Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen het lid Postma over de dreigende hakbijl voor bomen in midden en zijbermen van A28 tussen Wezep en Nunspeet
Vragen van het lid De Pater-Postma (CDA) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de dreigende hakbijl voor bomen in midden- en zijbermen van A28 tussen Wezep en Nunspeet (ingezonden 8 november 2019).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
19 december 2019).
Vraag 1
Kent u het bericht «Rijkswaterstaat en Gelderland botsen over bomenkap A28»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat met de ingreep er over 30 kilometer een vrijwel kale strook ontstaat
van 80 meter breed, met in het hart de A28?
Antwoord 2
Nee, dit klopt niet. Het oorspronkelijke idee om de maatregelen voor de verkeersveiligheid
te combineren met de maatregelen voor de brandveiligheid is losgelaten. De maatregelen
voor de brandveiligheid, die op verzoek van de Veiligheidsregio worden uitgevoerd,
zijn tot nader order uitgesteld. In de eerste fase worden de meest urgente verkeersveiligheidsmaatregelen
uitgevoerd. Zo wordt in de middenberm over de gehele lengte van het traject geleiderail
geplaatst en wordt een strook van 2 meter breed achter de geleiderail vrijgemaakt
als uitbuig- en vluchtzone. Tevens wordt in de zijbermen aan weerszijden van de weg
een strook van 13 meter obstakelvrij gemaakt, zoals de richtlijnen voorschrijven.
Overigens is op delen van dit traject deze zogenoemde obstakelvrijezone van 13 meter
al aanwezig. Met bovengenoemde maatregelen zal het «bomenbeeld» van de weg niet veel
anders zijn dan nu ervaren wordt.
Vraag 3
Waarom kiest Rijkswaterstaat voor een breedtestrook van 80 meter om bijna alle bomen
te kappen? Waar is deze afstand van 80 meter op gebaseerd? Klopt het dat er geen (inter)nationale
normen zijn en de provincie Gelderland een strook van 50 meter hanteert?
Antwoord 3
De oorspronkelijk voorgenomen strook van 80 meter is gebaseerd op advies van de Veiligheidsregio
Noord Oost Gelderland om het risico op een onbeheersbare natuurbrand te minimaliseren.
In deze Veiligheidsregio zijn alle betrokken gemeenten in het gebied vertegenwoordigd.
De provincie Gelderland hanteert voor haar wegen inderdaad een brandgang van 50 meter.
Gezien de situatie op de Veluwe heeft de Veiligheidsregio RWS verzocht om een brandcorridor
van 80 meter.
Vraag 4
Kunt u aangeven of er ruimte ligt om eventueel een andere breedtestrook af te spreken
met de betrokken partijen om meer draagvlak te creëren?
Antwoord 4
Inmiddels is, zoals bij het antwoord op vraag 2 al aangegeven, besloten om de uitvoering
van de brandveiligheidscorridor uit te stellen. De betrokken gemeenten, provincie
Gelderland, de Veiligheidsregio en Rijkswaterstaat gaan in overleg over fasering en
breedte van de brandveiligheidscorridor. Pas wanneer daarover een akkoord is bereikt
gaat Rijkswaterstaat die werkzaamheden plannen.
Vraag 5
Klopt het dat de overheden in de regio de huidige plannen veel te ver vinden gaan
en de afgelopen maanden hebben geëist dat Rijkswaterstaat minder bomen kapt?
Antwoord 5
In de contacten van Rijkswaterstaat met de overheden in de regio is een wisselend
beeld te zien. Men maakt zich zorgen over de verkeersveiligheid, de brandveiligheid
én de groene uitstraling van het gebied langs de A28. Bij de ene overheid in de regio
overheerst de zorg voor het ene aspect, bij de andere voor het andere. Daarbij is
met name door de gemeente Nunspeet gevraagd of er vanwege de groene uitstraling van
het gebied veel minder bomen gekapt kunnen worden. Bij de andere gemeenten was meer
begrip voor de verkeersveiligheid en de brandveiligheid maar ook daar was de vraag
om het groen zoveel mogelijk te sparen.
Vraag 6
Klopt het dat Rijkswaterstaat nog volop in gesprek is met betrokkenen en zorgvuldig
wil handelen? Betekent het uitstel van Rijkswaterstaat tot «minimaal 14 november»
dat er geen overhaaste beslissingen zullen worden genomen?
Antwoord 6
Uiteraard wil Rijkswaterstaat zorgvuldig handelen en is daartoe nog steeds volop in
gesprek met de betrokken partijen. Alle beslissingen zullen weloverwogen genomen worden.
Over de meeste verkeerveiligheidsmaatregelen, zoals genoemd bij antwoord 2, heeft
Rijkswaterstaat overeenstemming bereikt met de betrokken gemeenten. Deze maatregelen
zijn dan ook inmiddels in uitvoering. Over het weghalen van de hoge bomen in de middenberm,
waarvoor de weg jaarlijks gemiddeld 3 keer moet worden afgesloten omdat er toppen
uit de boom zijn gewaaid of grote takken zijn afgebroken, is nog geen overeenstemming
bereikt.
Vraag 7
Welke alternatieven zouden er zijn om te komen tot natuurbrandbeheersing, waarbij
minder bomen hoeven worden gekapt?
Antwoord 7
Voor het antwoord op deze vraag heb ik navraag gedaan bij de brandweer. De brandweer
heeft hierop aangegeven dat alternatieven mogelijk zijn, maar dat deze alternatieven
een groter risico geven op een onbeheersbare natuurbrand.
Een van deze alternatieven is om minder naaldbomen te verwijderen zodat een minder
brede brandcorridor ontstaat. Dit geeft echter een groter risico op uitbreiding van
een beginnende bermbrand naar het bos. Tevens geeft dit een groter risico op het overslaan
van een natuurbrand met grote impact op de achterliggende veelal kwetsbare risicogebieden.
Ook wordt het daarmee moeilijker om de brand veilig te kunnen bestrijden vanuit de
brandcorridor. Tenslotte is het risico groter dat de autosnelweg dan niet meer gebruikt
kan worden om bewoners tijdig uit het gebied te evacueren.
Om een beeld te geven van het risico op zo’n onbeheersbare natuurbrand: de brandweer
gaat nu uit van een onbeheersbare natuurbrand eens in de ca. 25 jaar. De voortgaande
klimaatverandering, met langere droogteperioden en hogere temperaturen, kan echter
leiden tot het vaker voorkomen van dit soort branden.
Vraag 8
Kunt u schetsen wanneer de communicatie tussen Rijkswaterstaat en de provincie Gelderland
en A28-gemeenten Harderwijk, Nunspeet, Elburg en Oldebroek is gestart, hoe frequent
deze heeft plaatsgevonden en wat de resultaten van de gesprekken waren? Kunt u aangeven
hoe het kan dat zij zich overvallen voelen?
Antwoord 8
Het idee om een brandcorridor in te richten langs alle rijks- en provinciale wegen
op de Veluwe is in 2017 door de beide Veiligheidsregio’s op de Veluwe voorgesteld
met het oog op de klimaatverandering waarbij droge zomers een groter risico op natuurbrand
met zich meebrengen. Dit idee is verder uitgewerkt in het kader van de Gebiedsgerichte
aanpak Veluwe.
Alle genoemde gemeenten zijn lid van de Veiligheidsregio Noord Oost Gelderland en
daarmee direct betrokken bij de besluitvorming binnen de Veiligheidsregio om de Gebiedsgerichte
aanpak Veluwe te gaan realiseren. Met de provincie Gelderland is in 2017 een afspraak
gemaakt door de gemeenten en de beide Veiligheidsregio’s om de Veluwe brandveiliger
te maken, onder meer door met brandcorridors en brandsingels langs infrastructuur
het gebied te compartimenteren.
Op basis hiervan heeft de Veiligheidsregio Noord Oost Gelderland Rijkswaterstaat in
2018 verzocht om bij haar reguliere onderhoudswerkzaamheden ook de brandcorridor te
effectueren. Rijkswaterstaat heeft hier mee ingestemd omdat het beter is voor de doorstroming
én de verkeersveiligheid om de benodigde werkzaamheden in één werkstroom te realiseren.
In de zomer van 2019 is de communicatie met de A28-gemeenten, allen lid van de veiligheidsregio
Noord Oost Gelderland, en de provincie Gelderland gestart specifiek over de A28. Hierbij
zijn zowel ambtelijk als bestuurlijk meerdere contacten geweest waarbij onder andere
ook presentaties over de werkzaamheden zijn gegeven, inclusief het voornemen voor
een brandcorridor. Deze gesprekken konden destijds rekenen op begrip voor de te nemen
maatregelen.
Alles overziend is uit de contacten die Rijkswaterstaat heeft gehad met de gemeenten
en provincie niet gebleken dat zij zich overvallen voelden. Alleen had men zich in
enkele gevallen onvoldoende gerealiseerd wat de impact zou zijn van de brandveiligheidsmaatregelen.
Vraag 9
Herinnert u zich de antwoorden op eerdere Kamervragen, waarin u aangaf dat in de middenberm
de kleinere loofbomen worden behouden?2 Klopt het dat nu alle loofbomen over een breedte van 13 meter in de zijbermen van
de A28 en bijna alle bomen in de middenberm verdwijnen? Zo ja, hoe kijkt u hiernaar?
Zo nee, hoe zit het dan wel?
Antwoord 9
In de antwoorden op uw eerdere Kamervragen heb ik aangegeven dat in de middenbermen
de kleinere loofbomen worden behouden. Dat is nog steeds zo. Vooralsnog blijven alle
bomen in de middenberm, buiten de 2 meter zone direct achter de geleiderail, behouden.
Over het verwijderen van bomen in de zijbermen heb ik in die antwoorden geen uitspraken
gedaan. Wel heb ik gezegd dat de zijbermen worden teruggebracht in de oorspronkelijke
staat door een obstakelvrijzone van 13 meter te realiseren.
Vraag 10
Kunt u aangeven of Rijkswaterstaat voor deze operatie een vergunning nodig heeft van
de provincie Gelderland in verband met de Natuurbeschermingswet?
Antwoord 10
Voor de werkzaamheden in de middenberm en in de 13 meter zone langs de weg is de Rijksdienst
voor Ondernemend Nederland (RvO) bevoegd gezag. Hiervoor heeft Rijkswaterstaat geen
vergunning nodig van de provincie Gelderland. RvO is akkoord met deze werkzaamheden.
Voor de werkzaamheden buiten de 13-meterzone aan weerszij van de weg verzorgt provincie
Gelderland wel de vergunningverlening. Zoals aangegeven bij antwoord 4 gaat Rijkswaterstaat
deze werkzaamheden echter pas plannen zodra de gemeenten, provincie Gelderland en
de Veiligheidsregio tot overeenstemming zijn gekomen over fasering en breedte van
de brandveiligheidscorridor.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.