Schriftelijke vragen : De verlening van vergunningen voor wapenexport naar landen die een VN-wapenembargo schenden
Vragen van het lid Van Ojik (GroenLinks) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de verlening van vergunningen voor wapenexport naar landen die een VN-wapenembargo schenden (ingezonden 15 juli 2020).
Vraag 1
Wanneer zal de levering plaatsvinden van € 114 miljoen aan militair materieel aan
Egypte, waarvoor u volgens uw brief van 10 juli jl. een wapenexportvergunning heeft
afgegeven?1
Vraag 2
Kunt u motiveren waarom u wapenexportvergunningen verstrekt aan een land dat, zoals
u zelf in uw brief schrijft, volgens openbare bronnen wapenleveranties aan Libië doet,
en daarmee het VN-wapenembargo (Resolution 2473 (2019)) negeert?
Vraag 3
Maakt het schenden van het VN-wapenembargo tegen Libië het verstrekken van een wapenexportvergunning
niet in strijd met criterium 1 van het Gemeenschappelijk standpunt van de EU over
wapenexport – het naleven van internationale afspraken en politieke besluiten, zoals
VN-wapenembargo’s? Zo nee, kunt u motiveren waarom niet?
Vraag 4
Kunt u toelichten hoe u tot de conclusie bent gekomen dat voor criterium 2, de naleving
van mensenrechten en het internationaal humanitair recht, in het geval van Egypte
geen bijzonderheden te melden zijn?
Vraag 5
Waarom zijn de mensenrechtenschendingen door het Egyptische regime de afgelopen jaren,
zoals het veelvuldig opsluiten van journalisten en mensenrechtenactivisten, voor u
geen reden voor een negatieve toets op criterium 2?2
Vraag 6
Heeft u voorafgaand aan het verstrekken van de betreffende wapenexportvergunning met
het Egyptische regime gesproken over de bedroevende mensenrechtensituatie in Egypte?
Zo ja, wat is hier uitgekomen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Heeft u voorafgaand aan het verstrekken van de betreffende wapenexportvergunning met
het Egyptische regime gesproken over de Egyptische steun aan het in stand houden van
de verschrikkelijke oorlog in Jemen? Zo ja, wat is hier uitgekomen? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 8
Heeft u garanties gevraagd, en verkregen, van het regime in Egypte dat de Egyptische
marine niet (opnieuw) zal worden ingezet in de oorlog in Jemen, zoals volgens openbare
bronnen in 2015 wél is gebeurd?3 Zo ja, heeft u deze garanties op schrift en kunt u deze met de Kamer delen?
Vraag 9
Kunt u in brede zin motiveren waarop uw vertrouwen is gebaseerd dat Egypte zich niet
opnieuw militair in het conflict in Jemen zal mengen?
Vraag 10
Bent u bekend met de dreiging van het Egyptische regime om zich in militaire zin in
de burgeroorlog in Libië te mengen? Hoe heeft u dit gewogen bij de beoordeling van
criterium 3, waaronder het risico op de verergering van conflicten, voor het verstrekken
van de betreffende wapenexportvergunning?
Vraag 11
Bent u bereid de afgegeven vergunning in te trekken totdat de Kamer hierover met u
van verdere gedachten heeft kunnen wisselen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 12
Bent u bereid de Kamer voortaan vóórafgaand aan het verstrekken van wapenexportvergunningen
te informeren, in plaats van achteraf? Zo nee, waarom niet?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. van Ojik, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.