Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Linde over het bericht ‘Maak van onze bankrekening een telefoonnummer’
Vragen van het lid Van der Linde (VVD) aan de Minister van Financiën over het bericht «Maak van onze bankrekening een telefoonnummer» (ingezonden 27 november 2019).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 16 december 2019)
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Maak van onze bankrekening een telefoonnummer»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u aangeven wat de stand van zaken is van een implementatie van het consumentenrecht,
waardoor het voor iedere klant mogelijk wordt van bank te wisselen met behoud van
het rekeningnummer, bijvoorbeeld door automatische omleiding of door het irrelevant
maken van de banknaam bij een binnenlandse overschrijving?
Antwoord 2
Zoals ik eerder heb aangegeven ben ik voorstander van het invoeren van nummerportabiliteit
op Europees niveau.2 Uit eerdere onderzoeken3 die gedaan zijn blijkt dat het technisch complex en kostbaar is om rekeningnummerbehoud
(IBAN-portabiliteit) op Europese, laat staan enkel op nationale (Nederlandse) schaal
te realiseren. Het vergt ingrijpende technische en operationele aanpassingen door
zowel banken, betaalverwerkers en bedrijven en instellingen die betalingstransacties
verrichten. Ook van aanbieders buiten Nederland. Dat laatste zorgt ervoor dat invoering
van IBAN-portabiliteit in enkel Nederland is af te raden. Invoering alleen in Nederland
strookt bovendien niet met de gedachte achter SEPA4, waarbij het juist de bedoeling is om één Europese infrastructuur met Europese standaarden
te creëren voor het gehele betalingsverkeer binnen SEPA. Daarom lijkt invoering van
IBAN-portabiliteit alleen haalbaar op EU-niveau.
In het aangehaalde FD-artikel, wordt verwezen naar de Europese richtlijn die consumenten
het recht geeft om een telefoonnummer te behouden. Deze Europese richtlijn consumentenrechten5 is niet van toepassing op financiële diensten.
Vraag 3 en 5
Bent u inmiddels in gesprek met de nieuwe leden van de Europese Commissie over evaluatie
van de betaalrekeningrichtlijn? Zo ja, heeft u reeds het belang van nummerportabiliteit
bij uw Europese collega’s onder de aandacht gebracht en ook hierbij duidelijk gemaakt
dat onderzoeken naar de mogelijkheden van nummerportabiliteit van De Nederlandsche
Bank (DNB) mee moeten worden genomen in de evaluatie van de betaalrekeningrichtlijn?
Zo nee, wanneer staan er gesprekken gepland met uw nieuwe Europese collega’s?
Heeft u zicht op een deadline van de nieuwe evaluatie door de Europese Commissie over
de wenselijkheid van nummerportabiltieit?
Antwoord 3 en 5
De afgelopen jaren heb ik de Europese Commissie aangespoord om de mogelijkheden voor
nummerportabiliteit voor betaalrekeningen op EU-niveau te laten onderzoeken. De Europese
Commissie is in 2019 begonnen met de evaluatie van de betaalrekeningenrichtlijn (Richtlijn
2014/92/EU). Hierbij worden – mede op verzoek van Nederland – ook opnieuw de mogelijkheden
voor nummerportabiliteit op EU-niveau onderzocht. Ik verwacht dat de evaluatie door
de Europese Commissie op zijn vroegst eind 2020 wordt afgerond. Er is regelmatig contact
geweest hierover met de Europese Commissie en er is input geleverd voor de evaluatie,
specifiek op de mogelijke voordelen van nummerportabiliteit. Zo zijn de Nederlandse
onderzoeken op het gebied van nummerportabiliteit gedeeld.6 Tevens is de Europese Commissie geïnformeerd over het onderzoek dat DNB is gestart
naar de mogelijkheden van aliasgebruik.
Vraag 4 en 9
Kunt u aangeven wat de voortgang is van dergelijke onderzoeken van DNB naar de mogelijkheden
van aliasgebruik? Bent u bekend met tussentijdse conclusies die van invloed kunnen
zijn op de invoering van nummerportabiliteit?
Kunt u delen wanneer enkele varianten voor aliasgebruik openbaar worden gemaakt? Om
hoeveel varianten gaat het?
Antwoord 4 en 9
DNB is in de zomer gestart met een onderzoek naar de mogelijkheden van aliasgebruik
om overstappen in Nederland te vereenvoudigen. Het doel van dit onderzoek is om in
kaart te brengen welke vormen van aliasgebruik geschikt zijn om overstappen van betaalrekening
op nationaal niveau te vergemakkelijken. Hierbij wordt er onderscheid gemaakt tussen
aliassen voor consumenten, zakelijke klanten en voor zowel consumenten als zakelijke
klanten.
Dit onderzoek moet inzicht geven in:
welke bestaande en nieuwe alias(sen) geschikt zijn om te koppelen aan een IBAN, de
voor- en nadelen;
de kosten en baten van aliasgebruik.
In het onderzoek worden de voor- en nadelen van verschillende bestaande aliassen zoals
een telefoonnummer, e-mailadres, BSN, KVK-nummer, vestigingsnummer, btw-id en Legal
Entity Identifier (LEI) in kaart gebracht. Ook wordt geschetst aan welke kenmerken
een nieuw robuust alias dat door consument en zakelijke klanten kan worden gebruikt
zou moeten voldoen. De maatschappelijke kosten en baten van aliasgebruik worden door
onderzoeksbureau SEO Economisch Onderzoek gekwantificeerd middels een kengetallen
kosten-batenanalyse. De verwachting is dat het DNB-onderzoek in het eerste kwartaal
van 2020 wordt afgerond, waarna ik uw Kamer het onderzoek stuur met een appreciatie.
Vraag 6 en 10
Deelt u de mening dat een Europese betalingsmarkt sneller en goedkoper kan werken
als het concurrentievermogen toeneemt zodra internationale rekeningnummers niet aan
consumenten blijven «plakken»?
Deelt u de mening dat het uitblijven van nummerportabiliteit schade kan veroorzaken
aan de Nederlandse en Europese financiële markten, op het moment dat nummerportabiliteit
geen belemmering is in de opkomende markt van fintechbedrijven met buitenlandse toetreders?
Antwoord 6 en 10
Zoals ik eerder heb aangegeven, kan de concurrentie op de markt voor betaalrekeningen
worden vergroot als consumenten en zakelijke partijen eenvoudiger kunnen overstappen.
Dit kan voordelen bieden voor consumenten en bedrijven. Daarbij kan gedacht worden
aan meer keuzemogelijkheid, lagere kosten en efficiëntere vormen van betalen. Het
uiteindelijke doel van overstappen is het bevorderen van concurrentie op de markt
voor betaalrekeningen en tussen betaalrekeningaanbieders (dit zijn met name banken).
Op deze manier wordt consumenten en zakelijke gebruikers meer keuzemogelijkheid geboden
waar het gaat om betaalrekening gerelateerde diensten. Dit kan worden bevorderd door
de invoering van nummerportabiliteit. Het zou bijvoorbeeld ook kunnen door de bekendheid
met de reeds bestaande Overstapservice te vergroten en het gemak daarvan te benadrukken.
Het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB)7 heeft zich de afgelopen jaren sterk gemaakt voor het promoten en verder optimaliseren
van de Nederlandse Overstapservice. Met de implementatie van de PSD2-richtlijn in
de Nederlandse wetgeving wordt ook meer ruimte geboden aan nieuwe partijen om toe
te treden tot de Nederlandse (en Europese) betaalmarkt. Dit leidt tot meer innovatieve
ontwikkelingen in het betalingsverkeer.
Vraag 7
Bent u momenteel met de sector in gesprek over aliasgebruik? Zo ja, in hoeverre zijn
deze gesprekken vruchtbaar?
Antwoord 7
Er zijn de afgelopen jaren veel gesprekken met de sector geweest over verschillende
vormen van nummerportabiliteit, en is er in het MOB onderzoek gedaan naar de effecten
van en mogelijkheden voor nummerportabiliteit, inclusief een verkenning van – en reflectie8 op – aliasgebruik. Op dit moment loopt het onderzoek van DNB naar de mogelijkheden
van aliasgebruik. Uit dit onderzoek zal blijken of invoering van aliasgebruik op nationaal
niveau een te overwegen optie is. Zodra de resultaten van dit onderzoek bekend zijn,
informeer ik uw Kamer en ga ik hierover in gesprek met de sector.
Vraag 8
Heeft u zicht op een datum van het verschijnen van een door u geschreven non-paper
over nummerportabiliteit? Kunt u aangeven welke landen u meeneemt in dit non-paper?
Antwoord 8
In de eerste helft van volgend jaar komt Nederland met een non-paper over nummerportabiliteit
voor betaalrekeningen. Met dit non-paper wordt de Nederlandse inzet bij de nieuwe
Europese Commissie onder de aandacht gebracht. Dit geeft ook de mogelijkheid om de
resultaten van het DNB-onderzoek naar de mogelijkheden van aliasgebruik in de paper
te verwerken. Daarbij ga ik op zoek naar gelijkgestemde EU-lidstaten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.