Nota n.a.v. het (nader/tweede nader/enz.) verslag : Nota naar aanleiding van het verslag
35 470 XVI Jaarverslag en slotwet Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2019
Nr. 7
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG
Ontvangen 12 juni 2020
Vraag 1
Deze leden lezen in het jaarverslag en in de memorie van toelichting dat de Rijksbijdrage
Wlz € 3.050,0 miljoen bedraagt. Hoeveel verwacht de Minister voor de Rijksbijdrage
Wlz te reserveren voor de aankomende begrotingen?
Antwoord:
In het jaarverslag en de slotwet 2019 komt de rijksbijdrage Wlz uit op € 1.950,0 miljoen.
In de begroting 2020 is voor de rijksbijdrage Wlz voor het jaar 2020 een raming opgenomen
van € 3.050 miljoen. Dat bedrag loopt in die begroting op via € 3.700 in 2021 naar
€ 7.250 miljoen in 2023. De Rijksbijdrage Wlz heeft louter als doel om het saldo in
het Fonds Langdurige Zorg op (naar verwachting) nul te laten sluiten, maar heeft geen
materieel effect.
Vraag 2
De leden van de SP-fractie lezen in de toelichting dat de Belastingdienst in 2019
in totaal € 5,6 miljard betaald heeft aan voorschotten zorgtoeslag en nabetaling voor
de definitieve tegemoetkomingen oude jaren en dat dit leidt tot een bijstelling van
€ 0
Antwoord:
In kalenderjaar 2019 is er € 5,5 mld betaald en € 0,6 mld ontvangen aan zorgtoeslag.
Die € 5,5 mld is als volgt opgebouwd:
voorschot januari 2020, betaald in december 2019
460 mln
voorschot 2019
4.622 mln
nabetalingen over 2018
334 mln
nabetalingen over 2017
82 mln
nabetalingen over 2016
12 mln
nabetalingen over 2015
4 mln
nabetalingen over 2014
2 mln
nabetalingen over 2013
0,6 mln
Totaal
5.516,6 mln
In de fase van definitieve toekenning blijft voor 63–65% van de zorgtoeslag-aanvragers
het bedrag ongewijzigd. Over toeslagjaar 2017 en 2018 heeft circa 16% te maken met
een nabetaling van gemiddeld € 260 en circa 18% met een terugvordering van gemiddeld
€ 360.
De maximale tegemoetkoming (2018) is voor een alleenstaande € 1.139 resp. € 2.121
voor een 2p-huishouden. In individuele gevallen kan de nabetaling/vordering oplopen
tot dit bedrag. In uitzonderlijke situaties kan er cumulatie over meerdere jaren ontstaan.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge
De Minister voor Medische Zorg,
M.J. van Rijn
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
M.J. van Rijn, minister voor Medische Zorg