Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Agnes Mulder over het bericht ‘NAM wil productiewater Schoonebeek injecteren in Drentse gasvelden’
Vragen van het lid Agnes Mulder (CDA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «NAM wil productiewater Schoonebeek injecteren in Drentse gasvelden» (ingezonden 17 juni 2020).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 23 juni 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «NAM wil productiewater Schoonebeek injecteren in Drentse gasvelden»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) voornemens is een deel van
het afvalwater dat vrijkomt bij de oliewinning in Schoonebeek te injecteren in lege
gasvelden in Zuidoost-Drenthe?
Antwoord 2
Het begrip «afvalwater» verdient in deze context toelichting. Het gaat om het terugbrengen
van water in de ondergrond dat ook afkomstig is uit de diepe ondergrond. Daarnaast
is dit meegeproduceerde water aangelengd met gecondenseerde stoom. Dit mengsel wordt
in voormalige gasvelden in Twente geïnjecteerd.
Een formeel voornemen om het productiewater in lege gasvelden in Drenthe te injecteren
is er nog niet. NAM heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, de provincie
Drenthe en betrokken gemeenten geïnformeerd dat zij binnenkort een Melding Voornemen
zal indienen bij het Mijnbouwloket om zo een vrijwillige milieueffectrapportage (m.e.r.)
-procedure te starten voor injectie in de regio Schoonebeek. Bij het schrijven van
deze beantwoording heb ik de melding nog niet ontvangen. De m.e.r.-procedure is een
aanloop naar de verplichte vergunningsaanvraag voor injectie. Een injectievergunning
wordt alleen verstrekt als injectie veilig kan en zonder vergunning mag er niet in
de ondergrond geïnjecteerd worden.
Vraag 3
Zijn er naast de gasvelden in Overijssel en Zuidoost-Drenthe nog andere (lege) gasvelden
waar de NAM overweegt afvalwater te injecteren?
Antwoord 3
NAM heeft mijn ministerie geïnformeerd dat zij het voornemen heeft om bestaande gaswinninglocaties
dichterbij Schoonebeek te gebruiken voor de injectie van het productiewater. Specifiek
gaat dit om de gasvelden bij Dalen, Oosterhesselen en Schoonebeek. Voor injectie in
deze velden moet NAM een vergunning aanvragen. Andere gasvelden worden op dit moment
niet door NAM overwogen.
Vraag 4
Wat is de reden dat de NAM extra capaciteit nodig heeft voor de opslag van het afvalwater?
Antwoord 4
Na de lekkage van de bovengrondse transportleiding van Schoonebeek naar Twente is
er door middel van een buis-in-buis constructie een nieuwe, kunststof transportleiding
aangelegd in 2016. Deze transportleiding is goed resistent tegen corrosie. Echter,
door de kleinere buisdiameter is de transportcapaciteit en daarmee de afvoer van het
productiewater beperkt. Dit heeft als gevolg dat de olieproductie in Schoonebeek niet
op volle capaciteit kan draaien. Om de olieproductie en de daarbij behorende werkgelegenheid
te behouden is aanvullende injectiecapaciteit wenselijk. Op dit moment is injectie
de beste manier om het productiewater te verwerken.
Vraag 5
Deelt u de mening dat voor het injecteren van afvalwater in Zuidoost-Drenthe een nieuwe
aanvraag noodzakelijk is en hiervoor een aparte vergunning en beoordeling aangevraagd
dient te worden? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Geen enkel bedrijf of persoon mag zonder vergunning water injecteren in de ondergrond.
Dit is wettelijk vastgelegd. Betreffende het voornemen van NAM om productiewater in
Drenthe te injecteren zal ook hier de reguliere vergunningsprocedure doorlopen moeten
worden. Dit houdt in dat er onder andere wordt beoordeeld of injectie veilig kan.
Additioneel zal NAM vrijwillig een milieueffectrapport opstellen. De provincie Drenthe,
de betreffende gemeentes en het Waterschap Vechtstromen worden hierbij betrokken.
De onafhankelijke commissie m.e.r. zal het milieueffectrapport beoordelen.
Vraag 6
Hoe kan het dat in Duitsland afvalwater al jaren gezuiverd en grotendeels hergebruikt
gebruikt met apparatuur van Nederlands fabricaat, maar dat dit in Nederland niet mogelijk
is?
Antwoord 6
Het is niet juist dat het productiewater in Duitsland in sterkere mate zou worden
gezuiverd en hergebruikt. Zowel in het Duitse gedeelte van het olieveld Schoonebeek
als in het Nederlandse gedeelte wordt stoom geïnjecteerd ter bevordering van de olieproductie.
In Nederland wordt de stoom van gezuiverd rioolwater gemaakt. In Duitsland worden
er verschillende bronnen voor de stoom gebruikt, waaronder een klein deel van het
productiewater dat vrijkomt bij de oliewinning. Dit productiewater wordt in beperkte
mate gescheiden tot water met stoomkwaliteit en een resterende waterstroom dat terug
in ondergrond wordt geïnjecteerd. Toepassing van deze methode in Nederland zou ook
leiden tot een reststroom die verder verwerkt moet worden door bijvoorbeeld injectie.
Vraag 7
Kunt u de kosten en baten zowel voor het milieu als financieel tussen het Duitse en
Nederlandse systeem in kaart brengen?
Antwoord 7
In de evaluatie uit 2016 zijn diverse varianten van de verwerking van het Schoonebeekse
productiewater vergeleken op milieu en economische aspecten. Ook het Duitse systeem
bij Emlichheim is bekeken2. Het Duitse systeem is vergelijkbaar met het Nederlandse systeem (zie ook het antwoord
op vraag 6). Tot op zekere hoogte is het Duitse systeem vergelijkbaar met het derde
alternatief dat is onderzocht in de evaluatie uit 2016. Voor inzichten in de kosten
en baten van de milieu en economisch aspecten verwijs ik naar het eindrapport van
deze evaluatie3.
Vraag 8
Wat is de risico van het injecteren van afvalwater in gasputten die liggen op een
breuklijn voor het aantal aardbevingen en de zwaarte hiervan? In hoeverre is dit onderzocht
voor de gasvelden die de NAM op het oog heeft? Wat is het oordeel van de Staatstoezicht
op de Mijnen (SodM) op de aanvraag van de NAM?
Antwoord 8
Het seismisch risico van injectie is onderzocht voor de velden waarvoor een vergunning
is verleend. Voor de gasvelden in Twente is het onwaarschijnlijk dat er aardbevingen
zullen optreden als gevolg van de injectie. Ook is er een uitgebreid seismisch risicoprotocol
door NAM opgesteld wat onder toezicht van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) tot
stand is gekomen. Deze rapporten en het protocol zijn beschikbaar via de website van
NAM4. Voor de gasvelden in Drenthe die NAM op het oog heeft voor toekomstige injectie
moet een vergelijkbaar onderzoek naar het seismisch risico worden uitgevoerd en tevens
een seismisch risicoprotocol worden opgesteld. Zodra NAM de aanvraag heeft ingediend
en de genoemde rapporten heeft opgeleverd zal SodM hierover advies uitbrengen. Dit
is onderdeel van het vergunningsproces.
Vraag 9
Kunt u deze vragen voor het algemeen overleg Mijnbouw/Groningen van woensdag 24 juni
2020 beantwoorden?
Antwoord 9
Ja, bij deze.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.