Schriftelijke vragen : Het opkopen van stikstofrechten
Vragen van het lid Moorlag (PvdA) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het opkopen van stikstofrechten (ingezonden 1 april 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «Provincie Noord-Brabant aast op stikstof Noord-Hollandse boeren»?1
Vraag 2
Is de in het artikel beschreven wijze van extern salderen toegestaan? Zo ja, op grond
waarvan? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Hoe verhoudt deze wijze van verwerven van stikstofruimte zich met de aangekondigde
en nagestreefde gebiedsgerichte aanpak van de stikstofproblematiek?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het op deze wijze gebruiken van stikstofruimte voor dit project
in strijd is met het met voorrang gebruiken van stikstofruimte voor woningbouw en
andere werken die als prioritair zijn aangemerkt? Zo ja, waarom, en hoe kunt u hiertegen
optreden? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Heeft over het provinciegrensoverschrijdend verwerven van stikstofruimte overleg plaatsgehad
in het overleg dat periodiek wordt gevoerd met de medeoverheden? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, welke informatie is uitgewisseld en welke besluiten zijn er genomen?
Vraag 6
Hoe verhoudt zich het project- en/of incidentgestuurd, al dan niet provinciegrensoverschrijdend,
opkopen van agrarische bedrijven ter verwerving van stikstofruimte zich met het beleid
om de verwerving en uitgifte van stikstofruimte via provinciale stikstofbanken te
laten plaatsvinden?
Vraag 7
Op welke wijze wordt geborgd dat de ruimtelijke-economische samenhang in het landelijk
gebied bewaard blijft en niet wordt aangetast door incident- en projectgestuurde aankopen?
Vraag 8
Deelt u de mening dat actieve regie en sturing op rijksniveau en actief rijksgrondbeleid
nodig zijn om ervoor te zorgen dat het buiten bedrijf stellen van agrarische bedrijven,
het verplaatsen van agrarische bedrijven naar minder stikstofgevoelige gebieden, het
creëren en gebruiken van stikstofruimte voor de meest prioritaire ontwikkelingen en
het bewaren van de ruimtelijk-economische samenhang op optimale wijze plaatsvindt?
Zo ja, op welke wijze gaat u dat vormgeven? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Duidt deze casus erop dat er sprake is van tekortschietende landelijke regie en sturing?
Zo ja, op welke wijze gaat u alsnog regie plegen en sturen? Zo nee, waarom niet?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.J. Moorlag, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.