Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Gerven over ‘sluip’marketing van de tabaksindustrie
Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over «sluip»marketing van de tabaksindustrie (ingezonden 20 april 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
            25 mei 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2731.
         
Vraag 1 en 2
            
Wat is uw oordeel over het onderzoek van Argos over de huidige praktijken van «sluip»marketing
               van de tabaksindustrie? Onderschrijft u de conclusie dat de tabaksindustrie ook 18
               jaar na het verbod op tabaksreclame nog steeds de wet op dit punt overtreedt?1
Is het in strijd met de wet dat bedrijven die tabak verkopen zoals speciaalzaken,
               supermarkten, tankstations of festivalorganisatoren geld krijgen van de tabaksindustrie
               om tabaksproducten op een in het oog springende manier te presenteren, dan wel exclusief
               één of een beperkt aantal merken te verkopen? Kunt u dit toelichten?
            
Antwoord 1 en 2
            
Alle vergoedingen van tabaksfabrikanten aan verkooppunten die tot doel hebben de verkoop
               van tabaksproducten en aanverwante producten te bevorderen zijn in strijd met het
               reclameverbod uit de Tabaks- en rookwarenwet. Hieronder vallen ook vergoedingen voor
               een in het oog springende presentatie, exclusiviteit en het voeren van een beperkt
               aantal merken. Of de wet daadwerkelijk wordt overtreden dient per geval te worden
               onderzocht door de NVWA. Eerder heeft de NVWA opgetreden tegen verboden exclusiviteitsdeals
               en verkoopafspraken met studentenverenigingen, tabakswinkels en festivals.
            
Vraag 3 en 4
            
Hoe beoordeelt u het voorbeeld van jonge influencers die in filmpjes op een aantrekkelijke
               locatie in het buitenland een jeugdig vrolijk gevoel weergeven waarbij in de aftiteling
               de naam van het tabaksproduct Glo te zien is? Is hier sprake van ongeoorloofde sluikreclame?
               Kan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) hier handhavend optreden?
            
Heeft de NVWA voldoende zicht op de sluikreclame van de tabaksindustrie? Ook op de
               sociale media? En bij festivals?
            
Antwoord 3 en 4
            
Het inzetten van influencers door de tabaksindustrie valt onder de definitie van reclame en is in Nederland dus
               wettelijk verboden. Om die reden is de NVWA een onderzoek gestart naar bovengenoemde
               casus. Het ingewikkelde aan social media is echter het grensoverschrijdende karakter van de media. De NVWA kan optreden tegen
               sociale mediacampagnes die actief zijn vanuit of specifieke gericht zijn op Nederland.
               Is dit niet het geval dan kan de NVWA wel een signaal afgeven aan de autoriteiten
               van het land waar het bedrijf gevestigd is.
            
Verder houdt de NVWA scherp toezicht op reclame/sponsoring en exclusieve verkoop door
               tabaksfabrikanten bij muziekevenementen en festivals. Zowel in 2018 als in 2019 heeft
               de NVWA bij 6 muziekevenementen onderzoek gedaan.
            
In 2018 zijn hiervoor 4 boetes opgemaakt en in 2019 3 boetes tegen de tabaksindustrie
               voor deze overtredingen.
            
Vraag 5 en 6
            
Hoe groot is de capaciteit van de NVWA voor onderzoek en handhaving op dit terrein?
               Is deze voldoende?
            
Is het juist dat u de capaciteit van de NVWA wilt uitbreiden? Zo ja, met hoeveel personen?
Antwoord 5 en 6
            
In de brief van 11 mei (Kamerstukken II 2019/2020, 32 793, nr. 479) aan uw Kamer heb ik aangegeven dat ik het toezicht op de nieuwe regels van het Nationaal
               Preventieakkoord van belang acht voor het behalen van de doelen uit het akkoord. Daarvoor
               zijn toereikende middelen voor het toezicht van belang. Voor het toezicht op de Tabaks-
               en rookwarenwet is in 2020 6,5 fte. extra nodig en vanaf 2021 jaarlijks 7,5 fte. extra.
               Op dit moment bedraagt het aantal fte’s binnen de NVWA voor het toezicht op tabak
               en alcohol in totaal circa 50 fte. (inspecteurs en andere medewerkers). Dit is inclusief
               de fte’s voor tabak en alcohol die ik reeds aanvullend heb toegekend in 2020.
            
Vraag 7
            
Is het boeteregime voor overtreding van de Tabaks- en rookwarenwet voldoende adequaat?
               Is het niet wenselijk bij recidive de boetes verder te verhogen gezien de enorme schade
               die tabaksgebruik oplevert voor onze volksgezondheid? Kunt u dit toelichten?
            
Antwoord 7
            
Voor overtredingen van het reclame- en sponsoringsverbod door de industrie geldt voor
               de eerste overtreding een boete van € 45.000. Bij recidive kan het bedrag met tussenstappen
               van € 135.000 en € 225.000 uiteindelijk worden verhoogd tot € 450.000. Na het opleggen
               van een boete wordt een her-inspectie gedaan om te bepalen of de overtreding is opgeheven.
               Ik zie op dit moment geen aanleiding om te stellen dat het boeteregime in de Tabaks-
               en rookwarenwet niet adequaat werkt.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.