Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Ziengs over het bericht ‘Ban op vuurwerk vanaf 1 december, ook opslag dan verboden’
Vragen van het lid Ziengs (VVD) aan de Minister voor Milieu en Wonen over het bericht «Ban op vuurwerk vanaf 1 december, ook opslag dan verboden» (ingezonden 5 maart 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-Van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
(ontvangen 11 mei 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2171.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Ban op vuurwerk vanaf 1 december, ook opslag dan verboden»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Is het waar dat u, naast de verkoop, nu ook de opslag van knalvuurwerk en vuurpijlen
op korte termijn gaat verbieden?
Antwoord 2
Vuurwerk dat niet als consumentenvuurwerk is aangewezen, mag in Nederland ook niet
als consumentenvuurwerk worden opgeslagen. Niet aangewezen vuurwerk valt daardoor
automatisch onder het professionele vuurwerk. Dit is een belangrijk uitgangspunt van
het Vuurwerkbesluit sinds 2002. Dit uitgangspunt bevordert de handhaafbaarheid van
het onderscheid tussen consumentenvuurwerk en professioneel vuurwerk. Voor de opslag
van professioneel vuurwerk gelden zwaardere veiligheidseisen dan voor de opslag van
consumentenvuurwerk. Een belangrijke eis voor de opslag van professioneel vuurwerk
is dat een veiligheidsafstand van 800 m tot (beperkt) kwetsbare objecten moet worden
aangehouden.
Momenteel wordt de mogelijkheid verkend om tijdelijk de opslag van knalvuurwerk en
vuurpijlen in Nederland langer toe te staan, op een beperkt aantal locaties en na
registratie van de inventaris. Hiervoor is afstemming nodig met lokaal bevoegd gezag
(politie en Omgevingsdienst).
Vraag 3
Is er in Nederland voldoende opslagcapaciteit beschikbaar?
Antwoord 3
De vuurwerksector maakt voor de opslag van professioneel vuurwerk gebruik van opslaglocaties
in Duitsland. In deze opslaglocaties is vroeger munitie opgeslagen. In Nederland is
in Ulicoten/Noord-Brabant een oud Defensieterrein geschikt gemaakt voor de opslag
van in beslag genomen vuurwerk. De opslag in Ulicoten valt onder het Ministerie van
Financiën/Domeinen.
Vraag 4
Deelt u de mening dat dit verbod op het opslaan van goederen op te korte termijn ingaat?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Tot 1 december 2020 kunnen restvoorraden worden doorverkocht en geleverd aan vuurwerkhandelaren
in het buitenland, of worden verplaatst naar een opslaglocatie in het buitenland.
De ondernemers hebben hierdoor tijd gehad om zich van de restvoorraden te ontdoen
aangezien betreffend verbod in januari2 dit jaar is aangekondigd en inwerkingtreding is voorzien per 1 december aanstaande.
Er zijn Nederlandse importeurs die ook handel drijven in het buitenland.
Daarnaast wordt momenteel de mogelijkheid verkend om tijdelijk de opslag van knalvuurwerk
en vuurpijlen in Nederland langer toe te staan, op een beperkt aantal locaties en
na registratie van de inventaris. Hiervoor is afstemming nodig met lokaal bevoegd
gezag (politie en Omgevingsdienst).
Door tijdelijk de opslag langer toe te staan hebben ondernemers bijna twee jaar de
tijd (na aankondiging van de verboden) om hun restanten kwijt te raken. Daarbij is
van belang dat in een aantal andere Europese landen het gebruik van vuurwerk niet
exclusief is gekoppeld aan de jaarwisseling, maar ook bijvoorbeeld is toegestaan bij
andere feesten in het jaar. Dat maakt, dat gedurende het jaar verschillende mogelijkheden
voor de verkoop bestaan.
Vraag 5
Wat is de reden ook de opslag van de betreffende artikelen, waarvoor ondernemers de
afgelopen jaren grote investeringen hebben gedaan om dat volgens de geldende regelgeving
veilig te kunnen doen, te verbieden?
Antwoord 5
In de wet- en regelgeving is geregeld dat producten die niet zijn aangewezen als zijnde
consumentenvuurwerk automatisch vallen onder professioneel vuurwerk. Dit bevordert
de handhaafbaarheid en maakt duidelijk onderscheid tussen consumentenvuurwerk en professioneel
vuurwerk. Het is effectiever om voorafgaand aan de verkoop van consumentenvuurwerk
toezicht te houden op de aanwezigheid van aangewezen consumentenvuurwerk. Er is dan
voldoende tijd om toezicht in te plannen en de drukte tijdens de drie verkoopdagen
kan worden vermeden. De gedane investeringen voor de brandveiligheid blijven nodig
voor de opslag en verkoop van aangewezen consumentenvuurwerk.
Vraag 6
Hoe verhoudt het verbod tot opslag per 1 december 2020 zich tot de mogelijkheid voor
ondernemers om, pas eind december, deze artikelen te kunnen en mogen verkopen?
Antwoord 6
Vuurwerkondernemers kunnen het gehele jaar door vuurwerk verhandelen op de interne
Europese markt. Vuurpijlen, knalvuurwerk en enkelschotsbuizen zijn in veel Europese
landen tijdens de komende jaarwisseling te koop voor particulieren. Het is voor vuurwerkhandelaren
niet nodig om te wachten tot december met de verkoop van restvoorraden. Zie ook vraag
vier over het uitbreiden van de opslag (en dus verkoop)periode.
Vraag 7
Deelt u de mening dat het van belang is deze ondernemers voldoende gelegenheid te
bieden hun in Nederland niet langer legale producten bijvoorbeeld in het buitenland
te verkopen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Deze mening deel ik. Daarom is het aangekondigde verbod begin dit jaar meteen breed
gecommuniceerd met de vuurwerksector en de gemeenten en provincies die het bevoegd
gezag zijn voor de opslag en de verkoop van consumentenvuurwerk. Daarnaast is er intensief
overleg met de vuurwerksector en zijn er middelen en mogelijkheden beschikbaar gesteld
die ten goede komen aan kleine vuurwerkondernemers. Hiervoor verwijs ik volledigheidshalve
naar de brief «Vooruit blik op de jaarwisseling».3
Vraag 8
Bent u het eens met de opvatting dat het verbieden van de opslag in Nederland de prijs
van dit vuurwerk behoorlijk omlaag zal duwen, indien dit bekend wordt bij buitenlandse
partijen die het vuurwerk willen kopen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Vuurwerkondernemers worden geacht met wijzigingen in de marktsituatie om te kunnen
gaan, ook als de oorzaak van de wijziging ligt in een verbod door de overheid. De
handel in vuurwerk dat in Nederland wordt verboden blijft toegestaan. Het aangekondigde
verbod richt zich op de opslag en verkoop als consumentenvuurwerk en Nederland. In
veel Europese landen is categorie F2 vuurwerk legaal op te slaan en te verkopen als
consumentenvuurwerk. Bij vroegtijdige doorverkoop hoeft er geen overaanbod van consumentenvuurwerk
te ontstaan.
Vraag 9
Deelt u de mening dat het verbieden van eigen opslag van deze goederen kan leiden
tot extra kosten voor de ondernemers, bijvoorbeeld in de vorm van kosten voor professionele
externe opslag, veilig vervoer, etc?
Antwoord 9
Er is dankzij motie van de leden Yeşilgöz-Zegerius en Ziengs4 3 miljoen Euro vrijgemaakt om (kleine) vuurwerkondernemers te helpen bij het verwerken
en opruimen van restvoorraden. Hiervoor verwijs ik volledigheidshalve naar de brief
«Vooruit blik op de jaarwisseling».
Vraag 10
Bent u bereid u in te zetten om de opslag van deze goederen langer toe te staan, en
om zo de kosten voor deze ondernemers te drukken en de verkoop van deze goederen naar
het buitenland makkelijker mogelijk te maken? Bent u bereid om hierover met de ondernemers
in gesprek te gaan en over alternatieven, die geen extra financiële gevolgen hebben,
te praten?
Antwoord 10
Momenteel wordt, zoals bij vraag drie aangegeven, de mogelijkheid verkend om tijdelijk
de opslag van knalvuurwerk en vuurpijlen in Nederland langer toe te staan, op een
beperkt aantal locaties en na registratie van de inventaris. Hiervoor is afstemming
nodig met lokaal bevoegd gezag (politie en Omgevingsdienst). Hierdoor hebben ondernemers
bijna twee jaar de tijd (na aankondiging van de verboden) om hun restanten te verkopen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.