Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kerstens over een bonus voor zorgverleners
Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Ministers van Financiën en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over een bonus voor zorgverleners (ingezonden 27 mei 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
Minister van Financiën (ontvangen 18 juni 2020).
Vraag 1 t/m 3
Herinnert u zich dat de Tweede Kamer al op 19 maart jongstleden heeft aangedrongen
op een bonus voor alle zorgverleners1 en dat inmiddels meer dan twee maanden zijn verstreken? Begrijpt u dat het feit dat
betrokkenen nog steeds niet weten «hoe en wat» tot toenemende onvrede bij hen leidt
en het gevoel dat ze onvoldoende worden gewaardeerd, versterkt?2
Wilt u het net zover laten komen als in België, waar de premier door zorgverleners
demonstratief de rug werd toegekeerd?3
Bent u bereid nu op zeer korte termijn helderheid te verschaffen over de hoogte van
bedoelde bonus en deze snel tot uitbetaling te laten komen aan alle zorgverleners?
Antwoord 1 t/m 3
De mensen in de zorg hebben de afgelopen maanden een buitengewone prestatie geleverd.
Net als uw Kamer wil het kabinet dat er een financiële vorm van waardering komt voor
de zorgverleners die zich de afgelopen tijd zo ongelofelijk hard hebben ingespannen.
We zijn daartoe bezig te onderzoeken hoe die waardering eruit moet komen te zien.
Zoals ik tijdens het debat van 4 juni 2020 over het coronavirus al met u heb gedeeld
is de uitwerking van vorm en inhoud van de bonus echt een ingewikkelde klus. Wat ons
betreft moet die beloning rechtvaardig, evenwichtig en goed uitvoerbaar zijn. Daarom
vinden we het belangrijk om de vakbonden en zorgwerkgevers goed te betrekken. Hiertoe
hebben we, zoals ik u in het nota-overleg care van 15 juni 2020 gemeld heb, een onafhankelijke
verkenner benoemd. Deze verkent met vakbonden en zorgwerkgevers hoe deze beloning
nader vorm en inhoud kan worden gegeven.
Ik hoop de Kamer en vooral de mensen in de zorg over enkele weken te kunnen melden
hoe de beloning er uit gaat zien.
Vraag 4
Deelt u de mening dat zorgverleners ook structureel beter zouden moeten worden beloond?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u dan bereid daar extra geld voor uit te trekken?
Antwoord 4
Werknemers in de zorg doen belangrijk en verantwoordelijk werk. Daar mag, of beter
gezegd, daar moet ook een fatsoenlijke beloning tegenover staan.
Om een concurrerende salarisontwikkeling mogelijk te maken, stel ik jaarlijks de overheidsbijdrage
in de arbeidskostenontwikkeling beschikbaar. Voor 2020 bedraagt deze bijdrage ongeveer
€ 1,1 miljard. De beschikbare arbeidsvoorwaardenruimte vertaalt zich uiteindelijk
in de cao’s die in de sector worden afgesloten. De afgelopen periode zijn goede cao’s
afgesloten. Bijvoorbeeld bij de ziekenhuizen (loonsverhoging van 5% in per 1 januari
2020) en bij de VVT (loonverhoging van 3,5% per 1 juni 2020). In meerjarig perspectief
zie je ook terug dat de loonstijgingen in de zorg in de pas lopen met die in de markt
en overheid.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede namens
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.