Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hijink over het bericht 'NZa draait patiëntenstop Parnassia terug'.
Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «NZa draait patiëntenstop Parnassia terug» (ingezonden 12 december 2019).
Antwoord van Staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
22 januari 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1188.
Vraag 1 en 2
Wat is uw reactie op het feit dat de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) moest ingrijpen
na de aangekondigde patiëntenstop waarmee het miljoenenconflict tussen ggz-instelling
Parnassia en zorgverzekeraar VGZ honderden verzekerden zou raken?1 Wat vindt u ervan dat een dergelijk conflict wordt uitgevochten over de rug van patiënten?
Deelde u de zorgen van de Nederlandse Zorgautoriteit over de continuïteit van ggz-zorg
en de mogelijke onrust en verwarring die bij patiënten ontstaat?
Antwoord 1 en 2
Het is onacceptabel als conflicten over de zorginkoop en uitvoering van afspraken
worden uitgevochten over de rug van patiënten. Hoewel de Nederlandse Zorgautoriteit
(NZa) normaal gesproken niet optreedt als individuele geschilbeslechter tussen zorgaanbieder
en verzekeraar (dat is voorbehouden is aan het arbitrage-instituut of de rechter),
zag de NZa zich hier vanuit haar rol als toezichthouder geroepen om een tripartiet
gesprek met Parnassia en VGZ te voeren voor het vinden van een oplossing. Dit omwille
van het algemeen belang van continuïteit van cruciale ggz-zorg en vanwege de (dreigende)
onrust onder patiënten en verzekerden. Ik sta achter de handelwijze van de NZa en
ik ben blij met de uitkomst.
Vraag 3
Hoe vaak heeft de Nederlandse Zorgautoriteit al een zorgverlener en een zorgorganisatie
bij zich geroepen om deze of vergelijkbare redenen?
Antwoord 3
De NZa hecht eraan dat discussies over de zorginkoop niet over de rug van patiënten
worden gevoerd. Als dat toch gebeurt (de NZa verneemt dat dan via een melding of uit
de media) dan spreekt de NZa de betrokken partijen daar in de regel op aan, vanuit
de casuïstiek en op operationeel niveau en/of managementniveau. Vaak gebeurt dat zowel
telefonisch als schriftelijk (e-mail). Soms doet de NZa de oproep ook in zijn algemeenheid
en dus publiekelijk. Zie de recente berichtgeving: https://www.nza.nl/actueel/nieuws/2019/12/20/nza-roept-zorgaanbieders-o…. Van een interventie door de NZa via een tripartiet gesprek, zoals bij Parnassia
en VGZ, was in deze contracteringsronde één keer eerder sprake. Dat was bij GGNet
en Zilveren Kruis. Eind november 2019 beantwoordde ik schriftelijke vragen over deze
casus (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 831).
Vraag 4
Hoe verhoudt de zorgplicht van VGZ zich tot het feit dat er bij vele instellingen
in de geestelijke gezondheidzorg (ggz) wachtlijsten zijn?
Antwoord 4
Er bestaat geen direct verband tussen beide, al neemt dat niet weg dat er een relatie
is. De wettelijke zorgplicht van VGZ en andere zorgverzekeraars betekent in geval
van een naturapolis dat zij moeten zorgen dat hun verzekerden binnen een redelijke
tijd en reisafstand toegang hebben tot alle zorg uit het basispakket.
Dit sluit niet uit dat er ggz-aanbieders zijn met te lange wachttijden (boven de Treeknorm),
maar het houdt wel in dat een zorgverzekeraar in staat moet zijn om verzekerden voor
tijdige en bereikbare zorg te bemiddelen naar één of meer alternatieve aanbieders.
Dat kan hij realiseren door voldoende zorg in te kopen.
In het kader van het toezicht op de zorgplicht heeft de NZa in 2019 controlebezoeken
afgelegd om zorgverzekeraars te beoordelen op hun inspanningen om de wachttijden in
de ggz te verminderen, aan de hand van een beoordelingskader dat beschrijft wat de
NZa van hen verwacht. Dit was een vervolg op eerdere controlebezoeken in 2018. Voor
de conclusies verwijs ik u naar het rapport «Controles zorgverzekeraars naar aanpak
wachttijden: Samenvattend rapport 2019». Dat heb ik uw kamer op 19 december 2019 doen
toekomen (Kamerstuk 31 620, nr. 244).
Vraag 5
Hoeveel mensen wachten op psychische zorg van Parnassia? Hoe lang is de wachttijd
voor psychische zorg bij Parnassia op de verschillende locaties?
Antwoord 5
Begin december 2019 heeft Parnassia mij laten weten dat er ongeveer 13.680 mensen
op zorg wachten. Dit zijn zowel mensen waarbij de wachttijd binnen de Treeknorm valt,
als mensen waarbij de Treeknorm wordt overschreden. Op de website van Parnassia staan
de aanmeld- en behandelwachttijden in weken per locatie vermeld. Het gaat hier om
de stand van 6 januari 2020. Voor de teams die crisiszorg bieden (bij Parnassia zijn
dat TOP en Transferium) geldt nooit een wachttijd.
Regio Haaglanden
Vestiging
aanmeldwachttijd
behandelwachttijd
GGZ team Morgenstond/Wateringse Veld
4.7
2.3
GGZ team Rijswijk/Ypenburg
n.v.t.
n.v.t.
(Ambulant) Geriatrie Team Haaglanden
1.5
2.2
Centrum Autisme Haaglanden
29.1
2.9
Centrum Eerste Psychose (CEP)
1.4
1.4
GGZ team Bohemen/Waldeck
2.9
0.4
GGZ team Bouwlust
3.7
0.1
GGZ Team Centrum
6.7
1.1
GGZ team Haagrand
0.9
1.1
GGZ team Moerwijk
3.5
2.7
GGZ Team Scheveningen/Mariahoe
5.1
3.9
GGZ Team Segbroek
9.7
3.1
GGZ team Spoorwijk/Laak
20.9
10.9
GGZ Team Zeeheldenkwartier
n.v.t.
n.v.t.
Jong Volwassenen Team (JVT)
n.v.t.
n.v.t.
Ouderen Psychiatrie Haaglanden
4.4
3.9
Toeleiding Consultatie & Advies (TCA)
n.v.t.
n.v.t.
Verstandelijk Beperkingen & Psychiatrie
n.v.t.
n.v.t.
Ouderen Zoetermeer
6.8
4.9
Volwassenen Zoetermeer
10.4
15.1
Regio's Midden-Kennemerland en Zaanstreek/Waterland
Vestiging
aanmeldwachttijd
behandelwachttijd
Autisme team Noord Holland
26.2
4.5
DOC team Midden Kennemerland
8
9.3
DOC team Waterland
n.v.t.
n.v.t.
DOC team Zaanstreek
9.4
10.8
FACT Beverwijk/Heemskerk
n.v.t.
n.v.t.
FACT Castricum
n.v.t.
n.v.t.
FACT Velsen
4
3.4
FACT Waterland
9.1
0.8
FACT Zaanstreek
13.5
3.7
Geronto Psychiatrie Midden Kennemerland
4.2
8.2
Geronto Psychiatrie Waterland
5.7
9.5
Geronto Psychiatrie Zaanstreek
5.7
2
Vraag 6
Wat vindt u van het feit dat VGZ tegen Parnassia zou hebben gezegd dat zij volgend
jaar nog maar 2000 nieuwe VGZ-verzekerden per maand als patiënt mag aannemen terwijl
er zo’n 3300 VGZ-verzekerden op een wachtlijst bij Parnassia staan? Wat vindt u ervan
dat de wachttijd voor deze groep daardoor nog langer zou worden?
Antwoord 6
De contracteergesprekken tussen zorgverzekeraars en aanbieders zijn een private aangelegenheid.
Daar treed ik niet in. Wel wijs ik op de zorgplicht van zorgverzekeraars, waar ik
in mijn antwoord op vraag 4 op ben ingegaan.
Vraag 7
Wat gaat u ondernemen om ervoor te zorgen dat mensen die psychische zorg nodig hebben,
deze zorg ook (tijdig) krijgen? Kunt u dit toelichten?
Antwoord 7
Hiervoor verwijs ik u naar de brief inzake de voortgang van de aanpak wachttijden
ggz (Kamerstuk 25 424, nr. 504), die ik op 19 december 2019 naar uw kamer heb gestuurd.
Vraag 8
Hoe kunnen ggz-instellingen zich voorbereiden op 2020 nu ze nog steeds niet weten
of ze wel een contract krijgen dan wel wat voor contract ze krijgen?2
Antwoord 8
Bij de totstandkoming van een contract zijn (minimaal) twee partijen betrokken, de
zorgverzekeraar en de zorgaanbieder. Voor beide is het vervelend als duidelijkheid
uitblijft. Beide hebben een belang. Contractering is hèt vehikel om afspraken te maken
over doelmatigheid, kwaliteit, innovatie, organiserend vermogen en de juiste zorg
op de juiste plek. VGZ en Parnassia hebben voor 2020 overigens een contract.
Vraag 9
Bent u het ermee eens dat verzekerden er weinig aan hebben dat een verzekeraar sinds
dit jaar verplicht is om op de website te zetten met welke instellingen ze een plafond
hebben afgesproken?
Antwoord 9
Daar ben ik het niet mee eens. De extra transparantie helpt verzekerden bij het maken
van een goede keuze bij het afsluiten van hun zorgverzekering. Dat is ook de reden
waarom de NZa de Regeling informatieverstrekking ziektekostenverzekeraars aan consumenten
(TH/NR-017) op dit punt heeft aangescherpt.
Vraag 10
Hoe reageert u op de zorg van de directeur van GGZ-Nederland dat zij zich voor de
forensische zorg echt zorgen maakt of de zorg en veiligheid van het personeel en de
cliënten wel geborgd kunnen worden?
Antwoord 10
Net als de directeur van GGZ Nederland hecht ik groot belang aan het waarborgen van
de zorg en veiligheid van zorgpersoneel en cliënten. Specifiek voor de forensische
zorg wijs ik erop dat de Minister voor Rechtsbescherming eind oktober 2019 de tussenrapportage
van de Taskforce Veiligheid en Kwaliteit Forensische Zorg naar uw kamer heeft gestuurd
(Kamerstuk 33 628, nr. 66). De Taskforce voert afspraken uit in het kader van de Meerjarenovereenkomst Forensische
zorg (2018–2021) die gesloten is tussen het Ministerie van Justitie en Veiligheid
en alle partijen die betrokken zijn bij forensische zorg. Dit om de veiligheid en
kwaliteit in de sector weer op peil te brengen. Het gaat dan bijvoorbeeld om financiële
ruimte bij instellingen om de druk op het verplegend en behandelend personeel te verlichten.
Met deze middelen kunnen zij personeel opleiden en nieuw personeel aannemen. Het Ministerie
van Justitie en Veiligheid heeft hiervoor 28,5 miljoen euro beschikbaar gesteld. Verder
ontwikkelt de Taskforce een opleidingsprogramma met daarin alle basiskennis voor de
forensische zorgprofessional. Hierin wordt specifiek aandacht besteed aan risicogestuurd
werken.
Zelf blijf ik me de komende periode vol inzetten op de beschikbaarheid en inzetbaarheid
van medewerkers in de ggz. Het afgelopen jaar heb ik extra middelen beschikbaar gesteld,
waarmee 335 mensen een opleiding kunnen volgen tot GZ-psycholoog, bovenop de 610 reeds
beschikbare plekken. Ook dit jaar is er conform de maximale raming van het Capaciteitsorgaan
financiering beschikbaar voor opleidingsplaatsen. Daarnaast blijf ik – samen met de
ministers van VWS en MZS – aan de slag met het zorgbrede actieprogramma Werken in
de Zorg.
Daarin gaan we dit jaar meer nadruk leggen op het behoud van medewerkers. Voor een
uitgebreid overzicht van de voortgang van het Actieprogramma Werken in de Zorg verwijs
ik u naar de op 20 december 2019 verzonden voortgangsrapportage (Kamerstuk 29 282, nr. 391).
Vraag 11
Hoe wordt voorkomen dat het inkoopproces voor de ggz uitmondt in allerlei juridische
gevechten?
Antwoord 11
Een deel van het contracteerproces is gereguleerd via de Regeling transparantie zorginkooopproces
Zvw (TH/NR-011) van de NZa. Deze regeling faciliteert het contracteerproces door kaders
te stellen die voor alle zorgverzekeraars en aanbieders inzichtelijk en bindend zijn.
De NZa ziet toe op naleving en treedt waar nodig handhavend op.
In het hoofdlijnenakkoord ggz hebben de veldpartijen zich nog eens gecommitteerd aan
eerder gemaakte afspraken over het verbeteren van het contracteerklimaat in de ggz
(Good Contracting Practices). Om het contracteerproces verder te verbeteren zijn onder
meer de volgende afspraken gemaakt:
• Zorgverzekeraars (zorginkopers) zijn voldoende (digitaal) bereikbaar.
• Aanbieders, inclusief kleine zorgaanbieders, die zorg van goede kwaliteit op doelmatige
wijze leveren kunnen deelnemen aan het contracteerproces.
• Zorgverzekeraars zijn transparant over de redenen waarom zorgaanbieders niet worden
gecontracteerd.
• Om administratieve lasten terug te dringen: standaardisatie van het contracteerproces.
• Zorgverzekeraars stellen heldere momenten en afhandelingstermijnen over verzoeken
tot contractering.
• Zo nodig maken partijen gebruik van de Onafhankelijke Geschilleninstantie voor Geschillenoplossing
en -beslechting Zorgcontractering van het Nederlands Arbitrage Instituut (NAI) (in
mijn antwoord op vraag 1 en 2 verwijs ik ook naar dit instituut).
Ook is afgesproken dat de NZa de uitvoering van deze afspraken monitort. In de eerste
monitor, die ik op 27 mei 2019 aan uw kamer heb verzonden (Kamerstuk 25 424, nr. 462), heeft de Nza de volgende verbeterpunten vastgesteld:
• De bereikbaarheid van de zorgverzekeraar kan verder verbeterd worden, met name voor
de groep aanbieders die gedeeltelijk gecontracteerd is.
• Regiobijeenkomsten kunnen beter benut worden, zowel door zorgverzekeraars als door
zorgaanbieders.
• Administratieve lasten kunnen verder omlaag gebracht worden.
• Het proces van bijcontractering kan verbeterd worden.
De eerstvolgende rapportage van de NZa staat gepland voor mei 2020.
Vraag 12, 13 en 14
Klopt het dat ondanks de patiëntenstop en de wachtlijsten Parnassia nog steeds reclame
maakt om meer potentiële patiënten te lokken? Zo ja, wat vindt u daarvan?
Kunt u aangeven hoeveel budget Parnassia beschikbaar heeft voor reclame en marketing?
Kunt u een overzicht geven van de marketings- en reclamebudgetten van de 10 grootste
ggz-instellingen?
Antwoord 12, 13 en 14
Ik heb geen inzicht in de budgetten die instellingen hebben voor reclame en marketing.
Instellingen bepalen zelf hoe zij hun geld uitgeven, mits zij zich uiteraard houden
aan geldende wet- en regelgeving. In hun jaarverantwoording geven zij daarover informatie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.