Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Lodders over het programma ‘Certificeren op afstand’
Vragen van het lid Lodders (VVD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het programma «Certificeren op afstand» (ingezonden 20 januari 2020).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 9 maart
2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het programma «certificeren op afstand» en de eerdere schriftelijke
vragen hierover van het lid Lodders?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
In welke sectoren en voor welke (dier-)categorieën wordt er gebruikgemaakt van «certificeren
op afstand»?
Antwoord 2
Voor de veterinaire exportcertificering wordt gebruik gemaakt van «certificeren op
afstand» voor eendagskuikens en broedeieren (intra-EU-verkeer), biologische bestuivers
(intra-EU-verkeer), vers paardensperma (intra-EU-verkeer, in pilotfase), biologische
bestrijders (derde landen), honden (Brazilië), diervoeders, mest, honing, ei en eiproducten
en zuivel (voor humane en voor dierlijke consumptie).
Vraag 3
Klopt het dat er recentelijk nieuwe eisen zijn gesteld aan de verschillende sectoren
over het «certificeren op afstand» voor 2020? Zo ja, welke eisen, waarom en zijn deze
nieuwe eisen met de sector overlegd? Zo nee, hoe verklaart u de ongeruste berichtgeving
uit de sectoren?
Antwoord 3
Er zijn geen nieuwe eisen gesteld over «certificeren op afstand». De laatste twee
dekseizoenen (2018 en 2019) heeft wel er een pilot plaatsgevonden voor de certificering
op afstand van vers paardensperma voor intraverkeer. De pilot had tot doel te onderzoeken
of certificering op afstand voor deze exporten mogelijk was, waarbij de tijd tussen
aanvraag en certificering sterk kon worden verkort en de beoogde veterinaire garanties
toch konden worden geborgd. De Bond voor hengstenhouders had hier in verband met de
logistiek van zendingen vers sperma zelf op aangedrongen bij de NVWA. Enkele hengstenhouders
hebben, ondanks de verbeteringen die de pilot heeft laten zien, zorgen geuit over
het uiterste tijdstip van aanvragen, over het systeem waarmee exporteurs gegevens
aan kunnen leveren en de kosten. Naar aanleiding van de bezwaren is tussen NVWA en
sectorpartijen afgesproken nader overleg te voeren over de voorwaarden.
Vraag 4
Klopt het dat door de nieuwe eisen «certificeren op afstand» de exportaanvraag van
bijvoorbeeld vers paardensperma voor 9.00 uur ’s ochtends moet worden ingediend bij
de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)? Zo nee, kunt u dat toelichten waarom
dat niet klopt? Zo ja, waarom is er gekozen voor deze aanlevertijd en is hierbij ook
rekening gehouden met het uur tijdsverschil van grote afnemers in landen als Engeland,
Ierland en Portugal?
Antwoord 4
Indien gebruikgemaakt wordt van een keuring op locatie dient de aanvraag uiterlijk
op de voorafgaande dag om 8.00 uur aangemeld te worden bij de NVWA. Het indienen van
de exportaanvraag uiterlijk om 9.00 uur dezelfde dag bij certificeren op afstand betekent
een aanmerkelijke verbetering voor de sector. Dit tijdstip is door de NVWA in nauwe
samenspraak met de Bond voor hengstenhouders tot stand gekomen.
Vraag 5
Waarom is exporteren van bijvoorbeeld vers paardensperma in het weekend niet mogelijk
en deelt u de mening dat dit, met bijvoorbeeld achteraf certificeren, wel mogelijk
zou moeten zijn? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u dit toelichten?
Antwoord 5
Het achteraf certificeren is wettelijk niet toegestaan. Exporten die een keuring op
locatie vereisen zijn mogelijk op zaterdag, mits er – conform het planningskader van
de NVWA – twee weken van tevoren een keuring wordt aangevraagd.
Vraag 6
Op welke manier worden diepgevroren producten gecertificeerd en waarom juist op deze
manier, gelet op het feit dat het in een onvoorspelbare markt kan voorkomen dat ondernemers
dierproducten invriezen voordat deze worden geëxporteerd naar het buitenland om zo
het product vers te houden?
Antwoord 6
Diepgevroren paardensperma wordt op dit moment op locatie gecertificeerd. De besluitvorming
over het certificeren van producten op locatie of op afstand is niet afhankelijk van
het soort product.
Vraag 7
Waarom mag de NVWA zelfstandig de kostprijs voor een «certificaat op afstand» verhogen?
Antwoord 7
De NVWA heeft hierin geen zelfstandige bevoegdheid. De tarieven van de NVWA worden
middels een ministeriële regeling jaarlijks door mij vastgesteld en volgens de normale
procedures gepubliceerd in de Staatscourant.
Vraag 8
Op welke manier houdt de NVWA bij het bepalen van de kostprijs voor een exportcertificaat
rekening met de kostprijs in omliggende landen?
Antwoord 8
Bij het bepalen van de NVWA tarieven speelt de kostprijs van omringende landen geen
rol.
Vraag 9
Hoe verklaart u het verschil in kostprijs van een exportcertificaat tussen Nederland
(58,18 euro in 2020) en Duitsland (rond de 25 euro)?
Antwoord 9
De hoogte van tarieven worden beïnvloed door systeemverschillen tussen de landen en
zijn daardoor slechts tot op zekere hoogte vergelijkbaar. Door het federale stelsel
in Duitsland ligt de verantwoordelijkheid voor de officiële controles op het niveau
van de deelstaten. De tarieven zijn daardoor per deelstaat verschillend. Ik verwijs
uw Kamer hiervoor ook naar de brief aan uw Kamer van 5 september 2016 (Kamerstuk 33 835, nr. 46) over de retributietarieven van de NVWA. In mijn brief van 11 februari jl. over de
voortgang van het 2Solve onderzoek heb ik aangegeven dat ik KPMG heb gevraagd om,
in aanvulling op het ADR onderzoek van afgelopen jaar, een onderzoek te doen naar
de kostentoerekening tussen overheid en bedrijfsleven van de NVWA en de hoogte van
het kostenniveau van de NVWA ten opzichte van vergelijkbare organisaties. Naar verwachting
wordt dit onderzoek in maart aan uw Kamer toegestuurd.
Vraag 10
Herinnert u zich dat uw voorganger in antwoord op eerdere Kamervragen van het lid
Lodders schreef dat de hoge kosten voor export en import omtrent «certificeren op
afstand» een aandachtspunt zijn en wat is er sinds die tijd gebeurd om de kosten in
de hand te houden?2
Antwoord 10
In 2014 is een niet-kostendekkend tarief vastgesteld van € 60,– per certificaat. Voor
2020 geldt een tarief van € 58,18. Ondanks loon- en prijsstijgingen is het tarief
gedaald. Een besluit tot het bieden van de mogelijkheid tot het certificeren op afstand
wordt steeds in samenspraak met het bedrijfsleven genomen.
Vraag 11
Kunt u verklaren waarom de kosten voor «certificeren op afstand» sindsdien alleen
nog maar zijn gestegen?
Antwoord 11
Zie mijn antwoord op vraag 10.
Vraag 12
Welke oplossingen zijn besproken en waarom heeft de sector nog geen resultaat op dit
onderdeel gezien, gezien het feit dat in antwoorden op eerdere Kamervragen van het
lid Lodders is aangegeven dat de NVWA naar oplossingen kijkt zodat de kosten van «certificering
op afstand» nooit hoger uitvallen dan een controle op locatie, en kunt u de resultaten
en conclusies met de Kamer delen (graag specifiek ook voor situaties met meer dan
drie certificaataanvragen per locatie per keer)?3
Antwoord 12
Certificering op afstand is goedkoper dan certificering op locatie. Bij meerdere certificaataanvragen
tegelijkertijd kan certificering op locatie goedkoper zijn. Het omslagpunt is ten
opzichte van 2014 iets verschoven, omdat certificering op afstand goedkoper is geworden
en certificering op locatie duurder is geworden. Het kan echter nog steeds voorkomen
dat bij incidentele bedrijven en bij afgifte van meerdere certificaten tegelijkertijd
certificering op afstand duurder is. Hiervoor is vooralsnog geen oplossing gevonden.
Vraag 13
Kunt u garanderen dat «certificeren op afstand» en controle op locatie beide mogelijk
blijven? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe?
Antwoord 13
De NVWA kent beide werkwijzen. Om efficiency te bewerkstelligen en de druk op de inzet
van dierenartsen op locatie te verlichten, onderzoekt de NVWA continu of werkzaamheden
anders georganiseerd kunnen worden. Het bedrijfsleven is hierbij gebaat, omdat certificering
op afstand goedkoper is dan certificering op locatie. Voor het komende seizoen houd
ik beide werkwijzen in stand voor de export van vers paardensperma, zodat bepaald
kan worden welke gevolgen de inwerkingtreding van de nieuwe diergezondheidsverordening
in 2021 heeft voor de certificering van vers paardensperma.
Vraag 14
Kunt u de vragen één voor één beantwoorden?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.