Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Karabulut, Van Ojik en Ploumen over de Nederlandse kernwapentaak en de Duitse kernwapendiscussie
Vragen van de leden Karabulut (SP), Van Ojik (GroenLinks) en Ploumen (PvdA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de Nederlandse kernwapentaak en de Duitse kernwapendiscussie (ingezonden 3 juni 2020).
Antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) en Minister Bijleveld-Schouten (Defensie)
(ontvangen 23 juni 2020).
Vraag 1, 2, 3 en 4
Kunt u naar aanleiding van het vrijgeven van Amerikaanse archieven over kernwapenpolitiek
bevestigen dat Nederland in 1961 akkoord ging met de kernwapentaken die de Amerikaanse
regering vastgesteld had? Zo ja, zijn er nog meer documenten, bijvoorbeeld in Nederlands
bezit, die dit document bevestigen?1
Kunt u een overzicht geven van de oefeningen die de eventualiteit van atoominzet hebben
geoefend die Nederland atoomwapens zou moeten inzetten? Zo nee, waarom niet?
Kunt u daarbij een onderscheid maken tussen bestuurlijke oefeningen, het doen besluiten
tot de inzet van kernwapens en van militaire oefeningen? Om welk atoomwapen of welke
atoomwapens, van de toen zes atoomtaken, ging het daarbij? Zo nee, waarom niet?
Kunt u daarbij ook een onderscheid maken tussen de inzet in geval van een aanval op
de Verenigde Staten (VS) zelf als ook elders in de wereld?
Antwoord 1, 2, 3 en 4
Nederland heeft binnen de NAVO een kernwapentaak, een bondgenootschappelijke verplichting
die Nederland al meer dan 55 jaar op zich neemt. Sinds 1961, en met name sinds het
einde van de Koude Oorlog, zijn afspraken en besluitvormingsprocedures aangepast.
Met de kernwapentaak is op dit moment één squadron F-16’s belast. Over afspraken en
procedures voor nucleaire besluitvorming en uitvoering van de kernwapentaak kunnen,
op grond van bondgenootschappelijke en juridisch bindende afspraken, geen mededelingen
worden gedaan. Overwegingen van veiligheid liggen hieraan ten grondslag. Zoals gesteld
in de beantwoording van eerdere Kamervragen,2 vindt alle besluitvorming binnen de NAVO plaats op basis van unanimiteit, waarbij
altijd sprake is van strikte politieke controle door de NAVO-bondgenoten. Dit betekent
dat ook bij nucleaire besluitvorming binnen de NAVO altijd de instemming van Nederland
(en alle andere bondgenoten) vereist is.
De kernwapentaak die Nederland vervult binnen de NAVO levert een bijdrage aan de bescherming
en verdediging van het gehele NAVO-bondgenootschap. Binnen de NAVO wordt geen onderscheid
gemaakt tussen een aanval op de VS en een aanval op een andere NAVO-bondgenoot.
Het beoefenen van nucleaire scenario’s, op alle niveaus, teneinde de effectiviteit,
veiligheid en beveiliging van nucleaire wapens te garanderen, heeft binnen NAVO altijd
plaatsgevonden en vindt ook nu nog plaats. Over de aard en omvang van deze oefeningen
kunnen eveneens onder de geldende bondgenootschappelijke afspraken geen mededelingen
worden gedaan.
Vraag 5
Kunt u tevens bevestigen dat in 1965 door middel van een brief werd voorgesteld om
Amerikaanse atoombommen op het vliegkampschip Karel Doorman ter beschikking te stellen?3
Antwoord 5
De brief die wordt beschreven in dit artikel, ziet op correspondentie tussen de Verenigde
Staten en het Verenigd Koninkrijk over de opslag van wapens voor onderzeebootbestrijding,
eventueel bedoeld voor vliegkampschip Hr.Ms. Karel Doorman. Nederland doet geen uitspraken
over het beleid van bondgenoten.
Vraag 6, 7 en 8
Is het beleid zoals in 1961 vastgesteld ooit opgeheven of veranderd? Zo ja, wanneer
was dat?
Hoe verhouden deze afspraken in de thans vrijgegeven documenten zich tot uw antwoord
in Kamervragen dat bij nucleaire besluitvorming altijd instemming is vereist binnen
de NAVO?4
Wat zijn de actuele afspraken tussen de VS en Nederland over het gebruik van de B-61-11
die ter beschikking zijn van de Nederlandse F-16’s?
Antwoord 6, 7 en 8
Zoals hierboven aangegeven kunnen, op grond van bondgenootschappelijke en juridisch
bindende afspraken, geen mededelingen worden gedaan over aantallen en locaties van
in Europa aanwezige Amerikaanse kernwapens, noch over afspraken en procedures voor
nucleaire besluitvorming en uitvoering van de kernwapentaak. Overwegingen van veiligheid
liggen hieraan ten grondslag.
Zoals gesteld in de beantwoording van de Kamervragen genoemd onder vraag 7, vindt
alle besluitvorming binnen de NAVO plaats op basis van unanimiteit, waarbij altijd
sprake is van strikte politieke controle door de NAVO-bondgenoten. Dit betekent dat
ook bij nucleaire besluitvorming binnen de NAVO altijd de instemming van Nederland
(en alle andere bondgenoten) vereist is.
Vraag 9
Hebt u kennisgenomen van de discussie in de Duitse regering over de Duitse atoomtaak
en dat de woordvoerder in de Duitse Bondsdag voor regeringspartij SPD, Rolf Mützenich,
een einde wil maken aan de Duitse verplichting om mee te doen aan de atoomafschrikking?5
Antwoord 9
Wij hebben inderdaad kennisgenomen van de uitspraken van de heer Mützenich hierover.
Vraag 10
Deelt u de analyse van Mützenich dat het risico op escalatie met deze Amerikaanse
regering bestaat om niet alleen kernwapens voor afschrikking te gebruiken maar ook
als aanvalswapen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Nee. Zowel de Amerikaanse Nuclear Posture Review als de bondgenootschappelijke Deterrence
and Defence Posture Review stellen dat het doel van kernwapens de afschrikking van
agressie is, niet militaire inzet.
Vraag 11
Bent u bereid met de Duitse regering in contact te treden om het vraagstuk van Amerikaanse
kernwapens in Europa samen op te pakken en tot een einde te brengen? Zo ja, op welke
wijze hebt u dat gedaan of zult u dat doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11
Zoals gesteld in de Tussenrapportage Geïntegreerde Buitenland- en Veiligheidsstrategie6 zal het kabinet samen met de VS en andere bondgenoten eventuele kansen identificeren
voor het verwijderen van Russische en Amerikaanse sub-strategische kernwapens uit
Europa. Om daadwerkelijk bij te dragen zullen ontwapeningsstappen volledig, wederzijds,
verifieerbaar en onomkeerbaar moeten zijn. Het New START wapenbeheersingsverdrag met
haar effectieve verificatiemechanisme vormt het aangewezen vehikel voor zulke stappen
tussen Rusland en de VS; Nederland zal zich inzetten voor het verlengen van dit verdrag
om onderhandelingen over ambitieuzere vervolgstappen mogelijk te maken.
Vraag 12 en 13
Wat is uw reactie op de visie van de Amerikaanse ambassadeur in Polen dat de Amerikaanse
kernwapens die in Duitsland liggen in Polen kunnen worden gestationeerd? Kunt u dat
toelichten?7
Deelt u de opvatting van de Russische regering dat plaatsing van atoomwapens in de
landen die ooit lid waren van het Warschau Pact, de nieuwe NAVO-landen, in strijd
is met de overeenkomst uit 1997 tussen Rusland en de NAVO, NATO-Russia Founding Act?8 Zo nee, waarom niet? Zo ja, wilt u er bij de Amerikaanse regering op aandringen dit
nooit te doen? Kunt u dat toelichten?
Antwoord 12 en 13
In de NAVO-Rusland Founding Act (1997) hebben NAVO-bondgenoten gesteld dat ze geen
intentie, geen plan en geen reden hebben om nucleaire wapens op het grondgebied van
nieuwe NAVO-bondgenoten te stationeren. Weliswaar heeft Rusland inmiddels de waarden,
principes en committeringen geschonden die de basis vormen voor de relatie tussen
de NAVO en Rusland (zoals uiteengezet in de NAVO-Rusland Founding Act en de Verklaring
van Rome van 2002), maar NAVO-bondgenoten hebben in het Communiqué van de NAVO-Top
in Brussel in 2018 herhaald dat het bondgenootschap zijn internationale verplichtingen
wel nakomt. Het plaatsen van kernwapens op het grondgebied van de nieuwe NAVO-bondgenoten
is dan ook niet aan de orde.
Vraag 14
Bent u bereid in Europa met alle relevante landen contact op te nemen om initiatieven
te nemen die leiden tot de-escalatie en vermindering van kernwapengevaar in Europa?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?
Antwoord 14
Conform de motie Van Ojik/Karabulut9 en de Nederlandse inzet inzake nucleaire risicobeperking10 werkt Nederland samen met NAVO bondgenoten om de-escalatie mogelijk te maken en nucleaire
risico’s te anticiperen en waar mogelijk te beperken. Dit doet Nederland door samen
met NAVO-bondgenoten gebalanceerd en proportioneel te reageren op de groeiende dreiging
van Russische raketten en kruisvluchtwapens (met name sinds de Russische productie
en introductie van het SSC-8 grondgelanceerde kruisvluchtwapen, wat heeft geleid tot
de teloorgang van het INF-verdrag), en daarbij het belang te onderstrepen van de combinatie
van druk en dialoog met Rusland. Bovendien werkt Nederland samen met NAVO-bondgenoten
om nucleaire risicobeperking binnen het bondgenootschap verder vorm te geven.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.