Schriftelijke vragen : De evaluatie van de verhuurderheffing
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Financiën over de evaluatie van de verhuurderheffing (ingezonden 20 mei 2020).
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het bericht «Helft minder sociale huurwoningen door verhuurderheffing»1 en het rapport van Companen en Thesor dat hierin wordt genoemd2?
Vraag 2
Deelt u de analyse dat het niet langer mogelijk is voor woningcorporaties om de verhuurderheffing
op te brengen uit huurverhoging, verkoop van bezit en bezuinigingen op de bedrijfslasten?
Zo ja, is dit volgens u een gunstige ontwikkeling? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Deelt u de mening dat als dit wél mogelijk zou zijn, het verhogen van de huren en
het verkopen van bezit onwenselijk zou zijn, omdat er een grote behoefte is aan betaalbare
huurwoningen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Deelt u de conclusie dat de verhuurderheffing heeft geleid tot een grote terugval
in de nieuwbouw van betaalbare huurwoningen? Zo ja, bent u bereid om de verhuurderheffing
te verlagen om het bouwen van betaalbare woningen te stimuleren? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Begrijpt u de aarzeling van woningcorporaties om de grenzen van de financiële ratio’s
op te zoeken, omdat zij zichzelf hiermee failliet investeren? Zo ja, welke opties
worden er bekeken om woningcorporaties meer financiële ruimte te bieden?
Vraag 6
Deelt u de analyse dat woningcorporaties nieuwbouw voor een belangrijk deel uit de
kasstroom moeten financieren, terwijl deze dermate onder druk staat door de verhuurderheffing
waardoor nieuwbouw in de toekomst onmogelijk wordt? Vindt u dat wenselijk in het licht
van de toegenomen woningnood?
Vraag 7
Wat is het effect geweest van de verhoging van de heffingsvrijevoet op de verdeling
van de heffing over commerciële partijen en corporaties? Kunt u aangeven welk deel
van de verhuurderheffing voorheen werd opgebracht door commerciële partijen, en welk
deel nadien?
Vraag 8
Erkent u dat er niet langer sprake is van een gelijk speelveld tussen woningcorporaties
en commerciële partijen, omdat de belastingdruk bij corporaties veel groter is? Zo
ja, vindt u dat een wenselijke ontwikkeling?
Vraag 9
In het licht van de instortende bouw en de almaar toenemende woningnood, bent u van
mening dat we ons het nogmaals mislopen van 100.000 betaalbare huurwoningen kunnen
verloven? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom gaat u niet over tot het verder verlagen van
de verhuurderheffing voor woningcorporaties die nieuwbouw plegen?
Vraag 10
Kunt u de beleidsdoelstellingen van de verhuurderheffing uiteenzetten, en een onderbouwing
geven van de wijze waarop de verhuurderheffing daaraan bijdraagt?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H. Nijboer, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.