Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Slootweg en Van den Berg over het effect van het verbod op plastic rietjes op mensen met een beperking
Vragen van de leden Slootweg en Van den Berg (beiden CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het effect van het verbod op plastic rietjes op mensen met een beperking (ingezonden 27 februari 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (ontvangen 5 juni 2020). Zie ook
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2137.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Verbod op plastic rietjes is ramp voor mensen
met een beperking»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat voor mensen met bijvoorbeeld spasmen, drinken via een plastic rietje
de enige methode is waarop men dat zelfstandig kan doen, omdat er geen bruikbare alternatieven
zijn?
Antwoord 2
Sommige mensen met een beperking, waaronder bijvoorbeeld mensen met spasmen, gebruiken
inderdaad plastic rietjes om zelfstandig te kunnen drinken. Dit is nodig vanwege specifieke
eigenschappen die plastic rietjes wel hebben en andere typen rietjes niet. Voorbeelden
zijn: de flexibiliteit, zachtheid, buigzaamheid (tussenstuk), afknipbaarheid, schoonmaakbaarheid.
Er zijn op dit moment alternatieven voor plastic rietjes op de markt, gemaakt van
andere materialen zoals riet, papier, siliconen. Deze materialen hebben echter nog
niet deze genoemde gewenste eigenschappen die plastic rietjes wel bezitten. Op dit
moment lijkt er nog geen alternatief voor bepaalde specifieke toepassingen van plastic
rietjes.
Vraag 3
Is bij het aangekondigde verbod op productie en verkoop van plastics voor eenmalig
gebruik per 1 januari 2021, vanuit Europa gesproken over de gevolgen voor mensen met
een beperking?2
Antwoord 3
De Europese Unie (EU) wil wegwerpplastic verminderen. Door de Europese Commissie is
hiervoor een richtlijn gemaakt: de Europese Single Use Plastic richtlijn (SUP-richtlijn).
In deze SUP-richtlijn is onder andere opgenomen dat er in 2021 een verbod komt op
bepaalde plastic wegwerpproducten, waaronder rietjes.
Alle EU-lidstaten moeten deze richtlijn implementeren in hun nationale wetgeving.
Hiertoe stelt het kabinet een algemene maatregel van bestuur (AMvB) op: het Besluit
Kunststofproducten voor eenmalig gebruik. Voor de zomer van 2020 kan iedereen reageren
op de concept AMvB via een internetconsultatie. De nieuwe wetgeving gaat in op 1 juli
2021.
De richtlijn is in hoog tempo tot stand gebracht. Voorafgaand aan de richtlijn heeft
wel de gebruikelijke consultatie door de Europese Commissie plaatsgevonden en is met
stakeholders gesproken. In Nederland is dit specifieke punt niet aan de orde geweest
bij de inbreng voor de richtlijn, mede omdat de uitzondering voor medisch gebruik
al geborgd werd.
Vraag 4
Deelt u de mening dat wanneer deze rietjes niet meer geproduceerd en ter beschikking
worden gesteld aan mensen met een beperking die ervan afhankelijk zijn, ze aan zelfstandigheid
en daardoor aan kwaliteit van leven inboeten?
Antwoord 4
Mensen met een beperking, waaronder bijvoorbeeld mensen met spasmen, moeten zoveel
mogelijk naar eigen wens en vermogen kunnen meedoen in de maatschappij. Dit gaat uiteraard
ook over het zelfstandig kunnen eten en drinken. Op dit moment maakt een aantal mensen
met een beperking hiervoor gebruik van plastic rietjes. Deze mensen moeten ook na
de invoering van het verbod op wegwerpplastic de mogelijkheid behouden om zelfstandig
te kunnen drinken.
Vraag 5, 7, 8
Begrijpt u de weerzin van deze doelgroep tegen een uitzonderingsmaatregel of beschikbaarstelling
via een zorgconstruct, waardoor iemand gaat bepalen of men wel in voldoende mate beperkt
is en hoeveel rietjes men dan mag hebben?
Bent u bereid om in de wet een uitzondering te maken voor plastic rietjes, mocht er
niet op tijd een bruikbaar alternatief zijn voor het plastic rietje?
Mocht u geen uitzondering op de wet te willen maken, op welke wijze wilt u de beschikbaarheid
van plastic rietjes voor de doelgroep dan organiseren?
Antwoord 5, 7, 8
De EU SUP-richtlijn biedt een uitzondering voor het beschikbaar stellen van plastic
rietjes na 1 juli 2021. Het verbodsartikel geldt voor «rietjes, tenzij die binnen
het toepassingsgebied van Richtlijn 90/385/EEG of Richtlijn 93/42/EEG vallen». Deze
richtlijnen gaan over medische hulpmiddelen. Hiermee wordt een uitzondering gemaakt
voor het gebruik van rietjes voor medische doeleinden.
In de AmvB Kunststofproducten voor eenmalig gebruik wordt die uitzondering uiteraard
overgenomen, aangezien het om zuivere implementatie van de EU-richtlijn gaat.
Ik ben in overleg met belangenorganisaties over de behoefte die bij mensen met een
beperking bestaat en welke uitzonderingsmogelijkheden de richtlijn biedt. Het Ministerie
van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is daarbij ook aangehaakt.
De wens om die uitzondering zoveel mogelijk buiten een zorgconstruct te houden ken
ik en begrijp ik. We zullen (met de mensen om wie het gaat) bekijken of dit mogelijk
is.
Vraag 6
Bent u bereid om een overleg te organiseren tussen de doelgroep die vanwege hun beperking
afhankelijk is van een plastic rietje en de fabrikanten om bruikbare alternatieven
te bespreken en te organiseren?
Antwoord 6
Ik ben bereid (samen met het Ministerie van IenW) om zo’n overleg te organiseren om
te onderzoeken welke alternatieve mogelijkheden er zijn.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede namens
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.