Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Linde over de uitzending van NPO Radio 1 Reporter Radio over het bericht 'Bitcoinbedrijven sluiten de deuren door te hoge kosten'
Vragen van het lid Van der Linde (VVD) aan de Minister van Financiën over de uitzending van NPO Radio 1 Reporter Radio over het bericht «Bitcoinbedrijven sluiten de deuren door te hoge kosten» (ingezonden 10 juni 2020).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 1 juli 2020).
Vraag 1 en 2
Bent u bekend met de uitzending van NPO Radio 1 Reporter Radio van 7 juni 2020?1 Kunt u reageren op het bericht «Bitcoinbedrijven sluiten de deuren door te hoge kosten»?
Herkent u het beeld dat startende, innovatieve bedrijfjes in de cryptosector in de
problemen komen door toezichtskosten van ten minste € 20.000 per jaar? Waarom zijn
deze kosten voor het lopende jaar pas in mei jl. bekendgemaakt?
Antwoord 1 en 2
Ja, ik ben bekend met deze uitzending. Zoals ik eerder in antwoord op schriftelijke
vragen van het lid Alkaya2 heb geantwoord, is het mijn streven dat zoveel mogelijk partijen actief blijven op
de markt, ook na implementatie van de herziene vierde anti-witwasrichtlijn. Het is
wel belangrijk dat ook op deze sector toezicht wordt gehouden. Crypto’s gaan gepaard
met een hoge mate van anonimiteit en maken het mogelijk om anoniem transacties uit
te voeren. Hierdoor is het gemakkelijk om crypto’s te misbruiken voor criminele doeleinden,
zoals het witwassen van crimineel verkregen inkomsten. Om deze risico’s te mitigeren,
is wetgeving en toezicht noodzakelijk. Met de implementatie van de gewijzigde vierde
anti-witwasrichtlijn is hiervoor de wettelijke basis gelegd. De naleving van de wetgeving
en het toezicht brengen kosten met zich mee.
DNB heeft de kosten voor dit toezicht geraamd op € 1,7 miljoen voor 2020. Deze kosten
worden, zoals bepaald in de Wet bekostiging financieel toezicht 2019 (Wbft), verdeeld
onder de geregistreerde bedrijven, zoals dat ook gebeurt bij andere ondernemingen
die onder toezicht staan van DNB. Voor 2020 betekent dit dat de kosten voor het doorlopend
toezicht rond de € 18.000 per bedrijf zijn.3 Jaarlijks worden op grond van artikel 9 van het Besluit bekostiging financieel toezicht
2019 uiterlijk op 1 juni voor alle onder toezicht staande instellingen de tarieven
voor het doorlopend toezicht voor het desbetreffende jaar vastgesteld. Verder worden
er kosten in rekening gebracht voor eenmalige handelingen. Voor een verzoek tot registratie
inclusief toetsing van bestuurders zijn de kosten € 5.000.4
Bovenstaande betekent overigens niet per se dat de kosten «ten minste € 20.000 per
jaar» zullen zijn. Deze kosten worden namelijk jaarlijks bepaald aan de hand van de
begroting van DNB en de omvang en samenstelling van de populatie van de toezichtcategorie.
Zoals ik in antwoord op de schriftelijke vragen van het lid Alkaya schreef, kunnen
vanaf volgend jaar de kosten voor het toezicht op crypto-aanbieders aan de hand van
de omzet van de instelling naar draagkracht verdeeld worden.
Vraag 3
Hoe verhoudt zich deze situatie met de Kamerbreed aangenomen motie-Alkaya/Van der
Linde (Kamerstuk 35 245, nr. 15)?
Antwoord 3
Zoals ik in mijn antwoord op vragen 1 en 2 heb toegelicht is het noodzakelijk om ook
cryptodienstverleners te reguleren om witwassen en financieren van terrorisme te voorkomen.
Gevolg hiervan is dat zij beleid, procedures en maatregelen moeten hebben om misbruik
van hun dienstverlening te voorkomen en dat zij cliëntenonderzoek moeten verrichten
en ongebruikelijke transacties moeten melden. Deze basis is cruciaal om als poortwachter
te kunnen functioneren. De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
(Wwft) houdt rekening met kleinere instellingen. De maatregelen zijn risico-gebaseerd
en moeten in proportie zijn met de grootte van de instelling. Dit jaar betalen alle
instellingen hetzelfde bedrag omdat de omvang van de activiteiten nog niet bekend
is. Vanaf volgend jaar worden de kosten voor het toezicht naar draagkracht verrekend.
Daardoor kan ook bij de bekostiging rekening worden gehouden met kleine partijen.
Vraag 4
Kunt u aangeven waarom autohandelaren, juweliers, trustkantoren en creditcardmaatschappijen
minder hoge toezichtskosten hebben? Klopt het dat de toezichtskosten van het Bureau
Financieel Toezicht gemiddeld veel lager zijn?
Antwoord 4
Autohandelaren en juweliers staan niet onder toezicht van de Autoriteit Financiële
Markten (AFM) of De Nederlandsche Bank (DNB) en krijgen de kosten van het toezicht
niet doorberekend. Voor trustkantoren geldt in 2020 niet per se een lager tarief dan
voor cryptodienstverleners. Een directe vergelijking is lastig, gezien het feit dat
de kosten voor trustkantoren al wel gestaffeld kunnen worden naar grootte van het
bedrijf en voor cryptobedrijven nog niet. Voor 2020 geldt dat de daadwerkelijk te
betalen doorlopende kosten voor cryptodienstverleners even hoog zijn als voor trustkantoren
met een omzet tussen de € 100.000 en € 200.000. Trustkantoren die een omzet van meer
dan € 200.000 hebben betalen in 2020 significant meer dan geregistreerde cryptobedrijven.
Zoals ik in antwoord op vraag 3 schreef, zal vanaf volgend jaar ook voor de cryptosector
gelden dat de kosten naar rato worden verdeeld. Voorts is de vergelijking tussen kosten
voor creditcardmaatschappijen en cryptodienstverleners niet eenvoudig te maken, omdat
de meeste creditcardmaatschappijen die actief zijn in Nederland onder toezicht staan
als bank of als betaalinstelling. De kosten die worden gemaakt voor het toezicht op
deze creditcardmaatschappijen worden via die toezichtcategorieën doorbelast aan deze
instellingen en zijn daarmee dus opgenomen in het bedrag dat is begroot voor die specifieke
categorieën.
Het Bureau Financieel Toezicht (BFT) houdt in het kader van de Wwft toezicht op o.a.
notarissen, belastingadviseurs en accountants en vergelijkbare beroepen.5 Voor het Wwft-toezicht berekent BFT geen kosten door. De beroepsgroepen waarop BFT
toezicht houdt, de werkzaamheden die deze groepen uitvoeren en de daarmee verband
houdende naleving van de Wwft verschillen dermate van de cryptosector dat de activiteiten
en kosten van DNB niet vergelijkbaar zijn.
Vraag 5
Kunt u aangeven hoe u aankijkt tegen een «instaptarief» voor startende ondernemers
in deze branche?
Antwoord 5
Zoals ik in antwoord op vragen 3 en 4 heb aangegeven, worden vanaf volgend jaar de
kosten aan de hand van omzet verdeeld, waardoor er, de facto, een «instaptarief» voor
nieuwe cryptobedrijven zal ontstaan.
Vraag 6 en 8
Deelt u de mening dat het van groot belang is dat deze sector onder het Nederlands
toezicht valt en in Nederland ongebruikelijke transacties meldt? Zo ja, wat vindt
u ervan dat een aantal Nederland heeft verlaten? Wat betekent dit voor het Nederlandse
vestigingsklimaat voor innovatieve bedrijven?
Welke stappen bent u voornemens te zetten om ervoor te zorgen dat Nederlandse bedrijven
niet naar het buitenland verhuizen en binnen welke termijn bent u van plan deze te
zetten?
Antwoord 6 en 8
De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) schrijft
voor dat ieder bedrijf dat in of vanuit Nederland omwisseldiensten met virtuele valuta
of bewaarportemonnees aanbiedt, zich moet registreren bij DNB. Dit geldt ook in geval
de partij in een ander land is gevestigd. Aan elk bedrijf dat bij DNB geregistreerd
is worden toezichtkosten in rekening gebracht. Hiermee komen alle partijen die in
of vanuit Nederland diensten uitvoeren dus onder toezicht te staan en moeten zij in
Nederland ongebruikelijke transacties melden. Dit zorgt eveneens voor een gelijk speelveld
voor het aanbieden van diensten op de Nederlandse markt. Ik zie daarom geen redenen
om voor deze specifieke sector verder stappen te zetten op dit moment. Wel stuur ik
deze zomer een FinTech-actieplan naar uw Kamer, waarin ik een aantal nieuwe acties
aankondig om de gehele Nederlandse FinTech-sector te stimuleren. Een groot gedeelte
van deze acties zal ook voor de gereguleerde cryptobedrijven van toepassing zijn.
Vraag 7
Hoe ziet u deze ontwikkelingen in het licht van een Europese antiwitwasaanpak, waarvoor
de vicevoorzitter van de Europese Commissie, Dombrovskis, plannen heeft gelanceerd
voor een Europese toezichthouder?6
Antwoord 7
Zoals ik aan uw Kamer schreef in het BNC-fiche ben ik voorstander van de plannen van
de Europese Commissie om de Europese regels omtrent witwassen en financieren van terrorisme
verder harmoniseren, en een Europese toezichthouder te introduceren. Dit is van belang
voor een effectieve en eenduidige grensoverschrijdende aanpak, en om een gelijk speelveld
tussen EU-lidstaten te bewaken.
Met name dit laatste is voor startende ondernemers, waaronder nieuwe innovatieve partijen
zoals cryptodienstverleners, van groot belang. Harmonisatie helpt, met name bij grensoverschrijdende
activiteiten, om complexiteit te verminderen, en eerlijke concurrentie binnen de EU
te waarborgen. Volledigheidshalve merk ik op dat Nederland pleit voor een gefaseerde
invoering van het centrale Europese toezicht, met als inzet dat uiteindelijk ook cryptodienstverleners
hieronder zouden kunnen vallen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.