Schriftelijke vragen : De publicatie van het tarievenbesluit warmteleveranciers 2020
Vragen van het lid Sienot (D66) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de publicatie van het tarievenbesluit warmteleveranciers 2020 (ingezonden 22 januari 2020).
Vraag 1
Waar is de enorme stijging van het vaste bedrag voor ruimteverwarming en tapwater
(+47%) op gebaseerd? Deelt u de mening dat deze stijging helaas geen aanmoediging
vormt voor energiebesparing, aangezien de hogere vaste lasten slechts voor een deel
worden gecompenseerd door de lagere prijs per gigajoule (GJ)? Kunt u bevestigen dat
voor huishoudens met een gemiddeld verbruik van 35 GJ, de prijsdaling van de afleverset
en de kosten per GJ in overweging genomen, de kosten per saldo zijn gestegen?
Vraag 2
Waar is de stijging voor de aansluitbijdrage van ruim 300% op gebaseerd? Reflecteert
de stijging de reële aansluitkosten? Met andere woorden, kunnen bewoners met deze
informatie een transparante afweging maken tussen de verschillende warmte-opties wanneer
ze van het gas afgaan? Als alle kosten voor de aansluiting zijn inbegrepen, waarom
zijn de vaste kosten dan ook gestegen?
Vraag 3
Op welke wijze beschermt u de consumentenbelangen en voorkomt u dat warmtebedrijven
daadwerkelijk de maximale aansluitingskosten doorberekenen aan hun klanten?
Vraag 4
Waarom heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM) de bindende afspraak die door
de warmtegebruikers zelf al met twee van de drie grote warmteleveranciers (Eneco en
Ennatuurlijk) was gemaakt om de kosten voor permanente afsluiting vast te stellen
op 350 euro niet overgenomen, maar er juist voor gekozen om de afsluitbijdrage te
laten stijgen tot bijna het tienvoudige namelijk 3.088 euro?
Vraag 5
Deelt u de stelling van de Vereniging Eigen Huis dat de monopoliepositie van de warmtebedrijven
een van de oorzaken is van het exorbitante maximum aansluitbedrag? Op welke wijze
beschermt u de consument tegen een monopolist?
Vraag 6
Op welke wijze voorkomt u dat het vergoeden van de maximale aansluitingskosten gedekt
moet worden uit duurzaamheidssubsidies, zodat subsidiegelden juist ingezet kunnen
worden om de comfort van een huis te verhogen, bijvoorbeeld voor isolatiemaatregelen?
Vraag 7
Wat is de reden dat voor de afleverset het maximale tarief juist is verlaagd? Hebben
mensen jarenlang te veel betaald? Worden ze daarin gecompenseerd door de warmtebedrijven?
Vraag 8
Op welke wijze zijn gebruikersgroepen als Stichting Niet Meer Dan, Stichting Reeshofwarmte,
Stichting Woekerwarmte en Stadverarming geconsulteerd?
Vraag 9
Hoe verhouden de nieuwe warmtetarieven zich tot de doelstelling «betaalbaarheid voor
consumenten» in de voorgenomen Warmtewet 2.0?1
Vraag 10
Heeft u reeds gesproken met de warmtebedrijven over de rendementen? Zo ja, wat waren
de uitkomsten van dit gesprek? Zo nee, wanneer staat dit gesprek gepland?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.F. Sienot, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.