Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van den Bosch en Van Gent over het stemmen per volmacht
Vragen van de leden Van den Bosch en Van Gent (beiden VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het stemmen per volmacht (ingezonden 11 juni 2020).
Antwoord van Minister Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
25 juni 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Groep de Mos in verband gebracht met stemfraude:
«150 euro voor twintig stempassen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 5
In hoeverre vindt u het systeem van stemmen bij volmacht meer fraudegevoelig ten opzichte
van alternatieven?
Wat is de status van de door u in 2018 aangekondigde experimentenwet «early voting»?2
Antwoord 2, 5
Zelf stemmen heeft altijd de voorkeur boven stemmen per volmacht. Aan het uitbrengen
van een stem per volmacht kleven immers nadelen. Zo moet de volmachtgever zijn stemgeheim
prijsgeven. Ook is er een risico dat kiezers onder druk worden gezet of worden omgekocht
om een volmacht af te geven, of dat volmachten worden geronseld, wat in de artikelen
Z 4 en Z 8 van de Kieswet strafbaar is gesteld.
Er zijn alternatieven voor het stemmen per volmacht. Zo zou aan kiezers die verwachten
dat zij op de dag van de stemming niet zelf kunnen stemmen, de mogelijkheid kunnen
worden geboden om te stemmen per brief. Ook aan briefstemmen kleven echter nadelen.
Zo zijn ook bij briefstemmen het stemgeheim en de stemvrijheid niet goed te waarborgen.
In Nederland staat briefstemmen uitsluitend open voor Nederlanders die in het buitenland
wonen, of daar tijdelijk verblijven. Van hen kan redelijkerwijs niet worden gevergd
dat zij op de dag van de stemming naar Nederland reizen om daar in een stemlokaal
te stemmen. Daarom heeft de wetgever het belang van deze kiezers om hun stemrecht
te kunnen uitoefenen zwaarder laten wegen dan het risico op schending van hun stemgeheim
en stemvrijheid.
Een ander alternatief is het bieden van de gelegenheid om al vóór de reguliere verkiezingsdag
te stemmen (early voting of vervroegd stemmen), bijvoorbeeld op een (koop)avond of
op een of meer dagen in het weekend. Die mogelijkheid kan helpen de behoefte aan het
stemmen per volmacht te verminderen. Zoals ik eerder aan uw Kamer heb laten weten
– de vragenstellers verwijzen daar ook naar –, zou ik graag experimenten mogelijk
maken met vervroegd stemmen. Zoals ik heb laten weten in mijn antwoorden d.d. 15 juni
jl. op de vragen uit het schriftelijk overleg over democratie, kiesrecht en desinformatie3, zie ik daarvoor nu echter helaas geen mogelijkheden. Vervroegd stemmen kost namelijk
veel geld, en in de begroting kunnen daarvoor momenteel geen middelen worden gevonden.
Een nu al beschikbaar alternatief voor kiezers die verwachten op de dag van de stemming
niet in persoon te kunnen stemmen in een stemlokaal binnen de gemeente waar zij wonen,
maar wel in een ander stemlokaal binnen het gebied van het orgaan waarvoor de verkiezing
wordt gehouden, is het aanvragen van een kiezerspas. Bij gemeenteraadsverkiezingen
kunnen kiezers alleen stemmen binnen hun eigen gemeente, en is stemmen met een kiezerspas
dus niet mogelijk.
Vraag 3
Hoe beoordeelt u het gegeven dat er stemlokalen zijn waar meer dan dertig procent
van de stemmen per volmacht werd uitgebracht?
Antwoord 3
Het genoemde percentage wijkt af van het landelijk gemiddelde: gemiddeld wordt in
Nederland ca. 10% van de stemmen per volmacht uitgebracht. Dit percentage is echter
niet in alle gemeenten gelijk en verschilt binnen gemeenten ook op wijkniveau. Daar
kunnen verschillende oorzaken aan ten grondslag liggen.4 Bij eventuele signalen van ronselen kan het Openbaar Ministerie onderzoek doen; ook
kunnen de zittende leden van het vertegenwoordigend orgaan waarvoor de verkiezing
is gehouden, eventuele (vermoedens van) ronselpraktijken betrekken in hun oordeel
over de geldigheid van de stemming.
Vraag 4
Op welke manieren pakt uw ministerie fraude door middel van volmachten aan?
Antwoord 4
Het Ministerie van BZK evalueert elke verkiezing, en beziet op basis daarvan of er
reden is het beleid en/of de wet- en regelgeving aan te passen. Ook eventuele signalen
van misbruik van volmachten worden bij de evaluaties van verkiezingen betrokken. In
de evaluatie van de verkiezingen van 2019 heb ik uw Kamer laten weten dat ik, vanwege
terugkerende bezwaren van bestuurscolleges, eilandsraden en internationale waarnemers,
een wetsvoorstel ga voorbereiden in aanloop naar de eilandsraadsverkiezingen in 2023,
waarmee de volmachtregeling in Caribisch Nederland wordt beperkt5.
Ook de Kiesraad heeft aandacht voor eventuele signalen, en neemt contact op met het
Openbaar Ministerie indien hij hiertoe aanleiding ziet.
Vraag 6
Zijn er andere landen die hetzelfde systeem hanteren als het Nederlandse? In hoeverre
verschilt het Nederlandse systeem met ons omringende landen?
Antwoord 6
Voor zover mij bekend, kan in landen waar een volmachtregeling bestaat, de volmacht
uitsluitend langs schriftelijke weg worden aangevraagd, meestal bij de lokale autoriteiten. Niet zelden staat het
stemmen per volmacht ook uitsluitend open voor bepaalde groepen kiezers (zoals personen
met een ziekte of handicap, of personen die afwezig zijn vanwege werk, opleiding of
verblijf in het buitenland) en/of na opgaaf van een reden6. Nederland is een uitzondering voor wat betreft de mogelijkheid van een onderhandse volmacht: die wordt verleend doordat de volmachtgever en de volmachtnemer beiden
de achterkant van de stempas van de volmachtgever invullen, zonder tussenkomst van
de autoriteiten.
Diverse ons omringende landen (zoals Duitsland en het Verenigd Koninkrijk) kennen
overigens juist ruimere mogelijkheden dan Nederland voor het stemmen per brief. Zoals
ik heb geschreven in mijn antwoord op de vragen 2 en 5, kleven er ook aan briefstemmen
de nodige nadelen.
Vraag 7
Is het u bekend dat de OVSE kritisch is over het systeem van stemmen per volmacht?
Wat is uw beoordeling van deze kritiek?
Antwoord 7
Ja. De OVSE, die overigens over het algemeen positief is over de wijze waarop de verkiezingen
in Nederland zijn geregeld, heeft al verschillende keren kritiek geleverd op de volmachtregeling
in Nederland7.
Ik constateer dat de volmacht in een grote behoefte voorziet: zoals opgemerkt, stemt
gemiddeld ca. 10% van de Nederlanders per volmacht. Uit onderzoek blijkt dat onderhandse
volmachtverlening in Nederland vooral plaatsvindt uit praktische overwegingen, aan
personen in de onmiddellijke nabijheid die men vertrouwt. Ook blijkt dat de volmacht
voor veel kiezers de enige manier is om te kunnen stemmen8. Het is dus zaak de risico’s van het stemmen per volmacht af te wegen tegen het gebruiksgemak
voor kiezers en het feit dat de volmacht een vangnet is voor degenen die anders niet
kunnen stemmen. In dat verband is van belang dat de wetgever het gebruik van het stemmen
per volmacht aan banden heeft gelegd, om het risico op misbruik te verkleinen. Zo
kan een kiezer niet meer dan twee volmachtstemmen uitbrengen, en moet hij de volmachtstem(men)
altijd tegelijk met zijn eigen stem uitbrengen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.