Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Raak over dubbele functies bij veiligheidsregio’s
Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over dubbele functies bij veiligheidsregio’s (ingezonden 31 oktober 2019).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 13 december
            2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1013.
         
Vraag 1, 2, 3
            
Vindt u het wenselijk dat de directeur van een veiligheidsregio, die zich gaat richten
               op de modernisering van de brandweer, ook brandweercommandant is van een van de korpsen
               in die veiligheidsregio? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?1
Hoeveel verschillende dubbelfuncties zijn er bij de verschillende veiligheidsregio’s?
Zijn er regels opgesteld rondom dubbelfuncties, bijvoorbeeld over functies die elkaar
               uitsluiten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat zijn deze?
            
Antwoord 1, 2, 3
            
In het Besluit personeel veiligheidsregio’s (Bpv) zijn functies opgenomen voor de
               brandweer, GHOR, rampenbestrijding en crisisbeheersing. Een «functie» wordt in het
               Bpv gedefinieerd als een samenstel van te verrichten werkzaamheden. In de nota van
               toelichting van het Bpv2 is opgenomen dat een persoon één of meer functies kan uitoefenen en dat het begrip
               functie niet moet worden verward met het begrip functie zoals dat in de rechtspositionele
               en arbeidsvoorwaardelijke sfeer wordt gehanteerd. Er zijn in het Bpv geen verdere
               bepalingen opgenomen rondom dubbelfuncties, dus ook niet of functies elkaar uitsluiten.
            
Het is de verantwoordelijkheid van de besturen van de veiligheidsregio’s om bij het
               inrichten van hun organisatie afwegingen te maken over het aan personen op te dragen
               samenstel van werkzaamheden. Daarbij kunnen ook regio-specifieke factoren een rol
               spelen.
            
In de Wet veiligheidsregio’s en het Bpv is geen functie directeur veiligheidsregio
               vastgelegd. Het bestuur van een veiligheidsregio bepaalt zelf of een directeur veiligheidsregio
               wordt aangesteld, en zo ja, met welk samenstel van werkzaamheden die functionaris
               wordt belast. Veiligheidsregio’s kunnen hierbij tot verschillende afwegingen en besluiten
               komen, en dat gebeurt ook. Zo is het aan het bestuur van een veiligheidsregio’s te
               besluiten of de in het Bpv beschreven functie regionaal brandweercommandant deel uitmaakt
               van het takenpakket van de directeur. Voor zover bekend is daar op dit moment in circa
               18 van de 25 sprake van. Tegen de achtergrond van het gehele takenpakket van de veiligheidsregio’s
               zie ik dat niet per definitie als onwenselijk. Over de wenselijkheid in een specifieke
               veiligheidsregio doe ik geen uitspraak. Ik wil niet in de verantwoordelijkheden treden
               van de besturen van de veiligheidsregio’s.
            
Vraag 4
            
Zijn er mensen in veiligheidsregio’s die met een dergelijke dubbelfunctie in totaal
               boven de WNT(Wet normering topinkomens)-norm uitkomen? Zo ja, deelt u de mening dat
               deze mensen in totaal niet meer zouden mogen verdienen dan de WNT-norm?
            
Antwoord 4
            
De Wet normering topinkomens (WNT) geldt ook voor veiligheidsregio’s. In de WNT-rapportage
               over 2018 die binnenkort aan uw Kamer door de Minister van BZK wordt verstrekt, zijn
               geen topfunctionarissen van veiligheidsregio’s opgenomen die de WNT overtreden. De
               WNT bepaalt dat, indien sprake is van bezoldiging als topfunctionaris maar tevens
               van bezoldiging voor nevenwerkzaamheden bij de WNT-instelling, een andere WNT-instelling
               dan wel een gelieerde rechtspersoon, de WNT-gegevens die op die samenloop van bezoldiging
               betrekking hebben, openbaar moeten worden gemaakt. De accountant controleert of de
               WNT-gegevens van de topfunctionarissen juist en volledig zijn verantwoord. Indien
               dit niet het geval is, meldt de accountant dit bij de Minister van BZK. Er zijn van
               de accountants noch op ander wijze meldingen van overtredingen van topfunctionarissen
               bij veiligheidsregio’s ontvangen.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
