Brief commissie : Brief van de vaste commissie voor Europese Zaken over het geactualiseerde overzicht van de afspraken inzake de informatievoorziening van het kabinet aan de Kamer over Europese dossiers en onderhandelingen
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 2848 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 februari 2020
Hierbij bied ik u namens de vaste commissie voor Europese Zaken het geactualiseerde
overzicht van de afspraken inzake de informatievoorziening van het kabinet aan de
Kamer over Europese dossiers en onderhandelingen naar aanleiding van het algemeen
overleg EU-informatievoorziening op 15 januari 2020 aan.
De voorzitter van de commissie, Veldman
De griffier van de commissie, Van Haaster
OVERZICHT INFORMATIE-AFSPRAKEN EU-DOSSIERS
Ieder jaar spreken de leden van de commissie Europese Zaken met de Minister van Buitenlandse
Zaken, namens het kabinet, over de informatievoorziening op Europese dossiers aan
de Kamer. Doel van de informatie-afspraken is dat de Kamer uitgebreid en in een zo
vroeg mogelijk stadium wordt geïnformeerd over (actuele ontwikkelingen in) de Europese
onderhandelingen, teneinde de democratische controle op het kabinetsstandpunt en de
directe invloed van de Tweede Kamer op Europese besluitvorming te faciliteren.
De afspraken en toezeggingen die hiervan een weerslag zijn, staan verspreid in een
groot aantal brieven en verslagen, en zijn eveneens vervat in enkele moties. In onderstaand
overzicht worden de verschillende afspraken weergegeven.
1. De Kamer ontvangt op nieuwe voorstellen van de Europese Commissie een kabinetsreactie
(in de vorm van een BNC-fiche)
• Over alle (wetgevende en niet-wetgevende) voorstellen van de Europese Commissie ontvangt
de Kamer een kabinetsreactie in de vorm van een zogenaamd BNC-fiche (Beoordeling Nieuwe
Commissievoorstellen).
• De lijst van onderwerpen waarop het BNC-fiche ingaat is te vinden in bijlage 1 bij
Kamerstuk 22 112, nr. 1366.
• De termijn voor toezending van het fiche is zes weken na publicatie van het EU-voorstel.
Bij voorstellen waarop de Kamer een behandelvoorbehoud of subsidiariteitstoets heeft
voorzien geldt een termijn van drie weken.
• Recesperiodes in de Kamer hebben geen schorsende werking op de toezendingstermijn.
Uitzonderingen hierop betreffen de vier weken in augustus die overeenkomen met het
zomerreces van de Europese instellingen en de twee weken in het kerstreces, met dien
verstande dat de Kamer de mogelijkheid niet onthouden wordt om een behandelvoorbehoud
te plaatsen.
2. In BNC-fiches wordt uitdrukkelijk ingegaan op (eventuele) constitutionele aspecten
van EU-voorstellen
• Naar aanleiding van een verzoek van de commissie Europese Zaken is in het BNC-sjabloon
sinds november 2018 een nieuwe rubriek toegevoegd waarin voortaan uitdrukkelijk aandacht
wordt besteed door het kabinet aan de eventuele constitutionele aspecten van EU-voorstellen.
Bron: Kamerstuk 22 112, nr. 2534 en Kamerstukken 35 000 VII en 22 112, nr. 38.
3. De Kamer ontvangt ten aanzien van de EU-wetgevingsdossiers per vakdepartement per
kwartaal een overzicht van de stand van zaken.
• Elk vakdepartement stuurt vanaf het derde kwartaal 2018 kwartaalrapportages waarin
de respectievelijke vakcommissie wordt geïnformeerd over de stand van zaken in de
onderhandelingen over de EU-wetgevingsdossiers op dat gebied
Bron: Kamerstuk 22 112, nr. 2661, conform toezegging algemeen overleg EUinformatievoorziening
op 12 april 2018 (Kamerstuk 22 112, nr. 2556).
4. De Kamer bespreekt voorafgaand aan Raadsbijeenkomsten de kabinetsinzet (op basis van
de geannoteerde agenda)
• Voor elke bijeenkomst van de Europese Raad en de Raad van de Europese Unie (de vakraden,
zoals de Raad voor Concurrentievermogen of Milieuraad) ontvangt de Kamer een geannoteerde
agenda met de kabinetsinzet. Achteraf stuurt het kabinet een verslag van de Raadsbijeenkomst.
• De geannoteerde agenda wordt tijdig verzonden. In principe tenminste één week voor
de Raad, maar Kamercommissies kunnen in overleg met de betreffende bewindspersoon
van deze termijn afwijken.
• Waar daar aanleiding en gelegenheid voor bestaat wordt, in aanvulling op de geannoteerde
agenda, een aanvullende geannoteerde agenda gestuurd over actuele ontwikkelingen,
conform toezegging algemeen overleg EU-informatievoorziening op 15 januari 2020.
• Het kabinet behoort de Kamer tijdig te informeren wanneer agendapunten worden toegevoegd
aan de agenda van de Raad of wanneer het krachtenveld wezenlijk is veranderd ten opzichte
van wat in de geannoteerde agenda vermeld is.
• De geannoteerde agenda wordt opgesteld aan de hand van een format waarin de volgende
punten zijn opgenomen:
o krachtenveld binnen de Raad: Specifiek zou de geannoteerde agenda -voor zover mogelijk-
duidelijkheid moeten bieden over de kernpunten van de Nederlandse inzet en of Nederland
zich in een meerderheid of minderheid van lidstaten bevindt;
o ontwikkeling positie Europees Parlement (EP): Hoe verloopt de standpuntbepaling in
het EP? Wanneer neemt de behandelende EP-commissie een standpunt in? Wanneer zijn
de stemmingen plenair voorzien? Wat betekent het standpunt van het EP voor het standpunt
van de Raad, en in het bijzonder voor de inzet van Nederland in de onderhandelingen?
o standpunt Europees Parlement: Wanneer in het Europees Parlement een standpunt is ingenomen
wordt dit standpunt standaard opgenomen in de geannoteerde agenda voor elke respectievelijke
vakraad, conform toezegging algemeen overleg EU-informatievoorziening op 15 januari
2020.
o verdere tijdpad onderhandelingen: De geannoteerde agenda bevat tevens een kopje met
een heldere beschrijving van het verdere tijdspad van de onderhandelingen.
• De geannoteerde agenda maakt melding van de nummers van onderhandelingsdocumenten
die vindbaar zijn in het Delegates Portal in geannoteerde agenda's en andere relevante
brieven aan de Kamer.
• Afspraak binnen het kabinet is dat bewindspersonen deelnemen aan zittingen van de
Raad op het beleidsterrein waarvoor zij verantwoordelijk zijn. Bij verhindering vermelden
zij dit in de geannoteerde agenda die de Kamer van de Raadszitting ontvangt.
Bron: Kamerstuk
21 501-02, nr. 2072.
5. De Kamer ontvangt na afloop van de Raadsbijeenkomsten een verslag
• Na afloop van een Raadsbijeenkomst en voorafgaand aan het voorbereidende overleg voor
de eerstvolgende (in)formele Raad stuurt het kabinet een verslag van de bijeenkomst
naar de Kamer.
• In de verslagen van de Raden wordt duiding gegeven van de einduitkomst van onderhandelingen
over door de Kamer aangemerkte prioritaire EU-dossiers, waaronder een appreciatie
van het bereikte akkoord afgezet tegen de Nederlandse inzet op de belangrijkste punten.
6. Wanneer de Kamer een behandelvoorbehoud op een EU-voorstel heeft geplaatst, worden
aanvullende afspraken gemaakt over nadere informatievoorziening
• De Kamer kan een behandelvoorbehoud plaatsen op wetgevende voorstellen van de Europese
Commissie die zij van groot politiek belang acht. Dit houdt in dat het kabinet in
de onderhandelingen in de Raad geen onomkeerbare stappen zal zetten totdat er afspraken
tussen Kamer en regering zijn gemaakt over onder andere informatievoorziening.
• Deze afspraken zijn gericht op het tijdig en proactief informeren van de Kamer bij
beslissende momenten in de onderhandelingen over het EU-voorstel.
• Voor langlopende EU-dossiers waar de Kamer een behandelvoorbehoud op heeft geplaatst
worden periodieke rapportages (minstens een keer per kwartaal) naar de Kamer gestuurd,
met inachtneming van de specifieke informatie-afspraken die de individuele Kamercommissies,
doorgaans tijdens een separaat «algemeen overleg behandelvoorbehoud», over een dergelijk
dossier met de betreffende bewindspersoon maken; informatieafspraken kunnen desgewenst
door middel van een briefwisseling tussen de vakcommissie en de bewindspersoon worden
voorbereid.
• De gemaakte afspraken worden vastgelegd in een brief van de Kamer aan de betreffende
bewindspersoon.
• De Minister van Buitenlandse Zaken zet zich ervoor in om bij de collega's in het kabinet
te bewerkstelligen dat nummers van onderhandelingsdocumenten die vindbaar zijn in
het Delegates Portal vermeld worden in geannoteerde agenda's en andere relevante brieven
aan de Kamer.
7. De Kamer ontvangt de kabinetsreacties op consultaties van de Europese Commissie
• Het kabinet stuurt de Kamer het concept van zijn reactie op groenboeken en witboeken,
ten minste dertig dagen voor het verstrijken van de reactietermijn bij de Europese
Commissie. Ook de definitieve reactie wordt in afschrift aan de Kamer gezonden.
• Het kabinet stuurt daarnaast de Kamer de reactie op alle overige consultaties van
de Europese Commissie waarop het kabinet reageert.
8. De Kamer heeft inzage in niet-openbare documenten van de Raad
• Kamerleden hebben toegang tot het zogenaamde Delegates Portal, waarin zij interne
Raadsdocumenten kunnen raadplegen. Deze zogenaamde limité-documenten zijn niet vertrouwelijk,
maar worden alleen intern (bij de Europese instellingen en instellingen van de lidstaten)
verspreid om het onderhandelingsproces te bevorderen. Leden mogen de documenten niet
verder verspreiden of openbaar maken. In debatten betekent dit: de inhoud wel gebruiken,
maar niet letterlijk citeren.
• Kamerleden kunnen bewindspersonen verzoeken om inzage in vertrouwelijke documenten
van de Raad. Deze worden dan (alleen voor leden) vertrouwelijk ter inzage gelegd in
de Kamer. Via het Delegates Portal kunnen leden zien welke vertrouwelijke Raadsdocumenten
er bestaan.
• Voor het onderwerp Brexit is er voor Kamerleden de mogelijkheid om niet-openbare documenten
online via het Brexit-portal op afstand te bekijken.
9. Afspraken over het inschakelen van deskundigen bij het analyseren van limité-documenten
Deskundigen kunnen worden geraadpleegd bij het analyseren van limité-documenten onder
de volgende voorwaarden:
• Registratie: Naam en functies van de deskundige en het betreffende Kamerlid of Kamercommissie
worden geregistreerd door de griffie van de commissie. Experts die inzage krijgen,
tekenen een geheimhoudingsverklaring. Een overzicht van geraadpleegde experts wordt
niet aan de Minister overlegd.
• Fysieke toegang en aantekeningen: Conform de relevante EU-regels werken deskundigen
met de documenten binnen het Kamergebouw, in delen niet zichtbaar voor derden. Aantekeningen
worden op eenzelfde manier als fysieke limité-documenten in afgesloten meubilair in
het Kamergebouw bewaard en zullen niet zichtbaar zijn voor derden. Er kan tijdens
het raadplegen van limité-documenten geen gebruik worden gemaakt van laptops, mobiele
telefoons, camera’s en andere opnameapparatuur. In de precisering in Kamerstuk 22 112, nr. 2330 staat dat gemaakte aantekeningen gebaseerd op vertrouwelijke informatie de Kamer
niet mogen verlaten.
• Begeleiding: De expert dient altijd vergezeld te worden door het betreffende Kamerlid
of door een andere persoon die op grond van artikel 4 Regeling vertrouwelijke stukken
uit hoofde van zijn functie bevoegd is kennis te nemen van vertrouwelijke stukken.
• Terugkoppeling: De deskundige kan op vertrouwelijke wijze de commissie of leden adviseren
over de inhoud van documenten, hetzij in een besloten gesprek, hetzij middels een
vertrouwelijke notitie.
10. Lidstaatopties
Het kabinet informeert de Kamer per brief over de uitvoering van de motie-Van der
Lee c.s. (Kamerstuk 34 808, nr. 19), conform toezeggingen in het algemeen overleg EU-informatievoorziening op 13 februari
2019 (Kamerstuk 22 112, nr. 2776) en 15 januari 2020. Tevens blijft het kabinet bij de Europese Commissie het belang
benadrukken van een gemeenschappelijke, openbare database van lidstaatopties.
11. A-punten
Op basis van de aangenomen motie Schouw/ten Broeke (Kamerstuk 32 502, nr. 10) wordt het kabinet geacht de Kamer te informeren over die A-punten (hamerstukken)
op de agenda van een Raad, die politiek-controversieel zijn.
12. Correspondentie kabinet – Europese Commissie
Op basis van de aangenomen (gewijzigde) motie-Van Gent (Kamerstuk 32 123 XIV, nr. 147) wordt het kabinet geacht de Kamer afschriften te sturen van zijn correspondentie
met de Europese Commissie, over de uitvoering van Europese regelgeving.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.S. Veldman, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken -
Mede ondertekenaar
J.T.A. van Haaster, griffier