Schriftelijke vragen : De productie van persoonlijke beschermingsmiddelen in Nederland
Vragen van de leden Hijink en Marijnissen (beiden SP) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en voor Medische Zorg over de productie van persoonlijke beschermingsmiddelen in Nederland (ingezonden 1 mei 2020).
Vraag 1
Kunt u in een overzicht aangeven hoeveel en welke producenten in ons land zich bezighouden
met de productie van persoonlijke beschermingsmiddelen bovenop dat wat door de combinatie
AFPRO Filtertechniek, Auping en DSM wordt geproduceerd?1
Vraag 2
Kunt u zeggen op hoeveel plaatsen in Nederland keuring en certificering kan plaatsvinden
van mondmaskers (zowel FFP maskers volgens EN149 als chirurgische maskers volgens
EN14683)?
Vraag 3
Klopt het dat er maar een beperkt aantal bedrijven in Europa geaccrediteerd is om
maskers aan de EN149 norm te keuren? Klopt het dat dit in Nederland niet mogelijk
is? Kunt u zeggen welke geaccrediteerde bedrijven bevoegd zijn om deze keuring en
certificering uit te voeren?
Vraag 4
Klopt het dat het initiatief DSM/Auping/AFPRO al opdrachten had voordat de keuring
en certificering van de maskers hadden plaatsgevonden en dat andere ondernemers die
vergelijkbare initiatieven aan het opstarten zijn deze afnamegarantie niet krijgen
zolang de producten nog niet gekeurd en gecertificeerd zijn? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 5
Bereiken u ook geluiden dat met name het midden- en kleinbedrijf veel moeite heeft
om toegang te krijgen tot het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH)? Klopt het beeld
dat het LCH met name zaken wil doen met het grootbedrijf terwijl in eigen land kleinere
bedrijven klaarstaan om de productie van onder andere mondmaskers en beschermende
kleding op te starten?
Vraag 6
Deelt u de mening dat alle bedrijven, groot en klein, gelijk behandeld dienen te worden?
Zo ja, hoe bent u van plan hier invulling aan te geven betreffende de ontwikkeling
van beschermingsmiddelen?
Vraag 7
Deelt u de mening dat er veel meer Nederlandse producenten van mondmaskers bij moeten
komen om aan de vraag van vier miljoen FFP2 maskers en zeven miljoen chirurgische
medische maskers per week te voldoen?
Vraag 8
Kunnen potentiële producenten in eigen land rekenen op dezelfde behandeling en ondersteuning
die DSM/Auping/AFPRO hebben gekregen? Zo ja, waar kunnen deze bedrijven terecht om
hulp te krijgen bij het opstarten van de productie en het testen en certificeren van
hun producten?
Vraag 9
Kan een centraal geaccrediteerd keuringspunt vanuit de overheid worden opgestart waar
Nederlandse bedrijven nieuw ontwikkelde beschermingsmiddelen, zoals maskers, schorten,
veiligheidsbrillen en handschoenen kunnen laten keuren en certificeren? Zo ja, bent
u bereid om een dergelijk centraal keurings- en certificeringspunt op te richten om
onnodig tijdverlies bij de ontwikkeling van beschermingsmiddelen van eigen bodem te
voorkomen?
Vraag 10
Deelt u de mening dat er geen tijd verloren mag gaan bij de ontwikkeling van beschermingsmiddelen
van eigen bodem door een gebrek aan ondersteuning vanuit de overheid en een gebrek
aan keurings- en certificeringslocaties? Kunt u uw antwoord toelichten?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.P.M. Hijink, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
L.M.C. Marijnissen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.