Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Alkaya en Van Kent over de toepassing van werktijdverkorting en de economische gevolgen van de coronacrisis
Vragen van de leden Alkaya en Van Kent (beiden SP) aan de Ministers van Financiën en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de toepassing van werktijdverkorting en de economische gevolgen van de coronacrisis (ingezonden 16 maart 2020).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 5 juni
2020)
Vraag 1, 2, 3, 4
Kunt u de laatste stand van zaken geven ten aanzien van het aantal keren dat werktijdverkorting
is aangevraagd?
Klopt het dat het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) in Eindhoven
alle aanvragen voor werktijdverkorting gaat behandelen? Zo nee, hoe worden deze aanvragen
dan verwerkt?
Is er voldoende capaciteit beschikbaar om het aantal aanvragen snel te kunnen beoordelen,
ook wanneer het aantal aanvragen snel blijft oplopen? Kunt u uw antwoord toelichten?
Klopt het dat ondernemers wel zes weken moeten wachten alvorens zij uitbetaald krijgen?
Zo ja, bent u bereid alles in het werk te stellen om deze termijn te verkorten? Zo
nee, hoe lang duurt dit dan wel?
Antwoord 1, 2, 3, 4
De wtv-regeling was niet berekend op het ongekende grote beroep dat op de regeling
gedaan werd. Daarom is besloten om de wtv-regeling in te trekken, en te werken aan
de invoering en openstelling van de nieuwe tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW). Deze regeling maakt het mogelijk om werkgevers sneller tegemoet te komen,
omdat er gewerkt zal worden aan de hand van voorschotten. De regeling wordt uitgevoerd
door UWV en maakt het mogelijk om sneller aan meer aanvragen te voldoen dan bij de
wtv-regeling het geval was. Reeds ingediende wtv-aanvragen bij UWV zijn beschouwd
als ingediende aanvragen voor de nieuwe regeling. Op het moment dat de website dinsdagochtend
17 maart 2020 offline is gegaan waren er 54.022 aanvragen voor werktijdverkorting.
Inmiddels hebben meer dan 130.000 werkgevers een aanvraag ingediend voor de NOW.
Vraag 5
Komt de uitvoering van andere werkzaamheden van het UWV, waaronder het tijdig overmaken
van mensen hun uitkering, onder druk te staan? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 5
Het uitvoeren van de NOW en de Tofa vraagt veel van het UWV. Het kabinet heeft grote
waardering voor de wijze waarop het UWV deze nieuwe taken oppakt. Naast de maatregelen
in het kader van het noodpakket heeft het UWV ook reguliere werkzaamheden, waaronder
het tijdig overmaken van uitkeringen. De stijging in het aantal WW-aanvragen is daarvoor
een eigenstandige uitdaging. Op dit moment worden WW-uitkeringen tijdig uitgekeerd,
maar het kabinet houdt de vinger aan de pols.
Vraag 6, 7
Wat is uw reactie op de opmerking van de Minister van Economische Zaken dat de ruim
1 miljoen zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers) niet hoeven te rekenen op compensatie
voor hun inkomensterugval omdat zij daar «ook een beetje zelf voor gekozen» hebben?1
Onderschrijft u de uitspraken van de Minister van Economische Zaken of bent u wel
van plan om mensen met een onzeker inkomen – waaronder zzp’ers – te compenseren voor
de terugval in inkomen vanwege de coronacrisis? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 6, 7
Om ervoor te zorgen dat mensen in staat zijn deze moeilijke periode te overbruggen,
heeft het kabinet het noodpakket banen en economie ingevoerd. Door de maatregelen
die we nemen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan, derven veel zelfstandigen
noodgedwongen inkomsten. Met de Tozo is het kabinet ook deze groep tegemoetgekomen.
Ik onderschrijf daarom ook woorden die de Minister van Economische Zaken en Klimaat
uitsprak tijdens het debat over de actuele ontwikkelingen rondom het coronavirus:
«Die zzp'ers hebben nu een plaats in dat pakket. Dat is ook bedoeld, dat is ook verdiend,
dat is ook verstandig».
Uw Kamer heeft met de motie Gijs van Dijk c.s. ook aandacht gevraagd voor de groep
werknemers met een oproep- of uitzendcontract die buiten de WW of de bijstand vallen.2 In mijn brief van 20 mei heb ik u op de hoogte gesteld van de mogelijkheden voor
een vangnet voor deze groep.3
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.