Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van den Hul over ongeveer 14.000 leerlingen met een migratieachtergrond, kinderen van laagopgeleide ouders en kinderen van ouders met een laag inkomen die volgens het Centraal Planbureau zonder verder ingrijpen een hoger schooladvies mislopen
Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over ongeveer 14.000 leerlingen met een migratieachtergrond, kinderen van laagopgeleide ouders en kinderen van ouders met een laag inkomen die volgens het Centraal Planbureau zonder verder ingrijpen een hoger schooladvies mislopen (ingezonden 6 juli 2020).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 10 juli
2020).
Vraag 1
Deelt u de mening dat de coronacrisis geen excuus kan vormen om minder hard te werken
aan gelijke kansen van alle leerlingen in het onderwijs? Zo ja, betekent dit voor
u ook dat elke basisscholier in groep 8 nog altijd zeker moet kunnen zijn van een
verwijzing naar een school voor voortgezet onderwijs die recht doet aan zijn of haar
individuele capaciteiten?
Antwoord 1
Door de coronacrisis kunnen de gelijke kansen van leerlingen in het onderwijs onder
druk komen te staan. Ik deel uw zorgen daarover. Het schrappen van de eindtoets heeft
ertoe geleid dat leerlingen die na het maken van de eindtoets aanspraak zouden maken
op een heroverweging van het advies deze kans dit jaar niet krijgen. Ik heb uw Kamer
daarover op 18 maart jl. geïnformeerd. Op 17 april jl. heb ik een brief gestuurd aan
alle scholen in het primair en voortgezet onderwijs om hen te wijzen op hun verantwoordelijkheid
voor een soepele en kansrijke overgang voor deze leerlingen om recht te doen aan hun
capaciteiten en mogelijkheden1. Ik ben en blijf in gesprek met de PO-Raad en VO-raad over hoe scholen uitvoering
kunnen geven aan hun verantwoordelijkheid en hoe wij scholen daarin het beste kunnen
ondersteunen.
Vraag 2
Deelt u de conclusie van het Centraal Planbureau (CPB) dat de heroverweging van het
schooladvies naar aanleiding van de eindtoets, die vaker nodig blijkt bij kinderen
van laagopgeleide ouders en kinderen van ouders met lage inkomens en de heroverwegingen
die vaker tot een hoger schooladvies leidden bij kinderen met een migratieachtergrond,
samen betekenen dat leerlingen met een migratieachtergrond, kinderen van ouders met
een lagere opleiding of laag inkomen zonder eindtoets nu vaker een hoger schooladvies
mislopen?2 Zo nee, op welk punt wijst u deze redenering dan af?
Antwoord 2
Onderzoek wijst uit dat kinderen van lager opgeleide ouders en van ouders met lage
inkomens meer baat hebben bij een eindtoets. Bij deze leerlingen is vaker sprake van
een heroverweging, waarbij leerlingen met een migratieachtergrond vaker een bijstelling
van het schooladvies krijgen. Ik deel daarin de door het Centraal Planbureau gestelde
conclusies. Om die reden heb ik bij scholen in het primair en voortgezet onderwijs
aandacht gevraagd voor deze groep leerlingen, ook de PO-Raad en VO-raad ondersteunen
scholen hierbij.
Vraag 3
Meent u dat de handreiking schooladvisering, de mogelijkheid tot herziening van het
schooladvies en de extra aandacht voor een warme overdracht bij de overgang tussen
primair en voortgezet onderwijs, waar u op wees in reactie op mijn schriftelijke vragen
over de manier waarop corona de kansenongelijkheid in het onderwijs vergroot3, nog altijd kunnen volstaan, nu het CPB signaleert dat naar schatting 14 duizend
leerlingen zonder verder ingrijpen een hoger schooladvies mislopen door het vervallen
van de eindtoets basisonderwijs tijdens de coronacrisis? Zo ja, waarop baseert u dit
vertrouwen? Zo nee, op welke wijzen gaat u dan nader ingrijpen?
Antwoord 3
Uit onderzoek is gebleken dat jaarlijks ongeveer tien procent van de leerlingen een
bijgesteld advies krijgt naar aanleiding van de score op de eindtoets. Dat percentage
komt overeen met de 14.000 leerlingen die het CPB noemt. Zie hiervoor ook de eindevaluatie
van de wet eindtoetsing PO, uw Kamer toegezonden op 21 juni 2019. Bij het schrappen
van de eindtoets zijn wij ons ervan bewust geweest dat deze ongewenste consequenties
zouden kunnen optreden. Daarom heb ik scholen aanbevolen maatregelen te nemen voor
intensivering van de warme overdracht en de oproep tot ruimhartige toelating en kansrijke
plaatsing gedaan. De maatregelen die u noemt in uw antwoord zijn hier ook onderdeel
van. De PO-Raad, VO-raad en Ouders & Onderwijs hebben een formulier ontwikkeld waardoor
po-scholen als toevoeging op het Onderwijskundig Rapport informatie konden meegeven
aan vo-scholen over mogelijke ruimte tot bijstelling van het advies. Ook zet ik in
overleg met de VO-raad in op een extra evaluatiemoment in de brugklas van het vo.
Ik vertrouw erop dat vo-scholen hier hun verantwoordelijkheid in zullen nemen en zal,
zoals ik heb toegezegd, deze groep leerlingen de komende tijd blijven volgen en waar
nodig aanvullende maatregelen nemen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.