Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Raan, Kröger en Laçin over de stikstofberekeningen inzake Lelystad Airport
Vragen van de leden Van Raan (PvdD), Kröger (GroenLinks) en Laçin (SP) aan de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de stikstofberekeningen inzake Lelystad Airport (ingezonden 17 februari 2020).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
27 mei 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2059.
Vraag 1
Door welke bureaus is gewerkt aan de aan Lelystad Airport gerelateerde invoerbestanden
van 2 augustus 2019, welke werden besproken in het vragenuur van 11 februari 2020?
Antwoord 1
De betreffende invoerbestanden zijn opgesteld door ADECS en gecontroleerd door To70.
Vraag 2
Op welk moment was men zich op het ministerie bewust dat er behoefte was aan nieuwe
berekeningen omdat de oude niet meer volstaan? Kunt u hiervan een tijdlijn opstellen?
Antwoord 2
De behoefte aan geactualiseerde berekeningen is ontstaan na de uitspraak van de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) van 29 mei 2019 over het Programma
Aanpak Stikstof (PAS). Ik heb uw Kamer over de implicaties van deze uitspraak voor
Lelystad Airport geïnformeerd in mijn brief van 5 september 20191. In deze brief is ook een tijdlijn opgenomen.
Ten tijde van het MER Lelystad Airport 2014 is onderzoek uitgevoerd naar de stikstofdepositie
in Natura 2000-gebieden in verband met de openstelling van de luchthaven voor (groot)
handelsverkeer.
Mede op basis van het MER 2014 is destijds in het LHB 2015 geconcludeerd dat een passende
beoordeling opgesteld zou moeten worden (waaruit zou moeten zijn gebleken of er een
vergunning nodig zou zijn geweest). Het bevoegd gezag heeft getoetst of het aannemelijk
is dat deze vergunning verleend zal worden. Daartoe is in kaart gebracht hoe groot
het effect precies is en is door Arcadis een uitvoerbaarheidstoets uitgevoerd voor
de Natuurbeschermingswet 1998. Daaruit kwam naar voren dat een vergunning verleend
kan worden. Omdat kort daarna het PAS in werking trad, was een passende beoordeling
voor Lelystad Airport niet meer vereist. Lelystad Airport werd in het PAS opgenomen
als prioritair project en het PAS als geheel was passend beoordeeld. In het PAS was
ruimte gereserveerd voor de depositiebijdrage van zowel het luchtverkeer als voor
het wegverkeer.
Omdat met de genoemde uitspraak van de Afdeling het PAS is komen te vervallen, neemt
mijn Ministerie de actualisatie van de berekeningen voor zijn rekening. Zoals gebruikelijk
wordt hierbij rekening gehouden met nieuwe (wetenschappelijke) inzichten, zoals de
actuele invoergegevens waaronder het snelhedenbeleid en de nieuwe versie van AERIUS
Calculator. Hierbij zal ik de adviezen betrekken van de Commissie voor de m.e.r. en
het RIVM, zoals gepubliceerd op 31 maart 2020.
Vraag 3
Gaat het bij de documenten van 2 augustus 2019 om emissieberekeningen, depositieberekeningen,
invoerbestanden of om complete AERIUS-berekeningen waarin vliegverkeer, wegverkeer
en platformgebonden verkeer is gemodelleerd? Kunt u dit uitgebreid toelichten?
Antwoord 3
Het betreft de invoerbestanden voor vliegverkeer en platformgebonden verkeer ten behoeve
van AERIUS berekeningen. De invoerbestanden voor wegverkeer zijn separaat opgesteld.
Vraag 4
Klopt het dat de betreffende bestanden van 2 augustus 2019 andere uitkomsten gaven
dan de berekeningen die tot dan toe gedaan waren en waar het Luchthavenverkeersbesluit
(LVB) op is gebaseerd? Zo nee, hoe zit het dan?
Antwoord 4
Zoals in het antwoord op vraag 2 is aangegeven, heb ik na het vervallen van het PAS
de projectspecifieke beoordeling opgestart. Op de definitieve uitkomsten kan ik nog
niet vooruitlopen omdat de berekeningen nog niet zijn afgerond. Wanneer de depositieberekeningen
zijn geactualiseerd en duidelijk is hoe ervoor wordt gezorgd dat de natuurlijke kenmerken
van stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden hierdoor niet worden aangetast, zal ik
u daarover informeren.
Vraag 5
Op welke datum is de opdracht gegeven voor het opstellen van deze nieuwe stikstofberekeningen,
invoerbestanden of ander type onderzoek?
Antwoord 5
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2 is het projectspecifieke onderzoek gestart
na de uitspraak van de Raad van State. Dit onderzoek kent verschillende stappen waarvoor
in de maanden juli en augustus verschillende opdrachten zijn gegeven, zoals aangegeven
in de Kamerbrief van 11 februari 20202. Wanneer de depositieberekeningen zijn geactualiseerd en duidelijk is hoe ervoor
wordt gezorgd dat de natuurlijke kenmerken van stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden
hierdoor niet worden aangetast, zal ik u daarover informeren.
Vraag 6
Door wie is de opdracht gegeven voor het opstellen van deze nieuwe stikstofberekeningen,
invoerbestanden of ander type onderzoek?
Antwoord 6
Door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is de opdracht gegeven voor nieuw
onderzoek.
Vraag 7
Waarom is de opdracht gegeven voor het opstellen van deze nieuwe stikstofberekeningen,
invoerbestanden of ander type onderzoek?
Antwoord 7
Zie hiervoor mijn antwoord op vraag 2.
Vraag 8
Kunt u de opdracht en vraagstelling aan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en
Milieu (RIVM) delen met de Tweede Kamer?
Antwoord 8
Het is niet gebruikelijk om opdrachtverstrekkingen te delen met de Tweede Kamer vanwege
het bedrijfsvertrouwelijk karakter hiervan. De vraagstelling aan bureaus is doorgaans
opgenomen in de rapportage. Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 4 en 5 zal ik
het onderzoek met uw Kamer delen wanneer de depositieberekeningen zijn geactualiseerd
en duidelijk is hoe ervoor wordt gezorgd dat de natuurlijke kenmerken van stikstofgevoelige
Natura 2000-gebieden hierdoor niet worden aangetast.
Vraag 9
Herinnert u zich uw antwoorden op de Kamervragen3 van de leden Van Raan, Laçin en Kröger (d.d. 5 juni 2019) over de impact van de vernietiging
van de PAS door de Raad van State op de besluitvorming omtrent Lelystad Airport?
Antwoord 9
Ja.
Vraag 10
Waarom is in uw antwoord op vraag 3 uit deze vragenset, die verzoekt om een volledige
tijdlijn te verschaffen van alle aan stikstof en Programma Aanpak Stikstof (PAS)-gerelateerde
procedures en besluitvorming in het dossier Lelystad Airport tot nu toe en in de toekomst,
geen vermelding gemaakt van het bestaan en de functie van de nieuwe stikstofberekeningen,
invoerbestanden of ander type onderzoek?
Antwoord 10
In mijn brief van 5 september 2019 heb ik aangegeven dat een project specifieke beoordeling
is opgestart. Daar maken de berekeningen onderdeel van uit.
Vraag 11
Waarom is de Tweede Kamer op een later moment niet alsnog geïnformeerd over het bestaan
van deze nieuwe stikstofberekeningen, invoerbestanden of ander type onderzoek?
Antwoord 11
Zoals aangegeven in mijn antwoord op vraag 10 heb ik op 5 september 2019 de Kamer
geïnformeerd over het project specifieke onderzoek.
Vraag 12
Waarom is in dit antwoord geen vermelding gemaakt van de zogenaamde fasen in het onderzoekstraject
dat uiteindelijk tot een passende beoordeling zou moeten leiden, zoals u uiteindelijk
vlak voor het vragenuur van 11 februari 2020 alsnog aan de Tweede Kamer schreef? 4
Antwoord 12
In mijn brief van 5 september 2019 heb ik u gemeld dat na het wegvallen van de PAS
de projectspecifieke beoordeling is gestart. Daar maken de deelonderzoeken onderdeel
van uit. Naar aanleiding van de vragen over deelonderzoeken heb ik uw Kamer hierover
nader geïnformeerd.
Vraag 13
Waarom is er niet eerder dan op 11 februari 2020 melding gemaakt van de zogenaamde
fasen in het onderzoekstraject dat uiteindelijk tot een passende beoordeling zou moeten
leiden?
Antwoord 13
Zie mijn antwoord op vraag 12.
Vraag 14
Is na deze herberekeningen, bij een andere uitkomst van de stikstofdepositie van Lelystad
Airport, de oude melding in het kader van het PAS nog geldig?
Antwoord 14
Door de uitspraak van de Raad van State op 29 mei 2019 is het PAS vervallen. Een van
de consequenties hiervan is dat de gedane meldingen alsnog vergunningplichtig zijn.
Het kabinet heeft toegezegd de gedane meldingen die zijn gerealiseerd zo veel mogelijk
te legaliseren5.
Vraag 15
Wordt deze oude melding op basis van de oude berekening, net als andere projecten,
gelegaliseerd? Of volgt er een geheel nieuwe beoordeling?
Antwoord 15
In de Kamerbrief van 24 april 2020 (met kenmerk BPZ/20120075) is aangegeven dat de
legalisatie van de meldingen is gestart. Alle meldingen doorlopen hetzelfde stappenplan.
Stap 1 van de legalisatie bestaat uit het verifiëren of de toenmalig ingevoerde gegevens
nog juist zijn.
Vraag 16
Kunt u een overzicht verschaffen van alle andere bij u bekende stikstofberekeningen,
invoerbestanden en onderzoeken inzake Lelystad Airport, in gang gezet sinds de MER
2018?
Antwoord 16
Na de MER 2018 is alleen een melding gedaan door de luchthaven bij het Ministerie
van LNV. Na de uitspraak van de Raad van State is zoals eerder aangegeven het project
specifieke onderzoek weer opgepakt. De onderdelen van dit onderzoek heb ik in mijn
brief van 11 februari 2020 weergegeven.
Vraag 17
Kunt u bij al deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken inzake Lelystad
Airport, aangeven op welke datum de opdracht is gegeven voor het opstellen van deze
stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken?
Antwoord 17
Zie hiervoor het antwoord op vraag 5.
Vraag 18
Kunt u bij al deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken inzake Lelystad
Airport, aangeven door wie de opdracht is gegeven voor het opstellen van deze stikstofberekeningen,
invoerbestanden en onderzoeken?
Antwoord 18
Zie hiervoor het antwoord op vraag 6.
Vraag 19
Kunt u bij al deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken inzake Lelystad
Airport, aangeven door welk bureau deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken
zijn uitgevoerd?
Antwoord 19
Zie hiervoor het antwoord op vraag 5.
Vraag 20
Kunt u bij al deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken inzake Lelystad
Airport, aangeven waarom de opdracht is gegeven voor het opstellen van deze stikstofberekeningen,
invoerbestanden en onderzoeken?
Antwoord 20
Zie hiervoor het antwoord op vraag 2.
Vraag 21
Kunt u bij al deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken inzake Lelystad
Airport, aangeven waarom de Tweede Kamer nog niet eerder is geïnformeerd over het
bestaan van deze stikstofberekeningen, invoerbestanden en onderzoeken?
Antwoord 21
Zie hiervoor het antwoord op vraag 12.
Vraag 22
Herinnert u zich dat u in antwoord op Kamervragen van de leden Kröger en Bromet heeft
gesteld dat al het wegverkeer van en naar de luchthaven is meegenomen in de milieueffectrapportage
(MER) 2018? 6
Antwoord 22
Ja.
Vraag 23
Wanneer realiseerde u zich dat de MER 2018 niet volledig was omdat het wegverkeer
niet volledig in beeld was?
Antwoord 23
De Actualisatie MER Lelystad Airport (MER 2018), welke bestaat uit het MER 2014 en
de geactualiseerde onderdelen, is door de commissie voor de m.e.r. beoordeeld. De
commissie heeft alle onderzoeken van het MER 2018 beoordeeld en geconcludeerd dat
het alle essentiële informatie over de geactualiseerde milieueffecten van het voorgenomen
gebruik van Lelystad Airport bevat, zodat de Minister van Infrastructuur en Waterstaat
het milieubelang volwaardig kan meewegen in haar besluit over dat gebruik. Er is derhalve
geen aanleiding om te veronderstellen dat het wegverkeer niet volledig in beeld zou
zijn.
Met de brief van 17 februari 20207 heb ik de Kamer geïnformeerd over mijn verzoek aan de Commissie voor de m.e.r. om
in samenwerking met het RIVM mij nogmaals te adviseren over het stikstofonderzoek
(zoals beschreven in het MER 2018) en nadere specifieke uitgangspunten ten behoeve
van toekomstig stikstofonderzoek. Het advies van de commissie heeft u op 31 maart
20208 van mij ontvangen. De Commissie concludeert met betrekking tot het wegverkeer dat
het beschouwde studiegebied past binnen het studiegebied op grond van het door de
Commissie voor de m.e.r. destijds gehanteerde toetscriterium «opgaan in heersend verkeersbeeld».
De Commissie concludeert nu dat het studiegebied breder in beeld had moeten worden
gebracht, maar dat dit geen consequenties zou hebben gehad voor de resultaten en/of
gevolgde procedure omdat in de PAS voor de effecten van het wegverkeer al een voorziening
was getroffen.
Vraag 24
Waarom heeft u op het moment dat u zich realiseerde dat de MER 2018 niet volledig
was, omdat het wegverkeer niet volledig in beeld was, de Tweede Kamer niet op de hoogte
gebracht van het feit dat de antwoorden op deze Kamervragen niet meer klopte?
Antwoord 24
Zie mijn antwoord op vraag 23.
Vraag 25
Kunt u garanderen dat er tussen de MER 2018 en de uitspraak van de Raad van State
in mei 2019 geen andere stikstofberekeningen, invoerbestanden of onderzoeken voor
Lelystad Airport zijn opgesteld die nog niet bij de Tweede Kamer bekend zijn? Zo nee,
kunt u alle additionele stikstofberekeningen, invoerbestanden of onderzoeken delen
met de Tweede Kamer?
Antwoord 25
Zoals aangegeven in mijn antwoord op vraag 16 is in deze periode alleen een melding
door de luchthaven gedaan bij het Ministerie van LNV.
Vraag 26
Waarom leidt de uitspraak van de Raad van State over het PAS tot het opnieuw vaststellen
van de stikstofuitstoot van het project Lelystad Airport?
Antwoord 26
Zie hiervoor het antwoord op vraag 2.
Vraag 27
Kunt u verklaren waarom er meer emissies zouden zijn dan eerder in de MER 2018 werd
beschreven?
Antwoord 27
Op de definitieve uitkomsten van de berekeningen kan ik nog niet vooruitlopen omdat
deze nog niet zijn afgerond.
Vraag 28
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Antwoord 28
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.