Schriftelijke vragen : De nadere uitwerking van de NOW-regeling waaruit blijkt dat een horecaondernemer niet 10 procent van de loonkosten zelf moet doorbetalen maar ruim 35 procent
Vragen van het lid Van Kent (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de nadere uitwerking van de NOW-regeling waaruit blijkt dat een horecaondernemer niet 10 procent van de loonkosten zelf moet doorbetalen maar ruim 35 procent (ingezonden 29 april 2020).
Vraag 1
Wat is uw reactie op de situatie van de horecaondernemer die in de uitzending van
Op1 aangaf dat als hij van tevoren had geweten hoe de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging
Werkgelegenheid (NOW) voor hem had uitgepakt, hij er niet aan was begonnen?1
Vraag 2
Op basis van welke gegevens heeft u besloten dat 30 procent van de loonsom een reëel
percentage is voor werkgeverslasten terwijl dit bij deze horecaondernemer ruim 52
procent is? Hoe verklaart u dit verschil?2
Vraag 3
Hoe verklaart u dat deze horecaondernemer in het geval van 100 procent omzetverlies
niet 10 procent van de loonkosten zelf moet betalen zoals steeds door u is gecommuniceerd,
maar ruim 23 procent, en in de praktijk door de omzet van de eerste twee weken in
maart ruim 35 procent?
Vraag 4
Kunt u zich voorstellen dat als deze horecaondernemer van tevoren had geweten dat
hij niet 10 procent maar ruim 35 procent van de loonkosten zelf had moeten blijven
betalen, hij geen gebruik had gemaakt van de NOW? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 5
Hoe hadden ondernemers van tevoren kunnen weten hoe de NOW voor hen precies uit zou
pakken? Was er op het moment dat dat voor hen duidelijk werd nog de gelegenheid er
onderuit te komen zonder het betalen van een boete voor het eventueel alsnog ontslaan
van personeel?
Vraag 6
Indien het sociale verzekeringsloon lager uitpakt buiten de schuld van de werkgever
om, bijvoorbeeld door medewerkers die ontslag hebben genomen of onbetaald verlof opnemen,
wordt dit dan gecompenseerd met de NOW? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 7
Kunt u zich voorstellen dat deze horecaondernemer – en met hem waarschijnlijk velen
– zich nu de NOW eenmaal verder is uitgewerkt, gevangen genomen voelt in deze regeling?
Kunt u uw antwoord nader toelichten?
Vraag 8
Wat was de tegemoetkoming geweest bij de betreffende horecaondernemer indien hij van
de oude regeling voor werktijdverkorting gebruik had kunnen maken, en onder welke
voorwaarden was dat dan geweest?
Vraag 9
Kunt u aangeven of de NOW onder aan de streep gunstiger of juist minder gunstig uitpakt
voor ondernemers, oftewel had het doorzetten van de oude regeling de overheid minder
of juist meer geld gekost?
Vraag 10
Wat is het gemiddelde percentage van de tegemoetkoming in de loonkosten voor ondernemers
die een beroep doen op de NOW? Onderzoekt u ook of dit in verhouding staat met de
daadwerkelijke loonkosten op de wijze zoals dat door u was voorzien?
Vraag 11
Bent u bereid de NOW ruimhartig toe te passen, zodat bedrijven waarbij werkgeverslasten
veel meer dan de aangenomen 30 procent van de loonsom zijn, niet in de problemen komen
en mogelijk alsnog failliet dreigen te gaan? Kunt u uw antwoord toelichten?
Indieners
-
Gericht aan
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Indiener
Bart van Kent, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.