Amendement : Amendement van de leden Van den Berge en Kuik over vergoeding voor leden van studentenraden
35 252 Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en een aantal andere wetten in verband met diverse maatregelen gericht op het versterken van de positie van mbo-studenten (Wet versterken positie mbo-studenten)
Nr. 8
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN DEN BERGE EN KUIK
Ontvangen 2 maart 2020
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel R, wordt het voorgestelde artikel 8.1.5c als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Onverminderd het eerste lid, ontvangt een lid van de studentenraad als bedoeld in
artikel 8.1.5, tweede lid, onderdeel a, een financiële ondersteuning ter hoogte van
een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen minimumbedrag. De voordracht voor
deze algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat
het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
II
In artikel II, onderdeel P, wordt het voorgestelde artikel 8.1.6d als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Onverminderd het eerste lid, ontvangt een lid van de vertegenwoordiging als bedoeld
in artikel 8.1.6a, tweede lid, onderdeel a, een financiële ondersteuning ter hoogte
van een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen minimumbedrag. De voordracht
voor deze algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat
het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Toelichting
In het wetsvoorstel wordt op dit moment niet bepaald wat de minimale hoogte is van
de compensatie voor mbo-studenten die zitting hebben in de studentenraad van hun instelling.
Dit wordt per instelling bepaald. Zeggenschap is volgens indieners geen gunst die
met inzet van eigen tijd en middelen van de student bekostigd kan worden, maar een
recht dat vormgegeven dient te worden vanuit goede randvoorwaarden.
Daarnaast is de studentenraad in het kader van de burgerschapsopdracht een goede leerschool
voor studenten om ervaring op te doen met democratische besluitvormingsprocessen en
de invloed die zij daarop kunnen uit kunnen oefenen.
Daarom willen indieners graag dat bij algemene maatregel van bestuur een eerlijke
minimumvergoeding vastgesteld wordt in samenspraak tussen JOB, MBO Raad en ministerie,
waarbinnen mbo-studenten redelijkerwijs geacht kunnen worden van hun recht op zeggenschap
gebruik te maken. De algemene maatregel van bestuur die regels over de minimumvergoeding
bevat, wordt voorgehangen.
Van den Berge Kuik
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.N. van den Berge, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
A. Kuik, Tweede Kamerlid