Schriftelijke vragen : Het bericht dat het RIVM geen richtlijnen wil opleggen voor vliegverkeer
Vragen van het lid Asscher (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat het RIVM geen richtlijnen wil opleggen voor vliegverkeer (ingezonden 9 juni 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «RIVM-experts: kans dat iemand heel vliegtuig besmet
is buitengewoon klein»?1
Vraag 2
Kunt u aangeven op basis van welk wetenschappelijk onderzoek de aanname wordt gedaan
dat de kans heel klein is dat personen elkaar in een vliegtuig besmetten? Is het waar
dat dit zich nog nooit heeft voorgedaan zoals het hoofd Infectieziektenbestrijding
van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) stelt?
Vraag 3
Kent u het artikel «Here’s how coronavirus spreads on a plane- and the safest place to sit»?2 Wat is uw reactie op de bevindingen in dit artikel, gezien het ontbreken van regels
in vliegtuigen die elders wel gelden?
Vraag 4
Waarom zijn wel verplichtende maatregelen van kracht als het gaat om afstand houden
en gebruik van beschermende middelen in het openbaar vervoer, restaurants en theaters,
maar niet in vliegtuigen?
Vraag 5
Welke gevolgen kan het feit dat ruim 98% van de virusdragers geen symptomen heeft,
hebben voor de verspreiding van het virus ten gevolge van vliegreizen?
Vraag 6
Spelen ook economische argumenten mee om bij het reizen per vliegtuig geen richtlijnen
op te leggen? Zo ja, waarom? Zo nee, welke argumenten heeft u dan om dit niet op te
leggen?
Vraag 7
In hoeverre laat het RIVM zich bij het opstellen van richtlijnen en adviezen (mede)
leiden door economische motieven? Deelt u de mening dat het RIVM zich alleen op wetenschappelijk
onderzoek dient te baseren? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Kunt u aangeven waarom er bij het reizen met vliegtuigen vanuit wordt gegaan dat mensen
met (lichte) klachten thuisblijven, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de horeca en
culturele sector waar wel regels zijn opgelegd? Vanwaar dit verschil?
Vraag 9
Acht u het mogelijk dat een klein risico op verspreiding van het virus in een vliegtuig
toch een groot risico betekent, gezien de vele duizenden passagiers die via Schiphol
– en andere vliegvelden – reizen en zich verspreiden over Nederland?
Vraag 10
Bent u van mening dat wanneer luchtvaartmaatschappijen de regels voor social distancing niet kunnen garanderen, mensen die op een Nederlandse luchthaven landen twee weken
in quarantaine moeten? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
In hoeverre is «indammen van het virus» nog mogelijk wanneer blijkt dat mensen toch
besmet raken in een vliegtuig?
Vraag 12
Deelt u de mening dat als de strategie is om het virus zoveel mogelijk te controleren/indammen,
er ook maatregelen voor het vliegverkeer moeten worden opgelegd? Zo nee, waarom niet?
Vraag 13
Bent u bereid om deze vragen binnen twee weken te beantwoorden, gezien de naderende
zomervakantie?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Paternotte,
Diertens (beiden D66) en Bruins (ChristenUnie), ingezonden 5 juni 2020 (vraagnummer
2020Z10218).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
L.F. Asscher, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.