Schriftelijke vragen : De wildopvang, die dreigt te bezwijken door een tekort aan geld en een toename van het aantal op te vangen dieren als gevolg van de coronacrisis
Vragen van het lid Wassenberg (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de wildopvang, die dreigt te bezwijken door een tekort aan geld en een toename van het aantal op te vangen dieren als gevolg van de coronacrisis (ingezonden 4 mei 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «Wildopvang is bijna het haasje; Geen geld maar door corona veel
dieren»?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het buitengewoon onwenselijk zou zijn dat dierenopvangcentra
en/of wildopvangcentra om zouden vallen als gevolg van een structureel tekort aan
middelen, terwijl het aantal op te vangen dieren is gestegen?
Vraag 3
Is het juist dat de gesprekken tussen gemeenten, provincies, stakeholders en het Rijk
om een uniforme landelijke richtlijn te ontwikkelen voor vergoedingen aan lokale en
regionale wildopvangcentra vanwege de coronacrisis stilliggen?
Vraag 4
Kunt u, in aanvulling op uw brief van 22 januari 2020, aangeven hoe u ten tijde van
de coronacrisis uitvoering geeft aan de met algemene stemmen aangenomen motie-Wassenberg/Graus
(Kamerstuk 33 576, nr. 184) en hoe de gesprekken tussen gemeenten, provincies, stakeholders en het Rijk over
een uniforme landelijke richtlijn voor vergoedingen aan lokale en regionale wildopvangcentra
verlopen, wat de uitkomsten tot nu toe zijn en op welke termijn de Kamer een uniforme
landelijke richtlijn kan verwachten?2
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.P. Wassenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.