Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Stoffer over de voornemens aangaande de verhuizing van de marinierskazerne naar Vlissingen
Vragen van het lid Stoffer (SGP) aan de Staatssecretaris van Defensie over de voornemens aangaande de verhuizing van de marinierskazerne naar Vlissingen (ingezonden 23 januari 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Visser (Defensie) (ontvangen 14 februari 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «Zeeland eist opheldering over marinierskazerne»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt de bewering van vertegenwoordigers van de provincie Zeeland, per brief van 22 januari
2020, dat in de ministerraad van 17 januari 2020 een voorstel zou zijn geagendeerd
over vestiging van de marinierskazerne in (omgeving) Apeldoorn? Zo nee, kunt u op
korte termijn gedetailleerd inzicht geven in uw concrete plannen aangaande de voorgenomen
verhuizing van de marinierskazerne naar Vlissingen, inclusief tijdpad? Zo ja, kunt
u zich voorstellen dat de vertegenwoordigers van de provincie Zeeland «zeer verrast»
zijn over deze gang van zaken? Wat is in dat geval het (economische) perspectief voor
de regio Zeeland waar de komst van de kazerne, met het oog op de creatie van werkgelegenheid
en extra bestedingen, «van eminent belang» genoemd wordt?
Antwoord 2
In de brief van 24 januari jl. (Kamerstuk 2020D02504) heb ik het dilemma van het kabinet inzake de verhuizing van het Korps Mariniers
geschetst. Deze situatie heeft veel onduidelijkheid opgeleverd.
Ik realiseer mij daarmee dat het proces tot nu toe niet goed is verlopen en dit betreur
ik. Het vertrouwen van Zeeland in het kabinet is hierdoor geschaad en wij beseffen
dat dit moet worden hersteld. Duidelijkheid is voor alle partijen van groot belang,
zoals ook naar voren kwam in de gesprekken die inmiddels met Zeeland zijn gevoerd.
Het kabinet neemt inzake de verhuizing daarom twee voorgenomen besluiten. Enerzijds
het voorgenomen besluit om de marinierskazerne niet in Vlissingen te bouwen en anderzijds
het voorgenomen besluit om gezamenlijk te werken aan een voor zowel Zeeland als het
kabinet aanvaardbaar compensatiepakket, dat recht doet aan de geleden directe schade
en perspectief biedt op duurzame sociaaleconomische effecten voor de regio vergelijkbaar
met wat de beoogde komst van de marinierskazerne de regio zou hebben gebracht. In
deze brief licht ik beide voornemens verder toe.
Voor de verdere inhoud verwijs ik u naar mijn brief «voorgenomen besluiten inzake
verhuizing Korps Mariniers en compensatie Zeeland» die op 14 februari aan uw Kamer
is verzonden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Visser, staatssecretaris van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.