Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over het stakingsrecht van tolken en vertalers
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het stakingsrecht van tolken en vertalers (ingezonden 3 maart 2020).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 6 april 2020).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 2195.
Vraag 1
Heeft u begrip voor het feit dat tolken en vertalers staken, gelet op de ontstane
commotie over alle plannen en aanstaande beleidswijzigingen en gelet op het feit dat
de tarieven nog stammen uit respectievelijk 1981 en 1963?
Antwoord 1
Uit de gesprekken met de beroepsgroep en de huidige acties blijkt dat er zorgen zijn.
Ik ken die zorgen en realiseer me dat de nieuwe systematiek voor tolk- en vertaaldiensten
nog niet tot vertrouwen bij de gehele beroepsgroep heeft geleid. Het vernieuwen van
de werkwijze voor tolk- en vertaaldiensten is echter noodzakelijk om de kwaliteit
en integriteit beter te borgen en daarnaast de resterende onrechtmatigheid weg te
werken, door alle tolk- en vertaaldiensten aan te besteden. De werking van de nieuwe
systematiek zullen we nauwlettend gaan monitoren en verder bijstellen als dat nodig
zou blijken. Dat doen we samen met de beroepsorganisaties. Zo waarborgen we een zorgvuldige
aanpak en interactie met deze sector.
Vraag 2
Bent u bekend met berichten die vanuit het Openbaar Ministerie naar stakende tolken
en vertalers worden gestuurd om stakers erop te wijzen dat het niet nakomen van diensten
een vorm van contractbreuk is, wat tot consequenties zou kunnen leiden?
Antwoord 2
Ja, het is mij bekend dat het Openbaar Ministerie aan tolken die een reeds geaccepteerde
opdracht weigeren een bericht van die strekking stuurt.
Vraag 3 en 4
Deelt u de mening dat dit door tolken en vertalers als een dreigbrief, of in ieder
geval als een intimiderend schrijven, kan worden ervaren?
Wat vindt u van die berichten richting tolken en vertalers?
Antwoord 3 en 4
Het betreft feitelijke berichtgeving van het Openbaar Ministerie. Ik betreur het als
deze berichtgeving anders is opgevat. Het staat tolken en vertalers als zzp-ers vrij
om opdrachten niet aan te nemen. Het Openbaar Ministerie moet er echter wel vanuit
kunnen gaan dat tolken/vertalers die een opdracht reeds hebben geaccepteerd, deze
overeenkomst ook nakomen. Zo ik begrepen heb, is dit het enige wat het Openbaar Ministerie
met de desbetreffende berichtgeving duidelijk heeft willen maken.
Vraag 5
Hoe verhoudt deze harde taal zich tot uw antwoord op eerdere vragen over deze stakingen
waarin u schrijft dat de gevolgen beperkt zijn en dat in principe alle diensten gevuld
worden?1
Antwoord 5
De berichtgeving van het Openbaar Ministerie betreft het niet nakomen van gemaakte
afspraken. Dit neemt niet weg dat de gevolgen van de acties beperkt blijven.
Vraag 6 en 7
Wat gaat u eraan doen om het stakingsrecht van de tolken en vertalers te waarborgen?
Deelt u de mening dat het gebruik maken van het stakingsrecht geen gevolgen mag hebben
voor de zakelijke relatie tussen partijen?
Antwoord 6 en 7
Tolken en vertalers zijn zelfstandig ondernemers en hebben altijd de mogelijkheid
om een opdracht te weigeren op het moment dat zij een opdracht aangeboden krijgen.
Dit heeft geen gevolgen voor de zakelijke relatie tussen partijen.
Vraag 8
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het VAO tolken en vertalers?
Antwoord 8
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.