Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Lee over het bericht 'Miljoenen slimme meters ongeschikt voor energietransitie'
Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Miljoenen slimme meters ongeschikt voor energietransitie» (ingezonden 2 juni 2020).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 24 juni 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Miljoenen slimme meters ongeschikt voor energietransitie»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 4
Klopt het dat ruim vier miljoen slimme energiemeters niet in staat zijn om doorlopend
gegevens over het energieverbruik te versturen?
Klopt het dat er destijds geen eisen zijn gesteld rondom het doorlopend versturen
van gegevens door slimme energiemeters? Waarom zijn deze eisen niet gesteld?
Antwoord 2 en 4
Er is destijds, meer dan vijf jaar gelden, gekozen voor energieverbruikersdata uit
de slimme meter vanuit de zogeheten P-4 poort, die kwartierwaarden geeft en deze data
verstuurt aan de netbeheerder. Het op deze wijze uitlezen van de slimme meter voldoet
aan de wensen voor het gebruik van de data uit de slimme meter op dit moment. Inmiddels
zijn er nieuwe wensen aan de functionaliteit van de slimme meter ontstaan.
De netbeheerder leest de slimme meter uit en verstrekt de energieverbruikersdata een
dag later aan de energieleverancier of onafhankelijke dienstenaanbieder als deze daarom
vragen en ze toestemming daartoe hebben van de betreffende consument. De consument
kan de optie van het uitlezen van de slimme meter ook uit laten zetten door de netbeheerder
als dit om privacy-redenen toch gewenst is. De data uit de slimme meter worden dan
niet uitgelezen.
Een andere mogelijkheid is energieverbruikersdata vanuit de zogeheten P-1 poort (USB-poort).
Deze P-1 poort zit ook in de slimme meter en kan nagenoeg real-time data verstrekken indien de gebruiker dit wil. Hiertoe kan de gebruiker een hulpstuk
(energieverbruiksmanager) aan de P-1 poort van de slimme meter koppelen.
Het uitlezen van de kwartierwaarden zoals dat gebeurt komt tegemoet aan het gewenste
gebruik van data uit de slimme meter tot nu toe. Door onder andere de Energietransitie
is de vraag naar data uit de slimme meter verruimd naar het gebruik van real-time data. Op dit moment kijken de netbeheerders en het ministerie naar mogelijke opties
voor de toekomstige nieuwe toepassingen van de data uit de slimme meter. Hierbij is
het ook van belang om de bescherming van persoonsgegevens goed te borgen.
Vraag 3
Deelt u de analyse dat een doorlopend inzicht in het energieverbruik noodzakelijk
of in elk geval bevorderlijk is voor de energietransitie?
Antwoord 3
Inzicht in het energieverbruik is belangrijk voor de energietransitie. Inzicht in
het energieverbruik stimuleert het besparen van energie en draagt zo bij aan de energietransitie.
Vraag 5, 6 en 7
Waarom bent u niet bereid het recht op het gebruik van de frequentie voor de netbeheerders
te verlengen? Is het niet van algemeen belang dat de netbeheerders nog van deze frequentie
gebruik kunnen maken, los van de vraag of er destijds wellicht een inschattingsfout
is gemaakt door de netbeheerders?
Had deze situatie, waarin netbeheerders mogelijk hoge kosten moeten maken voor een
frequentieveiling of waarin hoge kosten moeten worden gemaakt om energiemeters te
vervangen, voorkomen kunnen worden?
Wat zijn mogelijke oplossingsrichtingen rondom de situatie die nu speelt met betrekking
tot slimme energiemeters?
Antwoord 5, 6 en 7
Bij een heruitgifte van de frequentieruimte zullen zo nodig voorzieningen worden getroffen
om de continuïteit van de slimme meters te borgen. De verwachting is dat eind 2020
een beleidsvoornemen over het gebruik van de frequentie in consultatie kan worden
gebracht. Er is nog niet besloten dat er een veiling komt.
In algemene zin hebben we de afgelopen jaren een snelle voortgang in de ontwikkeling
van telecom- en communicatietechnieken gezien. Evenals in de wensen voor het gebruik
van energieverbruikersdata uit de slimme meter voor de energietransitie.
Netbeheerders hebben bij de uitrol van de slimme meter verschillende keuzes gemaakt
welke communicatietechniek er werd gekozen. Zo heeft Enexis gekozen voor ontsluiting
van de slimme meter in hun verzorgingsgebied door middel van 4G-technologie via mobiele
telecomaanbieders.
Door Liander en Stedin is gekozen voor maken gebruik van de PAMR-frequentie, 450 MHz,
om slimme energiemeters op afstand uit te kunnen lezen. Dit is op basis van een frequentievergunning
die in 2005 via veiling is uitgegeven. Deze vergunning is technologieneutraal uitgegeven.
De keuze voor de in te zetten communicatietechnologie is aan degene die de frequentie
in gebruik heeft. In dit geval is door netbeheerders gekozen voor zo genoemde CDMA-technologie
(3G) bij het ontsluiten van slimme meters in hun verzorgingsgebied. De CDMA-technologie
is in inmiddels verouderd ten opzichte van bijvoorbeeld 5G, maar kan volgens de netbeheerders
nog steeds technologisch het gebruik van de slimme meters ondersteunen.
Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft in 2018 besloten om de frequentievergunning
met vier jaar te verlengen, tot en met 17 november 2024. Om Liander en Stedin meer
zekerheid te geven, heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat bij het
besluit tot verlengbaarheid uitdrukkelijk aangegeven dat bij een heruitgifte van de
frequentieruimte zo nodig voorzieningen zullen worden getroffen om de continuïteit
van de slimme meters te borgen.
Recent heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat laten onderzoeken hoe
dit gerealiseerd kan worden op een manier waarbij de frequentieruimte optimaal bruikbaar
is, ook voor andere marktpartijen. Dialogic heeft dit onderzoek uitgevoerd en de oplossingsrichtingen
in kaart gebracht.2 Zodra ook twee andere lopende onderzoeken naar de PAMR-frequentieband afgerond zijn,
kan beleid worden geformuleerd voor het gebruik van de band na 2024. Momenteel onderzoekt
ICT-adviesbureau Strict de bredere behoefte in de markt aan deze specifieke frequentieruimte.
Verder zal het Agentschap Telecom vanuit haar expertise adviseren over optimaal gebruik
van de frequentieband.
Hierna zal worden beslist over het toekomstig gebruik van de PAMR-frequentieband en
hoe die opnieuw wordt uitgegeven. Hier zullen alle overwegingen in worden meegenomen.
Vraag 8
Kunt u een toekomstbeeld schetsen? Welke energiemeters zijn er in 2030 geïnstalleerd
in Nederlandse gebouwen en hoe communiceren deze meters?
Antwoord 8
De ontwikkelingen op het gebied van digitalisering volgen elkaar snel op, ook in verband
met de slimme meters. Deze ontwikkelingen vormen een belangrijk aandachtspunt, voor
de netbeheerders en voor mij. Met de netbeheerders kijk ik naar de vereisten aan de
slimme meters in de toekomst. Slimme meters zijn op basis van de gestelde eisen zo
ingericht en ontworpen dat ze lang meegaan en beschikbaar zijn. Het is immers kostbaar
om deze meters frequent te gaan wisselen.
Op dit moment kijken de netbeheerders in overleg met het ministerie naar de wijze
waarop communicatie met de huidige generatie meters in ieder geval de komende jaren
doorgang kan vinden. Daarnaast worden door de netbeheerders en het ministerie gezamenlijk
de voorwaarden en eisen aan de volgende generatie slimme meters verzameld en vastgesteld,
zodat de slimme meter nog meer dan nu kan leiden tot energiebesparing en marktfacilitering.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.