Verslag van een schriftelijk overleg : Verslag van een schriftelijk overleg over de uitwerking van de maatregelen in de asielketen met betrekking tot het coronavirus (Kamerstuk 19637-2592)
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 2601
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 22 april 2020
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen
voorgelegd aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de brief van 20 maart
2020 inzake uitwerking van de maatregelen in de asielketen met betrekking tot het
coronavirus (Kamerstukken 19 637 en 25 295, nr. 2592).
De vragen en opmerkingen zijn op 2 april 2020 aan de Staatssecretaris van Justitie
en Veiligheid voorgelegd. Bij brief van 17 april 2020 zijn de vragen beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Van Meenen
Adjunct-griffier van de commissie, Tielens-Tripels
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
1. Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben met begrip kennisgenomen van uw brief met de uitwerking
van de maatregelen in de asielketen met betrekking tot het coronavirus. Deze leden
zijn van mening dat in deze tijden van internationale crisis de veiligheid van het
land voorop moet staan. Het voorkomen dat asielzoekers elkaar en andere mensen, zoals
medewerkers van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) en Immigratie en Naturalisatie
Dienst (IND), besmetten verdient prioriteit. Voornoemde leden vinden het dan ook logisch
dat de normale handelwijze van de IND niet door kan gaan. Iedereen moet zich aanpassen
aan deze omstandigheden, dus dat vragen we ook van asielzoekers, die zich volgens
het VN-verdrag op gelijke wijze moeten houden aan de voorschriften van de overheid.
De leden van de PVV-fractie vragen waarom u stelt dat het belang van de Nederlandse
volksgezondheid ondergeschikt is aan de belangen van gelukszoekers door niet de grenzen
voor asielzoekers te sluiten, maar in plaats daarvan noodopvang voor asielzoekers
te faciliteren. Waarom doet u dit? Staat er een hek rondom de noodopvanglocaties die
zijn ingericht voor nieuwe asielzoekers? Kunnen zij de locatie en het terrein feitelijk
verlaten? Kunt u garanderen dat alle asielzoekers die, tijdens de gezondheidscrisis
waar Nederland nu mee te kampen heeft, door u ons land binnen worden gelaten, in quarantaine
worden gezet en op geen enkele manier in contact zullen komen met de Nederlandse bevolking?
Kunt u garanderen dat er geen mondkapjes, ontsmettingsmiddelen of andere hulpgoederen
naar asielzoekers in Griekenland of andere vluchtelingenkampen buiten Nederland worden
gestuurd aangezien onze helden in de zorg vaak al gedwongen zonder deze essentiële
beschermingsmiddelen en dus met gevaar voor eigen leven hun werk moeten doen? Sinds
de Nederlandse grens met België en Duitsland op verschillende punten beperkt is afgesloten,
is de asielinstroom afgenomen. Ziet u nu eindelijk in dat het sluiten van de grens
de enige effectieve manier is om de asielinstroom in te dammen? Zo nee, waarom niet?
Wat is volgens u dan de verklaring dat de asielinstroom de afgelopen weken fors is
afgenomen?
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de maatregelen
in de asielketen vanwege de uitbraak van het coronavirus. Deze leden hebben begrip
voor de getroffen maatregelen. Wel hebben zij nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie hebben vragen naar aanleiding van de maatregelen die in
de asielketen zijn genomen als gevolg van het coronavirus.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben er begrip voor dat in deze uitzonderlijke
tijden verregaande maatregelen worden genomen in de asielketen om de verspreiding
van het coronavirus zoveel als mogelijk te kunnen beperken. Desondanks vinden zij
het van groot belang dat de maximale ruimte wordt genomen om, binnen de kaders van
de noodzakelijke coronamaatregelen, de opvang van asielzoekers en de organisatie van
asielprocedures zo goed mogelijk te organiseren. Zij vragen of dit nu op alle punten
het geval is, en stellen op basis daarvan u graag enkele vragen.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief naar aanleiding van de
maatregelen die in de asielketen zijn genomen als gevolg van het coronavirus. Zij
hebben een aantal vragen en opmerkingen. Om te beginnen spreken deze leden hun waardering
uit voor allen die tijdens de coronacrisis werkzaam zijn in de asielketen. Zij onderkennen
dat het werk nu extra zwaar is. De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling
kennisgenomen van de brief over de uitwerking van de maatregelen in de asielketen
met betrekking tot het coronavirus. Deze leden begrijpen de zorgen die er bestaan
ten aanzien van het besmettingsgevaar van medewerkers in de migratieketen en begrijpen
derhalve ook dat die risico’s zoveel als mogelijk beperkt moeten worden. Echter, zo
menen de aan het woord zijnde leden ook, mag dit niet op onevenredige wijze ten koste
gaan van de veiligheid en rechten van asielzoekers. Vandaar de volgende vragen.
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van de maatregelen
die u heeft genomen voor de asielketen met betrekking tot het coronavirus. Zij hebben
daar enkele vragen en opmerkingen over.
De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren erkennen de noodzaak in het kader
van de bestrijding van het coronavirus maatregelen te nemen binnen de asielketen.
Zij hebben enkele zorgen over de vreemdelingendetentie in Nederland en de situatie
op de Griekse eilanden.
De noodopvang
De leden van de VVD-fractie hebben in de brief aanleiding gezien tot het stellen van
de volgende vragen. Hoeveel asielzoekers zijn Nederland binnengekomen sinds de coronamaatregelen
van kracht zijn gegaan? Hoeveel verblijven er momenteel in de noodopvang en uit welke
landen van herkomst komen zij? Wat is de capaciteit van de noodopvang wanneer rekening
wordt gehouden met de richtlijnen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
(RIVM)? Kunt u de Kamer tijdig informeren als deze locatie vol dreigt te raken en
een alternatief nodig is? U schrijft dat ten aanzien van de noodopvang een strak gebiedsverbod
geldt zodat nieuwe asielzoekers zich niet kunnen verplaatsen in de gemeente. Hoe zit
dit ten aanzien van andere COA-locaties? Legt de overheid daar momenteel ook een gebiedsverbod
op voor de omliggende gemeenten om besmettingsgevaar te minimaliseren? Zo nee, waarom
niet? U schrijft dat de opvang in de huidige situatie wordt gecontinueerd waar die
in normale omstandigheden zou komen te vervallen. Wat betekent dit voor het aantal
veiligelanders dat uitgeprocedeerd is en momenteel in de opvang zit? Hoe staat het
met de overlast in en rond asielzoekerscentra (azc’s) en hoeveel asielzoekers zijn
sinds de coronamaatregelen overgeplaatst naar de Handhaving en Toezichtslocatie (HTL)
in Hoogeveen?
De leden van de D66-fractie hebben allereerst een aantal vragen over de noodopvang
die is ingericht in de Willem Lodewijk van Nassaukazerne bij Zoutkamp. Hoeveel mensen
zijn er momenteel in de noodopvang? Hoeveel mensen kunnen hier worden gehuisvest?
Kunt u aangeven hoe de voorzieningen in deze kazerne eruit zien? Is deze opvang geschikt
voor gezinnen met kinderen? Is de opvang geschikt voor minderjarigen? Zijn er mogelijkheden
minderjarigen te begeleiden en is sprake van separate opvang? Is sprake van dagactiviteiten
en/of scholing voor minderjarigen? Zo nee, waarom niet en wat kunt u doen teneinde
de omstandigheden te verbeteren? Kunnen naast asielzoekers die net in Nederland zijn
aangekomen, ook anderen zoals staatlozen, asielzoekers met een herhaalde aanvraag
of afgewezen asielzoekers die wachten op uitzetting aanspraak maken op opvang in de
kazerne? Zo nee, waar kunnen deze mensen dan terecht voor opvang? Deelt u de mening
dat in ieder geval moet worden gezorgd dat niemand op straat komt te staan? Op welke
juridische grondslag is het besluit gebaseerd dat vreemdelingen die zich nieuw in
Nederland melden, ernstig beperkt worden in hun bewegingsvrijheid, doordat zij een
strakke gebiedsbeperking wordt opgelegd zodat zij zich niet vrijelijk in de gemeenten
kunnen bewegen? Kunt u dit besluit motiveren?
De leden van de GroenLinks-fractie zijn positief over het feit dat met relatieve snelheid
een noodopvangvoorziening is geregeld voor personen die sinds 15 maart2020 een asielverzoek
hebben gedaan. Wel vragen deze leden meer informatie over de aard van de opvang en
wie er al dan niet van het aanmeldcentrum in Ter Apel naar de noodopvanglocatie worden
gebracht, en wie niet. Signalen hebben deze leden bereikt dat de noodopvang niet voor
iedereen open staat, en dat sommigen alsnog zijn aangewezen op gemeentelijke noodopvang.
Kunt u aangeven of, en zo ja welke, selectiecriteria worden toegepast bij het doorverwijzen
naar de noodopvanglocatie Zoutkamp?
De leden van de GroenLinks-fractie zouden graag informatie krijgen hoeveel personen
zich sinds 15 maart 2020 hebben gemeld met een asielverzoek, hoeveel personen naar
de Zoutkamp zijn gebracht en hoeveel personen van hen kinderen zijn. Deze leden vragen
of er alleenstaande minderjarigen verblijven op de Zoutkamp, en zo ja, welke vorm
van zorg en begeleiding voor hen is georganiseerd. Heeft Nidos bijvoorbeeld toegang
tot de locatie? Voornoemde leden vragen voorts of er op de Zoutkamp speciale voorzieningen
zijn getroffen voor gezinnen met kinderen. Zo nee, waarom niet? De aan het woord zijnde
leden vragen of deze kinderen toegang hebben tot een vorm van onderwijs. Zo nee, waarom
niet? Deze leden vragen of het een optie is om gezinnen met kinderen en/of alleenstaande
minderjarigen elders dan op de Zoutkamp op te vangen. Is dit onderzocht? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, wat was de uitkomst? De leden van de GroenLinks-fractie vragen of Vluchtelingenwerk
inmiddels toegang is verschaft tot de Zoutkamp, en zo nee, op welke termijn dit zal
gebeuren. Ook vragen deze leden naar de beschermingsmaatregelen die zijn getroffen
om besmettingen met corona onder asielzoekers en personeel te voorkomen. Is de Zoutkamp
hiervoor een geschikte locatie? Hoeveel asielzoekers verblijven er inmiddels in de
noodopvanglocatie Zoutkamp? Voor hoeveel asielzoekers is daar capaciteit? Welke voorzieningen
zijn daar aanwezig en dan met name medische voorzieningen? Hebben organisaties zoals
Vluchtelingenwerk toegang tot deze noodopvanglocatie? Zo nee, waarom niet en wanneer
zal dit wel het geval zijn?
De leden van de GroenLinks-fractie vinden het van belang dat het onderwijs voor kinderen
in azc en/of de noodopvang zoveel als mogelijk wordt voorgezet door middel van thuisonderwijs.
Er bereiken deze leden echter signalen dat de bandbreedte van het wifi-netwerk op
verschillende locaties onvoldoende is om dit thuisonderwijs te realiseren. Voornoemde
leden vragen of u bereid bent, eventueel samen met de Minister voor basis- en voortgezet
onderwijs en media, met spoed een grotere bandbreedte van wifi-netwerken op COA-locaties
te realiseren, en daar de eventueel benodigde middelen voor beschikbaar te stellen,
zodat kinderen thuisonderwijs kunnen krijgen, en zo ja, op welke termijn u dit kunt
realiseren.
De leden van de SP-fractie merken op dat voor de noodopvang is gekozen voor een locatie
in Zoutkamp. Is een capaciteit van 300 mensen voldoende volgens u? In hoeverre voldoet
de noodopvang aan de nieuwste richtlijnen van het RIVM? In hoeverre acht u de locatie
in Zoutkamp geschikt voor de opvang van gezinnen met kinderen? Bent u bereid gezinnen
met kinderen in de reguliere opvang onder te brengen, desnoods in quarantaine om besmettingen
te voorkomen? Kunt u aangeven hoe de noodopvang in Zoutkamp aan de opvangrichtlijn
voor kwetsbare groepen voldoet? Wat acht u een aanvaardbare verblijfstermijn voor
mensen op deze locatie? Kunt u reageren op de brief van de Werkgroep Kind in AZC van
19 maart jl, met name als het gaat om de roep op een kindvriendelijke opvang?
De leden van de PvdA fractie vragen of er binnen de groep asielzoekers die zich nu
meldt gedifferentieerd kan worden, bijvoorbeeld door zogenoemde veiligelanders wel
in een noodopvanglocatie onder te brengen maar asielzoekers die daar niet passen in
een meer geschikte setting zoals een regulier azc op te vangen. Bij die laatste groep
denken deze leden met name aan de groep asielzoekers met kinderen. Klopt het dat er
momenteel acht kinderen in de noodopvang zich bevinden? Deelt u de mening dat een
noodopvanglocatie niet geschikt is om kinderen in onder te brengen? Zo ja, hoe gaat
u zorgen dat die elders in betere omstandigheden opgevangen gaan worden? Zo nee, waarom
niet?
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de noodopvanglocatie
die is ingericht voor nieuwe asielzoekers die zich nu melden. Voor hen is de asielprocedure
zelfs opgeschort. Kunt u aangeven hoeveel mensen tot nu toe in die noodopvanglocatie
terecht zijn gekomen? Melden zich daar nog steeds mensen? Worden zij nu wel of niet
geregistreerd, of waarin verschilt deze registratie van de normale gang van zaken?
Wat houdt de medische check in? Deze leden nemen aan dat de nieuwe aanmeldingen niet
gecontroleerd worden op het coronavirus, gezien de beperkte testcapaciteit tot nu
toe. Deelt u de mening dat dit eigenlijk zo spoedig mogelijk wel gedaan zou moeten
worden, juist omdat deze mensen een reis door verschillende landen achter de rug hebben?
Nu er gewerkt wordt aan het uitbreiden van de testcapaciteit in Nederland, op welke
termijn zou dit gerealiseerd kunnen worden? Verder zouden de aan het woord zijnde
leden willen weten of er al coronagevallen zijn gerapporteerd vanuit de azc’s en zo
ja, hoeveel. Wat is het beleid in dergelijke gevallen?
Opschorten asielprocedures (termijnen)
De leden van de VVD-fractie vragen u wat de crisis betekent voor de voortgang in de
werkvoorraad van de IND? Verwacht u dat er een deel van de achterstand kan worden
ingelopen omdat er nu geen nieuwe instroom is? Of is dat vanwege de vereiste contactmomenten
in lopende procedures niet mogelijk? Wordt momenteel gekeken naar een werkwijze waardoor
achterstanden gedurende de crisis toch zoveel mogelijk kunnen worden ingelopen en
zo ja, welke? Wat betekent de crisis voor het aantrekken van het benodigde extra personeel
bij de IND? Wat is de planning van de taskforce dwangsommen en het managementonderzoek
dat u naar de IND heeft lopen?
De leden van de CDA-fractie lezen in uw brief dat de asielprocedure voor asielzoekers
die zich nieuw aanmelden voorlopig is opgeschort, maar dat registratie van personen
die zich melden voor asiel wel plaatsvindt. Zij verbazen zich over het feit dat juist
de contactmomenten bij de registratie van asielzoekers lijken door te gaan (vingerafdrukken
en fouilleren bijvoorbeeld). Kunt u aangeven waarom deze keuze zo gemaakt is? Zou
het afnemen van vingerafdrukken en eventueel fouilleren voorlopig niet eveneens opgeschort
moeten worden?
Deze leden vragen voorts wat deze maatregelen precies betekenen voor reeds lopende
procedures. Verwacht u dat de procedures ernstig vertraagd zullen worden? De aan het
woord zijnde leden vragen naar de strategie indien er op een COA-locatie het coronavirus
wordt vastgesteld. Indien dat wordt vastgesteld zal de gehele COA-locatie dan geïsoleerd
worden of worden de besmette personen bijvoorbeeld van het terrein gehaald? Voorts
vragen deze leden of er strengere regels gelden voor COA-locaties in Brabant in vergelijking
met COA-locaties elders in het land. De leden van de CDA-fractie lezen in uw brief
dat u, om humanitaire redenen, heeft besloten om verblijf in een COA-locatie te continueren
voor personen die daar onder normale omstandigheden geen recht meer op zouden hebben.
Hoewel deze leden begrip hebben voor deze maatregel, vragen zij hoelang deze maatregel
van kracht blijft. Zijn ook deze maatregelen vooralsnog tot zes april van kracht?
De leden van de D66-fractie vragen op welke juridische grondslag het besluit is gebaseerd
om uitzettingen op te schorten? Welke gevolgen heeft dit voor de vreemdelingendetentie
die immers alleen kan worden opgelegd als er reëel uitzicht op uitzetting is binnen
een redelijke termijn is? Op welk moment is er, volgens u, niet langer sprake van
een redelijke termijn? Voorts vragen deze leden wat de exacte juridische status is
van de beperkte registratie, die blijkbaar bestaat uit het afnemen van vingerafdrukken,
het doorzoeken van systemen, fouilleren, het doorzoeken van bagage en het innemen
van documenten. Waarin verschilt dit van de praktijk van de laatste tijd gelet op
alle vertragingen bij de IND? Is deze beperkte registratie een registratie conform
de Procedurerichtlijn, of is er sprake van een soort voor-registratie? Wat is de juridische
status van de groep mensen met een beperkte registratie? Klopt het dat zij een rechtmatig
verblijf hebben? Welke gevolgen heeft deze beperkte registratie met betrekking tot
de Dublinverordening? Op grond van de Procedurerichtlijn hebben asielzoekers het recht
hun asielaanvraag zo spoedig mogelijk in te dienen. Hoe is geborgd dat dat onder de
huidige situatie nog steeds kan? De aan het woord zijnde leden lezen in de brief dat
indien niet binnen bepaalde termijnen volgens wettelijk voorschrift kan worden beslist
als gevolg van de coronacrisis, er sprake is van een situatie van overmacht, als bedoeld
in artikel 4:15 Algemene wet bestuursrecht (Awb). Geldt dat, volgens u, ook voor mensen
die worden geconfronteerd met het verlopen van bijvoorbeeld een aanvraagdeadline voor
de verlening van een verblijfsvergunning, beroep- en bezwaartermijnen, termijnen in
het kader van een nareisprocedure en andere termijn-gebonden procedures? Zo nee, waarom
niet? De leden van de D66-fractie vragen u voorts naar de eerste inschatting van de
gevolgen van de coronacrisis voor de wacht- en doorlooptijden. Op welke wijze kunt
u de negatieve gevolgen zoveel mogelijk opvangen? Wat is in dit verband de stand van
zaken met betrekking tot de taskforce die voorstellen maakt over de wacht- en doorlooptijden?
Wat is uw inschatting wat de invloed zal zijn van de coronacrisis op het migratiepact
dat de Europese Commissie dit voorjaar wil presenteren?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van uw besluit om sinds 15 maart
2020 de asielprocedures op te schorten. U heeft aangegeven dat, gelet op het contact-intensieve
karakter van de asielprocedure, voortzetting niet verantwoord zou zijn. Voornoemde
leden kunnen zich voorstellen dat dit besluit onder tijdsdruk tot stand is gekomen.
Zij vragen u daarom of sindsdien nauwkeuriger is bekeken of, en zo ja, hoe, asielprocedures
weer in gang kunnen worden gezet indien beschermingsmaatregelen worden getroffen.
Zo ja, wat is uit deze analyse gebleken? Zo nee, bent u bereid alsnog op korte termijn
dit te laten bekijken? De aan het woord zijnde leden vragen u een duiding te geven
welke aspecten van de asielprocedure precies zijn opgeschort en welke nog doorgang
vinden. Zo begrijpen deze leden dat in sommige procedures die reeds in gang waren
gezet, door de IND nog besluiten worden genomen. Kunt u een overzicht verschaffen
welke activiteiten nog wél door de IND worden uitgevoerd, en welke niet? De leden
van de GroenLinks-fractie vragen voorts of u inmiddels een mededeling kunt doen over
de te verwachten duur van de genomen maatregelen. Zij hopen dat u in uw beslissing
over eventuele voortzetting van de maatregelen wil meewegen dat asielzoekers zich
momenteel in een zeer beknellende positie bevinden, waarin de onzekerheid over de
mondiale ontwikkelingen rond het coronavirus en een gebrek aan bewegingsvrijheid worden
vermengd met de onzekerheid over het toekomstperspectief in Nederland. Voorts vragen
voornoemde leden hoe asielzoekers tot nu toe zijn geïnformeerd over de maatregelen
en de verwachting over de ontwikkelingen voor de korte termijn, en of hierbij bijzondere
aandacht is voor het passend informeren van kinderen. U schreef in de kabinetsbrief
van 15 maart 2020 dat vanwege de coronacrisis bij het niet halen van gebruikelijke
termijnen door de IND een beroep op overmacht in juridische zin zal worden gedaan.
De aan het woord zijnde leden hebben daar begrip voor. Evenwel vinden deze leden dat
hetzelfde hoort te gelden voor asielzoekers die vanwege de coronacrisis termijnen
overschrijden, bijvoorbeeld omdat er vanwege de coronacrisis onvoldoende contact met
de raadsheer of raadsvrouw kan zijn. Kunt u bevestigen dat ook termijnoverschrijdingen
door asielzoekers bij bijvoorbeeld de indiening van beroeps- of bezwaarschriften,
aanvragen of het aanleveren van informatie door de vingers zullen worden gezien? Zo
nee, waarom niet?
De leden van de SP-fractie onderschrijven de noodzaak om verdere besmettingen te voorkomen,
maar maken zich daarnaast zorgen over de opgelopen wachttijden in de asielketen. De
richtlijnen van het RIVM zijn inmiddels alweer aangescherpt ten opzichte van de brief
van 20 maart 2020. Kunt u aangeven wat dit betekent voor de richtlijnen binnen de
asielketen, wat is de laatste stand van zaken? Lukt het om binnen de AZC te voldoen
aan alle richtlijnen, om te beginnen het voorschrift om 1,5 meter afstand te houden?
Zo nee, wat wordt daartegen ondernomen? U geeft in antwoord op schriftelijke vragen
van de SP-fractie van 18 maart 2020 (2020D10941) aan dat besloten is de asielprocedure stil te leggen vanwege de vele contactmomenten,
maar gaat niet in op de suggestie om alternatieven te onderzoeken. Heeft u dit alsnog
gedaan? Wat zijn de geschatte gevolgen voor de wachttijden en de dwangsommen als u
geen methode vindt om besmettingsvrij en fatsoenlijk asielaanvragen in behandeling
te nemen? Is het mogelijk de uitbetaling van dwangsommen stil te leggen vanwege de
coronacrisis? In hoeverre ziet u mogelijkheden de asielaanvragen alsnog in behandeling
te nemen, zonder het risico op besmettingen te vergroten? Bent u bereid de schriftelijke
asielaanvragen in behandeling te nemen zoals Duitsland dat doet, dan wel te onderzoeken
of interviews digitaal afgenomen kunnen worden? De leden van de SP-fractie vragen
voorts op welke wijze vreemdelingen op de hoogte worden gebracht van de richtlijnen
van het RIVM en hoe wordt erop toegezien dat deze worden nageleefd. Welk risico lopen
vreemdelingen, medewerkers en advocaten? Klopt het dat het medewerkers en advocaten
niet is toegestaan beschermingsmiddelen te dragen teneinde onrust te voorkomen? Welke
maatregelen neemt u om de veiligheid te garanderen en verdere verspreiding van het
virus te voorkomen? Wat is uw reactie op de oproep van de Hoge Commissaris van de
Mensenrechten van de Raad van Europa om gedurende de coronacrisis de vreemdelingendetentie
op te heffen?
De leden van de PvdA-fractie vragen of er onder medewerkers werkzaam in de migratieketen
of onder asielzoekers voor zover bekend sprake is van besmetting met het coronavirus.
Zo ja, wat is de aard en omvang van die besmetting? Wordt er in de migratieketen,
mede gezien de soms onduidelijk herkomst van asielzoekers, specifiek op corona getest?
Voornoemde leden zouden graag inzicht krijgen in de huidige toestroom van asielzoekers.
Hoeveel asielzoekers komen er, ondanks de binnen de EU veelal gesloten grenzen, toch
nog naar Nederland? Hoe is de opvang van asielzoekers die sinds u besloten heeft dat
de reguliere opvang niet voor nieuwe asielzoekers open staat, wel geregeld? Krijgen
alle asielzoekers die zich melden voor asiel daadwerkelijk opvang en waar bestaat
die uit? De aan het woord zijnde leden begrijpen dat indien niet binnen bij wettelijk
voorgeschreven bepaalde termijnen over een asielaanvraag kan worden beslist, er onder
de huidige omstandigheden sprake kan zijn van een situatie van overmacht. Als dat
geldt voor de IND die deze beslissingen moet nemen, geldt de overmachtssituatie dan
ook ten aanzien van de wettelijke termijnen waaraan asielzoekers en vluchtelingen
gehouden zijn? Deze leden menen dat dit billijk zou zijn in deze tijd waarin de dienstverlening
aan deze groep wellicht beperkt is en de normale termijn voor asielzoekers moeilijk
haalbaar is. Daarbij zouden voornoemde leden met name om coulance willen vragen ten
aanzien van aanvragen voor gezinshereniging die niet op tijd kunnen worden ingediend
of de andere termijnen die gelden gedurende de nareisprocedure. Vluchtelingenwerk
wijst er op dat er gezinsleden zijn die nu niet tijdig hun machtiging tot voorlopig
verblijf hebben kunnen ophalen of niet tijdig ermee kunnen reizen. Vluchtelingenwerk
vraagt vanwege de overmachtssituatie om de termijnen in de nareisprocedure soepeler
te hanteren en dit ook duidelijk te communiceren zodat niet in iedere individuele
zaak apart om uitstel gevraagd moet worden. Dit speelt ook bij andere termijn gebonden
procedures zoals de aanvraag voor verlenging van verblijfsvergunningen of bijvoorbeeld
de aanvraag van een verblijfsvergunning voor een pasgeboren kind. Kunt u hierop ingaan?
De aan het woord zijnde leden hebben begrip voor het feit dat u maatregelen treft
aangezien het asielproces inderdaad veel contactmomenten en reisbewegingen met zich
meebrengt. Zij spreken daarbij de wens uit dat u deze tijd, die naar verwachting een
lagere instroom asielzoekers zal laten zien, gebruikt om de grote achterstanden in
de behandeling van lopende dossiers in te halen. Kunt u dit toezeggen? Zo nee, waarom
niet?
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen wie er nu daadwerkelijk bij de Nederlandse
grens geen toegang meer krijgt als gevolg van de coronamaatregelen. Klopt het dat
dit in de praktijk eigenlijk alleen voor asielzoekers geldt? Deze leden vragen of
het klopt dat ook de registratie en opvang van asielzoekers met een onderbouwde opvolgende
asielaanvraag nu geweigerd wordt. Zo ja, wat is de juridische grondslag hiervoor?
Zijn er overigens geen praktische maatregelen te nemen om de contactmomenten in het
asielproces doorgang te laten vinden, zoals plexiglazen scheidingwanden bijvoorbeeld,
zoals die nu ook in supermarkten gebruikt worden? Hoe zit het met nareizende gezinsherenigers?
Wat verandert er in de situatie voor deze gevallen? Bent u bereid om niet alleen voor
de overheid de termijnen in de asielketen te versoepelen, maar juist ook voor de statushouders
die nu bijvoorbeeld het risico lopen gezinshereniging mis te lopen? Bent u het met
voornoemde leden eens dat ambassades, met name als de visa al afgegeven kunnen worden,
gezinsleden van vluchtelingen ondersteuning zouden kunnen blijven bieden zodat zij
nog naar Nederland kunnen reizen? De aan het woord zijnde leden vinden dit belangrijk
omdat het juist in deze gevallen kan gaan om gezinsleden die zich vaak in moeilijke
en onveilige situaties bevinden. Ziet u dit belang ook?
Voornoemde leden roepen u op om er nu opnieuw bij de Bahreinse autoriteiten op aan
te dringen de veroordeelde Bahreinse vluchteling die vanuit Nederland is teruggestuurd
vrij te laten uit humanitaire overwegingen. Kunt u aangeven wat de stand van zaken
is rond het inspectierapport over deze zaak?
Opschorten en intrekken van vergunningen
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat het onder de huidige omstandigheden
nagenoeg onmogelijk is om internationaal te reizen. Zij constateren dat het daarmee
noodzakelijk is om mensen die momenteel in Nederland verblijven op basis van een tijdelijk
verblijfsrecht dat dezer dagen zou aflopen onder normale omstandigheden, van een verlenging
van deze juridische basis te voorzien. Bent u voornemens alle bestaande verblijfstitels
te verlengen tot het moment dat internationaal reizen redelijkerwijs weer mogelijk
is? Zo nee, waarom niet? In het bijzonder vragen voornoemde leden of voor mensen met
een tijdelijke verblijfsvergunning welke afhankelijk is van het economische verdienvermogen
van de houder, zoals bijvoorbeeld de tijdelijke vergunning onder beperking «arbeid
als zelfstandige» (artikel 3.4 lid 1, onder c, Vreemdelingenbesluit), een uitzondering
wordt gemaakt vanwege de huidige coronacrisis. Zo nee, waarom niet? Bent u bereid
de mogelijkheid en wenselijkheid te onderzoeken van het verstrekken van tijdelijke
verblijfsvergunningen aan alle personen die momenteel in de asielprocedure zitten,
geldig tot het moment dat aanvragen weer in behandeling genomen kunnen worden, zoals
door Portugal reeds is besloten (https://joop.bnnvara.nl/nieuws/portugal-schiet-asielzoekers-te-hulp)? Zo nee, waarom niet?
Vreemdelingendetentie
De leden van de VVD-fractie vragen wat er gebeurt met uitgeprocedeerde asielzoekers
waarvan zicht op uitzetting bestond en die om die reden in detentie zitten. Kunt u
deze detentie verlengen? Hoe voorkomt u dat uitgeprocedeerde asielzoekers uit het
zicht van de overheid raken? Bent u bereid vanuit uw stelselverantwoordelijkheid aan
gemeenten te vragen hoe het momenteel staat met het aantal illegaal verblijvenden
in de bed-, bad-, broodvoorzieningen en hun bewegingsvrijheid? In welke mate wordt
in deze crisissituatie vanuit de reguliere daklozenopvang capaciteit ingezet voor
ongedocumenteerden? Kunt u vanuit uw stelselverantwoordelijkheid in overleg met gemeenten
treden om ervoor te zorgen dat opvang van illegaal verblijvende personen niet bijdraagt
aan een hoger lokaal besmettingsrisico? Bijvoorbeeld door grootschalige opvang van
illegalen zoals recent voor Amsterdam-Zuid is besloten, gepaard te laten gaan met
een gebiedsverbod/gebod, zodat het risico voor bewoners niet wordt vergroot? Kunt
u bovendien bij gemeenten met een illegalenopvang nagaan of zorghulpverleners zoals
het Leger des Heils niet worden ingezet in de illegalenopvang bij mensen die over
het algemeen zelfredzaam zijn, zodat hun inzet benut kan worden waar die echt nodig
is, zoals bij mensen die niet zelf redzaam zijn?
De leden van de PVV-fractie vragen of het klopt dat uitgeprocedeerde vreemdelingen,
die op dit moment niet gedwongen kunnen worden uitgezet, niet meer in vreemdelingendetentie
worden geplaatst maar gewoon vrij worden gelaten of op kosten van de belastingbetaler
in dure azc’s of in bed-, bad-, en broodlocaties worden opgevangen. Zo ja, hoeveel
uitgeprocedeerden zijn er naar azc’s en de bed-, bad-, en broodlocaties gestuurd en
hoeveel daarvan hebben de benen genomen? Per wanneer bent u van plan de gedwongen
uitzettingen te hervatten?
De leden van de D66-fractie vragen of u kunt aangeven welke maatregelen worden geadviseerd
door het RIVM met betrekking tot vreemdelingendetentie. Kunt u uiteenzetten welke
beperkende maatregelen op basis van deze adviezen er zijn genomen, welke activiteiten
nog wel mogelijk zijn en in welke mate contact, al dan niet telefonisch, met de buitenwereld
daadwerkelijk mogelijk is voor gedetineerden?
De leden van de GroenLinks-fractie maken zich zorgen over de mensen die momenteel
in vreemdelingendetentie zitten. Asielzoekers kunnen in vreemdelingendetentie worden
geplaatst als uitzicht bestaat op uitzetting. Het is nadrukkelijk geen strafrechtelijke
vorm van detentie. Nu uitzettingen de facto onmogelijk zijn vanwege de coronacrisis,
nemen deze leden aan dat alle personen waarvoor uitzicht op uitzetting was aangenomen,
inmiddels in vrijheid zijn gesteld. Mediaberichten lijken hier ook op te duiden, maar
graag krijgen deze leden een bevestiging (https://nos.nl/artikel/2328839-vreemdelingen-vrijgelaten-uit-detentie-v…). In deze mediaberichten wordt echter ook gemeld dat momenteel nog 330 personen in
vreemdelingendetentie zitten. Kunt u motiveren op welke juridische basis deze mensen
worden vastgehouden, nu zicht op uitzetting op de korte termijn ontbreekt? De aan
het woord zijnde leden vragen u een appreciatie te geven van de oproep van de Hoge
Commissaris voor de Mensenrechten van de Raad van Europa om mensen die nu vastzitten
in vreemdelingendetentie vrij te laten gedurende de coronacrisis (https://www.coe.int/en/web/commissioner/-/commissioner-calls-for-releas…).
De leden van de PvdA-fractie begrijpen dat ondanks dat er op dit moment geen zicht
op uitzetting is, vreemdelingen toch in vreemdelingendetentie blijven. Waaruit bestaat
nog de juridische titel om vreemdelingendetentie te handhaven? Daarnaast vragen de
aan het woord zijnde leden of om praktische redenen niet voor andere oplossingen dan
detentie kan worden gekozen. Het blijkt immers dat er sprake is van onderbezetting
van personeel voor de vreemdelingendetentie, gedetineerden geen bezoek meer mogen
ontvangen en dagprogramma’s worden aangepast. Daar waar de Dienst Justitiële Inrichtingen
(DJI) voor strafrechtelijk gedetineerden maatregelen heeft genomen die inhouden dat
een aantal van die gedetineerden tijdelijk vrij komen, wordt hier voor de nota bene
op bestuursrechtelijke titel gedetineerde vreemdelingen niet voor gekozen. Acht u
het mogelijk dat de vreemdelingen die een verblijfsadres hebben tijdelijk in vrijheid
worden gesteld en wellicht op een andere wijze in beeld kunnen blijven? Zo ja, om
hoeveel gedetineerden zou het kunnen gaan? Zo nee, waarom niet?
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie maken zich zorgen over enkele honderden
mensen die zich op dit moment in vreemdelingendetentie bevinden. Op basis van welke
juridische gronden worden deze mensen momenteel in vreemdelingendetentie gehouden,
nu mensen niet uitgezet kunnen worden? Kunt u reageren op de oproep van de Hoge Commissaris
voor de Mensenrechten van de Raad van Europa om gedurende de coronacrisis de vreemdelingendetentie
op te heffen? Bovendien kunnen in vreemdelingendetentie over het algemeen de adviezen
van het RIVM rondom corona praktisch niet opgevolgd worden. Bent u bereid voor deze
mensen alternatieve opvang te regelen?
Grensdetentie Schiphol
De leden van de D66-fractie hebben vernomen dat advocaten die hun cliënt willen bezoeken
in het aanmeldcentrum Schiphol zou worden verboden mondkapjes te dragen tijdens contact
met hun cliënt. Kunt u aangeven of dat bericht klopt en zo ja, waarom dat zo is? Bent
u bereid dat beleid te wijzigen en daarbij ook te kijken naar andere beschermingsmaatregelen,
zoals handschoenen? Kunt u ook ingaan op de vraag of het klopt dat mensen die zich
op Schiphol melden niet worden getest op corona? Indien dit allemaal juist is, kunt
u dan aangeven hoe dit ogenschijnlijke gebrek aan voorzorgmaatregelen zich verhoudt
tot de vergaande afschermingsmaatregelen bij COA-locaties en het gegeven dat de IND
de meeste contactmomenten heeft opgeschort? Kunt u aangeven welke gezondheidsmaatregelen
zijn getroffen op het aanmeldcentrum Schiphol en op basis van welk advies? Bent u
bereid dat advies met de Kamer te delen? Welke gevolgen heeft het eventuele gebrek
aan testen voor mensen die op enig moment van het aanmeldcentrum worden overgebracht
naar een opvanglocatie van het COA? Welke besmettingsrisico’s zijn hieraan verbonden?
Welke gevolgen hebben de maatregelen voor de duur van de grensdetentie?
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat u in de brief van 20 maart 2020 beschrijft
dat mensen die aan de grens of op Schiphol aankomen en asiel aanvragen vanaf nu langer
in grensdetentie worden geplaatst om incubatie van het coronavirus uit te kunnen sluiten.
De IND blijft echter wel beslissingen nemen in grensprocedures, in tegenstelling tot
in asielprocedures. Kunt u dit verschil toelichten? Is het mogelijk grensprocedures
goed uit te voeren binnen de kaders van de richtlijnen van het RIVM? Zo ja, waarom
kan dit dan niet bij andere procedures? Kunt u toelichten op welke wijze de toegang
tot rechtshulp in de grensdetentie nu geborgd is? Hoe wordt de gedetineerde in staat
gesteld om zijn of haar verzoek met bewijs te onderbouwen, gelet op het feit dat de
telefoon wordt afgenomen? Kunt u toelichten wat er gebeurt met een persoon zodra de
IND een positieve, dan wel een negatieve beslissing neemt? Hoeveel mensen hebben zich
sinds de aanvang van de maatregelen aan de grens of op Schiphol gemeld met een asielverzoek?
De leden van de SP-fractie vragen of u heeft kennisgenomen van het interview met asieladvocaat
Flip Schüller (Radio1, 27 maart, 07:10). Hij luidt de noodklok over de situatie op
Schiphol waar asielzoekers en uitgeprocedeerden in grensdetentie en vreemdelingenbewaring
worden gehouden. In hoeverre worden de coronavoorschriften op deze locatie gehandhaafd?
Neemt u maatregelen naar aanleiding van zijn bevindingen? In hoeverre worden zij gehandhaafd
in het vreemdelingendetentiecentrum in Rotterdam?
Ten aanzien van de grensdetentie op Schiphol zouden de leden van de ChristenUnie-fractie
willen weten waarom asielzoekers hun mobiele telefoon eigenlijk moeten inleveren tijdens
de incubatieperiode. Wat is de reden van de verkorting van de voorbereidingstijd van
zes tot drie dagen? Is een goede voorbereiding, voldoende rechtsbijstand en de mogelijkheid
tot het verzamelen van bewijs nog gegarandeerd?
Dublinoverdrachten
De leden van de PVV-fractie vragen wat er gebeurt met de vreemdelingen die op grond
van de Dublinverordening in een ander Europees land asiel hadden moeten aanvragen/of
hebben aangevraagd maar waarvan de overdracht naar een andere EU-lidstaat op dit moment
is opgeschort. Worden zij vastgezet tot het moment dat de overdracht naar een andere
EU-lidstaat kan worden geëffectueerd? Zo nee, hoeveel Dublinclaimanten heeft u inmiddels
vrijgelaten en waar zijn zij nu?
De leden van de D66-fractie krijgen de indruk dat veel EU-lidstaten met betrekking
tot de uitvoering van de Dublinverordening individueel het besluit hebben genomen
de feitelijke overdrachten van asielzoekers tijdelijk op te schorten, zo ook Nederland.
Voornoemde leden vinden het opvallend dat EU-lidstaten individuele besluiten nemen
over een Europese verordening die invloed heeft op andere EU-lidstaten. Waarom worden
er over maatregelen met betrekking tot Europese verordeningen op het terrein van asiel
en migratie geen gezamenlijke besluiten genomen? Kunt u de aan het woord zijnde leden
een inspanningsverplichting toezeggen in de toekomst zoveel mogelijk gezamenlijk besluiten
te nemen als het gaat om Europese verordeningen waar alle EU-lidstaten zich aan hebben
gecommitteerd, om zo de uitvoering van dit beleid zo effectief mogelijk te laten zijn?
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat u in uw brief van 20 maart 2020 aankondigt
dat Nederland in ieder geval tot zes april geen Dublinoverdrachten zal doen. Deze
leden zijn benieuwd wat er tot het hervatten van de Dublinoverdrachten gebeurt met
personen bij wie Nederland een Dublinclaim heeft geregistreerd. Worden zij in de opvang,
de noodopvang in Groningen, Vreemdelingendetentie of op straat geplaatst? Kunt u uw
keuze daarvoor motiveren?
De Griekse eilanden
De leden van de PVV-fractie vragen of u kunt garanderen dat er geen minderjarige vreemdelingen
worden overgenomen van Griekenland of van andere landen. Zo nee, waarom niet?
De leden van de CDA-fractie vragen u of u iets kunt zeggen over de effecten van uw
beleid en uw inzet ten aanzien van de zorgelijke omstandigheden in de kampen in Griekenland.
Worden er bijvoorbeeld al personen in de kampen overgeheveld naar het Griekse vasteland?
De leden van de D66-fractie maken zich zorgen over de overvolle vluchtelingenkampen
op de Griekse eilanden, gelet op het feit dat op dit moment, maar zeker bij een corona-uitbraak,
de bewoners van deze kampen zichzelf niet goed kunnen beschermen. Er is immers nauwelijks
voldoende water en zeep voor de meest basale hygiëne. Deze leden zijn van mening dat
mensen zo snel mogelijk moeten worden overgebracht naar, bijvoorbeeld, leegstaande
hotels en andere fatsoenlijke huisvestiging in Griekenland waar de coronamaatregelen
beter kunnen worden nageleefd. De Tweede motie Kamer heeft een (Kamerstuk 32 317, nr. 588) aangenomen om Griekenland aan te sporen mensen over te brengen naar het Griekse
vasteland. Wat is er tot nu toe concreet door u gedaan om deze motie uit te voeren?
Heeft u de Grieken hierop aangesproken en wat was de Griekse reactie? Zijn de Griekse
autoriteiten al bezig om mensen uit de kampen over te plaatsen? Wat doet u om de Griekse
autoriteiten te helpen? Is er ondertussen al een Europees noodplan opgesteld voor
vluchtelingenkampen in verband met het coronavirus? Zo ja, wie heeft hierin de leiding?
Zo nee, bent u bereid in Europees verband aan te dringen op een noodplan?
De leden van de GroenLinks-fractie maken zich grote zorgen over de gevolgen van een
eventuele corona-uitbraak op de Griekse eilanden. Het is van het grootst mogelijke
belang dat de overbevolkte vluchtelingenkampen op de eilanden minstens van adequate
beschermingsmaatregelen worden voorzien, maar bij voorkeur dat de mensen op deze eilanden
naar het vaste land worden overgebracht. Voornoemde leden herhalen graag de oproep
aan u om samen met andere Europese lidstaten en Griekenland te komen tot een humanitaire
oplossing. De aan het woord zijnde leden maken zich ernstige zorgen over de potentiele
humanitaire ramp die zich kan voltrekken bij een corona-uitbraak op de dichtbevolkte
Griekse eilanden. Heeft u kennisgenomen van de noodkreet van ruim 5.000 Europese artsen
en hun oproep in ieder geval kamp Moria op Lesbos zo snel mogelijk te evacueren, en
van de oproep van zeven hulporganisaties van vergelijkbare strekking (https://www.vluchtelingenwerk.nl/nieuws/oproep-aan-minister-president-r…)? Ook vragen voornoemde leden of u kennis heeft genomen van de brief die, op initiatief
van Nederlandse Europarlementariër Tineke Strik, namens de LIBE-commissie van het
Europees Parlement (EP) aan de Europese Commissie is gestuurd, met een oproep acuut
te werken aan hervestiging van kinderen uit Griekenland (https://groenlinks.nl/sites/groenlinks.nl/files/downloads/newsarticle/D…), en hoe zij bereid is deze brede oproep van het EP te ondersteunen in woord en daad?
Dat na jaren nog steeds niet is ingegrepen om een einde te maken aan de mensonterende
positie van migranten op de Griekse eilanden is wat hen betreft een collectief falen
van de EU, en in het licht van de corona-crisis bovendien levensgevaarlijk. De leden
van de GroenLinks-fractie wijzen ook op het specifieke Nederlandse falen in het tonen
van internationale solidariteit, door reeds voor de coronacrisis te weigeren op substantiële
wijze deel uit te maken van een Europese oplossing. Zelfs nationale initiatieven van
lokale gemeenschappen om een bescheiden bijdrage te leveren, heeft u geblokkeerd.
Deze leden verwijzen naar het aanbod van tientallen gemeenten om alleenstaande minderjarigen
uit Griekenland op te nemen. Door niet op dit aanbod in te gaan, heeft u bijgedragen
aan het voortbestaan van de verschrikkelijke situatie op de Griekse eilanden. In dit
licht vragen de aan het woord zijnde leden of u bereid bent tot inkeer te komen, en
alsnog gehoor te geven en als Nederland een deel van de verantwoordelijkheid op te
nemen voor dit Europese vraagstuk. Indien uw antwoord negatief luidt, vragen zij hoe
u de (mede)verantwoordelijkheid voor een mogelijke humanitaire ramp op de eilanden
dan beziet.
De leden van de GroenLinks-fractie vragen voorts of het klopt dat er inmiddels drie
corona-besmettingen zijn geconstateerd op Lesbos onder eilandbewoners. Zij vragen
welke maatregelen zijn genomen door Griekenland en/of de Europese Unie om een uitbraak
van corona op de Griekse eilanden te voorkomen en te testen op aanwezigheid van het
virus onder de migrantenpopulatie. Wordt met spoed gewerkt aan adequaat sanitair en
hygiënische producten zoals zeep? Heeft de Griekse regering om assistentie verzocht?
Zo ja, in welke vorm, en welke bijdrage kan Nederland hieraan leveren? Is Nederland
bereid om via non- Official Development Assistance (ODA) middelen op de begroting
van Buitenlandse zaken bij te dragen aan het met spoed leveren van sanitair en hygiëne-producten?
Is Nederland bereid aan te dringen op de inzet van Europese Civiele Bescherming en
Humanitaire Hulp (ECHO)-hulpmiddelen via de EU? Zo nee, waarom niet? Welk deel van
de op 3 maart 2020 toegezegde € 350 miljoen van de EU die direct aan Griekenland ter
beschikking zou komen voor het verbeteren van de opvang is inmiddels uitgegeven? Wordt
dit gespendeerd om de kampen op de Griekse eilanden van goed sanitair en goede hygiëne
te voorzien? Zo nee, waarom niet?
De aan het woord zijnde leden vragen u toe te lichten wat de stand van zaken is rond
het herplaatsen van alleenstaande minderjarige vluchtelingen op verzoek van Griekenland,
waar enkele Europese landen aan zouden meewerken. Wordt deze inspanning doorgezet,
ondanks de uitbraak van het coronavirus, of hebben landen hun aanbod om minderjarigen
te hervestigen ingetrokken? Indien dit het geval is, zijn deze landen dan voornemens
op een later moment alsnog tot hervestiging over te gaan, en zo ja, is Nederland dan
bereid hier alsnog deel aan te nemen? Voornoemde leden vragen of de maatregel asielzoekers
op de Griekse eilanden een vertrekpremie te bieden, inmiddels effect heeft. Hoeveel
mensen hebben van deze regeling inmiddels gebruik gemaakt?
De leden van de SP-fractie merken op dat de situatie op de Griekse eilanden al dramatisch
was, maar dat als gevolg van corona een catastrofe dreigt. Tienduizenden mensen, waaronder
kinderen, zitten op elkaar gepakt. Mensen moeten uren in de rij staan voor een maaltijd.
Stromend water en toiletten zijn er nauwelijks,hygiëne en sociale distantie zijn feitelijk
onmogelijk. Deelt u de mening dat een corona-uitbraak op de eilanden tot een grote
ramp zal leiden? EU-lidstaten dienen gezamenlijk in te grijpen om het onheil af te
wenden. Om een ramp te voorkomen dienen vluchtelingen in veiligheid gebracht te worden.
Dit kan door mensen naar het vasteland te brengen, in lijn met een aangenomen motie.
Bent u bereid alles op alles te zetten om dit te realiseren? Voornoemde leden vragen
een reactie op de oproep van Europese artsen onder de naam #SOSMoria, de brief van
Amnesty International, Artsen zonder Grenzen, Defence for Children, PAX, Stichting
Vluchteling, Terre des Hommes, Save the Children en VluchtelingenWerk de mensen in
de kampen op de Griekse eilanden zo snel mogelijk in veiligheid te brengen: «Het is
volledig onverantwoord om vluchtelingen met hun kinderen in deze omstandigheden vast
te houden. Er moet onmiddellijk begonnen worden met de evacuatie van mensen van de
eilanden en het regelen van veilige, hygiënische en humane opvang van deze mensen.
De gevolgen zijn anders niet te overzien.»1
De leden van de PvdA-fractie hebben reeds eerder dringend uw aandacht gevraagd voor
de onhoudbare situatie in de vluchtelingenkampen op de Griekse eilanden. In dit verband
vragen zij of u de woorden van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
kent zoals zij die zaterdagavond 28 maart 2020 in het tv programma Op1 uitte? (https://twitter.com/D66/status/1244195130925604864?ref_src=twsrc%5Egoog…) Daarin stelde zij, naar de mening van de aan het woord zijnde leden terecht dat
1,5 meter afstand houden en vaak je handen wassen in een vluchtelingenkamp niet kan.
Voorts stelde de Minister voor BHOS, ook terecht, «dat in de coronacrisis we ook deze
kwetsbare groep moeten helpen. Dat doe je vanuit moraliteit, maar ook vanuit Nederlands
belang». Daarbij duidde zij op vluchtelingen in Afrika. Deelt u de mening van de Minister
voor BHOS ten aanzien van de situatie in de Afrikaanse kampen? Zo nee, waarom niet
en spreekt de regering dan niet meer met een mond? Deelt u de mening van de aan het
woord zijnde leden dat de overwegingen van de Minister voor BHOS eveneens van toepassing
zijn op de Griekse vluchtelingenkampen? Zo ja, welke gevolgen verbindt u hieraan?
Zo nee, waarom niet en kunt u dan puntsgewijs aangeven waarom a) social distancing
in de Griekse kampen beter mogelijk zou zijn dan in de Afrikaanse kampen, b) waarom
je vanuit moraliteit de vluchtelingen in de Griekse kampen niet beter dan nu het geval
is zou moeten helpen, en c) waarom het niet ook in het Nederlandse en Europees belang
zou zijn om die vluchtelingen te helpen? Die situatie in de Griekse vluchtelingenkampen
was al onhoudbaar toen er nog geen sprake van dreiging met corona was. Echter, is
die situatie nu helaas wel sprake is van een coronadreiging, niet nog onhoudbaarder
geworden? Zo ja, welke concrete actie verbindt u hieraan? Zo nee, waarom niet? Deelt
u de mening dat ten minste gezinnen met kinderen en zeker alleenstaande kinderen onmiddellijk
in veiligheid moeten worden gebracht? Zo ja, welke concrete bijdrage gaat Nederland
daaraan leveren? Zo nee, waarom niet? Deelt u de mening dat nu er in Nederland welwillende
gemeenten zijn die aangeven alleenstaande kinderen te willen opnemen en voogdijinstelling
Nidos heeft laten weten dat zij klaar staat als Nederland 500 kinderen overneemt,
dat er geen valide reden meer is om geen kinderen op te nemen? Zelfs als dat geen
structurele oplossing voor dit schrijnende probleem is, kunnen er immers wel kinderen
die in acuut gevaar zijn of kunnen komen, door geholpen of gered worden. Zo ja, wat
gaat u doen om er voor te zorgen dat, nadat andere EU-lidstaten dat reeds hebben toegezegd,
ook Nederland dergelijke kinderen gaat opnemen? Zo nee, waarom deelt u die mening
niet?
De leden van de ChristenUnie-fractie willen weten wat er gebeurd is naar aanleiding
van de motie om 2500 kwetsbare kinderen van de Griekse eilanden naar het vaste land
over te brengen. Klopt het dat er momenteel slechts 1 kraan op 1300 mensen beschikbaar
is in de kampen op de Griekse eilanden? Hoeveel geld heeft de Griekse regering van
de EU gekregen specifiek voor deze hotspots? Is dit volgens u voldoende om acceptabele
opvang te realiseren? Deelt u de mening dat de situatie op de Griekse eilanden een
gezamenlijke Europese verantwoordelijkheid is, aangezien deze rechtstreeks voortvloeit
uit de EU-Turkijeverklaring? Welke plannen zijn er gemaakt mocht het coronavirus ook
deze kampen bereiken? Deelt u de mening dat het beter is om vóórdat er een coronageval
is in de kampen mensen te evacueren en verspreiden? Deelt u voorts de mening dat het
steeds urgenter wordt om in elk geval met een coalitie van bereidwillige landen asielzoekers
uit Griekenland te herplaatsen? Waarom sluit u zich niet aan bij de coalities die
al gevormd zijn om deze structureel te maken? Wat bent u van plan nu te doen?
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie maken zich grote zorgen over de situatie
op de Griekse eilanden. Bovenop de humanitaire ramp die zich daar voltrekt, komt nu
het risico van de ongehinderde verspreiding van het coronavirus. De asielzoekers op
de Griekse eilanden moeten zo snel mogelijk op een humane, veilige en hygiënische
manier opgevangen worden. Is Nederland bereid zich aan te sluiten bij de oproep van
talloze organisaties en bezorgde burgers om evacuatie, relocatie en medische zorg
mogelijk te maken? Zo nee, waarom niet? Voornoemde leden hebben enkele weken geleden
de oproep gesteund om 2500 kwetsbare alleenstaande kinderen uit de Griekse kampen
weg te halen en te verdelen over de EU-lidstaten. Helaas is aan die oproep nog altijd
geen gehoor gegeven. Daarom roepen de aan het woord zijnde leden hierbij u alsnog
met klem op in ieder geval de alleenstaande kinderen opvang te bieden. Kunt u aangeven
of u hiertoe bereid bent en zo nee, waarom niet?
De Vietnamese kinderen
De leden van de SP-fractie constateren met grote zorg dat bijna alle Vietnamese kinderen
uit de beschermde opvang met onbekende bestemming verdwijnen. Het onderzoek van het
Expertisecentrum Mensenhandel en Mensensmokkel (EMM) bevestigt de signalen dat deze
kinderen zeer waarschijnlijk slachtoffer worden van mensenhandel of mensensmokkel.
Kunt u reageren op de brief van Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld
tegen Kinderen.Herman Bolhaar, die het onbegrijpelijk vindt dat nieuwe maatregelen
uitblijven aangezien de Nederlandse staat mede verantwoordelijk is voor deze kinderen?
Consulaire dienstverlening en visa
De leden van de D66-fractie vragen of het klopt dat ambassades tijdelijk zijn gestopt
met alle dienstverlening voor bijvoorbeeld nareizigers of voor het verstrekken van
een machtiging tot voorlopig verblijf. Zo ja, deelt u de mening dat dit voor de mensen
tot grote onzekerheden kan leiden? Welke opties kunnen er verkend worden om deze mensen
toch op een bepaalde manier van dienst te zijn? Hoe wordt omgegaan met het aflopen
van visa van mensen die zich nu in Nederland bevinden en moeilijk terug kunnen naar
hun herkomstland, bijvoorbeeld vanwege gesloten grenzen of vanwege de slechte gezondheidssituatie
aldaar?
Vrijwilligerswerk
De leden van de D66-fractie vragen of u heeft kennisgenomen van het bericht «Arts
Feisal Abou uit Syrië: «Ik wil de pijn van coronapatiënten verlichten'» en het bericht
«Asiel bestrijden corona in ter Apel: Mensen steken duimpjes omhoog»? Kunt u deze
berichten bevestigen? Welke mogelijkheden ziet u nog meer voor asielzoekers in de
opvang van het COA die zich nuttig willen inzetten tijdens de coronacrisis?
II. Reactie van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Om te beginnen wil ik in antwoord op de vragen van de leden van de PVV-fractie graag
aangeven dat het belang van de Nederlandse volksgezondheid in alle maatregelen van
het kabinet voorop staat, ook waar deze de asielketen betreffen. Het gecontroleerd
bieden van noodopvang vormt tezamen met de overige in deze beantwoording beschreven
maatregelen de beste wijze om de verspreiding van het virus te controleren.
In reactie op een vraag daarover van diezelfde leden, kan ik aangeven dat het juist
is dat de enorme beperkingen die de Nederlandse samenleving op dit moment kent, samen
met alle Europese en internationale beperkingen tot effect hebben dat er zich thans
een lager aantal asielzoekers in Nederland meldt. Ik acht het niet aan de orde dit
(op onderdelen) als een gewenst scenario voor de toekomst te presenteren. Het kabinet
is daarbij van mening dat nationale maatregelen die het vrij verkeer van personen
en goederen binnen de Unie kunnen beperken proportioneel moeten zijn.
De noodopvang
De leden van de VVD-fractie hebben in de brief aanleiding gezien tot het stellen van
de volgende vragen. Hoeveel asielzoekers zijn Nederland binnengekomen sinds de coronamaatregelen
van kracht zijn gegaan? Hoeveel verblijven er momenteel in de noodopvang en uit welke
landen van herkomst komen zij? Wat is de capaciteit van de noodopvang wanneer rekening
wordt gehouden met de richtlijnen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
(RIVM)? Voorts vragen deze leden of ik de Kamer informeer als deze locatie vol dreigt
te raken en een alternatief nodig is?
Tussen 20 maart en 7 april 2020 hebben circa 300 vreemdelingen de registratie in Ter
Apel doorlopen en zijn doorverwezen naar de noodonderdaklocatie in Zoutkamp. Dit betreft
asielzoekers die de wens tot indiening van een eerste asielaanvraag kenbaar hebben
gemaakt, nareizende familieleden die niet konden worden bijgeplaatst bij het COA,
en een klein aantal vreemdelingen dat in Dublin-bewaring een eerste asielaanvraag
heeft ingediend. Deze informatie is gebaseerd op handmatige registratie en dient daarom
met voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.
Op 7 april 2020 verbleven circa 195 asielzoekers op de noodonderdaklocatie in Zoutkamp.
De meest voorkomende nationaliteiten zijn: Syrische (ca 35%), Jemenitisch (ca 7%),
Nigeriaanse (ca 6%), Algerijnse (ca 4%) en Eritrese (ca 4%). Deze informatie is gebaseerd
op handmatige registratie en dient daarom met voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.
De capaciteit van de noodonderdaklocatie is teruggebracht van 300 naar 210 personen
nu er wordt gewerkt conform aangescherpte RIVM-richtlijnen. Het is mogelijk dat de maximale capaciteit van deze locatie zal worden
bereikt, daarom ben ik inmiddels begonnen met de verkenning van een tweede locatie.
Hoewel er weinig uitstroom bij het COA is, vindt die nog wel plaats. Bezien wordt
dus ook of op verantwoorde wijze mensen uit het noodonderdak door kunnen stromen naar
het COA.
De leden van de VVD fractie hebben aanvullend de volgende vragen gesteld: U schrijft
dat ten aanzien van de noodopvang een strak gebiedsverbod geldt zodat nieuwe asielzoekers
zich niet kunnen verplaatsen in de gemeente. Hoe zit dit ten aanzien van andere COA-locaties?
Legt de overheid daar momenteel ook een gebiedsverbod op voor de omliggende gemeenten
om besmettingsgevaar te minimaliseren? Zo nee, waarom niet?
Allereerst is het goed om op te merken dat de noodonderdaklocatie in Zoutkamp geen
COA-locatie betreft en dat deze, gelet op de bijzondere omstandigheden waaronder deze
voorzieningen tot stand zijn gekomen, een eigen regime kent. Ook op COA-locaties worden
de richtlijnen van het RIVM en de GGD nageleefd. Bovendien is het aantal bewoners
dat positief getest is op het coronavirus per 7 april 2020 beperkt, te weten vijf
op een totale bezetting van 27.350 bewoners. Hoewel uiteraard niet duidelijk is hoe
het aantal besmettingen op COA-locaties zich zal ontwikkelen, zie ik vooralsnog geen
aanleiding om verdergaande maatregelen te nemen, zoals een gebiedsgebod.
Tenslotte hadden de leden van de VVD- fractie nog een aantal vragen met betrekking
tot voornoemde onderwerp: U schrijft dat de opvang in de huidige situatie wordt gecontinueerd
waar die in normale omstandigheden zou komen te vervallen. Wat betekent dit voor het
aantal veiligelanders dat uitgeprocedeerd is en momenteel in de opvang zit? Hoe staat
het met de overlast in en rond asielzoekerscentra (azc’s) en hoeveel asielzoekers
zijn sinds de coronamaatregelen overgeplaatst naar de Handhaving en Toezichtslocatie
(HTL) in Hoogeveen?
Vanwege de coronamaatregelen kunnen uitgeprocedeerde veilige landers in veel gevallen
tijdelijk niet worden overgedragen naar een andere lidstaat of terugkeren naar land
van herkomst. Daar staat tegenover dat er geen sprake is van nieuwe instroom van veilige
landers in de COA opvang. De consequentie is dat het aantal veilige landers in de
COA-opvang nauwelijks verandert. De berekening van het totale aantal uitgeprocedeerde
veilige landers dat momenteel langer dan normaal in de COA-opvang verblijft vereist
een arbeidsintensieve analyse van data uit verschillende informatiesystemen van betrokken
partijen in de migratieketen. Deze berekening was niet mogelijk zonder vertraging
van de beantwoording van de totale set van vragen.
Wat betreft overlast in opvanglocaties heb ik van het COA begrepen dat de overlast
de laatste tijd lijkt te zijn verminderd. De politie ziet de laatste weken over het
algemeen geen toename van overlast of criminaliteit in de omgeving van opvanglocaties.
Sinds de invoering van de coronamaatregelen zijn elf personen overgeplaatst naar de
Handhaving- en Toezichtlocatie in Hoogeveen.
De leden van de D66-fractie hebben allereerst een aantal vragen over de noodopvang
die is ingericht in de Willem Lodewijk van Nassaukazerne bij Zoutkamp. Hoeveel mensen
zijn er momenteel in de noodopvang? Hoeveel mensen kunnen hier worden gehuisvest?
Ook vragen zij mij om aan te geven hoe de voorzieningen in deze kazerne eruit zien?
Op 7 april 2020 verbleven circa 195 asielzoekers op de noodonderdaklocatie in Zoutkamp.
Deze informatie is gebaseerd op handmatige registratie en dient daarom met voorzichtigheid
te worden geïnterpreteerd. De capaciteit van de noodonderdaklocatie is teruggebracht
van 300 naar 210 personen nu er wordt gewerkt conform aangescherpte RIVM-richtlijnen.
De voorzieningen op de kazerne zijn gevestigd in verblijven waar voorheen cadetten
van de krijgsmacht werden gehuisvest.
Voorts hebben de leden van de D66- fractie de volgende vragen gesteld: Is deze opvang
geschikt voor gezinnen met kinderen? Is de opvang geschikt voor minderjarigen? Zijn
er mogelijkheden minderjarigen te begeleiden en is sprake van separate opvang? Is
sprake van dagactiviteiten en/of scholing voor minderjarigen? Zo nee, waarom niet
en wat kunt u doen teneinde de omstandigheden te verbeteren?
Gezien de huidige omstandigheden, acht ik de locatie voldoende geschikt voor kinderen.
De asielzoekers worden opgevangen in ruimten met 6–8 bedden. Gezinnen kunnen hierdoor
op dezelfde kamer verblijven en worden niet opgesplitst. De medewerkers hebben waar
mogelijk oog voor de positie van kinderen, al zijn de mogelijkheden daartoe op de
noodonderdaklocatie op dit moment beperkt.
Wel is afgesproken dat voor amv’s op individuele basis wordt bekeken of doorplaatsing
in kleinschalige Nidos-opvang aangewezen en mogelijk is. Dit heeft ertoe geleid dat
het merendeel van de amv’s die zich de afgelopen weken in Ter Apel hebben gemeld zijn
doorgeplaatst naar Nidos-opvang.
Omdat de noodonderdaklocatie pas sinds 20 maart 2020 operationeel is, is voor minderjarige
asielzoekers op dit moment geen scholing op afstand beschikbaar. Wel wordt, in overleg
met het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en LOWAN (het centrum dat
ondersteuning biedt aan scholen die het eerste onderwijs aan nieuwkomers verzorgen),
verkend of onderwijs op afstand toch kan worden aangeboden. Dit zal onder meer afhangen
van de beschikbaarheid van voldoende begeleidingscapaciteit en technische middelen.
Er wordt in een vorm van dagbesteding voorzien, maar vanwege het risico op groepsvorming
is dit slechts in beperkte mate mogelijk.
De aan het woord zijnde leden hebben tot slot nog enkele vragen: Kunnen naast asielzoekers
die net in Nederland zijn aangekomen, ook anderen zoals staatlozen, asielzoekers met
een herhaalde aanvraag of afgewezen asielzoekers die wachten op uitzetting aanspraak
maken op opvang in de kazerne? Zo nee, waar kunnen deze mensen dan terecht voor opvang?
Deelt u de mening dat in ieder geval moet worden gezorgd dat niemand op straat komt
te staan? Op welke juridische grondslag is het besluit gebaseerd dat vreemdelingen
die zich nieuw in Nederland melden, ernstig beperkt worden in hun bewegingsvrijheid,
doordat zij een strakke gebiedsbeperking wordt opgelegd zodat zij zich niet vrijelijk
in de gemeenten kunnen bewegen? Kunt u dit besluit motiveren?
In antwoord op de vraag van de leden van de D66-fractie kan ik aangeven dat staatloze
personen die een eerste asielwens kenbaar maken niet zijn uitgesloten van toegang
tot de noodopvanglocatie. Het is van groot belang dat asielzoekers die al langer in
Nederland zijn niet gaan reizen binnen Nederland, niet naar Ter Apel of Zoutkamp,
maar evenmin naar andere plaatsen. Gezien mijn besluit tot het tijdelijk continueren
van opvang op COA-locaties van asielzoekers voor wie in een normale situatie het recht
op opvang zou komen te vervallen, is onderdak in de Zoutkamp voor personen die een
herhaald asielverzoek willen indienen of die in afwachting zijn van een uitzetting
ook niet nodig. Voor personen die eerder op eigen initiatief onderdak elders hebben
gevonden, geldt eveneens het uitgangspunt dat zij niet moeten reizen en het verblijf
op hun huidige verblijfslocatie moeten continueren. De vrijheidsbeperkende maatregel
die geldt bij plaatsing in de Zoutkamp betreft een maatregel op grond van de Vreemdelingenwet
2000. De vrijheidsbeperking sluit aan bij het eerder genoemde uitgangspunt dat reizen
binnen Nederland zo veel als mogelijk wordt tegengegaan.
De leden van de GroenLinks-fractie waren positief over het feit dat met relatieve
snelheid een noodopvangvoorziening is geregeld voor personen die sinds 15 maart 2020
een asielverzoek hebben gedaan. Wel hebben de leden mij gevraagd antwoord te geven
op de vraag om meer informatie over de aard van de opvang en wie er al dan niet van
het aanmeldcentrum in Ter Apel naar de noodopvanglocatie worden gebracht, en wie niet.
Aanleiding voor de vragen waren signalen die deze leden hebben bereikt over dat de
noodopvang niet voor iedereen open staat, en dat sommigen alsnog zijn aangewezen op
gemeentelijke noodopvang. Er is mij gevraagd of ik kan aangeven of, en zo ja welke,
selectiecriteria worden toegepast bij het doorverwijzen naar de noodopvanglocatie
Zoutkamp.
Op de noodonderdaklocatie krijgen vreemdelingen die nu niet kunnen instromen in het
asielproces onderdak en basale voorzieningen geboden. Het klopt dat niet iedereen
toegang krijgt tot deze locatie. Gedacht kan worden aan vreemdelingen die eerder in
het zicht van hun uitzetting met onbekende bestemming zijn vertrokken en zich nu alsnog
in Ter Apel melden. Onderliggende uitgangspunt is dat deze personen eerder op eigen
initiatief elders onderdak hebben gevonden. Het is in het belang van de volksgezondheid
dat zij niet reizen en het verblijf op de huidige verblijfslocatie continueren. Overigens
is vanuit datzelfde uitgangspunt besloten tot tijdelijke continuering van de opvang
op COA-locaties van vreemdelingen voor wie in een normale situatie het recht op opvang
zou komen te vervallen. Enkel vreemdelingen die nergens anders terecht kunnen, zoals
nieuwe asielzoekers en vreemdelingen wiens bewaring is opgeheven en die niet eerder
op een COA-locatie verbleven, krijgen toegang tot de noodonderdaklocatie.
De leden van de GroenLinks-fractie zouden graag informatie krijgen hoeveel personen
zich sinds 15 maart 2020 hebben gemeld met een asielverzoek, hoeveel personen naar
de Zoutkamp zijn gebracht en hoeveel personen van hen kinderen zijn.
Tussen 20 maart en 7 april 2020 hebben circa 300 vreemdelingen de registratie in Ter
Apel doorlopen en zijn doorverwezen naar de noodonderdaklocatie in Zoutkamp. Op 7 april
2020 verbleven circa 195 asielzoekers op de noodonderdaklocatie Zoutkamp, waarvan
circa 10 minderjarigen. Enkele tientallen personen zijn in diezelfde periode vrijwillig
vertrokken. Deze informatie is gebaseerd op handmatige registratie en dient daarom
met voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.
Deze leden vragen of er alleenstaande minderjarigen verblijven op de Zoutkamp, en
zo ja, welke vorm van zorg en begeleiding voor hen is georganiseerd. Heeft Nidos bijvoorbeeld
toegang tot de locatie, zo vragen deze leden.
Ook amv’s verblijven in principe op de noodonderdaklocatie. Wel is afgesproken dat
voor amv’s op individuele basis wordt bekeken of doorplaatsing in kleinschalige Nidos-opvang
aangewezen en mogelijk is. Dit heeft ertoe geleid dat een groot deel van de amv’s
die zich de afgelopen weken in Ter Apel hebben gemeld zijn doorgeplaatst naar Nidos-opvang.
Alle amv’s, ook degene die in de Nassaukazerne verblijven, staan onder voogdij van
Nidos.
Voornoemde leden vragen voorts of er op de Zoutkamp speciale voorzieningen zijn getroffen
voor gezinnen met kinderen. Ook vragen zij of deze kinderen toegang hebben tot een
vorm van onderwijs.
Gezien de huidige omstandigheden, acht ik de locatie voldoende geschikt voor kinderen.
De asielzoekers worden opgevangen in ruimten met 6–8 bedden. Gezinnen kunnen hierdoor
op dezelfde kamer verblijven en worden niet opgesplitst. De medewerkers hebben waar
mogelijk oog voor de positie van kinderen, al zijn de mogelijkheden daartoe op de
noodonderdaklocatie op dit moment beperkt.
Omdat de noodonderdaklocatie pas sinds 20 maart 2020 operationeel is, is voor minderjarige
asielzoekers op dit moment geen scholing beschikbaar. Wel wordt, in overleg met het
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en LOWAN, verkend of onderwijs op
afstand toch kan worden aangeboden. Dit zal onder meer afhangen van de beschikbaarheid
van voldoende begeleidingscapaciteit en technische middelen. Er wordt in een vorm
van dagbesteding voorzien, maar vanwege het risico op groepsvorming is dit slechts
in beperkte mate mogelijk.
Deze leden vragen of het een optie is om gezinnen met kinderen en/of alleenstaande
minderjarigen elders dan op de Zoutkamp op te vangen.
Er is gezien het korte tijdsbestek en de beperkte beschikbaarheid vooralsnog geen
aparte noodonderdaklocatie voor gezinnen met kinderen onderzocht. Ook amv’s verblijven
in principe op de noodonderdaklocatie. Wel is afgesproken dat voor amv’s op individuele
basis wordt bekeken of doorplaatsing in kleinschalige Nidos-opvang aangewezen en mogelijk
is. Dit heeft ertoe geleid dat een groot deel van de amv’s die zich de afgelopen weken
in Ter Apel hebben gemeld zijn doorgeplaatst naar Nidos-opvang.
De leden van de GroenLinks-fractie vragen of Vluchtelingenwerk inmiddels toegang is
verschaft tot de Zoutkamp, en zo nee, op welke termijn dit zal gebeuren.
Vluchtelingenwerk Nederland heeft de noodonderdaklocatie bezocht en heeft werkafspraken
gemaakt met het management van de locatie.
Ook vragen deze leden naar de beschermingsmaatregelen die zijn getroffen om besmettingen
met corona onder asielzoekers en personeel te voorkomen.
Ik kan daarop antwoorden dat er op de Zoutkamp conform de RIVM-richtlijnen wordt gewerkt.
Welke voorzieningen zijn daar aanwezig en dan met name medische voorzieningen? Hebben
organisaties zoals Vluchtelingenwerk toegang tot deze noodopvanglocatie? Zo vragen
de leden van de PvdA.
Het voorzieningenaanbod op de locatie is sober, doch adequaat. Op de locatie is zorg
in natura en huisartsenzorg aanwezig. Daarnaast wordt er voorzien in eten en drinken.
De capaciteit van de noodopvang is teruggebracht van 300 naar 210 personen nu er wordt
gewerkt conform aangescherpte RIVM-richtlijnen. Vluchtelingenwerk Nederland heeft
de noodonderdaklocatie bezocht en heeft werkafspraken gemaakt met het management van
de locatie.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben aangegeven dat het van belang is dat het
onderwijs voor kinderen in azc en/of de noodopvang zoveel als mogelijk wordt voorgezet
door middel van thuisonderwijs. Echter geven deze leden aan dat zij signalen hebben
ontvangen dat de bandbreedte van het wifi-netwerk op verschillende locaties onvoldoende
is om dit thuisonderwijs te realiseren. Voornoemde leden hebben gevraagd of ik bereid
ben, eventueel samen met de Minister voor basis- en voortgezet onderwijs en media,
met spoed een grotere bandbreedte van wifi-netwerken op COA-locaties te realiseren,
en daar de eventueel benodigde middelen voor beschikbaar te stellen, zodat kinderen
thuisonderwijs kunnen krijgen en zo ja, op welke termijn dit te realiseren is.
De netwerkcapaciteit is op een aantal COA-locaties tot op heden niet ingericht op
het intensieve gebruik waar sinds enkele weken behoefte aan is, waaronder voor thuisonderwijs
aan studenten en kinderen. Daarop heeft het COA geïnventariseerd of en op welke termijn
deze capaciteit uitgebreid kon worden zowel ten behoeve van het gebruik door medewerkers,
als dat van bewoners. Op basis van deze inventarisatie wordt door het COA, in samenwerking
met de provider, waar mogelijk zowel de bandbreedte als de WIFI-capaciteit uitgebreid.
Dit is naar verwachting in de derde week van april gerealiseerd.
De leden van de SP-fractie merken op dat voor de noodopvang is gekozen voor een locatie
in Zoutkamp. Is een capaciteit van 300 mensen voldoende, vragen zij. In hoeverre voldoet
de noodopvang aan de nieuwste richtlijnen van het RIVM? Ook vragen zij of ik bereid
ben gezinnen met kinderen in de reguliere opvang onder te brengen, desnoods in quarantaine
om besmettingen te voorkomen en of ik kan aangeven hoe de noodopvang in Zoutkamp aan
de opvangrichtlijn voor kwetsbare groepen voldoet? Vervolgens vragen zij mij te reageren
op de brief van de Werkgroep Kind in AZC van 19 maart jl, met name als het gaat om
de roep op een kindvriendelijke opvang?
De capaciteit van de noodonderdaklocatie is teruggebracht van 300 naar 210 personen
nu er wordt gewerkt conform aangescherpte RIVM-richtlijnen. Gezien de mogelijkheid
dat de maximale capaciteit van deze locatie zal worden bereikt, ben ik inmiddels begonnen
met de verkenning van een tweede locatie. Hoewel er weinig uitstroom bij het COA is,
vindt die nog wel plaats. Bezien wordt dus ook of op verantwoorde wijze mensen uit
het noodonderdak door kunnen stromen naar het COA.
De noodonderdak locatie voldoet niet in alle opzichten aan de opvangrichtlijn voor kwetsbare groepen. Juridisch gezien betreft het geen locatie voor asielopvang,
maar noodonderdak. Ik acht een verblijfstermijn van enkele maanden op deze locatie
aanvaardbaar.
Toegang tot de reguliere opvang is op dit moment in beginsel niet mogelijk. Mochten
er schrijnende gevallen ontstaan die niet langer in de noodonderdaklocatie kunnen
verblijven, dan zal ik per geval bekijken welke oplossing noodzakelijk is.
In haar brief roept de Werkgroep Kind in AZC op om alles in te zetten om (gezinnen
met) kinderen op een zo kindvriendelijk mogelijke wijze opvang te bieden, met de nodige
voorzieningen en toegang tot medische zorg. De medewerkers hebben waar mogelijk oog
voor de positie van kinderen, maar de mogelijkheden daartoe op de noodonderdaklocatie
zijn op dit moment beperkt. Er wordt zorg in natura geboden, waaronder eten en drinken.
Ook is er ter plekke in huisartsenzorg voorzien. Omdat de noodonderdaklocatie pas
sinds 20 maart 2020 operationeel is, is voor minderjarige asielzoekers op dit moment
geen scholing beschikbaar. Wel wordt, in overleg met het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap en LOWAN, verkend of onderwijs op afstand toch kan worden aangeboden.
Dit zal onder meer afhangen van de beschikbaarheid van voldoende begeleidingscapaciteit
en technische middelen. Er wordt in een vorm van dagbesteding voorzien, maar vanwege
het risico op groepsvorming is dit slechts in beperkte mate mogelijk.
De leden van de PvdA fractie hebben mij gevraagd of er binnen de groep asielzoekers
die zich nu meldt gedifferentieerd kan worden, bijvoorbeeld door zogenoemde veiligelanders
wel in een noodopvanglocatie onder te brengen maar asielzoekers die daar niet passen
in een meer geschikte setting zoals een regulier azc op te vangen. Bij die laatste
groep denken deze leden met name aan de groep asielzoekers met kinderen. Aanvullend
hebben voornoemde leden de volgende vragen: Klopt het dat er momenteel acht kinderen
in de noodopvang zich bevinden? Deelt u de mening dat een noodopvanglocatie niet geschikt
is om kinderen in onder te brengen? Zo ja, hoe gaat u zorgen dat die elders in betere
omstandigheden opgevangen gaan worden? Zo nee, waarom niet?
Op dit moment is maar een noodonderdaklocatie beschikbaar, waarin differentiatie zoals
bedoeld niet mogelijk is. Instroom op de COA-locaties is, zoals u in mijn brief van
20 maart jl. heeft kunnen lezen, tot nu toe niet aan de orde geweest. Op peildatum
7 april verbleven er 30 kinderen in gezinsverband op de locatie. Ten aanzien van amv´s
is afgesproken dat op individuele basis wordt bekeken of doorplaatsing in kleinschalige
Nidos-opvang aangewezen en mogelijk is. Dit heeft ertoe geleid dat een groot deel
van de amv’s die zich de afgelopen weken in Ter Apel hebben gemeld zijn doorgeplaatst
naar Nidos-opvang. Alle amv’s, ook degenen die in de noodonderdaklocatie verblijven,
staan onder voogdij van Nidos.
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de noodopvanglocatie
die is ingericht voor nieuwe asielzoekers die zich nu melden. Voor hen is de asielprocedure
zelfs opgeschort. Kunt u aangeven hoeveel mensen tot nu toe in die noodopvanglocatie
terecht zijn gekomen, zo vragen deze leden. Melden zich daar nog steeds mensen? Worden
zij nu wel of niet geregistreerd, of waarin verschilt deze registratie van de normale
gang van zaken? Wat houdt de medische check in? Deze leden nemen aan dat de nieuwe
aanmeldingen niet gecontroleerd worden op het coronavirus, gezien de beperkte testcapaciteit
tot nu toe, maar vragen of ik dat wel wenselijk acht.
Er melden zich nog steeds mensen in Ter Apel, zij het in kleine aantallen. Op 7 april
2020 verbleven circa 195 asielzoekers op de noodonderdaklocatie in Zoutkamp. Zij worden
bij aankomst in Ter Apel geregistreerd, waarbij een medische controle plaatsvindt
door de GGD en een veiligheidscontrole door de AVIM. Ook wordt het asielverzoek geregistreerd,
maar wordt de asielprocedure nog niet gestart. De medische check houdt in dat de GGD
Groningen bij aankomst in Ter Apel personen controleert op ziekteverschijnselen. Gezien
de landelijke testcapaciteit worden asielzoekers niet specifiek op COVID19 getest.
Indien bij een bewoner een vermoeden van besmetting met het coronavirus is of een
besmetting wordt vastgesteld, dan wordt gewerkt volgens het protocol dat het COA met
GZA, GGD en RIVM heeft opgesteld. De betreffende persoon zal in dat geval in quarantaine
worden geplaatst.
Verder zouden de aan het woord zijnde leden willen weten of er al coronagevallen zijn
gerapporteerd vanuit de azc’s en zo ja, hoeveel. Wat is het beleid in dergelijke gevallen,
vragen deze leden.
Op peildatum 7 april was het aantal bewoners in AZC’s dat positief is getest op het
coronavirus vijf. Indien bij een bewoner een vermoeden van besmetting met het coronavirus
is, of een besmetting wordt vastgesteld, dan wordt gewerkt volgens het protocol dat
het COA met GZA, GGD en RIVM heeft opgesteld. De betreffende persoon wordt in dat
geval in quarantaine geplaatst. Elke COA-locatie heeft een lokaal draaiboek gemaakt
met daarin aandacht voor het inrichten van een quarantaineplek op de locatie. Op een
aantal locaties is het mogelijk om (een beperkt aantal) quarantaineplekken in te richten.
Er zijn echter ook locaties waar geen, of slechts één quarantaineplek beschikbaar
kan worden gemaakt. De verschillen tussen locaties worden bepaald door lokale omstandigheden,
waaronder de bebouwing, de bezetting op locatie en in mindere mate de samenstelling
van de bewonerspopulatie. Als verblijf op de huidige locatie niet mogelijk is, wordt
in overleg met GGD en de veiligheidsregio gezocht naar een alternatief. Indien de
medische toestand dit vereist, wordt de bewoner opgenomen in het ziekenhuis. Voorgaande
regels gelden voor alle COA-locaties.
Opschorten asielprocedures (termijnen)
De leden van de VVD-fractie hebben mij gevraagd wat de crisis betekent voor de voortgang
in de werkvoorraad van de IND? Voorts stelden zij aanvullende de volgende vragen:
Verwacht u dat er een deel van de achterstand kan worden ingelopen omdat er nu geen
nieuwe instroom is? Of is dat vanwege de vereiste contactmomenten in lopende procedures
niet mogelijk? Wordt momenteel gekeken naar een werkwijze waardoor achterstanden gedurende
de crisis toch zoveel mogelijk kunnen worden ingelopen en zo ja, welke? Wat betekent
de crisis voor het aantrekken van het benodigde extra personeel bij de IND? Wat is
de planning van de taskforce dwangsommen en het managementonderzoek dat u naar de
IND heeft lopen?
Zoals ik in mijn brief van 20 maart jl. heb vermeld is de asielprocedure voor asielzoekers
die zich nieuw aanmelden tot nu toe opgeschort. Gezien het contact-intensieve karakter
van het asielproces wordt een andere keuze op dit moment niet verantwoord geacht.
Dit betekent tevens dat er momenteel nog geen asielgehoren worden afgenomen. Wel wordt
er een beperkte start gemaakt met telehoren. De behandeling van asielaanvragen aan
de grens wordt voortgezet omdat dit vanwege het grensbewakingsbelang een vitaal proces
betreft waarvan het noodzakelijk wordt geacht dat dit doorgang vindt en ook asielaanvragen
van vreemdelingen in vreemdelingenbewaring worden behandeld. Dit heeft als gevolg
dat een aanzienlijk deel van het asielproces is stil komen te liggen. Waar dat mogelijk
is, vindt besluitvorming plaats. Dat gebeurt in zaken waar het dossier gereed is om
op te beslissen, het betreft dat met name zaken waarin al is gehoord.
Het klopt dat er nu vrijwel geen nieuwe instroom is. Echter, het tijdelijk niet of
in beperkte mate kunnen horen op een deel van de voorraad asielzaken is van invloed
op het terugbrengen van de achterstanden.
De IND heeft onderzocht wat alternatieve mogelijkheden zijn om procedures doorgang
te laten vinden binnen het uitgangspunt van zo veilig mogelijk werken. Hierbij worden
ook de ervaringen van andere lidstaten betrokken. Te denken valt aan inzet van schriftelijk
horen, telehoren en (zo mogelijk) fysiek veilig horen. Het voornemen is om op korte
termijn de gehoren gefaseerd weer op te starten, met inachtneming van de richtlijnen
van het RIVM. Desalniettemin is de verwachting dat de effecten van de noodzakelijke
coronamaatregelen op de beslistermijnen substantieel zullen zijn.
De IND geeft aan dat de impact op het aantrekken van extra personeel nog niet goed
is in te schatten omdat niet bekend is hoe lang de crisis nog duurt.
Voor de planning van de taskforce en de implementatie van de aanbevelingen die volgen
uit het rapport van Significant verwijs ik naar de brief van 9 april jl. Het spreekt
voor zich dat ook de voortgang van de taskforce momenteel beperkingen kent door de
genomen maatregelen vanwege het corona virus.
De leden van de CDA-fractie lezen in mijn brief dat de asielprocedure voor asielzoekers
die zich nieuw aanmelden voorlopig is opgeschort, maar dat registratie van personen
die zich melden voor asiel wel plaatsvindt. Zij verbazen zich over het feit dat juist
de contactmomenten bij de registratie van asielzoekers lijken door te gaan (vingerafdrukken
en fouilleren bijvoorbeeld) en vragen mij aan te geven waarom deze keuze zo gemaakt
is? Zou het afnemen van vingerafdrukken en eventueel fouilleren voorlopig niet eveneens
opgeschort moeten worden, zo vragen zij?
Het door de AVIM identificeren en registreren van personen die zich melden voor asiel
wordt om meerdere redenen noodzakelijk geacht. Zo is identificatie van belang om controles
in het kader van de openbare orde te laten plaatsvinden, de vrijheidsbeperkende maatregel
te kunnen handhaven, medische zorg te kunnen verlenen en zelf om medische controles
te kunnen uitvoeren. Wanneer identificatie en registratie niet plaatsvindt kunnen
uitkomsten van controles immers niet (goed) gekoppeld worden aan de betreffende personen.
Het identificeren en registreren vindt plaats op een wijze die zoveel als mogelijk
aansluit bij de geldende RIVM voorschriften.
Deze leden vragen voorts wat deze maatregelen precies betekenen voor reeds lopende
procedures en of ik verwacht dat de procedures ernstig vertraagd zullen worden?
Zoals ik aan uw Kamer heb gemeld worden ook in het asielproces de contacten tot een
minimum beperkt en kunnen geen asielgehoren worden afgenomen. Dit heeft als gevolg
dat een aanzienlijk deel van het asielproces is stil komen te liggen. Waar dat mogelijk
is vindt besluitvorming plaats. Dat zal zijn in de zaken waar het dossier gereed is
om op te beslissen, dat zal met name het geval zijn als het gehoor al heeft plaatsgevonden.
Op dit moment wordt tevens onderzocht wat alternatieve mogelijkheden zijn om procedures
doorgang te laten vinden binnen het uitgangspunt van zo veilig mogelijk werken. Desalniettemin
is de verwachting dat de effecten van de noodzakelijke coronamaatregelen op de procedures
en beslistermijnen substantieel zullen zijn. Zo kunnen lopende zaken in verband met
de coronamaatregelen niet worden behandeld waardoor na het intrekken van deze maatregelen
de resterende duur om binnen de wettelijk beslistermijn te beslissen beperkter zal
zijn.
De aan het woord zijnde leden vragen naar de strategie indien er op een COA-locatie
het coronavirus wordt vastgesteld. Indien dat wordt vastgesteld zal de gehele COA-locatie
dan geïsoleerd worden of worden de besmette personen bijvoorbeeld van het terrein
gehaald? Voorts vragen deze leden of er strengere regels gelden voor COA-locaties
in Brabant in vergelijking met COA-locaties elders in het land. De leden van de CDA-fractie
lezen in mijn brief dat ik, om humanitaire redenen, heb besloten om verblijf in een
COA-locatie te continueren voor personen die daar onder normale omstandigheden geen
recht meer op zouden hebben. Hoewel deze leden begrip hebben voor deze maatregel,
vragen zij hoelang deze maatregel van kracht blijft.
Indien bij een bewoner een vermoeden van besmetting met het coronavirus is of een
besmetting wordt vastgesteld dan wordt gewerkt volgens het protocol dat het COA met
GZA, GGD en RIVM heeft opgesteld. De betreffende persoon wordt in dat geval in quarantaine
geplaatst. Elke COA-locatie heeft een lokaal draaiboek gemaakt met daarin aandacht
voor het inrichten van een quarantaineplek op de locatie. Op een aantal locaties is
het mogelijk om (een beperkt aantal) quarantaineplekken in te richten. Er zijn echter
ook locaties waar geen, of slechts één quarantaineplek beschikbaar kan worden gemaakt.
De verschillen tussen locaties worden bepaald door lokale omstandigheden, waaronder
de bebouwing, de bezetting op locatie en in mindere mate de samenstelling van de bewonerspopulatie.
Als verblijf op de huidige locatie niet mogelijk is, wordt in overleg met GGD en de
veiligheidsregio gezocht naar een alternatief. Indien de medische toestand dit vereist,
wordt de bewoner opgenomen in het ziekenhuis. Voorgaande regels gelden voor alle COA-locaties.
Aangezien de coronamaatregelen zijn verlengd tot en met dinsdag 28 april, zullen deze
maatregelen in ieder geval ook tot die datum van kracht blijven. In de week vóór 28 april
beoordeelt het kabinet wat er voor de periode daarna nodig is en zal navenant besluitvorming
plaatsvinden over de duur van deze en andere maatregelen in de migratieketen.
Voorts vragen deze leden wat de exacte juridische status is van de beperkte registratie,
die blijkbaar bestaat uit het afnemen van vingerafdrukken, het doorzoeken van systemen,
fouilleren, het doorzoeken van bagage en het innemen van documenten. Waarin verschilt
dit van de praktijk van de laatste tijd gelet op alle vertragingen bij de IND? Is
deze beperkte registratie een registratie conform de Procedurerichtlijn, of is er
sprake van een soort voor-registratie? Wat is de juridische status van de groep mensen
met een beperkte registratie? Klopt het dat zij een rechtmatig verblijf hebben? Welke
gevolgen heeft deze beperkte registratie met betrekking tot de Dublinverordening?
Op grond van de Procedurerichtlijn hebben asielzoekers het recht hun asielaanvraag
zo spoedig mogelijk in te dienen. Hoe is geborgd dat dat onder de huidige situatie
nog steeds kan? Zo vragen deze leden.
Het gebruikelijke identificatie- en registratieproces is gelet op de omstandigheden
en de maatregelen die zijn genomen in verband met het corona virus opgeschort. Er
zal nog wel registratie plaatsvinden van personen die zich melden voor asiel, maar
die beperkt zich tot de noodzakelijke handelingen, in lijn met de richtlijnen van
het RIVM. Ik verwijs uw Kamer naar de brief van 20 maart jl.
Op het moment dat een vreemdeling bij de Nederlandse autoriteiten te kennen heeft
gegeven dat hij een aanvraag voor asiel wil indienen krijgt hij rechtmatig verblijf.
Deze registratie vindt in beperktere omvang plaats dan de registratie zoals wij die
onder gewone omstandigheden hanteren, maar is nog steeds een registratie in de zin
van de Procedurerichtlijn.
Het belangrijkste verschil is dat thans de asielaanvraag door de vreemdeling nog niet
wordt ondertekend. De verdere stappen van de asielprocedure worden voor de vreemdelingen
die zich nieuw aanmelden opgeschort. Daar voorziet de Procedurerichtlijn niet expliciet
in. Ik heb hiertoe besloten omdat we te maken hebben met een uitzonderlijke situatie
waarbij de veiligheid en de volksgezondheid alle prioriteit hebben. Een dergelijke
crisis was niet te voorzien en bij het opstellen van de Procedurerichtlijn is dan
ook geen rekening gehouden met een crisis als deze. Uiteraard is dit geen wenselijke
situatie. De alternatieve mogelijkheden om de procedures weer (deels) doorgang te
laten vinden worden onderzocht.
Onderdeel van de beperkte registratie is het registeren van de vingerafdrukken van
de vreemdeling in Eurodac en een check op treffers in dit systeem. Als blijkt dat
er een treffer is, bijvoorbeeld omdat de vreemdeling eerder in een andere lidstaat
asiel heeft aangevraagd of via die lidstaat illegaal het grondgebied van de lidstaten
is ingereisd, wordt dit resultaat gedeeld met de Dublinunit van de IND. De IND zal
in deze zaken, voor zoveel als mogelijk, een claim leggen op de betreffende lidstaat.
Door de maatregel om tijdelijk geen gehoren af te nemen, zal het claimproces naar
verwachting vertraging oplopen.
De aan het woord zijnde leden lezen in de brief dat indien niet binnen bepaalde termijnen
volgens wettelijk voorschrift kan worden beslist als gevolg van de coronacrisis, er
sprake is van een situatie van overmacht, als bedoeld in artikel 4:15 Algemene wet
bestuursrecht (Awb). Zij vragen of dat ook geldt voor mensen die worden geconfronteerd
met het verlopen van bijvoorbeeld een aanvraagdeadline voor de verlening van een verblijfsvergunning,
beroep- en bezwaartermijnen, termijnen in het kader van een nareisprocedure en andere
termijn-gebonden procedures?
De vreemdeling en diens gemachtigde hebben ook te maken met de maatregelen die getroffen
zijn in het kader van de coronacrisis en kunnen daarom ook niet altijd voldoen aan
bepaalde wettelijke termijnen. De IND zal in deze gevallen ruimhartig bezien of een
termijn overschrijding verschoonbaar is en daarbij gebruik maken van de mogelijkheden
die het beleid veelal biedt. De IND houdt er ook rekening mee dat statushouders door
de maatregelen rondom het corona virus niet altijd in staat zijn om tijdig een nareis
aanvraag in te dienen. Zoals gebruikelijk wordt aan verschoonbaarheid daarvan getoetst.
Ook wanneer niet tijdig gereageerd wordt op verzoeken of een beschikking, ziet de
IND de corona maatregelen als een reden tot verschoonbaarheid. Of termijnoverschrijding
in beroepszaken verschoonbaar is, zal door de rechter in redelijkheid worden beoordeeld.
De leden van de D66-fractie vragen voorts naar de eerste inschatting van de gevolgen
van de coronacrisis voor de wacht- en doorlooptijden. Ook vragen zij op welke wijze
de negatieve gevolgen zoveel mogelijk kunnen worden opgevangen en wat in dit verband
de stand van zaken is met betrekking tot de taskforce die voorstellen maakt over de
wacht- en doorlooptijden?
Zoals ik uw Kamer heb geïnformeerd in de brief van 20 maart jl. is als gevolg van
de noodzakelijke Coronamaatregelen een aanzienlijk deel van het asielproces stil komen
te liggen.
Op dit moment wordt onderzocht wat de beste wijze is om procedures weer doorgang te
laten vinden binnen het uitgangspunt van zo veilig mogelijk werken. Hierbij worden
ook de ervaringen van andere lidstaten betrokken. Te denken valt aan inzet van schriftelijk
horen, telehoren en fysiek veilig horen. Het voornemen is om op korte termijn de gehoren
weer op te starten, met inachtneming van de regels van het RIVM. Ondanks die inspanningen
is het onvermijdelijk dat de coronamaatregelen effect zullen hebben op de doorlooptijden.
Voor de planning van de taskforce verwijs ik naar de brief van 9 april jl. Alle inspanningen
zijn er op gericht de dossiers van de liggende zaken op orde te brengen zodat, zodra
dat weer mogelijk is, in deze zaken gehoord en beslist kan worden.
Wat is uw inschatting wat de invloed zal zijn van de coronacrisis op het migratiepact
dat de Europese Commissie dit voorjaar wil presenteren vragen de leden van D66.
Voor zover ik heb begrepen, is het nog steeds het streven van de Europese Commissie
om dit voorjaar het nieuwe pact op asiel en migratie te presenteren.
De leden van de GroenLinks-fractie geven aan kennis genomen te hebben van het besluit
om sinds 15 maart 2020 de asielprocedures op te schorten. Ik heb in dat besluit aangegeven
dat, gelet op het contact-intensieve karakter van de asielprocedure, voortzetting
niet verantwoord zou zijn. Voornoemde leden kunnen zich voorstellen dat dit besluit
onder tijdsdruk tot stand is gekomen. Zij vragen of sindsdien nauwkeuriger is bekeken
of, en zo ja, hoe, asielprocedures weer in gang kunnen worden gezet indien beschermingsmaatregelen
worden getroffen. Zo ja, wat is uit deze analyse gebleken? Zo nee, of ik bereid ben
alsnog op korte termijn dit te laten bekijken? De aan het woord zijnde leden vragen
me vervolgens een duiding te geven welke aspecten van de asielprocedure precies zijn
opgeschort en welke nog doorgang vinden. Zo begrijpen deze leden dat in sommige procedures
die reeds in gang waren gezet, door de IND nog besluiten worden genomen. Aanvullend
wordt gevraagd of ik een overzicht kan verschaffen welke activiteiten nog wél door
de IND worden uitgevoerd, en welke niet? De leden van de GroenLinks-fractie vragen
voorts of ik inmiddels een mededeling kan doen over de te verwachten duur van de genomen
maatregelen. Ze geven aan dat zij hopen dat ik in de beslissing over eventuele voortzetting
van de maatregelen wil meewegen dat asielzoekers zich momenteel in een zeer beknellende
positie bevinden, waarin de onzekerheid over de mondiale ontwikkelingen rond het coronavirus
en een gebrek aan bewegingsvrijheid worden vermengd met de onzekerheid over het toekomstperspectief
in Nederland.
Gelet op de genomen maatregelen in verband met het corona virus zijn de contacten
tot een minimum beperkt en kunnen geen asielgehoren worden afgenomen. Dit heeft als
gevolg dat een aanzienlijk deel van het asielproces is stil komen te liggen. Waar
dat mogelijk is vinden nog handelingen in het asielproces plaats. Dat zal zijn in
de zaken waar het dossier gereed is om op te beslissen, met name als het gehoor reeds
heeft plaatsgevonden.
Ik ben mij bewust van de onzekere situatie van de asielzoeker en ook hecht ik er groot
belang aan dat de IND door kan gaan met zijn werkzaamheden. Op dit moment wordt onderzocht
wat alternatieve mogelijkheden zijn om procedures doorgang te laten vinden binnen
het uitgangspunt van zo veilig mogelijk werken. Hierbij worden ook de ervaringen van
andere lidstaten betrokken. Te denken valt aan inzet van schriftelijk horen, telehoren
en (zo mogelijk) fysiek veilig horen. Het voornemen is om op korte termijn de gehoren
gefaseerd weer op te starten, met inachtneming van de regels van het RIVM. Maar een
winstwaarschuwing is hier wel op zijn plaats. Ook als er alternatieve maatregelen
kunnen worden genomen om het asielproces voort te zetten blijven er grote beperkingen
bestaan voor alle personen en organisaties die betrokken zijn bij het proces. De te
verwachten duur van de genomen maatregelen hangt nauw samen met de duur van de richtlijnen
die vanuit het RIVM worden verstrekt. Ik kan derhalve geen concrete mededeling doen
over de te verwachten duur van de afgekondigde maatregelen in het asielproces.
Voorts vragen voornoemde leden hoe asielzoekers tot nu toe zijn geïnformeerd over
de maatregelen en de verwachting over de ontwikkelingen voor de korte termijn, en
of hierbij bijzondere aandacht is voor het passend informeren van kinderen.
COA-medewerkers doen er alles aan om bewoners op locaties goed en volledig te informeren
over het coronavirus, de genomen maatregelen en wat dit voor de bewoners betekent.
Informatievoorziening door het COA vindt onder meer plaats via de website mycoa.nl,
waar de meest actuele informatie te vinden is in meerdere talen en via verschillende
kanalen (infosheets, filmpjes etc.). Daarnaast heeft het COA op alle locaties posters
in meerdere talen (en pictogrammen) geplaatst, met daarop uitleg wat bewoners zelf
kunnen doen om verspreiding van het virus tegen te gaan. Deze posters worden, wanneer
nodig, van updates voorzien. Uiteraard zijn COA-medewerkers, met inachtneming van
de RIVM-richtlijnen, beschikbaar voor aanvullende vragen van bewoners. Voor het passend informeren van kinderen
is specifiek aandacht. Gedacht kan worden aan filmpjes voor jongeren en oudere kinderen,
flyers, posters en een informatietasje. Ten aanzien van de noodonderdaklocatie in
Zoutkamp geldt aanvullend dat ik de bewoners een brief heb gestuurd met informatie
over de maatregelen in verband met het coronavirus, en de gevolgen daarvan voor de
asielprocedure.
De aan het woord zijnde leden hebben er begrip voor dat vanwege de coronacrisis bij
het niet halen van gebruikelijke termijnen door de IND een beroep op overmacht in
juridische zin zal worden gedaan. Evenwel vinden deze leden dat hetzelfde hoort te
gelden voor asielzoekers die vanwege de coronacrisis termijnen overschrijden, bijvoorbeeld
omdat er vanwege de coronacrisis onvoldoende contact met de raadsheer of raadsvrouw
kan zijn.
De vreemdeling en diens gemachtigde hebben ook te maken met de maatregelen die getroffen
zijn in het kader van de coronacrisis en kunnen daarom ook niet altijd voldoen aan
bepaalde wettelijke termijnen. De IND zal in deze gevallen ruimhartig bezien of een
termijn overschrijding verschoonbaar is en daarbij gebruik maken van de mogelijkheden
die het beleid veelal biedt. De IND houdt er ook rekening mee dat statushouders door
de maatregelen rondom het corona virus niet altijd in staat zijn om tijdig een nareis
aanvraag in te dienen. Zoals gebruikelijk wordt aan verschoonbaarheid daarvan getoetst.
De termijn voor het ophalen van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) in het
kader van nareis bij de diplomatieke post is verlengd van 3 maanden naar 6 maanden.
De corona maatregelen kunnen een reden zijn om de termijnoverschrijding verschoonbaar
te achten. Ook wanneer niet tijdig gereageerd wordt op verzoeken of een beschikking,
ziet de IND de corona maatregelen als een reden tot verschoonbaarheid. Of termijnoverschrijding
in beroepszaken verschoonbaar is, zal door de rechter in redelijkheid worden beoordeeld.
De leden van de SP-fractie onderschrijven de noodzaak om verdere besmettingen te voorkomen,
maar maken zich daarnaast zorgen over de opgelopen wachttijden in de asielketen. De
richtlijnen van het RIVM zijn inmiddels alweer aangescherpt ten opzichte van de brief
van 20 maart 2020. Gevraagd wordt om aan te geven wat dit betekent voor de richtlijnen
binnen de asielketen, wat is de laatste stand van zaken? Lukt het om binnen de AZC
te voldoen aan alle richtlijnen, om te beginnen het voorschrift om 1,5 meter afstand
te houden? Zo nee, wat wordt daartegen ondernomen?
Binnen de asielketen zijn alle niet-essentiële contacten op dit moment uitgesteld
vanwege het opschorten van de asielprocedure. Binnen de opvanglocaties van het COA,
die sterk van omvang en opzet verschillen naar gelang de gebouwen die worden ingezet,
worden de richtlijnen van het RIVM zo goed mogelijk nageleefd. COA-medewerkers doen
er alles aan om bewoners goed te informeren en sturen actief op handhaving van de
maatregelen. Informatiemateriaal over de maatregelen, waaronder het bewaren van ten
minste 1,5 meter afstand, is in verschillende talen en via verschillende kanalen beschikbaar.
Indien bij een bewoner een vermoeden van besmetting met het coronavirus is of een
besmetting wordt vastgesteld, dan wordt gewerkt volgens het protocol dat het COA met
GZA, GGD en RIVM heeft opgesteld. De betreffende persoon wordt in dat geval in quarantaine
geplaatst. Elke COA-locatie heeft een lokaal draaiboek gemaakt met daarin aandacht
voor het inrichten van een quarantaineplek op de locatie. Op een aantal locaties is
het mogelijk om (een beperkt aantal) quarantaineplekken in te richten. Er zijn echter
ook locaties waar geen, of slechts één quarantaineplek beschikbaar kan worden gemaakt.
De verschillen tussen locaties worden bepaald door lokale omstandigheden, waaronder
de bebouwing, de bezetting op locatie en in mindere mate de samenstelling van de bewonerspopulatie.
Als verblijf op de huidige locatie niet mogelijk is, wordt in overleg met GGD en de
Veiligheidsregio gezocht naar een alternatief. Indien de medische toestand dit vereist,
wordt de bewoner opgenomen in het ziekenhuis. Voorgaande regels gelden voor alle COA-locaties.
De leden van de SP-fractie stellen het volgende: U geeft in antwoord op schriftelijke
vragen van de SP-fractie van 18 maart 2020 (2020D10941) aan dat besloten is de asielprocedure stil te leggen vanwege de vele contactmomenten,
maar gaat niet in op de suggestie om alternatieven te onderzoeken. Zij vragen me of
ik dit alsnog heb gedaan? Voorts stellen ze de volgende vragen: Wat zijn de geschatte
gevolgen voor de wachttijden en de dwangsommen als u geen methode vindt om besmettingsvrij
en fatsoenlijk asielaanvragen in behandeling te nemen? Is het mogelijk de uitbetaling
van dwangsommen stil te leggen vanwege de coronacrisis? In hoeverre ziet u mogelijkheden
de asielaanvragen alsnog in behandeling te nemen, zonder het risico op besmettingen
te vergroten? Bent u bereid de schriftelijke asielaanvragen in behandeling te nemen
zoals Duitsland dat doet, dan wel te onderzoeken of interviews digitaal afgenomen
kunnen worden?
Op dit moment wordt onderzocht wat de beste wijze is om procedures weer doorgang te
laten vinden binnen het uitgangspunt van zo veilig mogelijk werken. Hierbij worden
ook de ervaringen van andere lidstaten betrokken. Te denken valt aan inzet van schriftelijk
horen, telehoren en fysiek veilig horen. Het voornemen is om op korte termijn de gehoren
weer op te starten, met inachtneming van de regels van het RIVM. Ondanks die inspanningen
is het onvermijdelijk dat de coronamaatregelen effect zullen hebben op de doorlooptijden.
De leden van de PvdA-fractie vragen of er onder medewerkers werkzaam in de migratieketen
of onder asielzoekers voor zover bekend sprake is van besmetting met het coronavirus.
Wordt er in de migratieketen, mede gezien de soms onduidelijk herkomst van asielzoekers,
specifiek op corona getest, vragen deze leden.
Ik verzamel geen specifieke gegevens over besmetting van medewerkers in de migratieketen.
Tot 7 april 2020 was het aantal bewoners van COA-locaties dat positief is getest op
COVID19 vijf. In Limburg is een asielzoeker die op een AZC positief was getest op
COVID19 in het ziekenhuis opgenomen. In het AZC waar deze persoon verbleef zijn adequate
maatregelen genomen om verdere besmetting zoveel mogelijk te beperken.
Gezien de landelijke testcapaciteit en het uitblijven van signalen dat in Nederland
verblijvende asielzoekers een verhoogd besmettingsrisico lopen, worden asielzoekers
niet specifiek op COVID19 getest. Wel wordt bij personen die zich aanmelden voor verblijf
in de noodonderdaklocatie een medische controle door de GGD uitgevoerd. Indien bij
een bewoner een vermoeden van besmetting met het coronavirus is of een besmetting
wordt vastgesteld, dan wordt gewerkt volgens het protocol dat het COA met GZA, GGD
en RIVM heeft opgesteld. De betreffende persoon zal in dat geval in quarantaine worden
geplaatst.
Voornoemde leden zouden graag inzicht krijgen in de huidige toestroom van asielzoekers.
Hoeveel asielzoekers komen er, ondanks de binnen de EU veelal gesloten grenzen, toch
nog naar Nederland?
Tussen 20 maart en 7 april 2020 hebben circa 300 vreemdelingen de registratie in Ter
Apel doorlopen en zijn doorverwezen naar de noodonderdaklocatie in Zoutkamp. Dit betreft
asielzoekers die de wens tot indiening van een eerste asielaanvraag kenbaar hebben
gemaakt, nareizende familieleden die niet konden worden bijgeplaatst bij het COA,
en een klein aantal vreemdelingen dat in Dublin-bewaring een eerste asielaanvraag
heeft ingediend. Deze informatie is gebaseerd op handmatige registratie en dient daarom
met voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.
Hoe is de opvang van asielzoekers die sinds u besloten heeft dat de reguliere opvang
niet voor nieuwe asielzoekers open staat, wel geregeld? Krijgen alle asielzoekers
die zich melden voor asiel daadwerkelijk opvang en waar bestaat die uit? Zo vragen
de leden van de PvdA-fractie.
Op de noodonderdaklocatie krijgen vreemdelingen die nu niet kunnen instromen in het
asielproces onderdak en basale voorzieningen geboden. Niet iedereen krijgt toegang
tot deze locatie. Gedacht kan worden aan vreemdelingen die eerder in het zicht van
hun uitzetting met onbekende bestemming zijn vertrokken en zich nu alsnog in Ter Apel
melden. Onderliggende uitgangspunt is dat deze personen eerder op eigen initiatief
elders onderdak hebben gevonden. Het is in het belang van de volksgezondheid dat zij
niet reizen en het verblijf op de huidige verblijfslocatie continueren. Overigens
is vanuit datzelfde uitgangspunt besloten tot tijdelijke continuering van de opvang
op COA-locaties van vreemdelingen voor wie in een normale situatie het recht op opvang
zou komen te vervallen. Enkel vreemdelingen die nergens anders terecht kunnen, zoals
nieuwe asielzoekers en vreemdelingen wiens bewaring is opgeheven en die niet eerder
op een COA-locatie verbleven, krijgen toegang tot de noodonderdaklocatie.
De aan het woord zijnde leden begrijpen dat indien niet binnen bij wettelijk voorgeschreven
bepaalde termijnen over een asielaanvraag kan worden beslist, er onder de huidige
omstandigheden sprake kan zijn van een situatie van overmacht. Als dat geldt voor
de IND die deze beslissingen moet nemen, geldt de overmachtssituatie dan ook ten aanzien
van de wettelijke termijnen waaraan asielzoekers en vluchtelingen gehouden zijn? Deze
leden menen dat dit billijk zou zijn in deze tijd waarin de dienstverlening aan deze
groep wellicht beperkt is en de normale termijn voor asielzoekers moeilijk haalbaar
is. Daarbij zouden voornoemde leden met name om coulance willen vragen ten aanzien
van aanvragen voor gezinshereniging die niet op tijd kunnen worden ingediend of de
andere termijnen die gelden gedurende de nareisprocedure. Vluchtelingenwerk wijst
er op dat er gezinsleden zijn die nu niet tijdig hun machtiging tot voorlopig verblijf
hebben kunnen ophalen of niet tijdig ermee kunnen reizen. Vluchtelingenwerk vraagt
vanwege de overmachtssituatie om de termijnen in de nareisprocedure soepeler te hanteren
en dit ook duidelijk te communiceren zodat niet in iedere individuele zaak apart om
uitstel gevraagd moet worden.
De vreemdeling en diens gemachtigde hebben ook te maken met de maatregelen die getroffen
zijn in het kader van de coronacrisis en kunnen daarom ook niet altijd voldoen aan
bepaalde wettelijke termijnen. De IND zal in deze gevallen ruimhartig bezien of een
termijn overschrijding verschoonbaar is en daarbij gebruik maken van de mogelijkheden
die het beleid veelal biedt. De IND houdt er ook rekening mee dat statushouders door
de maatregelen rondom het corona virus niet altijd in staat zijn om tijdig een nareis
aanvraag in te dienen. Zoals gebruikelijk wordt aan verschoonbaarheid daarvan getoetst.
De termijn voor het ophalen van een mvv in het kader van nareis bij de diplomatieke
post is verlengd van 3 maanden naar 6 maanden. De corona maatregelen kunnen een reden
zijn om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. Ook wanneer niet tijdig
gereageerd wordt op verzoeken of een beschikking, ziet de IND de corona maatregelen
als een reden tot verschoonbaarheid. Of termijnoverschrijding in beroepszaken verschoonbaar
is, zal door de rechter in redelijkheid worden beoordeeld.
De aan het woord zijnde leden hebben begrip voor het feit dat ik maatregelen tref
aangezien het asielproces inderdaad veel contactmomenten en reisbewegingen met zich
meebrengt. Zij spreken daarbij de wens uit dat ik deze tijd, die naar verwachting
een lagere instroom asielzoekers zal laten zien, gebruikt om de grote achterstanden
in de behandeling van lopende dossiers in te halen.
De IND en de door mij ingestelde taskforce werken hard om de achterstanden weg te
werken. Echter, de omstandigheden waaronder de IND momenteel zijn werk kan doen door
de genomen corona maatregelen zoals het thuiswerken en het tijdelijk niet kunnen horen
zijn onvermijdelijk ook van invloed op het terugbrengen van de achterstanden. Dit
betekent dat de gezien deze omstandigheden de mogelijkheden om de achterstanden in
te lopen beperkt zijn. Alle inspanningen zijn er op gericht de dossiers van de liggende
zaken op orde te brengen zodat, zodra dat weer mogelijk is, in deze zaken gehoord
en beslist kan worden.
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen wie er nu daadwerkelijk bij de Nederlandse
grens geen toegang meer krijgt als gevolg van de coronamaatregelen. Klopt het dat
dit in de praktijk eigenlijk alleen voor asielzoekers geldt, zo vragen zij.
Vanaf donderdag 19 maart 2020 18.00 uur zijn de toegangsvoorwaarden voor personen
die naar Nederland willen reizen verscherpt. Het gaat om een inperking voor alle niet
noodzakelijke reizen van personen vanuit derde landen naar Europa (alle EU-lidstaten,
alle leden van Schengen en het VK) met als doel de verspreiding van het COVID19 virus
tegen te gaan. Er is een aantal belangrijke uitzonderingen op de reisbeperking, waaronder inwoners uit het Schengengebied en hun familie of mensen die zwaarwegende redenen
hebben om hun familie te bezoeken. Ook grenswerkers en mensen die werkzaam zijn in
de zorg, in het transport van goederen, diplomaten, militairen en personeel van internationale
en humanitaire organisaties worden uitgezonderd. Doorgang wordt verleend aan mensen
in transit. Ten slotte kan een uitzondering gemaakt worden op humanitaire gronden
en personen die om bescherming vragen. Personen die niet onder de uitzonderingspositie
vallen kan de toegang tot Nederland worden geweigerd.
Voorts vragen deze leden of het klopt dat ook de registratie en opvang van asielzoekers
met een onderbouwde opvolgende asielaanvraag nu geweigerd wordt. Zo ja, wat de juridische
grondslag hiervoor is?
Gezien mijn besluit tot het tijdelijk continueren van opvang op COA-locaties van asielzoekers voor wie in een normale situatie het recht op opvang zou
komen te vervallen, is toegang tot de noodonderdaklocatie voor personen die een herhaald
asielverzoek willen indienen niet nodig.
Zijn er overigens geen praktische maatregelen te nemen om de contactmomenten in het
asielproces doorgang te laten vinden, zoals plexiglazen scheidingwanden bijvoorbeeld,
zoals die nu ook in supermarkten gebruikt worden? Aldus de leden van de fractie van
de ChristenUnie.
Op dit moment wordt onderzocht wat alternatieve mogelijkheden zijn om procedures doorgang
te laten vinden binnen het uitgangspunt van zo veilig mogelijk werken en het zoveel
mogelijk beperken van reisbewegingen. Hierbij worden ook de ervaringen van andere
lidstaten betrokken. Te denken valt aan inzet van schriftelijk horen, telehoren en
(zo mogelijk) fysiek veilig horen. Het voornemen is om op korte termijn de gehoren
gefaseerd weer op te starten, met inachtneming van de regels van het RIVM. Desalniettemin
is de verwachting dat de effecten van de noodzakelijke Coronamaatregelen op de voortgang
van het asielproces en de afdoening van zaken substantieel zijn.
Hoe zit het met nareizende gezinsherenigers? Wat verandert er in de situatie voor
deze gevallen?
Momenteel worden machtigingen tot voorlopig verblijf in het kader van nareis tijdelijk
niet afgegeven door ambassadeposten. Nareizende gezinsleden die met een eerder afgegeven
mvv Nederland kunnen bereiken, dienen zich in Ter Apel te melden voor voorregistratie.
Ten aanzien van hun verblijf zal vanwege de eenheid van het gezin worden bekeken of
de overkomende gezinsleden bij de vergunning houdende referent op een COA locatie
kunnen worden geplaatst. Pas wanneer dit geen optie is, zal aan de gezinsleden onderdak
op het terrein van de Willem Lodewijk van Nassaukazerne worden geboden. Uiteraard
zal, zo snel als wanneer de situatie dat toelaat, worden ingezet op opvang op een
COA locatie of uitplaatsing naar de gemeente waaraan de vergunninghouder is gekoppeld.
De leden van de ChristenUnie vragen of ik bereid ben om niet alleen voor de overheid
de termijnen in de asielketen te versoepelen, maar juist ook voor de statushouders
die nu bijvoorbeeld het risico lopen gezinshereniging mis te lopen?
De IND houdt er rekening mee dat statushouders door de maatregelen rondom het Corona
virus niet altijd in staat zijn om tijdig een nareis aanvraag in te dienen. Zoals
gebruikelijk wordt aan verschoonbaarheid daarvan getoetst. De corona-maatregelen kunnen
een reden zijn om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. Ook wanneer niet
tijdig gereageerd wordt op verzoeken of een beschikking, acht de IND de corona-maatregelen
als een reden tot verschoonbaarheid.
Deze leden vragen voorts of ik het eens ben dat ambassades, met name als de visa al
afgegeven konden worden, gezinsleden van vluchtelingen ondersteuning zouden kunnen
blijven bieden zodat zij nog naar Nederland kunnen reizen? De aan het woord zijnde
leden vinden dit belangrijk omdat het juist in deze gevallen kan gaan om gezinsleden
die zich vaak in moeilijke en onveilige situaties bevinden.
Om te garanderen dat kritische consulaire processen doorgang kunnen blijven vinden,
heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken besloten om per 18 maart alle reguliere
consulaire dienstverlening tijdelijk af te schalen. Deze periode loopt vooralsnog
tot en met 28 april. De aanvragen van nareizigers met een positieve beschikking van
de IND die zich tot en met 17 maart bij een Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging
hebben gemeld om biometrie af te staan, worden in principe nog wel afgehandeld. Dat
wil zeggen dat deze nareizigers zich nog tot de diplomatieke vertegenwoordiging kunnen
wenden en aan hen – waar de lokale omstandigheden het toelaten – de mvv nog kan worden
verstrekt. Verdere consulaire bijstand wordt ook in normale omstandigheden niet geboden
aan deze gezinsleden. Er kan in die zin dan ook niet gesproken worden van een eventuele
voortzetting van ondersteuning.
Voornoemde leden roepen op om er nu opnieuw bij de Bahreinse autoriteiten op aan te
dringen de veroordeelde Bahreinse asielzoeker die vanuit Nederland is teruggestuurd
vrij te laten uit humanitaire overwegingen en vragen mij aan te geven wat de stand
van zaken is rond het inspectierapport over deze zaak?
De zaak van de afgewezen Bahreinse asielzoeker wordt nauwlettend gevolgd. De Nederlandse
Ambassade in Koeweit volgt met regelmaat de zittingen van betrokkene. In zijn contacten
met de autoriteiten wijst de Ambassadeur geregeld op het belang van een eerlijk proces.
Detentieomstandigheden en de mensenrechtensituatie in het algemeen in Bahrein worden
in hoogambtelijke, diplomatieke en politieke contacten aan de orde gesteld, ook in
Europees verband. Het kabinet blijft zich hiervoor inzetten.
Zoals ik uw Kamer bij brief van 12 februari jl. heb geïnformeerd heb ik de Inspectie
verzocht om nieuwe door de Inspectie aangedragen vertrouwelijke informatie en eventueel
andere informatie die in dit verband relevant kan zijn alsnog te onderzoeken en te
betrekken bij het eerdere onderzoek. Ik ben nu in afwachting van het nadere onderzoek
en zal uw Kamer hierover informeren zodra dat mogelijk is.
Opschorten en intrekken van vergunningen
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat het onder de huidige omstandigheden
nagenoeg onmogelijk is om internationaal te reizen. Zij constateren dat het daarmee
noodzakelijk is om mensen die momenteel in Nederland verblijven op basis van een tijdelijk
verblijfsrecht dat dezer dagen zou aflopen onder normale omstandigheden, van een verlenging
van deze juridische basis te voorzien. Zij vragen mij of ik voornemens ben alle bestaande
verblijfstitels te verlengen tot het moment dat internationaal reizen redelijkerwijs
weer mogelijk is?
Houders van een aflopende verblijfsvergunning regulier bepaalde tijd, kunnen momenteel
nog steeds een verlenging bij de IND aanvragen. Indien zij geen aanvraag voor een
verlenging doen, dienen zij normaal gesproken terug te keren naar hun land van herkomst.
Momenteel is dat voor veel vreemdelingen moelijker dan anders of helemaal niet mogelijk.
Indien vreemdelingen kunnen aantonen dat zij momenteel niet kunnen terugkeren naar
hun land van herkomst, kunnen zij – ondanks hun verlopen verblijfsvergunning – tijdelijk
in Nederland verblijven. Dit verblijf met een verlopen verblijfsvergunning heeft geen
consequenties voor de uitreis en toekomstige aanvragen voor een visum kort verblijf
of verblijfsvergunning. Omdat verwacht wordt dat deze situatie tijdelijk van aard
is, wordt gekozen voor een pragmatische oplossing.
In het bijzonder vragen voornoemde leden of voor mensen met een tijdelijke verblijfsvergunning
welke afhankelijk is van het economische verdienvermogen van de houder, zoals bijvoorbeeld
de tijdelijke vergunning onder beperking «arbeid als zelfstandige» (artikel 3.4 lid
1, onder c, Vreemdelingenbesluit), een uitzondering wordt gemaakt vanwege de huidige
coronacrisis.
Voor vreemdelingen met een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de
beperking «arbeid als zelfstandige» die een beroep doen op de Tijdelijke Overbruggingsregeling
Zelfstandig Ondernemers (TOZO) wordt een uitzondering gemaakt. Gezien de bijzondere
omstandigheden en de tijdelijke aard van de regeling, zal een beroep op deze regeling
geen gevolgen voor het verblijfsrecht van de vreemdeling hebben.
Vervolgens vragen de leden of ik bereid ben de mogelijkheid en wenselijkheid te onderzoeken
van het verstrekken van tijdelijke verblijfsvergunningen aan alle personen die momenteel
in de asielprocedure zitten, geldig tot het moment dat aanvragen weer in behandeling
genomen kunnen worden, zoals door Portugal reeds is besloten (https://joop.bnnvara.nl/nieuws/portugal-schiet-asielzoekers-te-hulp)?
Vreemdelingen met een lopende asielprocedure hebben op basis daarvan ingevolge de
vreemdelingenwet 2000 reeds rechtmatig verblijf. Er bestaat dan ook geen noodzaak
tot het bieden van een ander tijdelijk verblijfsrecht.
Vreemdelingendetentie
De leden van de VVD-fractie vragen wat er gebeurt met uitgeprocedeerde asielzoekers
waarvan zicht op uitzetting bestond en die om die reden in detentie zitten. De leden
vragen of ik deze detentie kan verlengen.
Vreemdelingenbewaring op grond van de Terugkeerrichtlijn kan voortduren als er zicht
is op verwijdering binnen een redelijke termijn. Daarbij is van belang dat de vraag
wat een redelijke termijn is, moet worden bezien tegen de achtergrond van de totale
duur die de vreemdelingenbewaring kan hebben. De maximale duur is in beginsel zes
maanden, maar kan onder omstandigheden worden verlengd tot maximaal achttien maanden.
Een tijdelijk beletsel voor de verwijdering maakt niet dat het zicht op uitzetting
ontbreekt. Telkens wordt aan de hand van de individuele merites van het geval afgewogen
in hoeverre oplegging of voortduring van de bewaring in redelijkheid nog gerechtvaardigd
is. In deze individuele afweging wordt rekening gehouden met de huidige uitzettingsbeletselen,
maar ook met het maatschappelijk belang om de bewaring te continueren. Voor vreemdelingen
met zware criminele antecedenten of overlastgevers is er bijvoorbeeld een zwaarwegend
maatschappelijk belang om de bewaring op te leggen of te continueren. Verder zullen
bewaringen van vreemdelingen die nog niet beschikken over geldige reisdocumenten in
beginsel langer kunnen voortduren dan de bewaringen van vreemdelingen met geldige
reisdocumenten. Vanwege het ontbreken van reisdocumenten is in die zaken de effectuering
van het vertrek hoe dan ook nog niet aan de orde. De vreemdeling kan de voortduring
van de bewaring natuurlijk aan de rechter voorleggen.
Hoe voorkomt u dat uitgeprocedeerde asielzoekers uit het zicht van de overheid raken,
zo vragen deze leden mij?
Waar een bewaring wordt opgeheven, zal niet altijd recht op opvang of onderdak bestaan
en wordt ook niet in alle gevallen een toezichtsmaatregel opgelegd als daar onder
het staande beleid geen grondslag voor bestaat. Voor asielzoekers met een eerste asielverzoek
is de noodonderdaklocatie beschikbaar, alwaar in de eerste levensbehoeften wordt voorzien
en een vrijheidsbeperkende maatregel wordt opgelegd. In enkele gevallen bestaat een
voor de inbewaringstelling geldende aanspraak op COA-opvang nog steeds.
De leden van de VVD fractie vragen of ik bereid ben vanuit mijn stelselverantwoordelijkheid
aan gemeenten te vragen hoe het momenteel staat met het aantal illegaal verblijvenden
in de bed-, bad-, broodvoorzieningen en hun bewegingsvrijheid. In welke mate wordt
in deze crisissituatie vanuit de reguliere daklozenopvang capaciteit ingezet voor
ongedocumenteerden en kunt u vanuit uw stelselverantwoordelijkheid in overleg met
gemeenten treden om ervoor te zorgen dat opvang van illegaal verblijvende personen
niet bijdraagt aan een hoger lokaal besmettingsrisico, zo vragen deze leden. Bijvoorbeeld
door grootschalige opvang van illegalen zoals recent voor Amsterdam-Zuid is besloten,
gepaard te laten gaan met een gebiedsverbod/gebod, zodat het risico voor bewoners
niet wordt vergroot. Zij vragen voorts bij gemeenten met een illegalenopvang na te
gaan of zorghulpverleners zoals het Leger des Heils niet worden ingezet in de illegalenopvang
bij mensen die over het algemeen zelfredzaam zijn, zodat hun inzet benut kan worden
waar die echt nodig is, zoals bij mensen die niet zelf redzaam zijn.
Zoals u weet, werkt dit kabinet met een vijftal gemeenten samen in het kader van het
programma Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen (hierna: LVV). Van de deelnemende
pilotgemeenten heb ik vernomen dat zij ieder onder hun eigen verantwoordelijkheid
de benodigde maatregelen nemen om te kunnen voldoen aan de RIVM-richtlijnen. In dat
kader maken enkele gemeenten gebruik van de richtlijn opvang van dak- en thuisloze
mensen van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om de extra capaciteit
te financieren die nodig is om het onderdak voor de LVV-doelgroep in conformiteit
te brengen met de RIVM-richtlijnen2. Overigens is het belangrijk om te benadrukken dat het besmettingsrisico voor de
LVV-populatie niet hoger is dan gemiddeld in Nederland. Ik zie dus geen aanleiding
om verdergaande maatregelen te treffen, zoals een gebiedsgebod, en bovendien is dat
primair aan de gemeente. Uiteraard kan ik in een volgend bestuurlijk overleg wijzen
op de noodzaak voor het handhaven van de RIVM-richtlijnen en vragen naar de prioritering
van de inzet van maatschappelijke organisaties. Wat betreft de gemeentelijke bed,
bad en broodvoorzieningen geldt dat gemeenten deze geheel onder hun eigen verantwoordelijkheid
aanbieden.
De leden van de PVV-fractie vragen of het klopt dat uitgeprocedeerde vreemdelingen,
die op dit moment niet gedwongen kunnen worden uitgezet, niet meer in vreemdelingendetentie
worden geplaatst maar gewoon vrij worden gelaten of op kosten van de belastingbetaler
in dure azc’s of in bed-, bad-, en broodlocaties worden opgevangen. Zo ja, hoeveel
uitgeprocedeerden zijn er naar azc’s en de bed-, bad-, en broodlocaties gestuurd en
hoeveel daarvan hebben de benen genomen? Per wanneer bent u van plan de gedwongen
uitzettingen te hervatten?
Vreemdelingenbewaring op grond van de Terugkeerrichtlijn kan voortduren als er zicht
is op verwijdering binnen een redelijke termijn. Daarbij is van belang dat de vraag
wat een redelijke termijn is, moet worden bezien tegen de achtergrond van de totale
duur die de vreemdelingenbewaring kan hebben. De maximale duur is in beginsel zes
maanden, maar kan onder omstandigheden worden verlengd tot maximaal achttien maanden.
Een tijdelijk beletsel voor de verwijdering maakt niet dat het zicht op uitzetting
ontbreekt. Telkens wordt aan de hand van de individuele merites van het geval afgewogen
in hoeverre oplegging of voortduring van de bewaring in redelijkheid nog gerechtvaardigd
is. In deze individuele afweging wordt rekening gehouden met de huidige uitzettingsbeletselen,
maar ook met het maatschappelijk belang om de bewaring te continueren. Voor vreemdelingen
met zware criminele antecedenten of overlastgevers is er bijvoorbeeld een zwaarwegend
maatschappelijk belang om de bewaring op te leggen of te continueren. Verder zullen
bewaringen van vreemdelingen die nog niet beschikken over geldige reisdocumenten in
beginsel langer kunnen voortduren dan de bewaringen van vreemdelingen met geldige
reisdocumenten. Vanwege het ontbreken van reisdocumenten is in die zaken de effectuering
van het vertrek hoe dan ook nog niet aan de orde. Ook in gevallen waarin de terugkeer
tijdelijk feitelijk niet mogelijk is, kan de DT&V doorwerken aan het onderzoek naar
de identiteit en nationaliteit en het verkrijgen van de voor de terugkeer noodzakelijke
documenten, zodat de terugkeer ter hand kan worden genomen zodra zich een mogelijkheid
voordoet.
De leden van de D66-fractie vragen of ik kan aangeven welke maatregelen worden geadviseerd
door het RIVM met betrekking tot vreemdelingendetentie. En of ik uiteen kan zetten
welke beperkende maatregelen op basis van deze adviezen er zijn genomen, welke activiteiten
nog wel mogelijk zijn en in welke mate contact, al dan niet telefonisch, met de buitenwereld
daadwerkelijk mogelijk is voor gedetineerden.
Het RIVM heeft niet specifiek op de situatie in vreemdelingendetentie geadviseerd.
Het RIVM heeft een aantal richtlijnen opgesteld met het oog op het vermijden van besmetting
tussen mensen. DJI heeft bij het opstellen van de maatregelen die binnen de inrichting
zijn genomen, maximaal acht geslagen op deze adviezen. De vreemdelingen worden daarover
ook geïnformeerd na binnenkomst in de inrichting. De gesloten omstandigheden in de
Penitentiaire inrichtingen in Nederland zijn naar hun aard echter afwijkend van de
vrije maatschappij, en dat brengt mee dat de invulling van de richtlijnen daar op
onderdelen af kan wijken. De Minister voor Rechtsbescherming heeft reeds maatregelen
getroffen voor het gevangeniswezen, forensische zorg en justitiële jeugdinrichtingen
die daarmee ook gelden voor de detentiecentra voor vreemdelingenbewaring. Een deel
van deze maatregelen is ook genomen met het oog op het waarborgen van voldoende personele
bezetting van DJI.
Onderdeel daarvan is het beperken van de grootte van de groepen met wie contact onderhouden
wordt. Op basis van de adviezen van het RIVM is het regime voor ingeslotenen iets
aangepast waar het gaat om het ontplooien van activiteiten in groepsverband. De ingeslotenen
hebben een beperkt dagprogramma tussen 07.15 en 16.00 uur. De afdelingen zijn opengesteld
met een halve bezetting. Dit betekent dat er maximaal 32 ingeslotenen op een afdeling
verblijven. Ingeslotenen verblijven nog steeds met twee personen op een cel. Volgens
de medische dienst is dit mogelijk en bestaat hier geen contra-indicatie voor.
Voor wat betreft het ontvangen van bezoek geldt dat momenteel wordt ingeregeld dat
bezoek kan plaatsvinden door middel van Skype-momenten. Deze Skype-momenten zullen
plaatsvinden op de reguliere bezoekmomenten.
Bezoek dat noodzakelijk is in het kader van de rechtsgang, zoals bezoek van een advocaat,
kan doorgaan als deze er niet voor kiezen om via telefoon of Skype met hun cliënten
te spreken.
Indien er een aanwijzing is dat een ingeslotene besmet is met het virus, kan hij op
een reguliere cel geïsoleerd en verpleegd worden, vergelijkbaar met thuisisolatie.
Uiteraard is bij ernstiger ziekte verschijnselen opname in het ziekenhuis geïndiceerd.
De kwaliteit van de zorg in de PI is vergelijkbaar met die in de vrije maatschappij.
Op 7 april waren er geen vreemdelingen in vreemdelingenbewaring voor wie preventieve
maatregelen genomen hoefde te worden in verband met een (mogelijke) besmetting.
De leden van de SP-fractie vragen voorts op welke wijze vreemdelingen op de hoogte
worden gebracht van de richtlijnen van het RIVM, hoe erop wordt toegezien dat deze
worden nageleefd en welke maatregelen er zijn om de veiligheid te garanderen en verdere
verspreiding van het virus te voorkomen? Zij vragen welk risico vreemdelingen, medewerkers
en advocaten lopen en of het juist is dat het medewerkers en advocaten niet is toegestaan
beschermingsmiddelen te dragen teneinde onrust te voorkomen?
Het RIVM heeft een aantal richtlijnen opgesteld met het oog op het vermijden van besmetting
tussen mensen. DJI heeft bij het opstellen van de maatregelen die binnen de inrichting
zijn genomen, maximaal acht geslagen op deze adviezen. De vreemdelingen worden daarover
ook geïnformeerd na binnenkomst in de inrichting.
De Minister voor Rechtsbescherming heeft reeds maatregelen getroffen voor het gevangeniswezen,
forensische zorg en justitiële jeugdinrichtingen die daarmee ook gelden voor de detentiecentra
voor vreemdelingenbewaring. Onderdeel daarvan is het beperken van de grootte van de
groepen met wie contact onderhouden wordt. Op basis van de adviezen van het RIVM is
het regime voor ingeslotenen iets aangepast waar het gaat om het ontplooien van activiteiten
in groepsverband. De ingeslotenen hebben een beperkt dagprogramma tussen 07.15 en
16.00 uur. De afdelingen zijn opengesteld met een halve bezetting. Dit betekent dat
er maximaal 32 ingeslotenen op een afdeling verblijven. Ingeslotenen verblijven nog
steeds met twee personen op een cel. Volgens de medische dienst is dit mogelijk en
bestaat hier geen contra-indicatie voor.
Voor wat betreft het ontvangen van bezoek geldt dat momenteel wordt ingeregeld dat
bezoek kan plaatsvinden door middel van Skype-momenten. Deze Skype-momenten zullen
plaatsvinden op de reguliere bezoekmomenten. Bezoek dat noodzakelijk is in het kader
van de rechtsgang, zoals bezoek van een advocaat kan doorgaan, als deze er niet voor
kiezen om via telefoon of Skype met hun cliënten te spreken.
Indien er een aanwijzing is dat een ingeslotene besmet is met het virus, kan hij op
een reguliere cel geïsoleerd en verpleegd worden, vergelijkbaar met thuisisolatie.
Uiteraard is bij ernstiger ziekte verschijnselen opname in het ziekenhuis geïndiceerd.
De kwaliteit van de zorg in de PI is vergelijkbaar met die in de vrije maatschappij.
Op 7 april waren er geen vreemdelingen in vreemdelingenbewaring voor wie preventieve
maatregelen genomen hoefde te worden in verband met een (mogelijke) besmetting.
De leden van de SP-fractie vragen voorts wat mijn reactie is op de oproep van de Hoge
Commissaris van de Mensenrechten van de Raad van Europa om gedurende de coronacrisis
de vreemdelingendetentie op te heffen?
Voor een algehele beëindiging van de bewaringsmaatregelen, zoals door de Hoge Commissaris
van de Mensenrechten en sommige NGO’s is voorgesteld, zie ik nu geen aanleiding. Wel
geldt dat bewaringen, na een individuele belangenafweging, in voorkomende gevallen
worden opgeheven, waardoor er sprake is van een afname van het aantal in bewaring
gestelde vreemdelingen. Ter illustratie kan op de caseload van de DT&V worden gewezen:
op 2 april 2020 bevonden er zich nog circa 310 vreemdelingen in de bewaringscaseload
van DT&V, terwijl op 31 januari 2020 er zich nog circa 460 vreemdelingen in de bewaringscaseload
van DT&V bevonden.
De leden van de GroenLinks-fractie maken zich zorgen over de mensen die momenteel
in vreemdelingendetentie zitten. Asielzoekers kunnen in vreemdelingendetentie worden
geplaatst als uitzicht bestaat op uitzetting. Het is nadrukkelijk geen strafrechtelijke
vorm van detentie. Nu uitzettingen de facto onmogelijk zijn vanwege de coronacrisis,
nemen deze leden aan dat alle personen waarvoor uitzicht op uitzetting was aangenomen,
inmiddels in vrijheid zijn gesteld. Mediaberichten lijken hier ook op te duiden, maar
graag krijgen deze leden een bevestiging (https://nos.nl/artikel/2328839-vreemdelingen-vrijgelaten-uit-detentie-v…). In deze mediaberichten wordt echter ook gemeld dat momenteel nog 330 personen in
vreemdelingendetentie zitten. Zij hebben daarbij de volgende vragen. Kunt u motiveren
op welke juridische basis deze mensen worden vastgehouden, nu zicht op uitzetting
op de korte termijn ontbreekt? De aan het woord zijnde leden vragen u een appreciatie
te geven van de oproep van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Raad van
Europa om mensen die nu vastzitten in vreemdelingendetentie vrij te laten gedurende
de coronacrisis (https://www.coe.int/en/web/commissioner/-/commissioner-calls-for-releas…).
Met betrekking tot het terugkeerproces zal duidelijk zijn dat er op dit moment in
veel gevallen een tijdelijk beletsel voor de terugkeer bestaat hetzij doordat er geen
bruikbare verbinding met het land van herkomst is, hetzij door maatregelen die in
het land van herkomst zijn getroffen met betrekking tot grenspassage. Dat neemt niet
weg dat de DT&V onverminderd werkt aan en ondersteunt bij de terugkeer waar dat mogelijk
is. Ook in gevallen waarin de terugkeer tijdelijk feitelijk niet mogelijk is, kan
de DT&V doorwerken aan het onderzoek naar de identiteit en nationaliteit en het verkrijgen
van de voor de terugkeer noodzakelijke documenten, zodat de terugkeer ter hand kan
worden genomen zodra zich een mogelijkheid voordoet. Er is dus geen reden voor de
conclusie dat uitzetting onmogelijk is geworden.
Vreemdelingenbewaring op grond van de Terugkeerrichtlijn kan voortduren als er zicht
is op verwijdering binnen een redelijke termijn. Daarbij is van belang dat de vraag
wat een redelijke termijn is, moet worden bezien tegen de achtergrond van de totale
duur die de vreemdelingenbewaring kan hebben. De maximale duur is in beginsel zes
maanden, maar kan onder omstandigheden worden verlengd tot maximaal achttien maanden.
Een tijdelijk beletsel voor de verwijdering maakt niet dat het zicht op uitzetting
ontbreekt. Telkens wordt aan de hand van de individuele merites van het geval afgewogen
in hoeverre oplegging of voortduring van de bewaring in redelijkheid nog gerechtvaardigd
is. In deze individuele afweging wordt rekening gehouden met de huidige uitzettingsbeletselen,
maar ook met het maatschappelijk belang om de bewaring te continueren. Voor vreemdelingen
met zware criminele antecedenten of overlastgevers is er bijvoorbeeld een zwaarwegend
maatschappelijk belang om de bewaring op te leggen of te continueren. Verder zullen
bewaringen van vreemdelingen die nog niet beschikken over geldige reisdocumenten in
beginsel langer kunnen voortduren dan de bewaringen van vreemdelingen met geldige
reisdocumenten. Vanwege het ontbreken van reisdocumenten is in die zaken de effectuering
van het vertrek hoe dan ook nog niet aan de orde3. De vreemdeling kan de voortduring van de bewaring aan de rechter voorleggen.
Voor een algehele beëindiging van de bewaringsmaatregelen, zoals door de Hoge Commissaris
voor de Mensenrechten van de Raad van Europa en sommige NGO’s is voorgesteld, zie
ik dan ook geen aanleiding. Wel geldt dat bewaringen, na een individuele belangenafweging,
in voorkomende gevallen worden opgeheven, waardoor er sprake is van een afname van
het aantal in bewaring gestelde vreemdelingen. Ter illustratie kan op de caseload
van de DT&V worden gewezen: op 2 april 2020 bevonden er zich nog circa 310 vreemdelingen
in de bewaringscaseload van DT&V, terwijl op 31 januari 2020 er zich nog circa 460
vreemdelingen in de bewaringscaseload van DT&V bevonden.
De leden van de PvdA-fractie begrijpen dat ondanks dat er op dit moment geen zicht
op uitzetting is, vreemdelingen toch in vreemdelingendetentie blijven. Waaruit bestaat
nog de juridische titel om vreemdelingendetentie te handhaven?
Vreemdelingenbewaring op grond van de Terugkeerrichtlijn kan voortduren als er zicht
is op verwijdering binnen een redelijke termijn. Daarbij is van belang dat de vraag
wat een redelijke termijn is, moet worden bezien tegen de achtergrond van de totale
duur die de vreemdelingenbewaring kan hebben. De maximale duur is in beginsel zes
maanden, maar kan onder omstandigheden worden verlengd tot maximaal achttien maanden.
Een tijdelijk beletsel voor de verwijdering maakt niet dat het zicht op uitzetting
ontbreekt. Telkens wordt aan de hand van de individuele merites van het geval afgewogen
in hoeverre oplegging of voortduring van de bewaring in redelijkheid nog gerechtvaardigd
is. In deze individuele afweging wordt rekening gehouden met de huidige uitzettingsbeletselen,
maar ook met het maatschappelijk belang om de bewaring te continueren. Voor vreemdelingen
met zware criminele antecedenten of overlastgevers is er bijvoorbeeld een zwaarwegend
maatschappelijk belang om de bewaring op te leggen of te continueren. Verder zullen
bewaringen van vreemdelingen die nog niet beschikken over geldige reisdocumenten in
beginsel langer kunnen voortduren dan de bewaringen van vreemdelingen met geldige
reisdocumenten. Vanwege het ontbreken van reisdocumenten is in die zaken de effectuering
van het vertrek hoe dan ook nog niet aan de orde. De vreemdeling kan de voortduring
van de bewaring aan de rechter voorleggen.
Daarnaast vragen de aan het woord zijnde leden of om praktische redenen niet voor
andere oplossingen dan detentie kan worden gekozen. Het blijkt immers dat er sprake
is van onderbezetting van personeel voor de vreemdelingendetentie, gedetineerden geen
bezoek meer mogen ontvangen en dagprogramma’s worden aangepast. Daar waar de Dienst
Justitiële Inrichtingen (DJI) voor strafrechtelijk gedetineerden maatregelen heeft
genomen die inhouden dat een aantal van die gedetineerden tijdelijk vrij komen, wordt
hier voor de nota bene op bestuursrechtelijke titel gedetineerde vreemdelingen niet
voor gekozen, zo menen deze leden. Acht u het mogelijk dat de vreemdelingen die een
verblijfsadres hebben tijdelijk in vrijheid worden gesteld en wellicht op een andere
wijze in beeld kunnen blijven zo vragen de leden mij.
Voor een algehele beëindiging van de bewaringsmaatregelen, zie ik geen aanleiding
om de reden zoals hiervoor gegeven. Indien in het individuele geval een minder bezwarende
maatregel effectief kan worden opgelegd ben ik gehouden die maatregen toe te passen,
ook buiten de context die thans in samenhang met de corona maatregelen aan de orde
is. Bewaring is immers het ultimum remedium.
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie maken zich zorgen over enkele honderden
mensen die zich op dit moment in vreemdelingendetentie bevinden. Zij vragen op basis
van welke juridische gronden deze mensen momenteel in vreemdelingendetentie gehouden
worden, nu mensen niet uitgezet kunnen worden.
Vreemdelingenbewaring op grond van de Terugkeerrichtlijn kan voortduren als er zicht
is op verwijdering binnen een redelijke termijn. Daarbij is van belang dat de vraag
wat een redelijke termijn is, moet worden bezien tegen de achtergrond van de totale
duur die de vreemdelingenbewaring kan hebben. De maximale duur is in beginsel zes
maanden, maar kan onder omstandigheden worden verlengd tot maximaal achttien maanden.
Een tijdelijk beletsel voor de verwijdering maakt niet dat het zicht op uitzetting
ontbreekt. Telkens wordt aan de hand van de individuele merites van het geval afgewogen
in hoeverre oplegging of voortduring van de bewaring in redelijkheid nog gerechtvaardigd
is. In deze individuele afweging wordt rekening gehouden met de huidige uitzettingsbeletselen,
maar ook met het maatschappelijk belang om de bewaring te continueren. Voor vreemdelingen
met zware criminele antecedenten of overlastgevers is er bijvoorbeeld een zwaarwegend
maatschappelijk belang om de bewaring op te leggen of te continueren. Verder zullen
bewaringen van vreemdelingen die nog niet beschikken over geldige reisdocumenten in
beginsel langer kunnen voortduren dan de bewaringen van vreemdelingen met geldige
reisdocumenten. Vanwege het ontbreken van reisdocumenten is in die zaken de effectuering
van het vertrek hoe dan ook nog niet aan de orde. De vreemdeling kan de voortduring
van de bewaring aan de rechter voorleggen.
Grensdetentie Schiphol
De leden van de D66-fractie hebben vernomen dat advocaten die hun cliënt willen bezoeken
in het aanmeldcentrum Schiphol zou worden verboden mondkapjes te dragen tijdens contact
met hun cliënt. Zij vragen mij aan te geven of dat bericht klopt en zo ja, waarom
dat zo is. Verder vragen zij of ik bereid ben dat beleid te wijzigen en daarbij ook
te kijken naar andere beschermingsmaatregelen, zoals handschoenen?
De inrichtingen van DJI zien zich geconfronteerd met een dilemma. DJI volgt de richtlijnen
van het RIVM in het kader van het dragen van mondkapjes. Dit betekent dat binnen de
inrichtingen bij de personeelsleden (m.u.v. zorgpersoneel) en gedetineerden het dragen
van persoonlijke beschermingsmiddelen (waaronder mondkapjes) niet wordt toegestaan.
Het meenemen en dragen van beschermingsmiddelen door bezoekers zal zeker onrust en
verontwaardiging veroorzaken in de inrichting waar het voor justitiabelen en medewerkers
niet is toegestaan persoonlijke beschermingsmiddelen te dragen. Immers, DJI volgt
de RIVM richtlijnen die een terughoudend gebruik adviseren van deze schaarse middelen
Het is richting het personeel en justitiabelen lastig uitlegbaar dat zij zonder de
beschermende middelen met elkaar in contact staan terwijl een advocaat met een kortdurend
contact moment in de gelegenheid wordt gesteld om zich, buiten de RIVM-richtlijnen
om, met deze middelen in de inrichting te begeven. Het personeel of justitiabele kan
en mag immers niet zijn eigen afweging maken of hij beschermende middelen gebruikt,
al dan niet privé aangeschaft. Advocaten worden, conform de richtlijnen van het RIVM,
in de gelegenheid gesteld om de afstand van 1,5 meter in acht te nemen en de handen
te wassen. Indien het bovenstaande voor een advocaat niet voldoende waarborg biedt
zijn er alternatieven om het noodzakelijke contact met de justitiabele veilig te realiseren:
– Telefonisch contact;
– Beeldbellen via Skype;
– Bezoek in een ruimte waarin de gesprekspartners ruime afstand van elkaar kunnen bewaren.
Ook nu er alternatieven beschikbaar zijn voor een onbelemmerde rechtshulpverlening,
is DJI echter bereid per geval te overwegen om advocaten die daarop staan met beschermende
middelen toegang tot de inrichting te verlenen. Daarbij moet worden opgemerkt dat
de directeur van de inrichting verantwoordelijk is voor de orde, rust en veiligheid.
Vanuit die verantwoordelijkheid kan hij ook alsdan besluiten dat, indien het dragen
van een mondkapje door een advocaat tot zodanige onrust zal leiden dat de orde en
veiligheid in het geding komen, toegang tot de cliënt op alternatieve wijze zoals
hierboven geschetst kan geschieden.
Deze leden van de D66 fractie vragen mij in te gaan op de vraag of het klopt dat mensen
die zich op Schiphol melden niet worden getest op corona? Indien dit allemaal juist
is, kunt u dan aangeven hoe dit ogenschijnlijke gebrek aan voorzorgmaatregelen zich
verhoudt tot de vergaande afschermingsmaatregelen bij COA-locaties en het gegeven
dat de IND de meeste contactmomenten heeft opgeschort, vragen deze leden. Ook vragen
zij welke gezondheidsmaatregelen zijn getroffen op het aanmeldcentrum Schiphol en
op basis van welk advies? Welke gevolgen heeft het eventuele gebrek aan testen voor
mensen die op enig moment van het aanmeldcentrum worden overgebracht naar een opvanglocatie
van het COA? Welke besmettingsrisico’s zijn hieraan verbonden?
Het RIVM heeft niet specifiek op de situatie in vreemdelingendetentie geadviseerd.
Het RIVM heeft een aantal richtlijnen opgesteld met het oog op het vermijden van besmetting
tussen mensen. DJI heeft bij het opstellen van de maatregelen die binnen de inrichting
zijn genomen, maximaal acht geslagen op deze adviezen. De vreemdelingen worden daarover
ook geïnformeerd na binnenkomst in de inrichting. De gesloten omstandigheden in de
Penitentiaire inrichtingen in Nederland zijn naar hun aard echter afwijkend van de
vrije maatschappij, en dat brengt mee dat de invulling van de richtlijnen daar op
onderdelen af kan wijken. De Minister voor Rechtsbescherming heeft reeds maatregelen
getroffen voor het gevangeniswezen, forensische zorg en justitiële jeugdinrichtingen
die daarmee ook gelden voor de detentiecentra voor vreemdelingenbewaring. Een deel
van deze maatregelen is ook genomen met het oog op het waarborgen van voldoende personele
bezetting van DJI.
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat ik in de brief van 20 maart 2020
beschrijf dat mensen die aan de grens of op Schiphol aankomen en asiel aanvragen vanaf
nu langer in grensdetentie worden geplaatst om incubatie van het coronavirus uit te
kunnen sluiten. De IND blijft echter wel beslissingen nemen in grensprocedures, in
tegenstelling tot in asielprocedures. Kunt u dit verschil toelichten, vragen de leden.
Is het mogelijk grensprocedures goed uit te voeren binnen de kaders van de richtlijnen
van het RIVM? Zo ja, waarom kan dit dan niet bij andere procedures? Ook vragen de
leden of ik kan toelichten op welke wijze de toegang tot rechtshulp in de grensdetentie
nu geborgd is en hoe de gedetineerde in staat wordt gesteld om zijn of haar verzoek
met bewijs te onderbouwen, gelet op het feit dat de telefoon wordt afgenomen?
De leden van de SP-fractie vragen of ik kennis heb genomen van het interview met asieladvocaat
Flip Schüller (Radio1, 27 maart, 07:10). Hij vraagt aandacht voor de situatie op Schiphol
waar asielzoekers en uitgeprocedeerden in grensdetentie en vreemdelingenbewaring worden
gehouden.
De afhandeling van de asielaanvraag in grensdetentie mag maximaal 28 dagen duren;
dit is een wettelijke termijn en deze wordt uiteraard nog steeds gehanteerd. Conform
de bestaande werkwijze wordt de grensdetentie opgeheven wanneer de conclusie wordt
getrokken dat de aanvraag niet langer in de grensprocedure kan worden afgedaan. Hoewel
de afweging is gemaakt om de asielprocedure in de meeste procedures stil te leggen
omdat deze niet goed uitvoerbaar is gezien de beperkingen die nu gelden, wordt de
behandeling van asielaanvragen aan de grens voortgezet omdat dit vanwege het grensbewakingsbelang
een vitaal proces betreft waarvan het noodzakelijk wordt geacht dat dit doorgang vindt.
De aantallen aanvragen die worden behandeld in de grensprocedure zijn relatief gering
en maken dat ook met extra aandacht dit proces nog steeds op een verantwoorde wijze
kan worden voortgezet. Wel is het zo dat de zogenaamde rust- en voorbereidingstijd,
waarvan in regelgeving is bepaald dat deze minimaal zes dagen duurt, op dit moment
langer duurt, ongeveer 17 dagen. De rust en voorbereidingstijd is dus niet verkort,
maar juist verlengd. Deze aangepaste planning brengt mee dat op het moment dat de
IND, maar ook de anderen, zoals de rechtshulpverlener of VluchtelingenWerk, de vreemdeling
spreken, er meer beeld is bij diens algehele toestand, ook op medisch vlak.
Ook in de huidige situatie vind grensdetentie van (gezinnen met) minderjarige kinderen
in de regel niet plaats.
In de volledige periode voorafgaand aan het besluit op de asielaanvraag, hebben rechtshulpverleners
en VluchtelingenWerk Nederland (VWN) toegang tot de vreemdeling. Dit gaat om contact
in persoon maar juist nu ook en bij voorkeur ook langs elektronische weg. Dat betekent
dus dat zij toegang hebben voorafgaand aan het gehoor door de IND, en daarna, als
de procedure wordt voortgezet in de grensprocedure. Daarbij kan uiteraard ook de procedure
worden voorbereid. Het is gebruikelijk dat, wanneer de vreemdeling aangeeft bewijzen
te hebben in zijn bagage/telefoon, de vreemdeling deze eigendommen onder begeleiding
tijdelijk in ontvangst kan nemen om bewijzen te kunnen verzamelen. Begeleiding daarbij
kan plaatsvinden door bijvoorbeeld VWN of de IND. Ook bij de afdeling waar de telefoon
wordt opgehaald, is het mogelijk om te voldoen aan de richtlijnen van RIVM.
Als de IND tot de conclusie komt dat de asielaanvraag niet in de grensprocedure kan
worden afgedaan wordt de vreemdeling in vrijheid gesteld en wordt de vreemdeling doorverwezen
naar de procedure in Ter Apel. Dit betekent dat de vreemdeling in de noodonderdaklocatie
onderdak kan krijgen. Als de IND de aanvraag afwijst, wordt de terugkeer ter hand
genomen, waarbij de aanvoerende maatschappij in beginsel gehouden is de vreemdeling
terug te voeren. Sinds 18 maart hebben minder dan 10 personen asiel aangevraagd aan
de buitengrens.
Ten aanzien van de grensdetentie op Schiphol zouden de leden van de ChristenUnie-fractie
willen weten waarom asielzoekers hun mobiele telefoon eigenlijk moeten inleveren tijdens
de incubatieperiode. Wat is de reden van de verkorting van de voorbereidingstijd van
zes tot drie dagen? Is een goede voorbereiding, voldoende rechtsbijstand en de mogelijkheid
tot het verzamelen van bewijs nog gegarandeerd, zo vragen deze leden.
Van een formele incubatieperiode is geen sprake. Wel is het zo dat de zogenaamde rust-
en voorbereidingstijd, waarvan in regelgeving is bepaald dat deze minimaal zes dagen
duurt, op dit moment langer duurt, ongeveer 17 dagen. De rust en voorbereidingstijd
is dus niet verkort, maar juist verlengd. Deze aangepaste planning brengt mee dat
op het moment dat de IND, maar ook de anderen, zoals de rechtshulpverlener of VluchtelingenWerk,
de vreemdeling spreken, er meer beeld is bij diens algehele toestand, ook op medisch
vlak.
In de volledige periode voorafgaand aan het besluit op de asielaanvraag, hebben rechtshulpverleners
en VluchtelingenWerk Nederland (VWN) toegang tot de vreemdeling. Dit gaat om contact
in persoon maar juist nu ook en bij voorkeur ook langs elektronische weg. Dat betekent
dus dat zij toegang hebben voorafgaand aan het gehoor door de IND, en daarna, als
de procedure wordt voortgezet in de grensprocedure. Daarbij kan uiteraard ook de procedure
worden voorbereid. Daarbij gelden in beginsel geen strengere of afwijkende regels.
Het is gebruikelijk dat, wanneer de vreemdeling aangeeft bewijzen te hebben in zijn
bagage/telefoon, de vreemdeling deze eigendommen onder begeleiding tijdelijk in ontvangst
kan nemen om bewijzen te kunnen verzamelen. Begeleiding daarbij kan plaatsvinden door
bijvoorbeeld VWN of de IND. Ook bij de afdeling waar de telefoon wordt opgehaald,
is het mogelijk om te voldoen aan de richtlijnen van RIVM.
Dublinoverdrachten
De leden van de PVV-fractie vragen wat er gebeurt met de vreemdelingen die op grond
van de Dublinverordening in een ander Europees land asiel hadden moeten aanvragen/of
hebben aangevraagd maar waarvan de overdracht naar een andere EU-lidstaat op dit moment
is opgeschort. Worden zij vastgezet tot het moment dat de overdracht naar een andere
EU-lidstaat kan worden geëffectueerd? Zo nee, hoeveel Dublinclaimanten heeft zijn
er inmiddels vrijgelaten en waar zijn zij nu?
In de Kamerbrief van 20 maart jl. is uw Kamer geïnformeerd over de opschorting van
alle in- en uitgaande Dublinoverdrachten4. Dublinclaimanten die in een opvanglocatie van het COA zitten in afwachting van hun
overdracht aan de verantwoordelijke lidstaat, behouden die opvang. Met het opschorten
van de Dublinoverdrachten is er tijdelijk beperkt zicht op overdracht aan de verantwoordelijke
Dublinlidstaat. Daarom wordt zeer terughoudend omgegaan met de mogelijkheid (nieuwe)
bewaringsmaatregelen aan Dublinclaimanten op te leggen. Ten tijde van mijn besluit
om Dublinoverdrachten op te schorten, zaten ongeveer 70 personen in bewaring in afwachting
van de overdracht aan de verantwoordelijke lidstaat. Ongeveer 50 daarvan zijn geplaatst
in de COA-opvang, ongeveer 10 zijn doorverwezen naar de noodonderdaklocatie in Zoutkamp
en ongeveer 10 maken geen aanspraak op COA-opvang of onderdak in de noodvoorziening.
Het opheffen van bewaringsmaatregelen en de opschorting van Dublinoverdrachten, betekent
echter nog niet dat deze overdrachten definitief geen doorgang zullen vinden. Wanneer
een Dublinclaimant weer overgedragen kan worden, zal opnieuw ingezet worden op de
overdracht. Wel kunnen in individuele zaken de, in de EU-Dublinverordening, neergelegde,
uiterste overdrachtstermijn zijn verstreken. In de JBZ-raad van 13 maart jl. heb ik
een verlenging van de uiterste overdrachtstermijn gesuggereerd gezien de uitzonderlijke
omstandigheden. Mochten er op dit onderwerp door de Europese Commissie richtlijnen
worden geformuleerd, zal ik die uiteraard betrekken bij de Nederlandse hervatting
van het Dublinsysteem.
De leden van de D66-fractie krijgen de indruk dat veel EU-lidstaten met betrekking
tot de uitvoering van de Dublinverordening individueel het besluit hebben genomen
de feitelijke overdrachten van asielzoekers tijdelijk op te schorten, zo ook Nederland.
Voornoemde leden vinden het opvallend dat EU-lidstaten individuele besluiten nemen
over een Europese verordening die invloed heeft op andere EU-lidstaten. Waarom worden
er over maatregelen met betrekking tot Europese verordeningen op het terrein van asiel
en migratie geen gezamenlijke besluiten genomen, zo vragen zij. Verder vragen ze mij
of ik een inspanningsverplichting kan toezeggen in de toekomst zoveel mogelijk gezamenlijk
besluiten te nemen als het gaat om Europese verordeningen waar alle EU-lidstaten zich
aan hebben gecommitteerd, om zo de uitvoering van dit beleid zo effectief mogelijk
te laten zijn?
Ik deel dit punt van zorg met de betreffende leden. In de JBZ-Raad van 13 maart jl.
heb ik dan ook nadrukkelijk gevraagd om coördinatie door Europese Commissie in relatie
tot de uitvoering van de Dublinverordening, dit ter voorkoming van unilateraal handelen.
De Europese Commissie heeft deze coördinerende rol opgepakt en gezegd richtsnoeren
op te stellen over de toepassing van de Dublinverordening tijdens de huidige, uitzonderlijke
omstandigheden.
De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat ik in mijn brief van 20 maart 2020
aankondig dat Nederland in ieder geval tot 6 april geen Dublinoverdrachten zal doen.
Deze leden zijn benieuwd wat er tot het hervatten van de Dublinoverdrachten gebeurt
met personen bij wie Nederland een Dublinclaim heeft geregistreerd. Worden zij in
de opvang, de noodopvang in Groningen, Vreemdelingendetentie of op straat geplaatst?
Uitgangspunt is dat reisbewegingen vanuit het belang van de volksgezondheid, zo veel
mogelijk dienen te worden beperkt. Dit betekent in principe dat vreemdelingen, waaronder
ook Dublinclaimanten, de opvang waarvan zij thans gebruik maken, behouden. Vreemdelingen
die in afwachting zijn van hun overdracht aan de verantwoordelijke lidstaat en in
een COA-locatie zitten, behouden dus die opvang. De Dublinclaimanten van wie de bewaringsmaatregel
is opgeheven wegens gebrek aan concreet zicht op overdracht, zijn voor het overgrote
deel opgevangen in COA-locaties. Omdat er momenteel door de opschorting van Dublinoverdrachten
beperkt concreet zicht op overdracht aan de verantwoordelijke lidstaat is, wordt zeer
terughoudend omgegaan met het opleggen van nieuwe bewaringsmaatregelen aan Dublinclaimanten.
De Griekse eilanden
Een groot aantal fracties heeft vragen gesteld over de situatie op de Griekse eilanden,
die zijn terug te vinden in onderdeel I van deze brief. Ik heb ervoor gekozen deze
vragen hierna van een doorlopende beantwoording te voorzien.
Meerdere fracties hebben om een reactie gevraagd op de oproepen, van onder andere
de oproep van Europese artsen onder de naam #SOSMoria en een brief van verschillende
NGO´s om asielzoekers in de opvangkampen op de Griekse eilanden zo snel mogelijk in
veiligheid te brengen. Het kabinet deelt de zorgen van deze organisaties en de fracties.
Dat is ook de reden waarom het kabinet de situatie nauwlettend volgt en in verschillende
contacten met Europese en Griekse partners aandacht vraagt voor het doorvoeren van
adequate maatregelen. Het is de primaire verantwoordelijkheid van de Griekse autoriteiten
om dergelijke maatregelen te treffen. Daarin verdient Griekenland wel steun van de
Europese Commissie, de agentschappen en de lidstaten.
Dit geldt ook voor een mogelijke evacuatie van de opvangkampen op de Griekse eilanden.
Griekenland is, net als andere Europese lidstaten, bezig om passende maatregelen te
treffen in de strijd tegen het coronavirus. Hierbij zijn de opvangfaciliteiten op
de Griekse eilanden een aandachtspunt. De Griekse autoriteiten hebben specifieke maatregelen getroffen om de kans op
een uitbraak aldaar te verkleinen. Zo worden nieuwe aankomsten niet toegelaten tot
de hotspots; zijn asielprocedures, registratie en beroep tijdelijk opgeschort; is
er actieve bewustwording en informatievoorziening aan migranten en vluchtelingen;
zijn gezamenlijke ruimtes gesloten en worden activiteiten tijdelijk gestaakt, is er
een avondklok ingesteld en zijn er speciale medische eenheden opgezet.
Daarnaast is het de praktijk dat kwetsbare migranten, waaronder alleenstaande minderjarige
vreemdelingen (amv’s), van de Griekse eilanden worden overgebracht naar het Griekse
vasteland. Het kabinet vraagt hier geregeld specifiek aandacht voor bij zowel Griekse
partners als bij vertegenwoordigers van de Europese Commissie, cf. de motie Voordewind.
Dit jaar zijn meer migranten en vluchtelingen overgeplaatst naar het vasteland dan
aangekomen op de Griekse eilanden. In de eerste drie maanden werden 10.800 kwetsbare
migranten en vluchtelingen overgeplaatst naar het vasteland, waarvan 4.300 in maart
jl. Ondanks het grote aantal transfers van migranten van de Griekse eilanden naar
het vasteland dit jaar, blijven de omstandigheden op de Griekse eilanden penibel.
Mede daarom zet Nederland in op het doorvoeren van structurele verbeteringen op het
gebied van terugkeer, opvang en asiel om de druk op de eilanden te ontlasten en de
situatie te verbeteren.
De situatie blijft, zeker ook in relatie tot COVID-19, kwetsbaar, in het bijzonder
vanwege het gebrek aan gezondheidszorg en ondermaatse sanitaire voorzieningen en hygiëne
in de overvolle opvanglocaties. De Europese Commissie, UNHCR, IOM en andere hulporganisaties
ondersteunen waar mogelijk om o.a. de gezondheidszorg te versterken en preventie te
bevorderen middels informatie in de eigen taal van migranten. Indien een migrant in
de opvangfaciliteiten positief wordt getest, wordt de patiënt overgeplaatst naar het
lokale ziekenhuis, en wordt haar of zijn directe omgeving in quarantaine geplaatst.
De capaciteit van de ziekenhuizen op de eilanden is een punt van zorg.
Daarnaast werken de Europese Commissie en de Griekse autoriteiten samen aan een noodplan
om de risico’s op een COVID-19 uitbraak zo veel mogelijk te verkleinen in de opvanglocaties
op de Griekse eilanden. Daarbij werkt de Europese Commissie samen met UNCHR om zo
veel mogelijk hotels en kamers beschikbaar te stellen voor de verplaatsing van kwetsbaren,
waaronder alleenstaande minderjarige vreemdelingen in de kampen, met het oog op COVID-19.
In reactie op de vragen van GroenLinks over het leveren van hygiënische producten
stelt het kabinet het volgende. In geval van calamiteiten kunnen lidstaten gebruik
maken van Europese crisismechanismen, waarmee om acute in-kind assistentie kan worden verzocht. Zo hebben lidstaten naar aanleiding van de verhoogde
instroom eerder dit jaar Griekenland meer dan 90.000 hulpstukken aangeboden. In dit
kader heeft Nederland maart jl. 71 generatoren, 4.300 kussens, 6 tenten en 1.900 nooddekens
ter beschikking gesteld aan Griekenland. Via dit mechanisme kan Griekenland ook om
steun vragen in relatie tot COVID-19. Dit is tot op heden niet gebeurd. Wanneer een
dergelijk verzoek van de Griekse autoriteiten of andere EU-lidstaten wordt ontvangen,
maakt het kabinet een realistische afweging mede gelet op de nationale noden. Wanneer
het een verzoek om steun van buiten de EU betreft, dient het besluit bovendien in
lijn te zijn met Europese verordening 2020/402. Ook heeft de Europese Commissie het
voorstel gedaan om in de strijd tegen de gevolgen van COVID-19 het Emergency Support
Instrument te activeren, waar alle EU–lidstaten gebruik van zullen kunnen maken om
maatregelen te financieren.
Daarnaast heeft de Europese Commissie op 4 maart jl. een actieplan voor Griekenland
aangekondigd naar aanleiding van de recente ontwikkelingen aan de Grieks-Turkse grens.
Dit actieplan wordt ook ingezet om de situatie in Griekenland structureel te verbeteren.
Hiermee heeft de EU gezamenlijke verantwoordelijkheid getoond met betrekking tot de
aanhoudende migratiedruk aan de EU buitengrenzen. Het actieplan bestaat uit twee zogenaamde
Rapid
Border Intervention operaties door Frontex, een nieuw Frontex terugkeerprogramma om
vrijwillige terugkeer naar landen van herkomst vanuit Griekenland te bespoedigen,
EUR 700 miljoen euro aan financiële ondersteuning aan Griekenland voor migratie- en
grensmanagement, inzet van 160 experts in Griekenland onder EASO-vlag en ondersteuning
via het EU civiel beschermingsmechanisme. De eerste EUR 350 miljoen heeft de Europese
Commissie direct beschikbaar gesteld om grens- en migratiemanagement aan te pakken.
Voor de direct beschikbare EUR 350 miljoen wordt gekeken naar het vergroten van opvangcapaciteit,
vrijwillige terugkeer en de infrastructuur die nodig is voor «screening procedures»
voor gezondheid en veiligheid. De Europese Commissie heeft voor de additionele EUR
350 miljoen op 27 maart jl. een voorstel gedaan.5 Uw Kamer is separaat over dit voorstel en de Nederlandse appreciatie hieromtrent
geïnformeerd.6 Het voorstel van de additionele EUR 350 miljoen ziet op de bouw van vijf nieuwe opvang-
en identificatiecentra op de Griekse eilanden in 2020, het bevorderen van vrijwillige
terugkeer en re-integratie van migranten en vluchtelingen en voor diensten en noodhulpmiddelen
in de nieuwe opvangfaciliteiten (waaronder transport en voedsel), additionele staf
voor medische teams en aanvullende steun voor de Griekse asieldienst (RIS) en grensbeheer,
waaronder kosten m.b.t. de inzet van personeel, operationele kosten en de aanschaf
van benodigde apparatuur. Daarnaast wordt het budget voor Frontex met EUR 10 miljoen
euro verhoogd ter ondersteuning van de coördinatie van een terugkeerprogramma voor
migranten die geen verblijfsrecht hebben in Griekenland. Het kabinet heeft met betrekking
tot het voorstel omtrent de additionele EUR 350 miljoen aangegeven dat een substantieel
deel moet worden benut om de (opvang)omstandigheden van amv´s te verbeteren, cf. motie
Voordewind. Daarnaast is het van belang dat de financiering wordt ingezet voor de
versterking van de gezondheidszorg in de opvanglocaties, mede gelet op de het risico
op corona-uitbraken.
Ten slotte wordt het budget voor het European Asylum Support Office (EASO) met 10 miljoen euro verhoogd voor de inzet van experts in Griekenland, waaronder
hoor-en beslismedewerkers, beveiligers en tolken.
Het kabinet ondersteunt de Grieks autoriteiten doorlopend in zowel EU als bilateraal
verband, waaronder ook via het EU actieplan voor Griekenland. Nederland draagt bij
met vier experts aan de zgn. Rapid Border Intervention van Frontex, aan de landgrens.
Daarnaast helpt Nederland om de meest acute humanitaire noden te verlichten, bijvoorbeeld
door humanitaire organisaties in staat te stellen snel en flexibel te reageren in
noodsituaties. Nederland verleent bijvoorbeeld ongeoormerkte steun aan diverse organisaties
– zoals UNHCR – die een belangrijke rol spelen in de huidige humanitaire respons in
Griekenland.
In reactie op de vragen van de PvdA daarover kan ik aangeven het oordeel van de Minister
voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking te delen. Het is van noodzakelijk
belang dat adequate maatregelen worden genomen om de situatie te verbeteren in zowel
de vluchtelingenkampen binnen de Europese Unie als daarbuiten.
Zo stelt de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking via het
Nederlandse Rode Kruis (NRK) EUR 500.000 beschikbaar om het regionale appeal van de
Internationale Federatie van Rode Kruis en Rode Halve Maanvereniging (IFRC) te ondersteunen.
Een deel van dit IFRC-plan betreft humanitaire activiteiten in Griekenland, waaronder
in en rondom de opvangfaciliteiten op de eilanden. Dit zal onder meer ingezet worden
om de acute noden op het gebied van water- en sanitaire voorzieningen, gezondheidszorg
en bescherming te lenigen. De eerder genoemde hulpgoederen die Nederland beschikbaar
heeft gesteld op verzoek van Griekenland, dragen hier ook aan bij. Daarnaast stelt
Nederland per direct EUR 100 miljoen beschikbaar ten behoeve van het bestrijden van
de COVID-19 pandemie in ontwikkelingslanden. Voor preventie, het lenigen van humanitaire
behoeften en sociaaleconomische weerbaarheid en macro-economische stabiliteit.
Ten aanzien van de gevraagde informatie omtrent de mogelijke besmettingen op de Griekse
eilanden, kan het kabinet uw Kamer als volgt informeren. Voor zover bij het kabinet
bekend zijn tot 8 april 2020 geen migranten in de opvangkampen op de Griekse eilanden
positief getest op COVID-19. Vooralsnog zijn acht inwoners van het eiland Lesbos en
één inwoner op Chios, één op Kos, en één op Samos positief getest op COVID-19, dit
betreffen geen migranten.
Op 1 april is bekend geworden dat op het vaste land een vrouw in het kamp Ritsona
(75 km van Athene) besmet is met COVID-19. In het kamp zijn momenteel 23 mensen positief
getest op COVID-19. Geen van deze 23 migranten vertoont symptomen, en allen zijn in
quarantaine geplaatst. De komende dagen zullen meer mensen in Ritsona worden getest.
Daarnaast werd op 5 april jl. bekend dat een man van 53, dat in kamp Malakasa verblijft
– tevens op het vaste land – het virus heeft opgelopen. Dezelfde test- en quarantainemaatregelen
als in Ritsona zijn van kracht.
In reactie op vragen omtrent de mogelijke (ad hoc) herplaatsing van minderjarigen vanuit Griekenland herhaalt het kabinet het standpunt
dat het hier geen voorstander van is. De inzet van het kabinet op het doorvoeren van
structurele verbeteringen ten aanzien van de zorgwekkende situatie in Griekenland
blijft ongewijzigd.
Specifiek met betrekking tot de verbetering van de situatie van alleenstaande minderjarige
vreemdelingen in Griekenland roept het kabinet op om de (opvang)omstandigheden van
deze kwetsbare groep te verbeteren. Zo is meermaals in EU verband door Nederland aangegeven
dat een substantieel deel van de additionele steun van EUR 350 miljoen van het EU
actieplan voor Griekenland hiervoor kan worden benut, cf. de motie Voordewind. Nederland
blijft hiervoor aandacht vragen. Daarnaast is tijdens de afgelopen JBZ-Raad op 13 maart
jl. door Nederland aan de Europese Commissie gevraagd om mogelijkheden te identificeren
om de omstandigheden voor deze kwetsbare groep te verbeteren.7 Samen met UNHCR werkt de Europese Commissie er aan om te zorgen dat zo veel mogelijk
hotels en kamers beschikbaar worden gesteld om kwetsbare asielzoekers, waaronder ook
alleenstaande minderjarigen, over te brengen vanuit de opvangkampen. Dit specifiek
met het oog op COVID-19.
Uiteraard is het zo dat alleenstaande minderjarigen tot de meest kwetsbare groep behoren.
Zoals hierboven is aangegeven spant men zich in om te zorgen dat deze groep van de
eilanden naar het vasteland wordt overgebracht.
De Europese Commissie heeft tevens aangegeven dat de EUR 700 miljoen financiering
als onderdeel van het EU actieplan voor Griekenland kan worden ingezet voor het verbeteren
van de gezondheidzorg en de situatie van kwetsbare migranten, waaronder amv’s.
Bij het kabinet is bekend dat momenteel een beperkt aantal lidstaten voornemens is
om in verschillende mate bij te dragen aan het verzoek van Griekenland om alleenstaande
minderjarigen te herplaatsen. Hierover zijn deze lidstaten separaat met de Europese
Commissie en Griekenland in overleg. Zover het kabinet bekend is, heeft Luxemburg
recent aangekondigd volgende week 12 minderjarigen te zullen herplaatsen. Duitsland
heeft aangegeven 50 amv’s te zullen opnemen. Naar verluidt zijn de overige lidstaten
in afwachting van actuele ontwikkelingen.
Tot slot is het kabinet is op de hoogte van het voorstel van enkele gemeentes en NIDOS
om amv’s uit Griekenland op te nemen en ziet dit als een sympathiek gebaar. Dit blijft
echter een besluit dat wordt genomen door het kabinet.
Met betrekking tot de vragen van ChristenUnie kan het kabinet melden dat de Europese
Unie sinds 2.015 EUR 2,42 miljard beschikbaar heeft gesteld om de Griekse autoriteiten
te ondersteunen op het terrein van migratie en de omstandigheden voor vluchtelingen
en migranten in Griekenland te verbeteren. Dat gebeurt met name via internationale
organisaties en NGO’s. Een deel van deze steun is ingezet om de opvangfaciliteiten
te verbeteren op de eilanden en het vasteland. Er zijn specifieke projecten voor de
eilanden, maar veel van deze projecten zijn regio-overstijgend. Het is daarom moeilijk
te zeggen hoeveel geld specifiek voor de hotspots bestemd is. Op de website van de Europese Commissie is een overzicht van alle projecten
te zien.8
Met betrekking tot de vragen van GroenLinks kan het kabinet melden dat gelet op de
huidige omstandigheden met betrekking tot COVID-19 momenteel geen (vrijwillige) terugkeer
vanuit Griekenland plaatsvindt. Er hebben dan ook nog geen personen gebruik gemaakt
van de regeling. Wel is door de Europese Commissie in het voorstel over de financiering
van de aanvullende EUR 350 mln. voorgesteld om EUR 10 miljoen beschikbaar te stellen
voor vrijwillige terugkeer (AVVR), en EUR 10 miljoen aan Frontex ter ondersteuning
van hun terugkeerprogramma. Met de steun van Frontex en het IOM zal een nieuwe regeling
voor vrijwillige terugkeer worden gelanceerd die de Griekse autoriteiten zal steunen
om de vrijwillige terugkeer te bevorderen van maximaal 5000 migranten die vóór 1 januari
zijn aangekomen en momenteel op het eiland aanwezig zijn.
De Vietnamese kinderen
De leden van de SP-fractie constateren met grote zorg dat bijna alle Vietnamese kinderen
uit de beschermde opvang met onbekende bestemming verdwijnen. Het onderzoek van het
Expertisecentrum Mensenhandel en Mensensmokkel (EMM) bevestigt de signalen dat deze
kinderen zeer waarschijnlijk slachtoffer worden van mensenhandel of mensensmokkel.
Deze leden vragen mij te reageren op de brief van Nationaal Rapporteur Mensenhandel
en Seksueel Geweld tegen Kinderen. Herman Bolhaar, die het onbegrijpelijk vindt dat
nieuwe maatregelen uitblijven aangezien de Nederlandse staat mede verantwoordelijk
is voor deze kinderen?
In reactie op de vragen van de leden van de SP-fractie over het vertrek met onbekende
bestemming van de Vietnamese kinderen, antwoord ik als volgt. Al sinds meerdere jaren
zijn er zorgwekkende signalen over het vertrek met onbekende bestemming van Vietnamese
amv’s uit de Nederlandse opvang. Dit heeft de afgelopen jaren ook al tot maatregelen
geleid, zoals het standaard doorplaatsen van alle Vietnamese amv’s naar de beschermde
opvang. Vorig jaar is het EMM gevraagd om nader onderzoek naar deze problematiek te
doen. Doel van dit onderzoek was om een beter beeld te krijgen van de groep jongeren
die vertrekt en hun reisbewegingen en om te bezien of de maatregelen die genomen zijn
effectiever kunnen worden ingezet, dan wel of er aanleiding is tot het nemen van extra
maatregelen.
Bij brief van 23 maart jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over de onderzoeksresultaten
en de verdere aanpak van deze problematiek. Uit het onderzoek van het EMM komen geen
strafbare feiten m.b.t. mensenhandel in Nederland naar voren in relatie tot de vertrokken
Vietnamese jongeren. Wel worden de vermoedens van mensensmokkel van deze groep bevestigd.
Verder blijkt uit het EMM onderzoek dat Vietnamese amv’s Nederland slechts als transitland
zien en hier maar korte tijd verblijven op weg naar het Verenigd Koninkrijk. Dit beperkt
de mogelijkheden die Nederland heeft om hier eigenstandig iets aan te doen. Een integrale
benadering en samenwerking met andere lidstaten, derde landen en relevante EU- en
internationale organisaties is noodzakelijk. Zoals uiteengezet in de brief van 23 maart,
wordt hier door middel van verschillende maatregelen, op ingezet.
De aanpak van mensensmokkel is een kabinetsprioriteit en in de afgelopen jaren geïntensiveerd,
onder meer door controles uit te voeren bij asielzoekerscentra en landsgrenzen. Bij
deze controles zijn de Kmar en nationale politie alert op mogelijke signalen van mensensmokkel
en kijken zij ook naar verdachte voertuigen die in de buurt van AZC’s rondrijden.
Als er uit de informatie of controle blijkt dat er mogelijke sprake is van mensensmokkel
dan wordt hiernaar nader onderzoek gedaan door de recherche. Dit heeft in de afgelopen
periode reeds tot aanhoudingen op verdenking van mensensmokkel geleid. Ook in Europol
verband werkt Nederland al nauw samen met andere lidstaten.
In het Europees samenwerkingsverband EMPACT THB, waar Nederland trekker van is, worden
de mogelijkheden onderzocht van nadere samenwerking rondom mensenhandel en mensensmokkel
met Vietnam. Ook vanuit de rijksoverheid worden mogelijkheden verkend om juist de
internationale informatiepositie te verbeteren. Ondertussen wordt in Europa gewerkt
aan het verbeteren van de registratiemogelijkheden in de vingerafdrukdatabase, onder
andere met gezichtsherkenning en uitgebreidere personalia, zodat vermiste jongeren
sneller kunnen worden opgespoord.
Verder zijn tussen COA, IND, DT&V, Nidos en de AVIM’s nieuwe werkafspraken gemaakt
over wie wat moet doen als wordt geconstateerd dat een amv is vertrokken uit de opvang,
waaronder de beschermde opvang. Hierdoor kan de politie de juiste vervolgstappen sneller
nemen en kan eenduidiger gehandeld worden door de betrokken organisaties. Daarnaast
is de AVIM’s verzocht te onderzoeken of het mogelijk is dat zij Vietnamese vreemdelingen
die geen asielaanvraag indienen maar stellen minderjarig te zijn zo snel mogelijk
schouwen op de dag van aankomst in ter Apel, opdat voorkomen wordt dat meerderjarigen
ten onrechte in een opvangvorm voor minderjarigen worden geplaatst. Uit het onderzoek van het EMM blijkt namelijk
dat er twijfels zijn over de opgegeven leeftijd en identiteit bij een gedeelte van
de Vietnamese groep en dat bovendien een deel van deze groep geen asiel aanvraagt.
Consulaire dienstverlening en visa
De leden van de D66-fractie vragen of het klopt dat ambassades tijdelijk zijn gestopt
met alle dienstverlening voor bijvoorbeeld nareizigers of voor het verstrekken van
een machtiging tot voorlopig verblijf en welke opties kunnen er verkend worden om
deze mensen toch op een bepaalde manier van dienst te zijn? Ook vragen zij hoe wordt
omgegaan met het aflopen van visa van mensen die zich nu in Nederland bevinden en
moeilijk terug kunnen naar hun herkomstland, bijvoorbeeld vanwege gesloten grenzen
of vanwege de slechte gezondheidssituatie aldaar?
Om te garanderen dat kritische consulaire processen doorgang kunnen blijven vinden,
heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken besloten om per 18 maart alle reguliere
consulaire dienstverlening tijdelijk af te schalen. Deze periode loopt vooralsnog
tot en met 28 april. De aanvragen van nareizigers met een positieve beschikking van
de IND die zich tot en met 17 maart bij een Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging
hebben gemeld om biometrie af te staan, worden in principe nog wel afgehandeld. Dat
wil zeggen dat deze nareizigers zich nog tot de diplomatieke vertegenwoordiging kunnen
wenden en aan hen – waar de lokale omstandigheden het toelaten – de mvv nog kan worden
verstrekt. Om eventuele overige onzekerheden te voorkomen, is de ophaaltermijn voor
de mvv nareis vooralsnog verlengd van 3 naar 6 maanden. Verdere consulaire bijstand
wordt ook in normale omstandigheden niet geboden aan deze gezinsleden.
Vreemdelingen die met een visum kort verblijf in Nederland verblijven en het land
niet kunnen verlaten, dienen in eerste instantie hun visum te verlengen. Momenteel
kunnen zij telefonisch de verlenging aanvragen. De verlenging is alleen geldig in
Nederland en wordt in het Visum Informatie Systeem (VIS) geregistreerd. Ook zal minder
streng gehandhaafd worden op vreemdelingen die na de geldigheidsduur van hun visum
in Nederland hebben verbleven. Indien zij kunnen aantonen dat dit gerelateerd is aan
reisbeperkingen door toedoen van Corona-maatregelen, zal de «overstay» geen gevolgen
voor hen hebben. Wel wordt van alle vreemdelingen die Nederland wel kunnen verlaten,
verwacht dat zij dit doen.
Vrijwilligerswerk
De leden van de D66-fractie vragen of ik heb kennisgenomen van het bericht «Arts Feisal
Abou uit Syrië: «Ik wil de pijn van coronapatiënten verlichten'» en het bericht «Asiel
bestrijden corona in ter Apel: Mensen steken duimpjes omhoog»? Kunt u deze berichten
bevestigen? Zij vragen welke mogelijkheden ik nog meer zie voor asielzoekers in de
opvang van het COA die zich nuttig willen inzetten tijdens de coronacrisis?
Ja, ik ben bekend met deze berichten, waarbij bijvoorbeeld bewoners in Ter Apel bij
supermarkten vrijwillig karretjes desinfecteren. Ook elders in het land zijn er dergelijke
acties door bewoners. Het COA ondersteunt initiatieven van bewoners om bij te dragen
aan de aanpak van het coronavirus. Gelet op de extra behoefte aan medisch/zorg-personeel
heeft het COA een inventarisatie gedaan onder vergunninghoudende bewoners op azc´s
die werkervaring hebben in deze sector. Dit initiatief, genaamd «Handen voor de zorg»,
heeft al tientallen potentiële kandidaten opgeleverd. Het COA levert hun gegevens,
met hun instemming, aan bij www.extrahandenindezorg.nl, waarna contact met de betreffende bewoners wordt opgenomen en een screening plaatsvindt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.H. van Meenen, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
P.F.L.M. Tielens-Tripels, adjunct-griffier