantaine voor reizigers uit gebieden waar vanwege verspreiding van het coronavirus
een oranje reisadvies van kracht is, blijft een belangrijke maatregel om te voorkomen
dat reizigers het coronavirus in Nederland verspreiden. Derhalve is het ook voor reizigers
die uit een hoog risicogebied komen, wenselijk om de mogelijkheid te hebben om een
quarantaineplicht op te leggen vanwege het enkele feit dat de reiziger uit een dergelijk
onveilig gebied komt. Een juridische grondslag ontbreekt op dit moment. Daarom is
het voornemen om dit te regelen via een aanpassing van artikel 35 Wet Publieke Gezondheid
(de quarantainemaatregel). Uw kamer is hierover op 11 augustus per brief2 geïnformeerd. Dit komt erop neer dat zodra een dergelijke inkomende reiziger Nederlands
grondgebied betreedt, voor deze reiziger de quarantaineplicht geldt. Personen die
het betreft zullen – waar dat redelijkerwijs uitvoerbaar is – daartoe in ieder geval
hun contactgegevens moeten afstaan, opdat deze worden doorgegeven aan de GGD. Zonder
deze gegevens is een quarantainemaatregel immers niet te controleren.
Vraag 3
Kunt u toelichten hoe de GGD wordt betrokken bij het monitoren van reizigers op deze
vluchten? Wordt informatie over reizigers die recent uit een coronabrandhaard zijn
teruggekeerd, bijgehouden? Zo ja, neemt de GGD contact met hen op in het kader van
bron- en contactonderzoek?
Antwoord 3
Als een besmetting in Nederland wordt gelokaliseerd en er blijkt dat er in de besmettelijke
periode gevlogen is door de betreffende persoon, dan worden de passagiersgegevens
opgevraagd ten behoeve van bron- en contactonderzoek door de GGD. Als een besmetting
in het buitenland wordt vastgesteld na een vlucht, dan komt de informatie binnen via
het Landelijk Centrum Infectieziektebestrijding. De nauwe contacten worden geïnformeerd
over het besmettingsrisico dat zij hebben gelopen, gemonitord en geadviseerd zich
bij klachten te laten testen. Ook is het voor reizigers die uit een hoog risicogebied
komen nodig om de mogelijkheid te hebben om een quarantaineplicht op te leggen vanwege
het enkele feit dat de reiziger uit een dergelijk onveilig gebied komt. Hiervoor is
er het voornemen om dit te regelen in via een aanpassing van artikel 35 Wet Publieke
Gezondheid (de quarantainemaatregel). Uw kamer is hierover op 11 augustus per brief3 geïnformeerd. Personen die het betreft zullen – waar dat redelijkerwijs uitvoerbaar
is – daartoe in ieder geval hun contactgegevens moeten afstaan, opdat deze worden
doorgegeven aan de GGD. Zonder deze gegevens is een quarantainemaatregel immers niet
te controleren.
Vraag 4
Wordt overwogen om alle passagiers te adviseren om in quarantaine te gaan? Zo ja,
vanaf wanneer gaat u dit beleid invoeren? Zo nee, welke redenen bestaan er om dit
beleid, zoals bijvoorbeeld door Australië gevolgd wordt, niet in te voeren?
Antwoord 4
Op dit moment is er vanuit de volksgezondheid geen reden om alle passagiers, dus ook
passagiers afkomstig uit gebieden met een geel reisadvies, bij aankomst in thuisquarantaine
te laten gaan. Het onnodig belemmeren van verkeer van personen binnen Schengen terwijl
er geen reden is om aan te nemen dat er verhoogde risico’s zijn is dan ook niet noodzakelijk.
De gezondheidssituatie in de landen binnen de EU, de Schengenlanden en het VK wordt
wekelijks geëvalueerd op basis van objectieve criteria. Wanneer blijkt dat er verhoogde
risico’s op verspreiding van het coronavirus zijn in een bepaald land, wordt het reisadvies
voor dit land aangepast naar oranje vanwege gezondheidsrisico’s. Dit is de afgelopen
maand ook meerdere malen gebeurd toen daar aanleiding toe was.
Vraag 5
Kunt u toelichten waarom niet bekend is met welk vervoersmiddel de 69 besmette reizigers
van de afgelopen drie weken hebben gereisd, gezien het feit dat de GGD deze informatie
mag opvragen? Betekent dit tevens dat medepassagiers van deze personen niet zijn verwittigd?
Antwoord 5
Het bericht dat dit niet bekend is klopt niet. In het bron- en contactonderzoek wordt
nagegaan of iemand die besmet blijkt met het coronavirus tijdens de besmettelijke
periode heeft gereisd. Hierbij wordt ook nagegaan of er een vliegreis is gemaakt.
Wanneer dit in de besmettelijke periode het geval is, dan vraagt de GGD de passagiersgegevens
van de betreffende vlucht op ten behoeve van bron- en contactonderzoek om de directe
medepassagiers te informeren, te wijzen op quarantaine en indien nodig te testen.
Vraag 6
Zijn deze recente ontwikkelingen aanleiding om uw beleid rondom reizen per vliegtuig
te heroverwegen? Zo ja, op welke punten komt er een aanpassing? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Uit bron- en contactonderzoek is gebleken dat personen die in de besmettelijke periode
gevlogen hebben, geen medepassagiers hebben besmet. Bovendien is niet zeker dat deze
passagiers het virus al tijdens hun vliegreis bij zich droegen of dat ze het pas daarna
hebben opgelopen. Het kabinet gaat er nog steeds vanuit dat de maatregelen rondom
vliegverkeer ervoor zorgen dat veilig gevlogen kan worden. Het algemene beleid rondom
reizen per vliegtuig zal dan ook niet aangepast worden. Wel zal dit worden aangevuld
met het aanbieden van testen op de luchthavens voor terugkerende reizigers. Daarover
is uw Kamer op 6 augustus jl. geïnformeerd.4 Ook is het voor reizigers die uit een hoog risicogebied komen nodig om de mogelijkheid
te hebben om een quarantaineplicht op te leggen vanwege het enkele feit dat de reiziger
uit een dergelijk onveilig gebied komt. Hiervoor is er het voornemen om dit te regelen
in via een aanpassing van artikel 35 Wet Publieke Gezondheid (de quarantainemaatregel).
Uw kamer is hierover op 11 augustus per brief5 geïnformeerd. Daarnaast worden de internationale ontwikkelingen van het virus nauwgezet
in de gaten gehouden en kunnen de regels rondom reizen naar bepaalde landen of gebieden
worden aangescherpt, zoals met het aanpassen van reisadviezen. Daarnaast worden de
internationale ontwikkelingen van het virus nauwgezet in de gaten gehouden en kunnen
de regels rondom reizen naar bepaalde landen of gebieden worden aangescherpt, zoals
met het aanpassen van reisadviezen.
Ondertekenaars
-
, -
, -
, -
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.