Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Beckerman over de besteding van de gelden van het Nationaal Programma Groningen (NPG)
Vragen van lid Beckerman (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de bestedingen van gelden van het Nationaal Programma Groningen (NPG) (ingezonden 6 maart 2020).
Antwoord van Minister Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
17 maart 2020).
Vraag 1
Kent u de nieuwste krant van de Groninger Bodem Beweging, waarin informatie staat
over waar het geld van het Nationaal Programma Groningen naar toe gaat?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Op welke wijze wordt de toekomst van elke Groninger gewaarborgd, zoals het NPG haar
doelstelling verwoord? Wat merken gedupeerde Groningers van de bestedingen van de
1.150 miljoen euro uit het NPG?
Antwoord 2
De gemeenteraden van de zeven gemeenten in het aardbevingsgebied en provinciale staten
van de provincie Groningen hebben het programmakader Nationaal Programma Groningen
(hierna: programmakader) vastgesteld. In dit kader zijn naast de doelstellingen en
ambities van het programma ook 6 randvoorwaarden opgenomen waaraan projecten dienen
te voldoen. Eén van deze randvoorwaarden is «toekomstbestendigheid». De investeringen
van het Nationaal Programma Groningen beogen een structureel beter woon- en werkklimaat
te bewerkstelligen.
Vraag 3
Klopt het dat er al 75% van het geld bestemd is? Wie heeft de aanvragen voor al die
miljoenen euro's ingediend? Waar zijn die gegevens te vinden? Aan welke voorwaarden
moest een aanvraag voldoen zodat er geld toegekend wordt?
Antwoord 3
De financiële opbouw Nationaal Programma Groningen is vastgesteld door het bestuur
van het Nationaal Programma Groningen en de zeven gemeenteraden en provinciale staten.
Hiermee is de 1,15 miljard euro verdeeld over de verschillende onderdelen van het
Nationaal Programma Groningen2. Voor grote delen hiervan moeten nog programma's en projecten ingediend worden, waarna
de middelen daadwerkelijk bestemd worden. Tot nu toe zijn er projecten ingediend door
de provincie Groningen, zeven gemeenten in het aardbevingsgebied en inwoners (via
het loket leefbaarheid). Ook zijn er middelen toegekend aan specifieke doelstellingen,
zoals het zorgvastgoedprogramma. Sinds vaststelling van het programmakader door de
gemeenteraden en provinciale staten moeten aanvragen voldoen aan de 6 randvoorwaarden
zoals deze gesteld zijn in het programmakader. Deze randvoorwaarden zijn: toekomstbestendigheid,
participatie, samenhang, integraliteit, cofinanciering & proportionaliteit. Na indiening
van een programma of project worden deze beoordeeld door een onafhankelijke beoordelingscommissie.
Het klopt naar onze informatie niet dat 75% van het geld al bestemd is, maar 23%.
Deze middelen zijn nog niet geheel uitgegeven, maar het bestuur van het Nationaal
Programma Groningen heeft toestemming gegeven om tot uitgave van dit deel van de middelen
over te gaan. Het gaat hierbij zowel om concrete projecten alsook om programma's of
regelingen, zoals bijvoorbeeld het loket leefbaarheid.
Vraag 4
Hoeveel van de 1.150 euro miljoen gaat naar het «maken van plannen» en «het opstarten
van projecten». Hoe profiteren gedupeerde Groningers daarvan, nu of in de toekomst?
Antwoord 4
Het doel van het Nationaal Programma Groningen is om de brede welvaart in het gebied
structureel te verhogen, zoals gesteld is in het programmakader. We zetten ons gezamenlijk
in om de overheadkosten van het Nationaal Programma Groningen zo klein mogelijk te
maken, maar de toekomst van Groningen vergt ook goede plannen. Ik ben dan ook van
mening dat de Groningers in de toekomst profiteren van het maken van zorgvuldige plannen
en goed projectmanagement. Het is op dit moment nog niet mogelijk om al precies aan
te geven hoeveel van de 1.150 euro miljoen gaat naar het «maken van plannen» of het
«opstarten van projecten».
Vraag 5
Hoe kan het dat de «verdwenen» 117,5 miljoen euro, al vóór de start van het NPG waren
toegekend aan Wierden en Borgen, batch 1588 en de dialoogtafels? Wie heeft daar toestemming voor gegeven?
Antwoord 5
Deze toekenning van middelen is het gevolg van bestuurlijke afspraken tussen het Rijk
en de regio die gemaakt zijn voor de formele start van Nationaal Programma Groningen
op 11 maart 2019. Deze zijn bekrachtigd door de ondertekening van de bestuursovereenkomst
en maken deel uit van de afspraken die zijn vastgelegd in «Een programma dat groeit»
(i.e. toelichting bij de bestuursovereenkomst). Aan de genoemde projecten is overigens
75,1 miljoen euro toegekend, niet 117,5 miljoen.
Vraag 6
Kunt u de kosten van 42,5 miljoen euro voor het NPG zelf overzichtelijk weergeven
in een tabel, zodat duidelijk wordt waaraan dat specifiek is uitgegeven?
Antwoord 6
Met de financiële opbouw (zie antwoord vraag 3) is voor de duur van het Nationaal
Programma Groningen 42,5 mln euro beschikbaar gesteld voor de programmakosten van
het Nationaal Programma Groningen. Onlangs is de begroting van de programmakosten
voor 2020 vastgesteld (Tabel 1) en gepubliceerd op de website van het Nationaal Programma
Groningen. De programmakosten 2020 zijn gebaseerd op hetgeen dat nodig is voor het
programma, niet op de raming uit de financiële opbouw. Zo wordt ruimte gelaten om
eventueel in de toekomst het programma nader te ondersteunen.
Personeel Programmabureau en reservering werkgeversrisico
€ 1.153.000
Diensten van de Provincie (o.a. juridisch, inkoop, finance en control, ICT, huisvesting,
p&o)
€ 729.000
Overige organisatiekosten (o.a. communicatie, webhosting, zaalhuur)
€ 105.000
Adviesdiensten en overige diensten (o.a. onafhankelijke evaluatie en monitoring, omgevingskwaliteitsteam,
onafhankelijke beoordelingscommissie, bestuurskosten, projectversnellers, uitvoeringskosten
regelingen bewonersinitaitieven)
€ 1.212.000
Onvoorziene kosten
€ 100.000
Subtotaal
€ 3.299.000
BTW-afdracht
€ 206.000
Totaal
€ 3.505.000
Vraag 7
Wie bepaalt precies de ambities om de leefbaarheid te vergroten in Groningen? Dus,
wie bepaalt waar gedupeerde Groningers daadwerkelijk vooruitgaan als het om leefbaarheid
gaat? Hoe worden de Groningers voor wie het geld bedoeld is, actief betrokken bij
het proces?
Antwoord 7
Het bestuur van het Nationaal Programma Groningen besluit over de toekenning van projecten,
waarbij het geadviseerd wordt door de onafhankelijke beoordelingscommissie die de
projecten toetst aan het programmakader. Het verbeteren van de Brede Welvaart in Groningen
is daarbij de hoofddoelstelling. Het bestuur bestaat uit overheden (de Minister van
Economische Zaken en Klimaat, de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
de provincie Groningen en gemeenten in het aardbevingsgebied) en diverse maatschappelijke
organisaties, waaronder het Groninger Gasberaad, de woningbouwcorporaties, kennisinstellingen
en het bedrijfsleven. Daarnaast is er nog een onafhankelijke partij die het Nationaal
Programma Groningen jaarlijks zal evalueren. Voor leefbaarheid zullen zij daarbij
primair naar de indicator «leefbarometer» kijken, zoals deze opgesteld is door het
CBS.
Groningers worden op verschillende manieren betrokken bij Nationaal Programma Groningen.
Momenteel loopt de Toukomst-campagne, waarbij Groningers ideeën in kunnen dienen voor
de toekomst van Groningen. Een deel van deze ideeën zal uitgevoerd worden en deze
input zal bovendien gebruik worden voor het vormgeven van het Toekomstbeeld 2040.
Daarnaast is participatie één van de randvoorwaarden waar projecten en programma's
binnen het Nationaal Programma Groningen aan moeten voldoen.
Vraag 8
Hoe wordt de 40 miljoen euro voor het zorgprogramma besteed? Wat merken de 10.000
mensen met gezondheidsproblemen daar van? Worden er laagdrempelige initiatieven bedacht
waar mensen met gezondheidsproblemen terecht kunnen? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 8
De bijdrage van 40 miljoen euro van het Nationaal Programma Groningen voor het zorgprogramma
is bedoeld als onderdeel van de uitvoering van de zorgvisie aardbevingsbestendige
zorg. Voor de aanpak van gezondheidsproblemen hebben Regio en Rijk in overleg met
GGD Groningen besloten extra te investeren in preventieve zorg (Kamerstuk 33 529, nr. 702). Aardbevingsgemeenten krijgen middelen om extra capaciteit in te zetten voor de
sociale en emotionele ondersteuning van inwoners. Hiervoor is gezamenlijk 5.4 miljoen
euro vrijgemaakt. Momenteel vindt overleg plaats tussen de gemeenten en GGD Groningen
hoe deze middelen het beste kunnen worden ingezet. Ik volg dit proces. Eerder is bij
het NPG-bestuur nadrukkelijk onder de aandacht gebracht de middelen uit het Nationaal
Programma Groningen verder te betrekken bij het verbeteren van de gezondheidssituatie
in het aardbevingsgebied. Daarnaast heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport onlangs € 250.000 extra geïnvesteerd in geestelijke verzorging in het aardbevingsgebied.
Vraag 9
Hoe verhoudt zich de New Energy Coalition tot het NPG? Hoeveel subsidies ontvangt
deze coalitie uit het NPG voor onderzoek en welke projecten voeren ze daarvoor uit?
Antwoord 9
De New Energy Coalition en het Nationaal Programma Groningen hebben geen rechtstreekse
relatie met elkaar. Wel is New Energy Coalition als partner betrokken bij enkele projecten
die gehonoreerd zijn binnen het thematische programma, waarvoor de provincie Groningen
verantwoordelijk voor is. Dit zijn de projecten «Chemport Innovation Centre», «Innovatiemotor
Groene Energie en Chemie» en «Leergang oriëntatie Offshore wind». Bij geen van deze
projecten heeft de New Energy Coalition rechtstreeks subsidie ontvangen van Nationaal
Programma Groningen of de provincie Groningen.
Vraag 10
Het kan toch niet waar zijn dat fossiele bedrijven die Groningen en Groningers slopen,
grote winsten maken, geen belasting betalen in ons land, dan ook nog subsidies gaan
krijgen vanuit het geld dat bedoeld is voor die gesloopte Groningers? Kunt u uw antwoord
toelichten?
Antwoord 10
Zie vraag 9.
Vraag 11
Hoeveel geld hebben de onderwijsinstituten ontvangen vanuit het NPG? Zo ja, kunt u
in een overzicht aangeven hoe dat geld is ingezet?
Antwoord 11
Onderwijsinstituten hebben nog niet rechtstreeks geld ontvangen vanuit Nationaal Programma
Groningen. Wel zijn er projecten ingediend door gemeenten en/of provincie, waarbij
onderwijsinstituten partners zijn. In het geval van de Rijksuniversiteit Groningen,
de Hanzehogeschool Groningen en de MBO's in de provincie Groningen, gaat het daarbij
om de volgende projecten: «Opleiden installateurs in de energietransitie», «Digitale
Top Groningen», «leergang offshore wind», «Hive Mobility Centre», «Pilot natuurinclusieve
landbouw Midwolder Bouwten», «EPI-kenniscentrum», «Klimaatbiënnale». Deze projecten
hebben gezamenlijk een bijdrage vanuit het Nationaal Programma Groningen van afgerond
3,5 miljoen euro ontvangen. De projecten zijn in uitvoering, waardoor nog geen overzicht
kan worden gegeven hoe het geld is ingezet.
Vraag 12
Zijn er bedrijven die subsidieaanvragen hebben ingediend bij het NPG die betrekking
hebben op de energietransitie? Zo ja, welke bedrijven en voor welke projecten? Hoeveel
arbeidsplaatsen brengt dat voor Groningen met zich mee?
Antwoord 12
Er zijn geen bedrijven geweest die concrete subsidieaanvragen ingediend hebben bij
het Nationaal Programma Groningen die betrekking hebben op de energietransitie. Wel
zijn bedrijven betrokken als partners bij aanvragen die door gemeenten en/of provincie
Groningen gedaan zijn.
Vraag 13
Kunnen NPG-gelden direct of indirect terechtkomen bij Shell of projecten waarbij Shell
betrokken is? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 13
Alle projecten binnen het Nationaal Programma Groningen moeten een positieve bijdrage
leveren aan de vier ambities van het Nationaal Programma Groningen: Natuur en Klimaat,
Werken en Leren, Leefbaarheid en Economie. Daarbij mogen ze geen negatief effect hebben
op één van deze ambities. Daarnaast moeten ze voldoen aan de 6 randvoorwaarden zoals
deze gesteld zijn in het programmakader, zoals beschreven bij vraag 3. Indien een
indiener aan deze projecteisen voldoet kan worden besloten het project te honoreren.
Vraag 14
Wilt u de vragen apart beantwoorden voor het komende algemeen overleg Mijnbouw/Groningen
op 18 maart 2020?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.