Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Ouwehand over het stilleggen van de eendenhouderij
Vragen van het lid Ouwehand (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het stilleggen van de eendenhouderij (ingezonden 30 maart 2020).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 28 april
2020).
Vraag 1
Kunt u bevestigen dat sinds de uitbraak van het coronavirus de vraag naar eendenvlees
nagenoeg is weggevallen, onder andere vanwege het sluiten van restaurants?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat de eendensector heeft besloten om geen nieuwe eendenkuikens
meer in de stallen te plaatsen en dat groepen moederdieren vervroegd naar de slacht
zullen worden afgevoerd?2
Antwoord 2
De eendensector heeft mij geïnformeerd over het besluit om voorlopig geen nieuwe broedeieren
in te leggen. Dat betekent dat er geen eendagskuikens meer uitkomen en worden geplaatst
in stallen. Daarnaast wordt een aantal moederdieren vroegtijdig geslacht. De eendensector
neemt hiermee een maatregel om de gevolgen van de crisis voor de keten te beperken.
Vraag 3
Wordt de fok ook stilgelegd? Zo nee, wat gebeurt er dan met de ouderdieren, eieren
en de kuikens?
Antwoord 3
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 1, wordt een aantal moederdieren vroegtijdig
geslacht. Met het oog op continuïteit na de crisis worden de overige moederdieren
aangehouden. Deze blijven vanzelfsprekend eieren leggen. Daarnaast is in het antwoord
op vraag 2 aangeven dat er voorlopig geen nieuwe broedeieren ingelegd worden en er
derhalve ook geen eendagskuikens uitkomen. Er wordt naar alternatieven voor de afzet
van de broedeieren gezocht.
Vraag 4
Kunt u bevestigen dat in de komende weken de eenden worden geslacht die nu nog in
de stallen zitten, dat hun vlees zal worden ingevroren en dat de slacht van eenden
daarna stil komt te liggen?
Antwoord 4
De eendensector heeft mij geïnformeerd dat deze eenden in de komende weken worden
geslacht zoals gepland en dat de slacht daarna tijdelijk wordt opgeschort. Zolang
het vlees niet kan worden afgezet, wordt het ingevroren.
Vraag 5
Kunt u bevestigen dat het vlees van de eenden die in Nederland worden gehouden, voornamelijk
is bestemd voor de export, omdat in Nederland sowieso weinig eendenvlees wordt gegeten?
Antwoord 5
Ja.
Vraag 6
Herinnert u zich uw eerdere bevestiging van het feit dat experts waarschuwen dat eenden
nog makkelijker dan kippen besmet kunnen worden met vogelgriepvirussen en dat de ziekteverschijnselen
vaak minder duidelijk zijn bij eenden?3
Antwoord 6
Experts hebben al eerder aangegeven dat eenden gemakkelijker dan bijvoorbeeld kippen
besmet kunnen worden met vogelgriepvirussen.
De ziekteverschijnselen zijn vaak minder duidelijk bij eenden. Wilde watervogels en
zeker ook wilde eenden zijn een natuurlijk reservoir voor vogelgriepvirussen.
Vraag 7
Erkent u dat het beëindigen van de eendenhouderij in Nederland het risico op een uitbraak
van vogelgriep en daarmee het overslaan van vogelgriep op de mens in Nederland zou
verminderen?
Antwoord 7
De kans op een vogelgriepuitbraak hangt niet alleen af van het aantal bedrijven in
een land of van het type pluimveebedrijf, maar met name van de genomen bioveiligheidsmaatregelen.
De kans op insleep op vogelgriep in Nederland verhoudt zich daarom niet recht evenredig
met het aantal pluimveebedrijven of het aantal pluimveebedrijven met eenden.
Pluimveehouders in Nederland investeren veel in bioveiligheidsmaatregelen. Mijn ministerie
en de NVWA doen er alles aan om vogelgriepuitbraken snel te ontdekken. Als een bestrijdingsplichtige
variant van vogelgriep wordt ontdekt, wordt deze onmiddellijk bestreden en daarbij
worden strenge voorzorgsmaatregelen genomen om te voorkomen dat mensen besmet worden
met het vogelgriepvirus. Daarmee beperken we de kans dat een vogelgriepvirus overslaat
op mensen tot een minimum. Of deze kans nog verder vermindert wanneer er helemaal
geen eendenbedrijven meer zouden zijn in Nederland is niet bekend.
Vraag 8, 9 en 10
Kunt u bevestigen dat eendenslachterij Tomassen Duck-To, de enige Nederlandse eendenslachterij,
sinds de uitbreiding van de slachtcapaciteit in 2016, niet beschikt over een geldige
natuurvergunning (op grond van artikel 2.7, tweede lid, Wet natuurbescherming)?
Erkent u dat het bedrijf over een natuurvergunning dient te beschikken, vanwege de
door het bedrijf veroorzaakte stikstofdepositie op toch al met stikstof overbelaste
Natura 2000-gebieden in de omgeving, zoals de Veluwe?
Erkent u dat vanwege het ontbreken van een benodigde vergunning sprake is van een
illegale situatie?
Antwoord 8, 9 en 10
De bevoegdheid om te beoordelen of deze ontwikkeling vergunningplichtig is onder Wet
natuurbescherming (Wnb) ligt bij de provincie, in dit geval provincie Gelderland.
Wel kan worden gemeld dat door het wegvallen van de drempelwaarde in het PAS zijn
er veel bedrijven die niet over een vergunning beschikken terwijl dit naar de inzichten
nu wel noodzakelijk kan zijn. In mijn brief van 27 juni jl. (Kamerstuk 32 670, nr. 163) geef ik aan dat er voor die situaties wordt gestreefd naar legalisatie en dat er
geen sprake zal zijn van actieve handhaving.
Initiatiefnemers die een melding hebben gedaan en de activiteit feitelijk hebben gerealiseerd
conform de toen geldende wet- en regelgeving, hebben te goeder trouw gehandeld.
Vraag 11
Kunt u bevestigen dat er grote dierenwelzijnsproblemen zijn in de Nederlandse eendenhouderij,
onder andere omdat de dieren niet kunnen zwemmen terwijl hun lichaam er niet op is
gebouwd om 24 uur per dag op hun poten te staan?
Antwoord 11
Zoals ik eerder heb aangegeven tijdens het Algemeen Overleg van uw Kamer over dieren
in de veehouderij van 11 september 2019 (Kamerstuk 28 973, nr. 220) zijn er in de eendenhouderij zeker opgaven op het gebied van dierenwelzijn, waarvan
de aanwezigheid van zwemwater er één is. Hierover ben ik in gesprek met de sector.
Vraag 12 en 13
Kunt u bevestigen dat eenden voorafgaand aan de slacht levend en bij bewustzijn worden
aangehangen, in strijd met de in 2014 door de Kamer aangenomen motie van de Partij
voor de Dieren?4
Kunt u bevestigen dat eenden nog altijd worden bedwelmd met de waterbadmethode waarvan
uw voorgangers al sinds 2009 beloofden dat deze zou worden uitgefaseerd?5
Antwoord 12 en 13
Zowel het levend aanhangen als het bedwelmen met de waterbadmethode zijn toegestaan
volgens de Europese verordening inzake de bescherming van dieren tijdens het doden
(Verordening (EG) nr. 1099/2009). Voor het gebruik van het waterbad als bedwelmingsmethode
zijn in de Verordening specifieke voorschriften vastgelegd voor onder andere de wijze
van aanhangen en de maximale duur tussen het aanhangen en de bedwelming. De Verordening
voorziet niet in de mogelijkheid om op nationaal niveau strengere voorschriften te
stellen aan het fixeren van dieren. Een verbod op een bepaalde fixatiemethode kan
dus alleen in Europees verband worden bereikt. Waterbadbedwelming wordt nog maar in
een beperkt aantal slachthuizen toegepast, waaronder die voor eenden. Een werkbaar
alternatief is voor eenden niet aanwezig. Aan de geschiktheid van de gasbedwelmingsmethode
voor eenden wordt namelijk sterk getwijfeld, omdat de dieren het vermogen hebben hun
adem in te houden.
Vraag 14
Is het waar dat de sector in gesprek is met het Ministerie van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit over financiële compensatie nu de sector stil komt te liggen door
de uitbraak van het coronavirus?6
Antwoord 14
Ja. De sector heeft mij om financiële compensatie gevraagd.
Vraag 15
Bent u van plan om inderdaad financiële compensatie te bieden? Zo ja, waar zal de
steun uit bestaan, welke bedragen zijn hiermee gemoeid en uit welke potjes komt dit?
Antwoord 15
Er wordt verkend welke mogelijkheden er zijn voor (Europese) financiële steun van
alle primaire landbouwsectoren die door de COVID-19 crisis zijn getroffen. Hier valt
ook de eendenvleessector onder.
Op dit moment is niet bekend of, en zo ja, welke mogelijke steunmogelijkheden er kunnen
worden ingezet naast de generieke steunmaatregelen voor alle bedrijven.
Vraag 16
Als u overgaat tot financiële steun, bent u dan bereid hieraan de voorwaarde te verbinden
dat de eendensector in Nederland na de coronacrisis niet opnieuw wordt opgebouwd,
maar zal worden beëindigd? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 16
Op dit moment is nog niet bekend of, en zo ja welke aanvullende steunmaatregelen mogelijk
kunnen worden ingezet voor de primaire landbouwsectoren, waaronder de eendenvleessector.
Zoals ik al heb aangegeven in het Algemeen Overleg van uw Kamer over dieren in de
veehouderij van 11 september 2019, vind ik het nogal ver gaan om in een keer een hele
sector te verbieden, dan wel te beëindigen. In deze tijden is het niet gepast om beëindiging
van een sector als voorwaarde aan financiële steun te verbinden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.