Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Yesilgöz–Zegerius over het bericht ‘Zussen kroongetuige Nabil B. halen uit: ‘Arrestatie Taghi voor ons te laat’
Vragen van het lid Yesilgöz-Zegerius (VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Zussen kroongetuige Nabil B. halen uit: «Arrestatie Taghi voor ons te laat»» (ingezonden 22 april 2020).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 4 juni 2020).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2772.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Zussen kroongetuige Nabil B. halen uit: «Arrestatie
Taghi voor ons te laat»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Herkent u het beeld dat door de zussen van kroongetuige Nabil B. wordt geschetst dat
er vooraf aan de getuigenis geen veiligheidsplan was opgesteld om de familie van de
kroongetuige zo veilig mogelijk te houden? Zo ja, kunt u een toelichting geven van
de gang van zaken? Zo nee, wat was de situatie volgens u wel?
Antwoord 2
Het Openbaar Ministerie (hierna: OM) heeft toegelicht dat rondom de totstandkoming
van de deal met de kroongetuige meerdere gesprekken zijn gevoerd met diverse familieleden
aangaande hun beveiliging en veiligheid. Conform eerder gemaakte afspraken met de
advocaat van de kroongetuige verliepen de contacten met de familieleden via deze advocaat.
Naar aanleiding van deze gesprekken zijn ten aanzien van familieleden die dit wensten,
meerdere (verstrekkende) veiligheidsmaatregelen getroffen, dan wel (op eigen verzoek)
daartoe middelen verschaft. Niet alle familieleden wilden voor medio maart 2018 in
gesprek met het OM, ook niet na aandringen bij de advocaat van de kroongetuige. Nadat
medio maart 2018 de processtukken aan de verdediging waren verstrekt, waarin duidelijk
werd dat er sprake was van een kroongetuige, heeft op hernieuwd uitdrukkelijk verzoek
van het OM alsnog een gesprek plaatsgevonden met enkele van de overige familieleden
die daartoe bereid waren en zijn er ook voor hen alsnog veiligheidsmaatregelen getroffen.
Vraag 3
Herkent u het beeld dat na de moord op de broer van de kroongetuige geen veiligheidsplan
klaar lag om de rest van de familie, met verhoogde urgentie, in veiligheid te brengen?
Zo ja, kunt u een toelichting geven van de gang van zaken? Zo nee, wat was de situatie
volgens u wel?
Antwoord 3
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 1 waren door het OM ten aanzien van meerdere
familieleden reeds verstrekkende veiligheidsmaatregelen getroffen. Na deze tragische
gebeurtenis zijn er in de ontstane en ongekende crisissituatie ten aanzien van alle
familieleden noodmaatregelen getroffen ter beveiliging van de familie van de kroongetuige.
In de periode hierop volgend heeft het OM met alle familieleden meerdere gesprekken
gevoerd om vanuit het noodpakket aan maatregelen in het kader van het stelsel bewaken
en beveiligen te komen tot een bestendige situatie. Vanwege de complexiteit van de
beveiligingsopdracht en de samenhang tussen het relatief grote aantal personen is
de uitvoering van een aantal veiligheidsmaatregelen niet altijd probleemloos verlopen.
OM en politie betreuren dit en beseffen dat dit het vertrouwen van betrokkenen in
de getroffen maatregelen onder druk kan zetten. Met betrekking tot de concrete aard
en omvang van de genomen maatregelen, kan in het belang van de te beveiligen personen
geen nadere mededelingen worden gedaan.
Vraag 4
Deelt u de mening dat een gedegen veiligheidsanalyse gereed moet zijn voordat begonnen
wordt aan de inzet van een kroongetuige, waarbij de veiligheid van de kroongetuige
zelf, maar ook van de familieleden, advocaten en andere direct betrokkenen, en de
beveiligingsmaatregelen die daarvoor genomen moeten worden, centraal staan? Zo ja,
is dat hier gebeurd? Zo nee, bent u bereid om met betrokken partijen tot afspraken
te komen zodat dit in de toekomst wel altijd gebeurt?
Antwoord 4
Veiligheidsmaatregelen worden genomen op basis van dreiging en risico. Vanzelfsprekend
heeft dit de hoogste aandacht; beveiligingsprofessionals maken continu nieuwe analyses
van de dreiging. In een aantal gevallen kunnen (nadere) analyses – vanwege de vertrouwelijkheid –
pas worden uitgevoerd nadat de dealovereenkomst met de kroongetuige is gesloten. In
nauwe afstemming met de betrokkenen bepaalt het OM op basis van een inschatting wat
nodig en in de desbetreffende situatie mogelijk is om de risico’s te beheersen. Over
de concrete veiligheidsmaatregelen in een individuele casus kunnen geen uitspraken
worden gedaan. Dit zou ten koste gaan van de veiligheid van deze personen en de professionals
die met hun beveiliging zijn belast.
Vraag 5
Kunt u, los van deze casus, beschrijven welke stappen in het kader van veiligheid
genomen worden bij het starten van een kroongetuigendeal? In hoeverre wordt de veiligheidssituatie
van familieleden en andere betrokkenen in kaart gebracht en hoe wordt hierop gehandeld?
Antwoord 5
Het is bij het OM staande praktijk dat, voordat met een kroongetuige een overeenkomst
wordt gesloten in het kader van getuigenbescherming, per situatie bekeken wordt of
bescherming nodig is voor de kroongetuige, familie en andere aan de kroongetuige gelieerde
personen en zo ja, voor wie en in welke mate. De veiligheid van alle betrokkenen wordt
steeds zo goed mogelijk gewaarborgd binnen de kaders die betrokkenen, mede vanwege
de impact die veiligheidsmaatregelen op hun privé en/of maatschappelijk leven kunnen
hebben, zelf aangeven. Daarbij wordt scherp gekeken naar de voor iedere situatie afzonderlijk
meest geschikte beveiligingsconcepten. Zo wordt steeds getracht voor alle betrokken
personen de optimale situatie te bereiken. Welke veiligheidsmaatregelen (moeten) worden
getroffen is altijd een afweging tussen dreiging en risico (voor de te beveiligen
persoon, diens omgeving en derden) en proportionaliteit van de veiligheidsmaatregelen.
Vraag 6
Deelt u de mening dat de inzet van kroongetuigen een hele belangrijke factor kan zijn
bij het oprollen van criminele netwerken en dat de regeling geprofessionaliseerd moet
worden door onder andere vooraf integrale veiligheidsanalyses te maken en ervoor zorg
te dragen dat alle benodigde stappen genomen worden om betrokkenen, dus de kroongetuige,
maar ook diens familie, advocaten en anderen, zoveel mogelijk veiligheid te bieden?
Zo ja, welke stappen zijn hiervoor extra nodig en hoe gaat u deze vormgeven? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 6
De inzet van kroongetuigen is onmisbaar bij de aanpak van georganiseerde, ondermijnende
criminaliteit. Belangrijke voorwaarde voor de inzet van kroongetuigen is het treffen
van adequate veiligheidsmaatregelen voor de getuige en diens omgeving. Met de kroongetuigenregeling
en het getuigenbeschermingsprogramma beschikken OM en politie over de instrumenten
waarbinnen deze maatregelen kunnen worden getroffen. Voor personen die een bijdrage
leveren aan of betrokken zijn bij (de inzet van) kroongetuigen, kunnen daarnaast maatregelen
getroffen worden vanuit het stelsel Bewaken en Beveiligen. Zoals ik in mijn brief
aan uw Kamer over de aanpak van ondermijning van 24 april jl.2 heb geschreven, is het van belang zowel de getuigenbescherming als het stelsel Bewaken
& Beveiligen meer toekomstbestendig te maken. Hiertoe doet het kabinet een structurele
investering van 55 miljoen euro, waarmee onder andere wordt geïnvesteerd in de kwaliteit
van de informatieanalyse en advisering over maatregelen en in de uitvoering van de
maatregelen.
Vraag 7
Bent u bereid om de kroongetuigenregeling zo aan te passen dat het verder geprofessionaliseerd
wordt, en hierbij de lessen mee te nemen die we van de Italiaanse anti-maffia aanpak
kunnen leren, met daarbij in het bijzonder de Italiaanse geprofessionaliseerde kroongetuigen,
ooggetuigen en spijtoptangen-regelingen? Zo ja, kunt u de Kamer in het derde kwartaal
van dit jaar, of zo mogelijk eerder, over deze analyse en de voorgestelde aanpassingen
informeren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Zoals ik uw Kamer eerder heb gemeld, laatstelijk in de voortgangsbrief over de aanpak
van georganiseerde criminaliteit d.d. 11 november 20193, heb ik een werkgroep ingesteld die de mogelijkheden verkent tot verruiming van de
regeling omtrent toezeggingen aan getuigen. Deze verruiming heeft tot doel het instrument
van de kroongetuige effectiever in te kunnen zetten bij de aanpak van georganiseerde
ondermijnende criminaliteit. Bij het vormgeven van deze verruiming wordt onder andere
lering getrokken uit de regelingen en ervaringen in het buitenland, waaronder Italië.
In verbinding met de verruiming bij de toezeggingen aan kroongetuigen wordt ook gekeken
naar de mogelijkheden binnen het getuigenbeschermingsprogramma. Ik ben voornemens
uw Kamer uiterlijk na de zomer, dus in het derde kwartaal van dit jaar, over de voorgenomen
verruiming te informeren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.