Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op van het lid Buitenweg over het gebruik van SyRI in Capelle aan den IJssel
Vragen van het lid Buitenweg (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over SyRi (ingezonden 8 november 2019).
Antwoord van Staatssecretaris Van Ark (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens
de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 20 december 2019).
Vraag 1
Herinnert u zich de eerder gestelde Kamervragen over het gebruik van SyRI in Capelle
aan den IJssel en uw beantwoording hierop?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Bent u van mening dat u correct en volledig antwoord heeft gegeven op de vraag naar
het aantal risicomeldingen die zijn gegenereerd en naar in hoeveel gevallen daadwerkelijk
moedwillige overtredingen zijn vastgesteld? Is het nog steeds uw overtuiging dat het
niet mogelijk is om te achterhalen in hoeveel gevallen moedwillige overtredingen zijn
vastgesteld omdat «de gegevens van het SyRI-project Capelle aan den IJssel zijn vernietigd»?
Antwoord 2
In mijn antwoord op de eerder gestelde vraag hoeveel risicomeldingen door het SyRI-systeem
in dit project zijn gegenereerd, heb ik in mijn brief van 20 december 2018 gemeld
dat in het SyRI-project Capelle aan den IJssel 137 risicomeldingen op natuurlijke
personen zijn gegenereerd en dat die hebben geleid tot 41 risicoadressen. Dit aantal
van 41 adressen wordt ook in het openbaar gemaakte rapport genoemd. Zoals ik de Kamer
op 20 december 2018 heb gemeld, waren op het moment van de beantwoording van de op
15 oktober 2018 gestelde vragen de gegevens met betrekking tot het SyRI-project Capelle
aan den IJssel vernietigd. Ik merk overigens op dat het in de handhaving op de wetten
van de sociale zekerheid er niet toe doet of een overtreding moedwillig is gepleegd
of niet. Dit wordt niet apart geregistreerd.
Vraag 3
Kent u de evaluatie(s) van SyRI in Capelle aan den IJssel en de opmerking daarin dat
geen enkel van de 41 risicomeldingen geleid heeft tot nader onderzoek? Wanneer is
(zijn) de evaluatie(s) afgerond en bij u bekend geworden? Is deze informatie niet
strijdig met uw eerdere antwoord? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Ik ken het eindrapport van het project in Capelle aan den IJssel waarin SyRI is toegepast.
Het rapport is in maart 2018 afgerond en bij het ministerie bekend geworden. Het rapport
is bij besluit van 26 juni 2019 openbaar gemaakt. Mijn eerdere antwoord was juist
om die reden: de risicomeldingen waren op dat moment reeds vernietigd. Het door mij
op 26 juni 2019 openbaar gemaakte rapport van dit project bevat in aanvulling hierop,
informatie over wat er in het project met de 41 risicomeldingen was gebeurd.
Vraag 4
Als de 41 risicomeldingen slechts achterhaalde of bekende informatie bevatte die ook
zonder de inzet van SyRI bekend was bij partijen, wat is dan volgens u de meerwaarde
van SyRI geweest met betrekking tot die 41 meldingen?
Antwoord 4
In het project Capelle aan den IJssel hebben de gegenereerde SyRI-meldingen geen rol
in de verrichte onderzoeken gespeeld, omdat het instrument in dit project onvolledig
is toegepast. Zo bleken bij de koppeling van gegevens velden onjuist te zijn ingevuld,
als gevolg waarvan de koppelingen niet optimaal konden worden benut.
Vraag 5
Klopt het dat uw ministerie aan de NOS op 29 oktober 2019 heeft laten weten dat het
bij de beantwoording van de vragen naar de meerwaarde van SyRI om fraudeurs op te
sporen «niet bewust» informatie heeft achtergehouden? Moet hieruit worden afgeleid
dat er wel «onbewust» verkeerd werd geïnformeerd? Op welke datum was de evaluatie
in Capelle aan den IJssel afgerond? Was dit voor de beantwoording van de eerder gesteld
schriftelijk vragen? Op welke datum is de evaluatie naar uw ministerie gestuurd?
Antwoord 5
De NOS vroeg het ministerie een reactie op kritiek van het Platform Bescherming Burgerrechten.
Het ministerie heeft de NOS geantwoord zich niet te kunnen vinden in de kritiek van
het Platform Bescherming Burgerrechten dat het ministerie tegenvallende resultaten
van SyRI onder de pet zou houden. Zoals ik in mijn antwoord op vraag 3 al heb vermeld,
was het rapport in maart 2018 afgerond en bij het ministerie bekend geworden. Het
rapport is bij besluit van 26 juni 2019 openbaar gemaakt.
Vraag 6
Waarom heeft het zo lang geduurd voordat de evaluatie is gepubliceerd? Is het toevallig
dat de evaluatie net de dag voor de publicatie in de Volkskrant is gepubliceerd?
Antwoord 6
Op 26 juni 2019 zijn twee rapporten gepubliceerd, namelijk dat van het project in
Capelle aan den IJssel en dat van het project in Eindhoven. Het ministerie heeft beide
rapporten uit eigen beweging openbaar gemaakt. Voor openbaarmaking van stukken uit
eigen beweging geldt geen wettelijke termijn. Voordat dergelijke documenten openbaar
worden gemaakt, is in het licht van zorgvuldige besluitvorming vereist dat de direct
betrokkenen bij deze documenten hun zienswijze kunnen geven over het voorgenomen besluit
tot openbaarmaking. De aangegeven belangen kunnen dan worden meegewogen in de besluitvorming
daarover. In dit geval zijn de direct betrokkenen in oktober 2018 in de gelegenheid
gesteld om hun zienswijze te geven. De daarvoor gestelde termijn bedroeg twee weken.
Hierna is het besluitvormingsproces gestart. De beide rapporten hadden dus vóór het
einde van 2018 openbaar kunnen worden gemaakt. Als gevolg van personele wisselingen
is dit dossier eind 2018 aan de aandacht ontsnapt en is het besluit tot openbaarmaking
pas in juni 2019 genomen. Dat de uiteindelijke publicatie net een dag vóór de publicatie
in de Volkskrant heeft plaatsgevonden, berust op toeval.
Ik constateer dat het netter en beter was geweest om eerder te publiceren, zelfs als
daar geen wettelijke termijn voor bestaat. Juist systemen voor handhaving zijn voor
hun draagvlak gebaat bij heldere en tijdige communicatie.
Vraag 7
Kunt u deze vragen vóór 1 december 2019 beantwoorden?
Antwoord 7
De beantwoording en afstemming van deze vragen heeft helaas meer tijd gekost.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede namens
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.