Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hijink over het bericht dat zorgverzekeraars de revalidatiezorg het mes op de keel zetten
Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Minister voor Medische Zorg over het bericht dat zorgverzekeraars de revalidatiezorg het mes op de keel zetten (ingezonden 27 februari 2020).
Antwoord van Minister Van Rijn (Medische Zorg) (ontvangen 17 april 2020). Zie ook
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2123.
Vraag 1, 2
Wat is uw reactie op het bericht dat zorgverzekeraars zo hard inzetten op kostenbeheersing
dat meer dan de helft van de zeventien revalidatiezorginstellingen verlies draait?1
Deelt u de mening dat zorgverzekeraars te hard inzetten op kostenbeheersing bij de
revalidatiezorginstellingen? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? Zo nee, waarom bent u
deze mening niet toegedaan?
Antwoord 1, 2
Allereerst merk ik op dat er de afgelopen periode door COVID-19 veel gebeurd is en
de impact op onze samenleving groot is. Zo ook voor de revalidatiezorg. In verschillende
media en in de Kamer is aandacht geweest voor zowel de grote terugval in het aantal
verwijzingen voor behandelingen als het uitstellen van reguliere niet COVID-19 zorg.
Ik vind het van belang dat de voorbereidingen om de reguliere zorg doorgang te laten
vinden en de communicatie naar patiënten hierover goed verlopen. Daarom heb ik de
Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gevraagd om regie te nemen op het zo goed en efficiënt
mogelijk doorgang te laten vinden van andere zorg dan COVID-19 zorg. Ook heb ik om
duidelijkheid en zekerheid te kunnen bieden over de financiële gevolgen van de crisis
afspraken gemaakt met zorgverzekeraars voor de zorgaanbieders in de Zorgverzekeringswet
(Zvw). Die gelden uiteraard ook voor aanbieders van revalidatiezorg.
Van belang is dat medisch specialistische revalidatiezorg van goede kwaliteit toegankelijk
blijft voor patiënten. Alle partijen moeten hier een bijdrage aan leveren, met aandacht
voor de financiële gezondheid binnen de sector. Het is normaliter aan individuele
zorgaanbieders en zorgverzekeraars om passende afspraken te maken over de te leveren
zorg en welke betalingen ertegenover staan. Het is belangrijk dat partijen, zeker
nu, hierover met elkaar in gesprek zijn.
In het interview benoemt de directeur van Revalidatiezorg Nederland (RN) ook terecht
dat de toereikendheid van de maximumtarieven zoals vastgesteld door de NZa een belangrijk
onderwerp van discussie is in de sector. Voor nadere informatie hierover verwijs ik
u naar mijn antwoord op vraag 6.
Vraag 3
Heeft u zicht op de landelijke wachttijden binnen de revalidatiezorg? Zo ja, kunt
u inzicht geven in deze wachttijden per aandoening en per regio? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Binnen de gehele medisch specialistische zorg (msz) – medisch specialistische revalidatiezorg
(msrz) valt daaronder – zijn zorgaanbieders verplicht om hun wachttijden te publiceren
en aan te leveren aan de NZa in een vast format2.
Deze wachttijden zijn inzichtelijk via de websites van zorgaanbieders. Daarnaast zijn
de cijfers van de msz die de NZa verzamelt sinds 2019 te raadplegen via volksgezondheidenzorg.info,
ook per provincie. Vanwege de grote verschillen tussen patiënten die msrz nodig hebben
is het niet mogelijk om dit per aandoening inzichtelijk te maken, wel maken de zorgaanbieders
op hun websites onderscheid in een aantal diagnosegroepen.
Vraag 4
Wat gaat u doen om de wachtlijsten in de revalidatiezorg te verkleinen en de kwaliteit
te verhogen? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 4
Wachttijden in de msz zijn een belangrijk aandachtspunt die continue onze aandacht
vragen. Op het verminderen van wachttijden zijn verschillende acties gezet. In december
20193 heeft mijn ambtsvoorganger u geïnformeerd over het onderzoek van de NZa naar de inspanningen
die zorgverzekeraars doen om invulling te geven aan hun zorgplicht. Zorgverzekeraars
zetten zich actief in om wachttijden te beperken daar waar de knelpunten het grootst
zijn. Maar de NZa constateert ook dat zorgverzekeraars de effectiviteit van wachtlijstbemiddeling
en de gemaakte afspraken met zorgaanbieders beter zouden kunnen evalueren. Zorgverzekeraars
worden in dit rapport met naam genoemd. Mijn ambtsvoorganger heeft de NZa gevraagd
toe te zien of zorgverzekeraars afspraken maken met zorgaanbieders over wachttijden.
De NZa is bezig om aan de hand van de wachttijden die aanbieders moeten aanleveren
haar toezicht toe te spitsen naar de regio’s met de grootste problemen en bekijkt
daar of partijen (aanbieders en verzekeraars) zich voldoende inspannen om de wachttijden
te verminderen.
Daarnaast hebben partijen in het hoofdlijnenakkoord msz afgesproken om zich in te
spannen om zorg binnen de Treeknorm te (blijven) leveren. Ik verwacht dat partijen
hierin hun verantwoordelijkheid nemen en zal hen waar nodig aansporen en op aanspreken.
Ook zal de transformatie naar de Juiste Zorg op de Juiste Plek, waaraan partijen zich
ook hebben gecommitteerd een bijdrage leveren aan het verminderen van wachttijden.
De kwaliteit van zorg is een verantwoordelijkheid van de beroepsgroep. Zij nemen dan
ook zelf initiatief hiertoe. RN en de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen
(VRA) ontwikkelen een systeem, Revalidatie Impact, om uitkomstmaten te verzamelen,
te vergelijken en te analyseren. Het doel van partijen is kwaliteitsverhoging en doelmatigheid
van zorg. Deze ontwikkeling vind ik belangrijk omdat de zorg hierdoor (meer) vergelijkbaar
wordt en partijen met deze informatie goede afspraken kunnen maken.
Vraag 5
Ziet u een relatie tussen de zorgverzekeraars die te hard inzetten op kostenbeheersing
en de toenemende wachtlijsten in de revalidatiezorg en de onder druk staande kwaliteit?
Zo ja, waarom heeft u eerder niet ingegrepen?
Antwoord 5
De NZa en de IGJ zien erop toe dat zorgverzekeraars en zorgaanbieders zich houden
aan hun wettelijk verplichtingen. Zorgverzekeraars hebben zorgplicht, wat in geval
van een naturapolis betekent dat zij ervoor moeten zorgen dat hun verzekerden binnen
redelijke tijd en reisafstand toegang hebben tot alle zorg uit het basispakket. Zorgaanbieders
moeten kwalitatief goede zorg leveren. Als het nodig is, kunnen de NZa en de IGJ ingrijpen.
Vraag 6
Bent u het eens met de directeur van Revalidatie Nederland dat in de Nederlandse Zorgautoriteit
(NZa)-tarieven nauwelijks rekening wordt gehouden met de steeds complexere zorgvraag,
waardoor de maximumtarieven niet altijd kostendekkend zijn? Zo ja, wat gaat u hieraan
doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
De afgelopen periode heeft de NZa samen met RN, de VRA en Zorgverzekeraars Nederland
(ZN) een uitgebreid traject doorlopen om te komen tot een nieuwe productstructuur
die meer recht doet aan de door revalidatie instellingen geleverde zorg en tegelijkertijd
meer inzicht geeft in de daadwerkelijk geleverde zorg. Op basis van dit traject is
de NZa voornemens om per 2021 patiëntgroepen toe te voegen aan de productstructuur,
zodat een meer inhoudelijk contracteergesprek mogelijk is. Er zullen geen grote wijzigingen
in de dbc-productstructuur zelf worden doorgevoerd. Omdat vooral is gewerkt aan een
nieuwe productstructuur, wat veel inzet van alle betrokken partijen heeft gevraagd,
zijn de tarieven in overleg met partijen tussentijds alleen geïndexeerd. Binnen dit
traject is de NZa voornemens om de tarieven voor de medisch specialistische revalidatiezorg
per 2021 te herijken. Alle instellingen die revalidatiezorg leveren, hebben eind vorig
jaar kostprijzen over boekjaar 2018 aangeleverd aan de NZa. Omdat geen grote wijzigingen
in de dbc-zorgproducten worden doorgevoerd, kunnen deze kostprijzen worden gebruikt
om de tarieven met ingang van 2021 te herijken. De hierover door de NZa met partijen
gevoerde gesprekken zijn volgens de NZa positief verlopen en tarieven worden naar
verwachting dan ook per 2021 herijkt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.J. van Rijn, minister voor Medische Zorg
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.