Schriftelijke vragen : Een toeslag vanwege samenvallende diensttijd voor gepensioneerden bij het ABP
Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over een toeslag vanwege samenvallende diensttijd voor gepensioneerden bij het ABP (ingezonden 10 februari 2020).
Vraag 1
            
Bent u ervan op de hoogte dat het ABP tot 1995 een toeslag toekende voor deelnemers,
               wiens partners ook pensioen opbouwden, omdat de franchise geënt was op de kostwinnerssituatie?1
Vraag 2
            
Bent u ervan op de hoogte dat het ABP in die tijd ook geen zelfstandige organisatie
               was, maar onderdeel van de rijksoverheid?
            
Vraag 3
            
Kunt u beschrijven op welke wijze het ABP de deelnemer die pensioen opbouwde de afgelopen
               25 jaar heeft geïnformeerd over de toeslag?
            
Vraag 4
            
Kunt u beschrijven welke mensen die met pensioen gingen automatisch deze toeslag uitbetaald
               kregen (en over welke periode)?
            
Vraag 5
            
Kunt u beschrijven welke mensen die met pensioen gingen een formulier kregen om deze
               toeslag aan te vragen? In welke jaren kregen alle mensen tijdig het formulier en in
               welke jaren niet?
            
Vraag 6
            
Wat is het maximum bedrag dat iemand aan toeslag kan krijgen per maand?
Vraag 7
            
Indien partner A bij het APB pensioen opbouwde en partner B bij een ander fonds en
               partner A op enig moment het pensioen heeft overdragen naar een ander pensioenfonds,
               is het recht op de toeslag vanwege samenvallende diensttijd dan ook overgedragen en
               heeft het ABP daarvoor geld overgedragen aan het nieuwe pensioenfonds?
            
Vraag 8
            
Indien het ABP geen overdracht gepleegd heeft van de toeslag, wist de deelnemer die
               besloot om het pensioen over te dragen, dan dat zij/hij het recht op toeslag zou verliezen?
            
Vraag 9
            
Indien partner B het pensioen heeft overgedragen naar een ander fonds en dat andere
               fonds heeft wel de overdrachtswaarde geregistreerd maar niet de diensttijd, hoe kan
               partner B dan bewijzen dat haar/zijn partner recht heeft om de toeslag vanwege samenvallende
               diensttijd?
            
Vraag 10
            
Indien een deelnemer nu een andere partner heeft dan in 1994, geldt de toeslag dan
               indien de huidige partner werkte in 1994 of de toenmalige partner?
            
Vraag 11
            
Heeft een weduwe, die een nabestaandenpensioen van het ABP ontvangt, ook recht op
               de toeslag vanwege samenlopende diensttijd (indien zij zelf pensioen opbouwde, toen
               haar partner pensioen bij het ABP opbouwde)? Zo ja, hoe kan zij dan aanspraak maken
               op dat recht?
            
Vraag 12
            
Zijn bij de privatisering van de PTT en de overdracht uit het ABP naar het nieuwe
               pensioenfonds de rechten op de toeslag samenvallende diensttijd overgedragen? Zo nee,
               waar zijn de rechten en de bijbehorende gelden gebleven en hoe kunnen oud-PTT’ers
               dan aanspraak maken op deze rechten?
            
Vraag 13
            
Hoeveel mensen hebben in 2019, volgens de actuariële berekeningen die het ABP gemaakt
               heeft om haar verplichtingen te berekenen voor de dekkingsgraad, een toeslag vanwege
               samenvallende diensttijd?
            
Vraag 14
            
Hoeveel ontvingen van het ABP in 2019 een toeslag vanwege samenvallend diensttijd?
Vraag 15
            
Hoeveel mensen hadden in 2019 recht op de toeslag vanwege samenvallende diensttijd,
               maar ontvingen die toeslag niet?
            
Vraag 16
            
Kunt u deze vragen een voor een en binnen drie weken beantwoorden?
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.