Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Omtzigt, Ronnes en Amhaouch over de problemen bij Centric en Oranjewoud
Vragen van de leden Omtzigt, Ronnes en Amhaouch (allen CDA) aan de Ministers van Financiën en van Economische Zaken en Klimaat over de problemen bij Centric en Oranjewoud (ingezonden 7 januari 2020).
Antwoord van Minister Wiebes (Economische Zaken en Klimaat), mede namens de Minister
van Financiën en de Staatssecretaris van Financiën (Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 9 maart 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020,
nr. 1678.
Vraag 1
Heeft u het afgelopen jaar kennisgenomen van de talrijke publicaties in TC Tubantia,
Follow the Money, Het Financieele Dagblad en andere publicaties over de wijze waarop
Centric en het beursgenoteerde Oranjewoud, bedrijven met duizenden medewerkers bestuurd
worden?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de gezondheid en continuïteit van deze bedrijven – met name
Centric en het bouwbedrijf Strukton – van groot belang is voor Nederland, voor de
werknemers en hun gezinnen en voor de (digitale) infrastructuur van Nederland?
Antwoord 2
De gezondheid van deze bedrijven is uiteraard van belang voor de werknemers en hun
gezinnen. Ook leveren deze bedrijven een belangrijke bijdrage aan het goed functioneren
van de fysieke en digitale infrastructuur van ons land.
Vraag 3
Klopt het dat de heer Sanderink, bestuurder en grootaandeelhouder bij beide ondernemingen,
boekenonderzoek laat doen door mevrouw Van Rijbroek, terwijl de laatste volgens publicaties
daartoe niet de bevoegdheid heeft volgens de Wet particuliere beveiligingsorganisaties
en recherchebureaus?2
Antwoord 3
Op grond van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus moet
men voor het verrichten van recherchewerkzaamheden (het vergaren en analyseren van
gegevens) over een vergunning van de Dienst Justis beschikken. Bij de Dienst Justis
is geen vergunning bekend die is afgegeven op naam van mevrouw Van Rijbroek. Ook is
niet gebleken dat mevrouw van Rijbroek toestemming heeft verkregen van de Korpschef
om recherchewerkzaamheden te mogen verrichten.
Vraag 4 en 5
Hoe beoordeelt u het feit dat binnen korte tijd vrijwel de gehele top van Centric,
een zeer belangrijke leverancier van overheden en financiële instellingen op ICT-gebied,
vertrokken is?
Hebben de problemen binnen Centric nog gevolgen voor de dienstverlening aan en de
ICT-beveiliging van Nederlandse overheden of belangrijke instellingen zoals De Nederlandsche
Bank en de Bank Nederlandse Gemeenten?
Antwoord 4 en 5
De interne ontwikkelingen bij Centric hebben vooralsnog geen gevolgen voor de dienstverlening
door Centric aan de overheden en banken die u noemt.
De Nederlandsche Bank (DNB) neemt sinds 1 april 2019 alle datacenter-diensten, netwerkdiensten,
servicedesk- en werkplekdiensten af van Centric Netherlands. DNB neemt geen diensten
af van Centric die betrekking hebben op de informatiebeveiliging en cybersecurity.
Dat geldt ook voor het leveren van diensten op het gebied van applicatieontwikkeling
en -beheer. De beoordeling door DNB van de dienstverlening vindt plaats op basis van
door Centric aan te leveren rapportages. DNB blijft de ontwikkelingen volgen en zal
acteren indien nodig, waarbij DNB het Ministerie van Financiën tijdig zal meenemen.
De Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) heeft sinds 2009 haar betalingsverkeerproces en
een belangrijk deel van haar IT-infrastructuur aan Centric uitbesteed. Binnen de contractuele
relatie tussen BNG en Centric zijn afspraken gemaakt over waaraan de kwaliteit van
de dienstverlening moet voldoen. De beoordeling van de dienstverlening vindt onder
andere plaats op basis van door Centric aan te leveren rapportages. Uit de laatste
rapportages, maar ook uit de feitelijke dienstverlening door Centric, kan geconcludeerd
worden dat de overeengekomen kwaliteit onveranderd op een goed niveau ligt. BNG Bank
houdt het Ministerie van Financiën als 50% aandeelhouder voldoende op de hoogte.
Vraag 6
Welke bewindspersonen en hoge ambtenaren hebben al brieven/e-mails (ook in de cc,
bcc) ontvangen van directie en/of aandeelhouders van het bedrijf? Kunt u aangeven
wat de inhoud was van die signalen en hoe daarop geacteerd wordt?
Antwoord 6
Door de algemeen directeur FIOD zijn e-mails ontvangen van de president-bestuurder/algemeen
directeur van het bedrijf, (met in cc: de Minister van Financiën, Staatssecretaris
van Financiën, Secretaris-generaal MinFin, Directeur-generaal Belastingdienst, Minister
van BZK, Staatssecretaris van BZK, Secretaris-generaal BZK, Minister van JenV, College
van procureurs-generaal, Secretaris-generaal MinIenW).
De inhoud van deze e-mails had betrekking op het strafrechtelijk onderzoek tegen Strukton
B.V. en wat mogelijk de aanleiding is geweest tot het instellen van dit strafrechtelijk
onderzoek.
Door de FIOD is één e-mail aangemerkt als klacht met betrekking tot de start van het
opsporingsonderzoek. Wegens samenloop met opsporing en vervolging conform art. 9:8
lid 1 onderdeel f Awb is deze klacht, in afstemming met het Openbaar Ministerie, niet
in behandeling genomen. Daar is schriftelijk mededeling van gedaan aan klager waarbij
aangegeven is de mogelijkheid zich te wenden tot de Nationale ombudsman en/of de Commissie
voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven van de Eerste of Tweede Kamer.
Aangegeven is dat verdere correspondentie gericht aan de (algemeen directeur van de)
FIOD met betrekking tot het strafrechtelijk onderzoek doorgestuurd wordt aan het onderzoeksteam.
Vraag 7
Kunt u omschrijven wanneer de Raad van Commissarissen van een bedrijf wettelijk moet
ingrijpen bij een bedrijf?
Antwoord 7
De wet (het Burgerlijk Wetboek) schrijft voor dat de raad van commissarissen de taak
heeft om toezicht te houden op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van
zaken in de vennootschap en de ondernemingen die daaraan verbonden zijn. Commissarissen
dienen zich te richten naar het belang van de vennootschap en de met haar verbonden
onderneming.3 Hierbij dienen alle deelbelangen te worden betrokken waaronder die van de aandeelhouders,
werknemers en crediteuren.
Bij deze wettelijke toezichtstaak van de raad van commissarissen past dat dit orgaan
zo nodig kan ingrijpen in de vennootschap wanneer het vennootschappelijke belang dit
vergt. De raad van commissarissen dient hierbij te oordelen naar omstandigheden van
het geval. Zo nodig, kan de raad van commissarissen van een NV en BV een bestuurder
schorsen, tenzij bij de statuten anders is bepaald.4 In de statuten van een BV kan worden bepaald dat de raad van commissarissen bevoegd
is bestuurders te ontslaan.5
Vraag 8 en 9
Voldoen de bedrijven (Centric, Oranjewoud, Strukton) aan de wettelijke vereisten voor
de Raad van Commissarissen, zoals het minimum aantal commissarissen? Zo nee, hoe beoordeelt
u dat dan gegeven de spanningen die zich voordoen?
Indien er te weinig commissarissen waren/zijn bij een van de bedrijven, is er voldaan
aan de vereiste om zo spoedig mogelijk weer het minimaal aantal commissarissen te
hebben?
Antwoorden 8 en 9
De wet (het Burgerlijk Wetboek) vereist niet voor alle vennootschapen dat er een raad
van commissarissen wordt aangesteld. Indien een vennootschap een raad van commissarissen
heeft aangesteld, is het aan de vennootschap zelf om het aantal commissarissen te
bepalen. Voor BV’s die een raad van commissarissen hebben, geldt ook de wettelijke
verplichting om in de statuten voorschriften op te nemen over de uitoefening van de
taken en bevoegdheden in geval van ontstentenis of belet (zoals overlijden of ontslag)
van commissarissen.6
Wanneer bij een bedrijf het zogenaamde structuurregime wordt toegepast, geldt een
aantal nadere wettelijke bepalingen omtrent het toezicht op het bestuur door de raad
van commissarissen. Het structuurregime wordt toegepast bij, kort gezegd, een «grote
vennootschap»7 of wanneer de vennootschap hiervoor kiest. Bij structuurvennootschappen is een raad
van commissarissen wel verplicht en dient deze in beginsel uit minimaal drie commissarissen
te bestaan.8 Indien er tijdelijk minder dan drie commissarissen in de raad zijn benoemd kan dat
ertoe leiden dat de raad haar toezichtstaak niet op een behoorlijke wijze kan vervullen.
Het feit dat er niet voldaan is aan het wettelijk minimumaantal leden betekent echter
niet dat per definitie de raad haar toezichtstaak niet behoorlijk uitvoert.
De wet (het Burgerlijk Wetboek) schrijft voor dat de raad van commissarissen van een
structuurvennootschap maatregelen dient te nemen om te bewerkstelligen dat de raad
wordt aangevuld als het aantal commissarissen minder is dan drie.
Het kan zijn dat een bedrijf een monistisch bestuursmodel heeft. Bij dit model bestaat
het bestuur uit (i.) uitvoerende en (ii.) niet-uitvoerende bestuurders. De niet-uitvoerende
bestuurders hebben de rol van toezichthouder. Indien het structuurregime wordt toegepast
dan geldt dat het aantal niet-uitvoerende bestuurders minimaal drie is en zijn het
de niet-uitvoerende bestuurders die maatregelen dienen te nemen als het aantal minder
dan drie is.
Vraag 10
Kunt u deze vragen een voor een en binnen drie weken beantwoorden?
Antwoord 10
Door het brede spectrum en gedetailleerde aard van de vragen is interdepartementaal
overleg over de antwoorden nodig geweest. Dat vergde helaas meer tijd dan door u gevraagd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Mede namens
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.