Schriftelijke vragen : De Grieks-Nederlandse samenwerking ter verbetering van de situatie van alleenstaande minderjarige asielzoekers in Griekenland
Vragen van de leden Groothuizen (D66), Voordewind (ChristenUnie) en Jasper van Dijk (SP) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de Grieks-Nederlandse samenwerking ter verbetering van de situatie van alleenstaande minderjarige asielzoekers in Griekenland (ingezonden 19 juni 2020).
Vraag 1
Kunt u een actuele stand van zaken geven met betrekking tot de voortgang van het Grieks-Nederlands
initiatief dat is gericht op de spoedige realisatie van de opvang van Alleenstaande
Minderjarige Asielzoekers (AMA’s) in Griekenland en het oprichten van een Grieks voogdijsysteem
voor deze asielzoekers?
Vraag 2
Kunt u middels een tijdlijn specifiek en concreet uiteenzetten welke stappen aan zowel
Nederlandse als aan Griekse zijde zijn gezet sinds de bekendmaking van het initiatief
op 7 mei j.l.?1
Vraag 3
In hoeverre zijn er al concrete resultaten bereikt?2 Zo ja, welke?
Vraag 4
Wie zijn de partners in het Memorandum of Understanding (MoU) dat vandaag is bekrachtigd?3 Wat zijn de afspraken in het MoU? Ziet dat MoU op de activiteiten van de Jeugdbescherming
voor Vluchtelingen (NIDOS) ter ondersteuning van het opzetten van een Grieks voogdijsysteem,
op de opvangvoorziening voor AMA’s en/of op de begeleiding van AMA’s tijdens en na
de asielprocedure? Zo nee, waar worden afspraken over deze zaken dan vastgelegd?
Vraag 5
Wanneer worden de eerste 48 AMA’s overgebracht naar een opvangvoorziening, verwijzend
naar uw Kamerbrief van 7 mei jl., waarin u aankondigde dat «op korte termijn 48 AMA’s
veilige opvang op het Griekse vasteland [wordt] geboden»?4 Achten u en uw Griekse collega’s dit nog steeds haalbaar? Zo nee, waarom niet en
wanneer verwacht u dan dat de eerste AMA’s kunnen worden overgeplaatst?
Vraag 6
Zijn er al AMA’s geselecteerd voor de opvangvoorzieningen? Zo nee, wanneer gaat dit
gebeuren?
Vraag 7
Hoe verloopt het contact met de potentiele partner (NGO) voor het voogdijprogramma
en het openen van opvangvoorzieningen voor AMA’s? In hoeverre is er op dit moment
één concrete partij (NGO) in beeld die de verantwoordelijkheid zal krijgen voor het
opzetten en organiseren van deze opvangvoorzieningen, het opzetten van het voogdijprogramma
en de begeleiding van AMA’s? Zijn er op dit punt nog twistpunten? Zo ja, welke en
wanneer verwacht u dat deze zijn opgelost?
Vraag 8
Hoe verloopt het contact met de Griekse regering, en in het bijzonder met de speciaal
aangestelde ambassadeur voor AMA’s, hetNational Center for Social Solidarity (EKKA), het Griekse Ministerie van Migratie, het Griekse Ministerie van Sociale Zaken
en de decentrale overheden?
Vraag 9
Is er al financiering voor het initiatief vanuit het Rijk overgemaakt naar Griekenland?
Zo ja, hoeveel en naar welke partij? Kunt u een overzicht geven welke bedragen reeds
zijn uitgegeven en waaraan?
Vraag 10
Welke knelpunten zijn er op dit moment verder nog? Kunt u toelichten wat de oorzaak
is van deze knelpunten en hoe u die van plan bent op te lossen?
Vraag 11
Welke invloed heeft het overhevelen van de verantwoordelijkheid van het Griekse AMA
programma van EKKA naar het Griekse Ministerie van Migratie volgens u op het Grieks-Nederlandse
initiatief? In hoeverre verandert dit nog zaken? Kunt u uw antwoord uitgebreid toelichten?5
Vraag 12
Kunt u bevestigen dat er al sinds 2014 een NGO is die met NIDOS samenwerkt in de vorm
van een Grieks voogdijprogramma voor AMA’s?6 Zo ja, waarom is er niet voor gekozen aan te sluiten bij deze samenwerking en in
plaats daarvan een heel nieuw programma op te richten? Zo nee, hoe zit dit dan precies?
Vraag 13
Kunt u deze binnen 1 week beantwoorden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Groothuizen, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
J.S. Voordewind, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.