Schriftelijke vragen : Uithuisgeplaatste kinderen die niet meer terug kunnen naar de eigen ouders
Vragen van het lid Peters (CDA) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en voor Rechtsbescherming over uithuisgeplaatste kinderen die niet meer terug kunnen naar de eigen ouders (ingezonden 6 december 2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Kind kan niet terug naar ouders» van Radar?1
Vraag 2
Hoe vaak komt het voor dat kinderen van ouders die uit huis gezet worden en daardoor
(tijdelijk) geen vaste woning hebben, in een pleeggezin worden geplaatst?
Vraag 3
Klopt het dat de overheid eist dat in een dergelijk geval een uit huis gezette ouder
binnen een half jaar een woning moet hebben, omdat anders het kind zodanig gehecht
is aan het pleeggezin dat het niet meer teruggeplaatst wordt? Zo ja, hoe vaak komt
dat voor?
Vraag 4
Deelt u de mening dat als de overheid eist dat een ouder als voorwaarde voor terugplaatsing
van eigen kind(eren) binnen een half jaar eigen woonruimte moet hebben, dat er dan
ook een verantwoordelijkheid op diezelfde overheid ligt om te helpen met zoeken naar
woonruimte, al dan niet met een urgentieverklaring? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Deelt u de mening dat uithuiszettingen als gevolg van schulden en armoede niet zouden
mogen plaatsvinden als het een gezin met kinderen betreft? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Op welke wijze heeft u in dit verband uitvoering gegeven aan de aangenomen motie Peters
c.s. (35 000 XVI, nr. 85) waarin verzocht is om te onderzoeken hoe uithuisplaatsing van kinderen wegens schulden
en armoede zo veel mogelijk voorkomen kan worden?
Vraag 7
Op welke wijze is het voorkomen van uithuisplaatsing van kinderen wegens schulden
en armoede meegenomen in de uitwerking van de afspraken uit het Interbestuurlijk Programma
van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), Sociale Zaken
en Werkgelegenheid (SZW) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)? En op welke wijze
is dit meegenomen als onderdeel van de Brede Schuldenaanpak?2 Welke resultaten heeft dit tot nog toe gehad?
Vraag 8
Wat is uw reactie op het pleidooi van de Kinderombudsman dat als er toch wordt overgegaan
tot een uithuisplaatsing, er een garantie van huisvesting zou moeten zijn voor de
ouder(s) waar het kind naartoe gaat?
Indieners
-
Gericht aan
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming -
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
W.P.H.J. Peters, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.