Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Esch over het bericht dat een slechte luchtkwaliteit de overlevingskans voor mensen met het COVID-19 virus verslechtert
Vragen van het lid Van Esch (PvdD) aan de Ministers voor Milieu en Wonen en voor Medische Zorg over het bericht dat een slechte luchtkwaliteit de overlevingskans voor mensen met het Covid-19 virus verslechtert (ingezonden 27 maart 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat),
mede namens de Minister voor Medische Zorg (ontvangen 4 mei 2020). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2471.
Vraag 1
Kent u het bericht «Coronavirus threat greater for polluted cities» van de European
Public Health Alliance?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3
Kunt u bevestigen dat het verband tussen een slechte luchtkwaliteit en de overlevingskans
reeds is aangetoond bij de SARS-epidemie?2
Kunt u bevestigen dat bij de SARS-epidemie een gematigde luchtvervuiling leidde tot
een 84% hogere kans op overlijden voor SARS-patiënten?
Antwoord 2, 3
De ecologische studie waarnaar wordt gerefereerd stelt dat tijdens de SARS-epidemie
patiënten in China in vervuilde regio’s een grotere kans hadden om te overlijden dan
mensen in regio’s met een lage luchtvervuiling. Een causaal verband is echter niet
aangetoond. Dit heeft te maken met de manier waarop dit verband is onderzocht. Dergelijke
zogeheten ecologische studies hebben als belangrijkste tekortkoming dat er niet wordt
gecorrigeerd voor andere mogelijke verklaringen voor een verschil in sterftekans.
Zo wordt er bijvoorbeeld geen rekening gehouden met allerlei verschillen tussen regio’s,
zoals verschillen in de gezondheidszorg of verschillen tussen individuele patiënten,
zoals roken, sociaaleconomische status, leeftijd, geslacht en onderliggende ziekten.
Dit type onderzoek heeft slechts een signaalfunctie. Het kan daarom niet bevestigd
worden dat bij de SARS-epidemie een gematigde luchtvervuiling leidde tot een 84% hogere
kans op overlijden voor SARS-patiënten.
Daarnaast zijn de resultaten uit deze studie in China niet rechtstreeks te extrapoleren
naar andere landen, zoals Nederland, vanwege het grote verschil in de luchtverontreinigingsniveaus
in de onderzochte Chinese regio’s en die in Nederland.
Ook de recent verschenen Harvard studie3 betreft een zogenaamde ecologische studie waarbij enkel op groepsniveau naar de invloed
van mogelijke andere risicofactoren is gekeken en niet op individueel niveau.
Vraag 4
Klopt het dat in Italië het sterftecijfer in de regionen met een slechte luchtkwaliteit
wezenlijk hoger ligt dan in andere regionen? Acht u een causaal verband aannemelijk?
Antwoord 4
In Italië zijn de coronasterftecijfers inderdaad het hoogst in de regionen waar luchtverontreinigingsconcentraties
hoger zijn dan in andere Italiaanse regio’s. Er zijn hypotheses dat luchtverontreiniging
van invloed zou kunnen zijn op de kwetsbaarheid voor COVID-19. Dergelijke hypotheses
komen ook terug in de eerder genoemde Harvard studie. Het RIVM geeft hierover aan
dat deze hypotheses aannemelijk lijken, maar of en in hoeverre er werkelijk een causaal
verband is, kan op basis van beschikbaar onderzoek niet worden aangetoond.
In het algemeen geldt dat verhoogde concentraties luchtverontreiniging leiden tot
een verhoogd risico op sterfte. Het verbeteren van de luchtkwaliteit ten behoeve van
de gezondheid heeft daarom mijn volle aandacht. Met het Schone Lucht Akkoord zet het
kabinet samen met decentrale overheden in om voor alle inwoners van Nederland de luchtkwaliteit
te verbeteren zodat de gezondheidsschade door luchtvervuiling minder wordt. Luchtkwaliteit
als aspect van de leefomgeving en in bredere zin de gezonde leefomgeving zijn belangrijke
thema’s voor nu en de toekomst.
Vraag 5, 6
Bent u bereid onderzoek te laten doen of onderzoek dat gedaan wordt naar dat causale
verband te volgen en de Kamer over de uitkomsten te informeren? Zo nee, waarom niet?
Laat u onderzoek doen naar het verband tussen luchtvervuiling en de overlevingskans
op Covid-19 in Nederland? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5, 6
Het RIVM heeft mij laten weten dat binnen het Multi-Country Multi-City (MCC) Collaborative
Research Network, waarbinnen het RIVM participeert, is verkend of het mogelijk is
onderzoek op te pakken onder andere naar de relatie luchtverontreiniging en COVID-19.
Participanten van het netwerk krijgen de gelegenheid om onderzoeksvoorstellen in te
dienen. Door dergelijk onderzoek uit te voeren in internationaal verband kan de zeggingskracht
van de onderzoeksresultaten vergroot worden. Uw Kamer zal geïnformeerd worden over
welk onderzoek er in MCC verband uitgevoerd zal worden.
Sinds 2013 coördineert het RIVM het onderzoeksprogramma Veehouderij en Gezondheid
Omwonenden (VGO). In 2018 is VGO-III gestart waar het risico van longontstekingen
rond veehouderijen nader wordt onderzocht samen met andere kennisinstellingen. Zoals
ook door de Minister van LNV is aangegeven in haar brief «COVID-19 en mogelijke relatie
met dieren» van 22 april, verkent het RIVM momenteel de mogelijkheden om de relatie
veehouderij, luchtkwaliteit en COVID-19 te onderzoeken. Uw Kamer wordt daarover geïnformeerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.