Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van den Hul over de noodklok die WO in actie, FNV en AOb luiden over structureel overwerk op universiteiten
Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de noodklok die WO in Actie, FNV en AOb luiden over structureel overwerk op universiteiten (ingezonden 22 januari 2020).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen
21 februari 2020).
Vraag 1
Hoe beoordeelt u het bericht dat hoogleraren, docenten en ondersteunend personeel
bij universiteiten per week gemiddeld twaalf tot vijftien uur langer werken dan hun
contract voorschrijft zonder dat ze daarvoor worden betaald?1
Antwoord 1
Ik heb vernomen dat WO in Actie een melding heeft gedaan bij de inspectie SZW over
structureel onbetaald overwerk. De inspectie SZW heeft de melding van WO in Actie
in behandeling genomen. De inspectie SZW betrekt deze melding bij de door haar reeds
geplande inspecties bij de 14 Nederlandse universiteiten. Ik laat het oordeel over
het in de vraag genoemde bericht dan ook over aan de inspectie SZW.
Vraag 2 en 3
Deelt u de mening van WO in Actie dat dit structurele, onbetaalde overwerk de toppositie
van Nederlandse universiteiten in gevaar dreigt te brengen? Zo ja, wat gaat u hier
dan tegen ondernemen? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de beoordeling van WO in Actie dat de maatregelen die universiteiten sinds
2017 uitvoeren om de werkdruk te verlichten niet of nauwelijks werken? Welke bevindingen
liggen ten grondslag aan uw oordeel?
Antwoord 2 en 3
In mijn Strategische Agenda hoger onderwijs en onderzoek ‘Houdbaar voor de toekomst’
(Kamerstuk 31 288, nr. 797) heb ik aangegeven dat ik zie dat het systeem van het hoger onderwijs en onderzoek
onder druk staat. In de Strategische Agenda heb ik in dat kader onder meer aangekondigd
de concurrentieprikkel in de bekostiging omlaag te willen brengen en de aanvraagdruk
te willen verlagen. Op beide onderwerpen zal uw Kamer nadere voorstellen ontvangen.
In mijn antwoorden op vragen van het lid Futselaar (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar
2018–2019, nr. 2319) ben ik al ingegaan op de bevindingen van WO in Actie.
Vraag 4
Welke mogelijkheden ziet u om de bureaucratie die bij wetenschappers veel tijd opslokt
waardoor de tijd voor onderzoek in het gedrang komt, te reduceren?
Antwoord 4
Ik neem aan dat het hier over de aanvraagdruk gaat. Hierover heb ik recent een plan
van aanpak ontvangen van de VSNU en NWO. Ik heb er vertrouwen in dat de maatregelen
uit dit plan, inclusief het anders erkennen en waarderen van onderzoekers, de aanvraagdruk
zullen gaan verminderen. Ik zal binnenkort op dit plan van aanpak reageren naar uw
Kamer.
Vraag 5
Gaat de Inspectie SZW (de voormalige arbeidsinspectie) onderzoeken of de normuren
die worden gehanteerd voor onderwijs en onderzoek wel kloppen, zoals WO in Actie en
de vakbonden willen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
De inspectie SZW heeft de melding van WO in Actie in behandeling genomen. De inspectie
SZW zal deze in betrekken bij de reeds geplande inspecties bij de 14 Nederlandse universiteiten
(naar aanleiding van een eerdere rapportage van het Landelijk Netwerk Vrouwelijke
Hoogleraren waarin onder meer melding werd gemaakt van structurele ongewenste omgangsvormen
richting vrouwelijke hoogleraren). In de inspecties zal ook de in de melding genoemde
normurensystematiek aan de orde zijn.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.