Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Brenk en Van Otterloo over het bericht ‘Ouderen onwetend over huurtoeslag; ANBO schiet te hulp’
Vragen van de leden Van Brenk en Van Otterloo (beiden 50PLUS) aan de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Financiën over het bericht «Ouderen onwetend over huurtoeslag; ANBO schiet te hulp» (ingezonden 7 januari 2020).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 20 februari
2020).
Vraag 1, 2, 3 en 4
Bent u bekend met het bericht «Honderdduizenden senioren lopen risico geld te laten
liggen» van 13 september 2018, naar aanleiding van het rapport «onderbenutting zorgtoeslag
en huurtoeslag door senioren»?1 2
Bent u bekend met de schriftelijke vragen van de leden Van Rooijen en Van Brenk, van
14 september 2018 alsmede met de door de regering gegeven antwoorden?3
Bent u bekend met de aangenomen motie Krol van 8 november 2018?4
Bent u bekend met het bericht «Ouderen onwetend over huurtoeslag; ANBO schiet te hulp»
van 6 januari 2020?5
Antwoord vraag 1, 2, 3 en 4
Ja.
Vraag 5, 9 en 10
Op welke wijze heeft de regering uitvoering gegeven aan de bovengenoemde en unaniem
aangenomen motie Krol? Welke additionele voorlichtingsactiviteiten zijn er opgestart?
Is er überhaupt een additionele activiteit ondernomen door het kabinet naar aanleiding
van de bovengenoemde motie Krol?
Bent u bereid om in 2020 extra voorlichtingsactiviteiten op te starten om te voorkomen
dat de onderbenutting van toeslagen in 2020 verder toeneemt en bij voorkeur zelfs
flink wordt verminderd? Indien nee, waarom niet?
Bent u bereid om met de ANBO (en andere ouderenorganisaties) in contact te treden
en met hen van gedachten te wisselen over wat er specifiek voor senioren gedaan kan
worden om het probleem van onderbenutting van toeslagen effectief te verminderen?
Antwoord vraag 5, 9 en 10
Het is van belang dat huishoudens die recht hebben op toeslagen hier ook gebruik van
maken. Er zijn echter huishoudens die, bewust of onbewust, geen gebruik maken van
toeslagen. Mede daarom is in het IBO-rapport toeslagen gekeken naar de redenen van
niet gebruik. Het blijkt dat de hoogte van het toeslagrecht een rol speelt in het
niet-gebruik. In het IBO-rapport is aangegeven dat naarmate het bedrag van de toeslag
hoger is, het niet-gebruik lager is. Zowel onbewust als bewust niet-gebruik lijkt
te ontstaan door onder andere onwetendheid, onzekerheid en uitstelgedrag. De sleutel
voor het terugdringen van niet-gebruik lijkt dan te liggen in:
1. het vergroten van de begrijpelijkheid van het stelsel en mogelijkheden voor burgers,
2. het vergroten van de voorspelbaarheid en
3. het gericht activeren van burgers.
Voor de groepen burgers waarbij het niet-gebruik hoger ligt kan extra communicatie
(herinneren), attendering door derden en eventueel gerichte ondersteuning helpen om
het niet-gebruik terug te dringen. Het kabinet komt in het 1e kwartaal van 2020 met een reactie op dit IBO-rapport.
Inmiddels is met de ouderenbonden gesproken over niet-gebruik bij de huurtoeslag.
Uit dit gesprek bleek dat er niet zozeer onwetendheid over het bestaan van toeslagen
bestond, maar meer over de voorwaarden. Ook gaf men aan dat de ouderen de toeslag
soms niet aanvragen vanwege de (beperkte) omvang van het bedrag waar men recht op
heeft of omdat men bang is het bedrag te moeten terugbetalen. De ouderenbonden zien
mogelijkheden om hun achterban niet alleen via de Belastingdienst te attenderen op
toeslagen, maar ook via andere kanalen zoals bijvoorbeeld gemeenten, zorgverleners
en uitkeringsinstanties.
Vanuit het Ministerie van BZK zal een voorlichtingstekst naar verschillende organisaties
worden verspreid met het verzoek hier via bijvoorbeeld de eigen websites en magazines
aandacht aan te besteden. Uiteraard blijft het kabinet met ouderenbonden in gesprek
om het niet-gebruik in deze groep zoveel mogelijk tegen te gaan.
Vraag 6
Klopt het dat in 2020 ongeveer 115.000 extra huishoudens recht hebben op huurtoeslag?
Welk deel daarvan is gepensioneerd?
Antwoord 6
Zoals in de memorie van toelichting bij de Wet aanpassing indexering eigen bijdrage
huurtoeslag en het vervallen van de maximale inkomensgrenzen is aangegeven is de verwachting
dat in 2020 ongeveer 115.000 extra huishoudens recht hebben op huurtoeslag. Ongeveer
40% daarvan heeft een leeftijd boven de pensioengerechtigde leeftijd. Hierover heeft
het Ministerie van BZK eind 2019 en begin 2020 informatie gestuurd naar haar stakeholders,
waaronder ouderenbonden, Aedes en Woonbond, met het verzoek deze onder hun achterban
te verspreiden.
Vraag 7
Klopt het dat de onderbenutting van toeslagen in 2020 naar verwachting hoger zal zijn
dan in 2018 het geval was? Klopt het dat het onderliggende probleem groter is geworden
sinds het aannemen van de bovengenoemde motie Krol? Wat vindt u daarvan?
Antwoord 7
De groep toeslaggerechtigden die gebruik kan maken van huurtoeslag en kindgebondenbudget
groeit in 2020 als gevolg van wetsaanpassingen. Daarmee kan het aantal huishoudens
dat geen gebruik maakt van toeslagen in absolute zin ook toenemen. Het gesprek met
de ouderenbonden bevestigt de constatering in het IBO Toeslagen dat hier deels bewuste
keuzes achter schuil gaan. Voor wat betreft het kindgebonden budget is door het aanpassen
van de systemen het aantal automatische toekenningen gestegen. Hierdoor zal het niet-gebruik
naar verwachting in 2020 dalen. Ik heb daarom niet direct aanleiding om aan te nemen
dat het probleem van niet-gebruik groter is geworden. Desondanks zal ik mij blijven
inzetten om niet-gebruik van toeslagen verder tegen te gaan.
Vraag 8
Kunt u toelichten op welke wijze de onderbenutting van toeslagen wordt meegenomen
in de koopkrachtramingen van het CPB? Wordt er in deze modellen rekening gehouden
met een mate van onderbenutting van toeslagen?
Antwoord 8
In koopkrachtramingen van het CPB wordt geen rekening gehouden met onderbenutting
van toeslagen (zorgtoeslag, kindgebonden budget, kinderopvangtoeslag en huurtoeslag).
Het CPB kent iedereen die recht heeft op een toeslag deze ook daadwerkelijk toe. Bij
maatregelen in de betreffende toeslag wordt het effect daarvan op het besteedbaar
inkomen van rechthebbenden in beeld gebracht, zonder afslag voor niet-gebruik. Het
belangrijkste doel van koopkrachtberekeningen is immers om de effecten van overheidsbeleid
– gegeven een bepaalde macro economische ontwikkeling – in beeld te brengen. Wel heeft
het CPB recentelijk een empirische analyse van het niet-gebruik van de huurtoeslag
en het kindgebonden budget uitgevoerd.6
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.