Schriftelijke vragen : Stijgende instroom arbeidsongeschiktheidsuitkering
Vragen van het lid Van Kent (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over stijgende instroom arbeidsongeschiktheidsuitkering (ingezonden 3 januari 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het UWV Kennisverslag 2019-3, waarin het volgende citaat
is opgenomen:
«Na het afschaffen van de vervroegde uittredingsregelingen werken alle mensen langer
door, dus ook mensen met een gezondheidsrisico (waardoor het healthy-workereffect
verdwijnt).»? In hoeverre was er bij het afschaffen van deze regelingen al rekening
gehouden met het healthy-workereffect? Kunt u cijfers leveren die daaraan ten grondslag
liggen?1 2
Vraag 2
Deelt u de mening dat de mededeling in het UWV Kennisverslag 2019–3: «Wat uiteindelijk
de gevolgen zijn van het verhogen van de pensioenleeftijd voor de WIA valt nog niet
te zeggen.» een verontrustende mededeling is?3 Kunt u de gevolgen tot nu toe, vooruitlopend op de uiteindelijke gevolgen, wel geven?
Zo ja, wanneer kunnen we die ontvangen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Wat zijn de financiële gevolgen voor werknemers wanneer de situatie van voor de wijzigingen
(2016) vergeleken wordt met die van daarna? Kunt u een aantal voorbeelden noemen?
Vraag 4
Wanneer blijkt dat de relatie tussen langer doorwerken (met een verhoogd gezondheidsrisico
ten gevolge) en het stopzetten van vervroegde uittredingsregelingen duidelijk aantoonbaar
is, bent u bereid om die vervroegde uittredingsregelingen te herzien (graag een toelichting)?
Vraag 5
Kan het nog steeds voortdurende tekort aan keuringsartsen mede een reden zijn om de
vervroegde uittredingsregelingen te herzien (graag een toelichting)?
Indieners
-
Gericht aan
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Indiener
Bart van Kent, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.