Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van het lid Van Gerven over de verbijstering van politici over de totstandkoming van Windpark Spui in Piershil/Nieuw-Beijerland
Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Ministers voor Milieu en Wonen en van Economische Zaken en Klimaat en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de verbijstering van politici over de totstandkoming van Windpark Spui in Piershil/Nieuw-Beijerland (ingezonden 23 maart 2020).
Mededeling van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 9 april 2020).
         
Vraag 1
            
Kunt u zich de verbijstering voorstellen bij politici wanneer zij persoonlijk gaan
               kijken naar de gevolgen voor de lokale gemeenschap van de totstandkoming van Windpark
               Spui in Piershil/Nieuw-Beijerland?1
Vraag 2
            
Heeft u zich op de hoogte gesteld van de persoonlijke ervaringen van omwonenden, zoals
               ingebracht tijdens de Raadszitting in Zuid-Beijerland in maart jl?2
Vraag 3
            
Wat vindt u van de uitspraak: «Door die windmolens is het alsof de omgeving is vermadurodamiseerd:
               alles lijkt een stuk kleiner ten opzichte van die enorme horizonvervuilende molens.»?
            
Vraag 4
            
Wat roept de volgende uitspraak bij u op bij een bewoner van een huis dichtbij Windpark
               Spui over hoe hij de geluidsoverlast van de windturbines ervaart: «Ik ervaar dit als
               een vliegtuig dat rondcirkelt boven de woning, maar niet wil verdwijnen... Wij hebben
               tbs – turbinesyndroom – gekregen.»?
            
Vraag 5
            
Hoe kan het dat de windmolens zijn geplaatst waarbij een niet-geïsoleerde woning aan
               de buitengevel wordt geconfronteerd met geluidsoverlast van 60 Db of meer? Wat moet
               er gebeuren als geluidsnormen op een dergelijke wijze worden overschreden?
            
Vraag 6
            
Zorgt een «norm» die uitmiddelt over de dag, over het jaar en daarna nog over verschillende
               jaren wel voor voldoende mogelijkheden voor omwonenden om te toetsen of deze norm
               niet wordt overschreden?
            
Vraag 7
            
Zijn niet juist de geluidpíeken verantwoordelijk voor de hinder voor omwonenden in plaats van het geluidsgemiddelde? Moet er niet ook een norm voor het maximale geluid komen?
Vraag 8
            
Klopt het dat Nederland in 2009 de bestaande norm van 40 dB naar boven heeft bijgesteld,
               om überhaupt windenergie mogelijk te maken in ons dichtbevolkte land? Kunt u dit toelichten?
               Welke argumentatie en besluitvorming lag daaraan ten grondslag?
            
Vraag 9
            
Is het juist dat Windpark Spui, thans in bezit van het Japanse Eurus, € 50.000 euro
               heeft gereserveerd voor benadeelde bewoners, terwijl er nu al minimaal 40 woningen
               in beeld zijn die moeten worden onderzocht of ze al dan niet voldoen aan het bouwbesluit
               2018? Is een bedrag van gemiddeld € 1.250, – per woning voldoende om adequate woningaanpassingen
               te realiseren?3
Vraag 10
            
Wie/welke instantie handhaaft het recht van omwonenden op compensatie voor de door
               hen geleden schade?
            
Vraag 11
            
Acht u de planschade-regeling adequaat en in verhouding tot het persoonlijk leed dat
               omwonenden binnen 10 keer de tiphoogte lijden? Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 12
            
Vindt u de suggestie om airco’s in huis aan te brengen om het geluid van de windturbines
               buiten te maskeren een adequate oplossing van geluidsoverlast door windturbines binnenshuis
               en in de slaapkamer? Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 13
            
Kunt u aangeven wat bij benadering de gemiddelde kosten zijn voor adequate aanpassing
               van de woningen in verband met geluidsoverlast?
            
Vraag 14
            
Vindt u niet dat mensen die nu hun huis te koop hebben gezet vanwege de overlast van
               de windturbines en aantasting van het persoonlijk leefgenot, ruimhartig zouden moeten
               worden gecompenseerd voor het door hen geleden verlies, dat naar schatting wel 10%
               bedraagt?4
Vraag 15
            
Hoe gaat u bewerkstelligen dat benadeelden van Windpark Spui daadwerkelijk worden
               gecompenseerd voor hun verlies aan woongenot en waarde van hun woning?
            
Vraag 16
            
Vindt u niet dat er naar aanleiding van de situatie bij Windpark Spui er meer duidelijke
               landelijke regelgeving moet komen voor compensatie van benadeelden op basis waarvan
               benadeelden makkelijker hun recht kunnen halen? Zo neen, waarom niet?
            
Vraag 17
            
Kunt u uitleggen hoe het mogelijk is dat ondanks bestaande wetgeving de belangen van
               de gemeenschap het hebben afgelegd tegen de individuele financiële belangen van de
               ontwikkelaars?
            
Vraag 18
            
Hoe kan een democratisch proces tot een dergelijke ongewenste uitkomst leiden?
Vraag 19
            
Hoe kunnen we dit in de toekomst voorkomen?
Vraag 20
            
Bent u bereid om persoonlijk te gaan kijken om uw oordeel te vellen over de gevolgen
               van de realisatie van Windpark Spui voor de lokale gemeenschap en hoe we dergelijke
               zaken voor de toekomst kunnen vermijden?
            
Vraag 21
            
Zou u, aangezien de windturbines bij Piershil/Nieuw-Beijerland zijn overgenomen door
               het Japanse Eurus, een overzicht kunnen geven van:
            
– De totale kosten van de aanleg en bouw?
– De totale kosten die de overheid (Rijk, Provincie en gemeente) hieraan heeft bijgedragen?
– De opbrengst van de verkoop?
– Het voordeel dat de verkoop heeft opgeleverd voor Rijk, Provincie en gemeente?
– Het totale bedrag dat via dit bedrijf aan subsidies (SDE, SDE+ en SDE++) verdwijnt
                     naar Japan?
                  
Vraag 22
            
Hoeveel andere windturbineparken in Nederland zijn er inmiddels in buitenlandse handen?
Vraag 23
            
Hoeveel van de door de Nederlandse samenleving opgebrachte opslag duurzame energie
               (ODE) verdwijnt hiermee als subsidie duurzame energie (SDE) naar het buitenland?
            
Vraag 24
            
Als u dit niet weet, bent u dan bereid dit uit te zoeken? Zo nee, waarom niet?
Vraag 25
            
Vindt u het een goede zaak dat subsidie opgebracht door Nederlandse belastingbetalers,
               naar het buitenland verdwijnt? Kunt u uw mening motiveren?
            
Vraag 26
            
Is het juist dat in Beieren voor windmolens de afstand tot bewoning op 10 maal de
               tiphoogte is gesteld? Wanneer is deze maatregel van kracht geworden? Wat was daarvoor
               de motivatie?5
Vraag 27
            
Welke norm adviseert de Franse Gezondheidsraad? Is het juist dat deze een minimale
               afstand van 1.500 meter tot bewoning adviseert? Kunt u toelichten op basis waarvan
               zij tot dit standpunt komt?6
Vraag 28
            
Moeten niet ook in Nederland harde minimale afstandsnormen voor windmolens worden
               ingevoerd op basis van medisch-wetenschappelijke criteria en het voorzorgsbeginsel?
               Bent u bereid hier onderzoek naar te laten doen, recenter onderzoek mee te wegen en
               regelgeving voor te bereiden?
            
Vraag 29
            
Bent u ervan op de hoogte dat inmiddels wetenschappelijk onderzoek is verricht waaruit
               blijkt dat bij de mens ook de hersendelen voor het emotionele en autonome zenuwstelsel
               betrokken zijn bij het «horen» van laag frequent geluid? En dat dit de verklaring
               zou kunnen vormen voor de vele klachten van omwonenden?7Wat is uw oordeel over dit onderzoek?
            
Vraag 30
            
Wilt u alsnog overwegen of er niet ook een norm voor laag frequent geluid ín de woning
               moet komen, zoals in Denemarken al sinds 2012 wettelijk is geregeld nadat omwonenden
               betere bescherming nodig bleken te hebben dan alleen met de reguliere geluidsnormen
               tegen de buitengevel kan worden bereikt?8
Vraag 31
            
Is er bekend hoeveel omwonenden in Nederland hebben moeten verhuizen vanwege de overlast
               die zij ervaren van windturbines? Zou hiervoor niet een landelijk meldpunt moeten
               worden ingesteld om inzicht te krijgen in de grootte van dit probleem?
            
Vraag 32
            
Bent u bereid op basis van het voorzorgsprincipe alle projecten in voorbereiding waarbij
               de afstand tot woonkernen minder dan 1 kilometer bedraagt, stil te leggen totdat goed
               onderzoek is gedaan naar de effecten op de gezondheid van windturbines?
            
Vraag 33
            
Is het juist dat kinderen als een kwetsbare groep moeten worden beschouwd om gezondheidsschade
               op te lopen door windturbines? Welke onderzoeken naar het effect van windmolens op
               kinderen zijn u bekend? Wat was de uitkomst van die onderzoeken?
            
Vraag 34
            
Is u bekend dat op minimaal twee plaatsen in Nederland windturbines zijn/worden geplaatst
               op respectievelijk 600 en 800 meter van een basisschool?9
Vraag 35
            
Bent u bereid om op korte termijn onderzoeksgelden beschikbaar te stellen voor biomedisch
               onderzoek bij deze kinderen? Zo neen, waarom niet?
            
Mededeling
            
Op 23 maart 2020 heeft het lid Van Gerven (SP) vragen gesteld aan de |Ministers voor
               Milieu en Wonen en van Economische Zaken en Klimaat en de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
               Welzijn en Sport over de verbijstering van politici over de totstandkoming van Windpark
               Spui in Piershil/Nieuw-Beijerland (2020Z05448).
            
In verband met de benodigde interdepartementale afstemming en de afstemming met de
               betrokken provincie Zuid-Holland kunnen de vragen niet binnen de gestelde termijn
               beantwoord worden. Ik zal de vragen eind april 2020 beantwoorden.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.