Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Gewijzigd amendement van de leden Westerveld en Van den Hul t.v.v. nr. 26 over het door instellingen vaststellen van beleid over Nederlandse uitdrukkingsvaardigheid
35 282 Wijziging van onder meer de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het stellen van voorschriften ten behoeve van de toegankelijkheid van het hoger onderwijs en met betrekking tot taal in het hoger en middelbaar beroepsonderwijs (Wet taal en toegankelijkheid)
Nr. 48 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN WESTERVELD EN VAN DEN HUL TER VERVANGING VAN DAT
GEDRUKT ONDER NR. 26
Ontvangen 16 december 2019
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel B, wordt onderdeel 2 als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt «Twee leden» vervangen door «Drie leden».
2. Het voorgestelde zesde lid wordt, onder vernummering van het voorgestelde zevende
lid tot achtste lid, vervangen door twee leden, luidende:
6. Het instellingsbestuur stelt beleid vast over de wijze waarop de uitdrukkingsvaardigheid
in het Nederlands van studenten wordt bevorderd. In het beleid beschrijft het instellingsbestuur
in ieder geval:
a. op welke wijze aan de opleidingen al dan niet facultatief aandacht wordt besteed aan
de uitdrukkingsvaardigheid in het Nederlands;
b. de wijze waarop het instellingsbestuur in de uitvoering van haar beleid onderscheid
maakt tussen opleidingssoorten als bedoeld in de artikelen 7.3a en 7.3b, groepen van
studenten en opleidingsfasen;
c. de wijze waarop ondersteuning wordt geboden aan studenten in de vorm van het organiseren
van specifieke begeleiding gericht op de uitdrukkingsvaardigheid in het Nederlands;
d. of gezien de aard of de inrichting van de opleiding, en de kennis, het inzicht en
de vaardigheden die de student bij afronding van de opleiding moet hebben verworven,
een bepaald aandeel van de opleiding in het Nederlands wordt aangeboden of bepaalde
onderwijsonderdelen worden afgesloten met een Nederlandstalig examen of tentamen;
en
e. op welke wijze het instellingsbestuur aandacht besteedt aan de toegankelijkheid bij
opleidingen, en op welke wijze in dit verband aandacht wordt besteed aan het wegwerken
van taalachterstanden.
7. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan worden voorgeschreven op welke
onderwerpen het beleid, bedoeld in het zesde lid, nog meer betrekking heeft.
3. In het achtste lid (nieuw) wordt «zesde lid» vervangen door «zevende lid».
II
In onderdeel Ba wordt «zesde en zevende lid» vervangen door «zevende en achtste lid».
Toelichting
Dit amendement regelt dat nadere concrete eisen rondom Nederlandse uitdrukkingsvaardigheden
niet centraal worden geregeld, maar dat het beleid hieromtrent kan worden ingericht
door instellingen zelf. Hierdoor blijft maatwerk beschikbaar waardoor instellingen
zelf kunnen bezien wat in de instelling haalbaar is met betrekking tot in het kader
met de beschikbare financiële middelen. Dit amendement geeft studenten, docenten en
instellingen zeggenschap over het te voeren beleid rondom de uitdrukkingsvaardigheid.
Westerveld
Van den Hul
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Lisa Westerveld, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid